NL2002137C - Kinderzit voor gebruik op een kinderwagen. - Google Patents

Description

KINDERZIT VOOR GEBRUIK OP EEN KINDERWAGEN

De uitvinding heeft betrekking op een kinderzit voor gebruik op een 5 kinderwagen, de kinderzit omvattende een zitvlak en een rugleuning, waarbij de rugleuning een zich onder een hoek ten opzichte van het zitvlak uitstrekkende rugschaal en een zich in hoofdzaak evenwijdig daaraan uitstrekkend rugdeel omvat, waarbij het rugdeel hoofdzakelijk evenwijdig aan de rugschaal verplaatsbaar is voor het daarmee instellen van de hoogte van de rugleuning.

10 Een dergelijke kinderzit is algemeen bekend en kan gebruikt worden voor het vervoeren van een kind op een kinderwagen. Dergelijke kinderzitjes zijn over het algemeen van een andere constructie dan kinderzitjes die speciaal zijn ontworpen voor gebruik in een auto of dergelijke. De kinderzit van een kinderwagen kan bestaan uit een harde schaal, welke aan een binnenzijde gevoerd is. Het is mogelijk dat de zitting van 15 de bekende kinderzit aanpasbaar is, bijvoorbeeld door het plaatsen van een inzetzit, zodanig dat kinderen met een verschillend gewicht of verschillende lengte met dezelfde kinderzit vervoerd kunnen worden. De kinderzit is voorzien van gordels voor het daarmee zekeren van het kind in de kinderzit. De gordels zijn in te stellen op de lengte van het kind.

20 Het is een bezwaar van de bekende kinderzit dat deze pas vanaf een bepaalde leeftijd en/of gewicht bruikbaar is, Met name jonge kinderen, zoals bijvoorbeeld baby’s tot een leeftijd van 6 maanden, kunnen niet of nauwelijks in de kinderzit vervoerd worden, omdat ze niet in het gordelsysteem passen.

Ook kunnen de bestaande stoeltjes niet voldoende bescherming bieden tegen 25 lichtinval, waardoor het kind last kan hebben van op het gezicht schijnend zonlicht. Een aanwezige zonnekap is vaak niet toereikend voor het beschermen van kleine kinderen tegen de zon.

Het is tevens een bezwaar van de bekende kinderzit dat de mogelijkheden voor aanpassingen van de zit beperkt zijn, en dat deze in het algemeen slechts geschikt is 30 voor kinderen binnen een klein gewicht- en/of lengtebereik.

Het Amerikaanse document US 2008/185029 beschrijft een kap voor een kinderstoel van een kinderwagen die de verschillende standen van de rugleuning kan volgen doordat de kap aan de rugleuning bevestigd is. Ook in de bekende kinderwagen 2002137 2 zal de positie van de kap in een bepaalde zwenkstand van de rugleuning niet aangepast kunnen worden, bijvoorbeeld wanneer de rugleuning zou zijn uitgevoerd om in hoogte verstelbaar te zijn.

Het is derhalve een doel van de onderhavige uitvinding om te voorzien in een 5 kinderzit voor gebruik op een kinderwagen, waarmee tenminste één van de voomoemde bezwaren van de bekende kinderzit verminderd worden.

Daartoe voorziet de uitvinding in een kinderzit voor gebruik op een kinderwagen, omvattende een zitvlak en een rugleuning, waarbij de rugleuning een zich onder een hoek ten opzichte van het zitvlak uitstrekkende rugschaal en een zich in hoofdzaak 10 evenwijdig daaraan uitstrekkend rugdeel omvat, waarbij het rugdeel hoofdzakelijk evenwijdig aan de rugschaal verplaatsbaar is voor het daarmee instellen van de hoogte van de rugleuning. Het rugdeel is ten opzichte van de rugschaal verplaatsbaar om zo de hoogte van de rugleuning in te stellen, zodat deze eenvoudig aanpasbaar is aan de lengte van een kind, Het verplaatsen van het rugdeel is een relatief eenvoudige wijze 15 om de kinderzit aan te passen aan de afmetingen van een kind. Bovendien zijn er geen extra onderdelen nodig, zoals bijvoorbeeld een inzetzitje, om de kinderzit aan te passen.

Het rugdeel van de kinderwagen kan voorzien zijn van bevestigingselementen voor het daarmee zodanig bevestigen van een beschermingselement aan het rugdeel van het kinderzitje dat het beschermingselement een verplaatsing van het rugdeel volgt. De 20 bevestigingsmiddelen kunnen voorzien zijn op het rugdeel van de kinderwagen, en zullen dan meebewegen bij het instellen van de hoogte van de stoel. Hierdoor wordt de positie van de bevestigingselementen aangepast aan de lengte van een kind op het moment dat de rugleuning daaraan aangepast wordt. De bevestigingselementen bevinden zich zo altijd op een voor het kind juiste positie. Dit betekent dat wanneer een 25 beschermingselement ter bescherming van het kind bevestigd wordt aan de stoel, deze voldoende bescherming biedt, bijvoorbeeld tegen invallend (zon)licht in het geval van een zonnekap of tegen regen in het geval van een regenkap, in hoofdzaak onafhankelijk of althans minder afhankelijk van de lengte van een kind.

In een uitvoeringsvorm is het rugdeel in het verlengde van de rugschaal 30 verplaatsbaar en is in een hoogste positie van het rugdeel een bovenzijde van het rugdeel hoger gelegen dan een bovenzijde van de rugschaal. Het rugleuning kan derhalve over een relatief groot hoogtebereik ingesteld worden. Bovendien kan de kinderzit hierdoor relatief compact en lichtgewicht worden uitgevoerd.

3

In een verdere uitvoeringsvorm kan in de laagste positie van het rugdeel de bovenzijde van het rugdeel zich ter plaatse van de bovenzijde van de rugschaal of zelfs net daaronder bevinden. Ook hierdoor kan kinderzit relatief compact uitgevoerd worden, vooral in een transportstand waarin het rugdeel zo ver mogelijk naar beneden 5 is verplaatst.

Bij voorkeur bevindt zich tenminste een deel van de achterzijde van het rugdeel zich op tenminste een deel van de voorzijde van de rugschaal. Het rugdeel is als het ware schuifbaar opgehangen aan de rugschaal. In een laagste positie van het rugdeel is het mogelijk dat de achterzijde van het rugdeel volledig op de voorzijde van de 10 rugschaal rust. Het rugdeel steunt zo op de rugschaal. Het rugdeel is evenwijdig aan de rugschaal verplaatsbaar, om op deze wijze het rugdeel in een hogere of lagere positie te brengen. In een hoogste positie, steunt een deel van het rugdeel nog steeds op een deel van de rugschaal. Op deze wijze geeft het rugdeel voldoende steun aan de rug van het kind.

15 Bij voorkeur is het kinderzitje voorzien van een gordelelement voor het daarmee zekeren van een kind in het kinderzitje. Het gordelelement kan schouderriemen omvatten welke tenminste aan het verplaatsbare rugdeel voorzien zijn. Het gordelelement zorgt ervoor dat het kind op een veilige wijze in het kinderzitje kan zitten. Door de schouderriemen aan het verplaatsbare rugdeel te voorzien, bevinden 20 deze zich relatief dicht bij het te zekeren kind. Dit vereenvoudigt het zekeren van een kind in het kinderzitje.

De schouderpositie van de schouderriemen is bij voorkeur in hoogte verstelbaar voor het daarmee aanpassen van de schouderpositie van de schouderriemen aan de lengte van het kind, waarbij de schouderpositie van de schouderriemen instelbaar is 25 door een verplaatsing van het rugdeel. Het verplaatsen van het rugdeel, en daarmee het instellen van de hoogte van de rugleuning van het kinderzitje, zorgt er op deze wijze voor dat tegelijkertijd de schouderpositie van de schouderriemen in hoogte aangepast wordt. Op deze wijze is het aanpassen van het kinderzitje aan de lengte van een kind bijzonder gemakkelijk, eenvoudig en snel uit te voeren.

30 In een uitvoeringsvorm, is het kinderzitje voorzien van tenminste één samenstel van een geleidersleuf en een daarin aangrijpende geleider, welk samenstel ingericht is voor het daarmee geleiden van het rugdeel ten opzicht van de rugschaal. De geleidersleuf werkt samen met de geleider, en zorgt ervoor dat het rugdeel slechts 4 evenwijdig aan de rugschaal verplaatsbaar is. Een dergelijke uitvoeringsvorm zorgt er tevens voor dat het rugdeel in diverse standen te plaatsen is, waarbij de standen min of meer traploos te kiezen zijn. Hierdoor is de stoel over een groot bereik van lengtes instelbaar. Daarnaast is een dergelijke uitvoeringsvorm relatief eenvoudig en goedkoop 5 te produceren.

Het samenstel van geleidersleuf en geleider zijn bij voorkeur voorzien van een vergrendelorgaan voor het daarmee vergrendelen van de geleider in de geleidersleuf. Het vergrendelorgaan zorgt ervoor dat de geleider niet meer beweegbaar is in de geleidersleuf. Zo wordt voorkomen dat de stoel ongewenst in hoogte versteld wordt.

10 Het is mogelijk dat voorzien is in tenminste twee samenstellen van een geleidersleuf en een geleider. Het is daarbij mogelijk om de twee samenstellen evenwijdig aan, en op afstand van elkaar te plaatsen. Een dergelijke uitvoeringsvorm beperkt de bewegingsvrijheid van het rugdeel, en zorgt ervoor dat deze slechts één vrijheidsgraad heeft. Het rugdeel kan op deze wijze enkel in hoogte versteld worden, en 15 ongewenste bewegingen, zoals kantelingen en dergelijke, worden voorkomen, zonder daarbij de traploze instelbaarheid van het rugdeel te beperken.

In een uitvoeringsvorm van de uitvinding is voorzien in een handgreep voor het daarmee verplaatsen van het rugdeel. De handgreep kan gemakkelijk door een of meer handen aangegrepen worden en maakt het eenvoudig het rugdeel naar de juiste positie 20 te schuiven. In een bepaalde uitvoeringsvorm houden een of meer veren het verschuifbare rugdeel vasthoudt in een bepaalde positie. Door aan de handgreep te trekken of de duwen kan de rugleuning in een hogere of lagere stand gepositioneerd worden.

In andere uitvoeringsvormen kan de rugleuning in een of meer standen 25 vergrendeld worden. Hiertoe kan de inrichting zijn voorzien van een bedieningselement voor een of meer vergrendelorganen waarmee de hoogte van de rugleuning ten opzichte van de rest van de inrichting, in het bijzonder de rugschaal, gefixeerd kunnen worden.

In een verdere uitvoeringsvorm is het bedieningselement gecombineerd met de eerder genoemde handgreep. De handgreep kan tevens voorzien zijn van een 30 bedieningselement voor een of meer vergrendelingsorganen voor het vergrendelen van het rugdeel ten opzichte van de rugschaal. De handgreep zorgt er dan niet alleen voor dat het rugdeel eenvoudig verplaatsbaar is, maar ook dat het rugdeel in een of meer standen vast te zetten is. Het bedieningselement kan zich op of in de handgreep 5 bevinden en is gekoppeld met een of meer vergrendelingsorganen waarmee het rugdeel, na verplaatsing daarvan, meteen vast te zetten is. Het is mogelijk dat het bedieningselement direct gekoppeld is met een vergrendelorgaan van een geleidersleuf. Het is daarnaast mogelijk dat het vergrendelorgaan automatisch in een 5 vergrendelingpositie treedt, wanneer een gebruiker het bedieningselement van de handgreep loslaat. Het is bijvoorbeeld mogelijk om de handgreep te voorzien van een bedieningselement in de uitvoering van een hendel, welke ingedrukt moet worden om het vergrendelingsorgaan in een niet-vergrendelende, bijvoorbeeld een klemmende, toestand te brengen. De hendel kan van een veermechanisme voorzien zijn, zodanig dat 10 het vergrendelingsorgaan automatisch in werking treedt wanneer de hendel losgelaten wordt. Op deze wijze kan een gebruiker niet vergeten om het rugdeel vast te zetten, hetgeen de veiligheid van de kinderzit vergroot.

In een uitvoeringsvorm, omvat de rugschaal de geleidersleuf, en omvat het rugdeel de geleider. Op deze wijze is het rugdeel relatief massief te maken, doordat het 15 enkel voorzien hoeft te worden van een geleider. Dit zorgt ervoor dat er voldoende ruimte is op het rugdeel voor het daarop voorzien van een comfortabele zitting. De geleidersleuf bevindt zich in de rugschaal. Een dergelijke uitvoeringsvorm zorgt er tevens voor dat de geleider relatief eenvoudig toegankelijk is voor een gebruiker, namelijk vanaf een achterzijde van de rugschaal.

20 De bevestigingselementen voor het beschermingselement kunnen aan weerszijden van het rugdeel voorzien zijn. Op deze wijze wordt een goede en stevige bevestiging van het beschermingselement aan het rugdeel en daarmee een betere positionering van het beschermingselement ten opzichte van een kind in de kinderwagen mogelijk.

25 In een uitvoeringsvorm is de kinderzit voorzien van een weerszijden van het rugdeel bevestigde zonnekap. De kinderzit met zonnekap zorgt ervoor dat een zich in het zitje bevindend kind beschermd wordt tegen de zon. De bevestiging aan weerszijden zorgt ervoor dat zonlicht of ander licht het kind niet via de zijkanten van het zitje kan bereiken.

30 In een uitvoeringsvorm omvat de zonnekap een roteerbaar aan het rugdeel opgehangen balein en een daaraan bevestigd zonnescherm, waarbij tenminste een deel van het zonnescherm aan het rugdeel bevestigd is, en waarbij de balein roteerbaar verplaatsbaar is tussen een ingeklapte en een uitgeklapte positie, voor het afwisselend 6 in werkzame en niet-werkzame toestand brengen van de zonnekap. Op deze wijze kan wanneer dat nodig is, de zonnekap in een werkzame toestand gebracht worden door de balein te roteren. Het zonnescherm zal dan een overkapping vormen, en vormt zo een barrière tussen een lichtbron en het kind. In gevallen waarin de zonnekap niet nodig is, 5 is deze eenvoudig in een niet-werkzame toestand te brengen door de balein naar een ingeklapte positie te bewegen. De zonnekap hoeft daartoe niet van het zitje losgemaakt te worden, zodanig dat de zonnekap in alle gevallen beschikbaar blijft.

Het is mogelijk dat de zonnekap ten minste twee baleinen omvat, over welke het zonnescherm bevestigd is, waarbij in een werkzame toestand van de zonnekap een 10 schelpvormige zonnekap gevormd is. Een constructie met ten minste twee baleinen zorgt ervoor dat de zonnekap bestand is tegen bijvoorbeeld wind die tegen het zonnescherm blaast. De schelpvormige zonnekap zorgt ervoor dat het kind voldoende hoofdruimte heeft.

In een verdere uitvoeringsvorm is voorzien in: 15 - eerste bevestigingselementen ter bevestiging van een eerste deel van het beschermingselement aan het verplaatsbare rugdeel; - tweede bevestigingselementen ter bevestiging van een tweede, tegenoverliggend deel van het aan de rugschaal en/of het zitvlak. De bevestigingselementen kunnen onderdeel uitmaken van de kinderzit, van het beschermingselement of van beide. In 20 deze uitvoeringsvorm worden verschillende delen derhalve met verschillende bevestigingselementen aan de kinderzit vastgemaakt, hetgeen het mogelijk maakt het beschermingselement zodanig uit te voeren, dat dit bij variatie van de hoogte van de rugleuning van het kinderzitje deze hoogtevariatie kan opvangen. In een bijzonder voordelige uitvoering is de kinderzit dan ook voorzien van een beschermingselement 25 dat in lengte verstelbaar is. Het beschermingselement kan hierbij zodanig zijn ingericht dat de lengte van het beschermingselement aan te passen is aan de hoogte van de rugleuning. Het gevolg hiervan kan zijn dat voor elke hoogte van de rugleuning van het kinderzitje hetzelfde beschermingselement kan worden toegepast.

In een verdere uitvoeringsvorm is de lengte-verstelbaarheid van het 30 beschermingselement geregeld door het beschermingselement ten minste gedeeltelijk elastisch uit te voeren. Een bijkomend voordeel van een dergelijke uitvoering kan zijn dat deze eenvoudig en stevig aan de kinderzit kan worden bevestigd door zichzelf daaraan vast te klemmen.

7

In de hiervoor genoemde uitvoeringsvormen is het beschermingselement een zonnekap of een regenkap. In andere uitvoeringen kan het beschermingselement ook een andere bescherming bieden. Het beschermingselement kan bijvoorbeeld een muskietennet en/of een slaapzak omvatten ter bescherming van het kind in de kinderzit 5 tegen respectievelijk insecten en/of koude.

In een verder uitvoeringsvorm zijn de bevestigingselementen ingericht om in een hoge stand van het rugdeel relatief ver uit elkaar te staan en in een lage stand van het rugdeel relatief dicht bij elkaar staan voor het verschaffen van een respectievelijk relatief breed en smal beschermingselement. Aldus kan de kinderzit nog beter worden 10 toegespitst op de grootte van het kind dat in de kinderzit plaatsneemt. Indien het kind groot is, zal het rugdeel in een relatief hoge stand gepositioneerd worden. In deze stand is het beschermingselement relatief breed, zodat het grote kind veel ruimte tot zijn beschikking heeft. Indien het kind klein is, kan het rugdeel in een lage stand gezet worden en heeft het kind een smaller beschermingselement tot zijn beschikking.

15 In een bepaalde uitvoering wordt het smaller en breder maken van het beschermingselement automatisch uitgevoerd bij het verhogen en verlagen van de rugleuning. Het verbreden en versmallen is met andere woorden een logisch gevolg van het verhogen en verlagen van de rugleuning. In een verdere uitvoering zijn rugleuning en/of het zitvlak bijvoorbeeld aangebracht tussen framedelen van een zich naar boven 20 toe verwijdend frame en zijn de bevestigingselementen ingericht om bij een hoogteverstelling van het rugdeel de framedelen te volgen. Doordat het frame naar boven toe wijder wordt, zal het beschermingselement bij een hoge rugleuning relatief breed zijn.

Bij voorkeur is het kinderzitje voorzien van verbindingsmiddelen voor het 25 daarmee verbinden van het kinderzitje aan de kinderwagen. Doordat de verbindingsmiddelen aan het kinderzitje voorzien zijn, zijn er geen additionele adapters nodig om het kinderzitje op een kinderwagen te plaatsen. De plaatsing van het kinderzitje kan daardoor snel en gemakkelijk plaatsvinden.

Verdere kenmerken, voordelen en details volgen uit de navolgende beschrijving 30 van enige uitvoeringen van de onderhavige uitvinding. In de figuren wordt getoond:

Fig. 1 een aanzicht in perspectief van een kinderzitje voor op een kinderwagen, met de rugleuning in een lage positie.

8

Fig. 2 een aanzicht in perspectief van een kinderzitje voor op een kinderwagen, met de rugleuning in een hoge positie.

Fig. 3 een achteraanzicht van het kinderzitje voor op een kinderwagen.

Fig. 4 een zijaanzicht van een kinderzitje voorzien van een uitvoeringsvorm van 5 een beschermingselement dat in lengte verstelbaar is.

Fig. 1 toont een kinderzitje 1. Het kinderzitje bestaat uit een frame 2 met aan een voorzijde daarvan een beugel 8. Op het frame is een zitting 3 met een rugschaal 5 bevestigd. De zitting 3 en/of rugschaal 5 kunnen zijn opgebouwd uit een harde 10 schaaldelen, die aan de binnenzijde gevoerd zijn. In andere uitvoeringen wordt echter gebruik gemaakt van een of meer gestoffeerde “hangzak”-achtige constructies waarin harde kunststofdelen zijn verwerkt. Op een voorzijde van de rugschaal 5 is een rugdeel 4 schuifbaar bevestigd. Aan het rugdeel is een zonnekap 10 bevestigd met behulp van bevestigingselementen 15, welke aan weerszijden van het rugdeel geplaatst zijn. De 15 zonnekap 10 omvat in de getoonde uitvoeringsvorm drie baleinen 11,11’,11”, welke roteerbaar zijn middels een draaimechanisme 14. Over de baleinen 11,1P, 1Γ ’ is een doek 12 gespannen. Door rotatie van de baleinen kan de zonnekap 10 verplaatst worden tussen de in figuur 1 weergegeven werkzame stand waarin een eventueel in de kinderzit geplaatst kind een maximale bescherming tegen lichtinval krijgt, en een niet-werkzame 20 (en niet in de figuren weergegeven) stand waarin de lichtinval (vrijwel) niet beperkt wordt en het kind geheel aan het omgevingslicht wordt blootgesteld. Het is uiteraard ook mogelijk de zonnekap in elke mogelijke tussenstand tussen de werkzame stand en niet-werkzame stand te roteren.

In de in Fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm, bevindt het rugdeel 4 zich in een lage 25 positie. Het rugdeel 4 is echter schuifbaar over de rugschaal 5, zodanig dat de lengte van de rugleuning in te stellen is.

In Fig. 2 wordt de kinderzit in hogere positie getoond. Gelijke onderdelen zijn op gelijke wijze genummerd. Te zien is dat door het verschuiven van het rugdeel 4, een hogere rugleuning verkregen is. Dit betekent dat een groter, en/of zwaarder kind in de 30 kinderzit geplaatst kan worden. Daarnaast is door het schuiven van het rugdeel 4, tevens de zonnekap 10 mee naar boven geschoven. In figuur 2 is weergegeven dat de bevestigingselementen voor de zonnekap en daarmee de zonekap zelf over een afstand 9 (d) zijn verplaatst. Daardoor kan de zonnekap voor een bepaald kind in de voor het kind juiste positie geplaatst.

Fig. 3 toont een achteraanzicht van een kinderzitje 1 voor op een kinderwagen, in de hogere positie zoals getoond in Fig. 2. Te zien zijn het frame 2, met daarop de 5 zitting met de rugschaal 5. Op de rugschaal 5 is het rugdeel 4 geplaatst, doordat op het rugdeel voorziene schuiven 21,21’ aangrijpen in geleidersleuven 22,22’ die in de rugschaal 4 voorzien zijn. Aan een achterzijde van het rugdeel is tevens een handgreep 23 voorzien, welke door een gat 24 van de rugschaal 5 steekt.

De werking van de in de figuren getoonde kinderzit is als volgt. De kinderzit 1 10 kan in een gewenste positie gebracht worden, door het rugdeel 4 bij de handgreep 23 vast te grijpen. Vervolgens kan het rugdeel 4 in de gewenste positie geplaatst worden, om daarna het rugdeel 4 in deze positie vast te zetten. Het is mogelijk dat de handgreep 23 voorzien is van een hier niet getoond vergrendelmechanisme dat in werking treedt wanneer de gebruiker de handgreep niet vast heeft. Het vergrendelmechanisme zorgt 15 ervoor dat de twee schuiven 21,21’ beiden vastgeklemd zijn in de sleuven 22,22’. Zo kan het rugdeel 4 niet op een ongewenste manier bewegen

Figuur 4 toont een zijaanzicht van een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding. In deze uitvoeringsvorm omvat het beschermingselement de eerder genoemde zonnekap 10 in combinatie meteen regenkap 25 waarmee de inzittende tegen 20 regen beschermd kan worden. De regenkap 25 is in de getoonde uitvoering gedeeltelijk vervaardigd van transparant materiaal 26, zodat de inzittende nog voldoende zicht op de buitenwereld heeft wanneer de regenkap is aangebracht. De regenkap 25 is over de zonnekap 10 en over de zitting 3 geplaatst en aan de kinderzit bevestigd. Aan de bovenzijde is de regenkap 25 met eerste bevestigingselementen 27 bevestigd aan het in 25 hoogte verplaatsbare deel 4 van de rugleuning, terwijl tweede bevestigingselementen 28 zorgdragen voor bevestiging van de regenkap aan de zitting daarvan. De bevestigingselementen 27,28 zijn in de getoonde uitvoering gevormd door respectievelijke zomen die om de bijbehorende delen van de kinderzit zijn aan te brengen. Het middendeel 29 is ten minste gedeeltelijk elastisch uitgevoerd. Dit zorgt er 30 niet alleen voor dat de respectievelijke zomen strak tegen de kinderzit getrokken worden, maar maken het tevens mogelijk dat de regenkap 25 langer en korter gemaakt kan worden (in richtingen P, aangeduid in figuur 4) om zodoende de variatie in de hoogte van de rugleuning op te kunnen vangen.

10

In andere, niet in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen kan het beschermingselement bijvoorbeeld een speciaal voor dit doel bestemde regenkap (dus zonder een bijbehorende zonnekap), een slaapzak, een muskietennet, en dergelijke zijn. Van belang is dat het beschermingselement optimaal is of gemaakt kan worden voor 5 verschillende hoogtes van de rugleuning van de kinderzit en derhalve voor kinderen van verschillende groottes. In sommige situaties kan het volstaan om bij het aanpassen van de hoogte van de rugleuning het beschermingselement te laten zoals het is, zoals bijvoorbeeld bij de beschreven zonnekap meestal het geval is. In andere situaties moet de lengte van het beschermingselement aanpasbaar zijn aan de variërende lengte 10 (hoogte) van de rugleuning, bijvoorbeeld in het geval van een regenkap die in lengte verstelbaar is uitgevoerd. Verstelbaarheid van het beschermingselement kan bijvoorbeeld tot stand worden gebracht door het beschermingselement over ten minste een deel flexibel, in het bijzonder elastisch, uit te voeren. Dit maakt een eenvoudige, snelle en traploze aanpassing van de lengte van het beschermingselement aan de 15 veranderende hoogte van de rugleuning mogelijk. Andere uitvoeringen, bijvoorbeeld uitvoeringen waarin de lengte van het beschermingselement slechts in een paar stappen versteld kan worden, behoren uiteraard ook tot de mogelijkheden.

In een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding is het beschermingselement, zoals bijvoorbeeld de zonne- en/of regenkap, met de rugleuning of rugdeel in de 20 onderste stand(en) smaller dan indien het rugdeel 4 in een hogere stand is gepositioneerd. Dit komt doordat de aan het rugdeel 4 aangebrachte bevestigingselementen 15 door het buizenframe 2 in lagere posities naar binnen gedrukt worden. In hogere posities zitten de bevestigingselementen vanuit zijaanzicht hoger geplaatst ten opzichte van het buizenframe 2 en hebben ze ruimte naar buiten te buigen. 25 De bevestigingselementen zijn hierbij bovendien zodanig uitgevoerd dat ze de neiging hebben zich naar buiten te verplaatsen. Aangezien het beschermingselement bij het rugdeel 4 in een hoge positie breder is dan wanneer het rugdeel 4 zich op een lage positie bevindt, is er voor grote kinderen meer ruimte beschikbaar dan voor kleine kinderen, hetgeen het comfort voor het kind kan verhogen.

30 De onderhavige uitvinding is niet beperkt door de hierin beschreven uitvoeringsvormen daarvan. De gevraagde rechten worden veeleer bepaald door de navolgende conclusies, binnen de strekking waarvan velerlei aanpassingen en modificaties denkbaar zijn.

2002137

Claims (27)

1. Kinderzit (1) voor gebruik op een kinderwagen, omvattende een zitvlak en een rugleuning, waarbij de rugleuning een zich onder een hoek ten opzichte van het zitvlak 5 (3) uitstrekkende rugschaal (5) en een zich in hoofdzaak evenwijdig daaraan uitstrekkend rugdeel (4) omvat, met het kenmerk, dat het rugdeel hoofdzakelijk evenwijdig aan de rugschaal verplaatsbaar is voor het daarmee instellen van de hoogte van de rugleuning, dat het rugdeel voorzien is van bevestigingselementen (15,27,28) voor het daarmee zodanig aan het rugdeel (4) van de kinderzit bevestigen van een 10 beschermingselement (10,25) voor het beschermen van een kind in de kinderzit, dat het beschermingselement een verplaatsing van het rugdeel (4) evenwijdig aan de rugschaal (5) volgt.

2. Kinderzit volgens conclusie 1, waarbij het rugdeel in het verlengde van de 15 rugschaal (5) verplaatsbaar is en in een hoogste positie van het rugdeel een bovenzijde van het rugdeel hoger gelegen is dan een bovenzijde van de rugschaal.

3. Kinderzit volgens conclusie 1 of 2, waarbij het rugdeel (4) in het verlengde van de rugschaal (5) verplaatsbaar is en in een laagste positie van het rugdeel (4) een 20 bovenzijde van het rugdeel (4) lager gelegen is dan of op in hoofdzaak dezelfde hoogte is gelegen als een bovenzijde van de rugschaal.

4. Kinderzit volgens conclusie 1,2 of 3, waarbij zich tenminste een deel van de achterzijde van het rugdeel (4) zich op tenminste een deel van de voorzijde van de 25 rugschaal geplaatst is.

5. Kinderzit volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de kinderzit voorzien is van een gordelelement voor het daarmee zekeren van een kind in de kinderzit (1), waarbij het gordelelement schouderriemen omvat welke tenminste aan het 30 verplaatsbare rugdeel (4) voorzien zijn.

6. Kinderzit volgens conclusie 5, waarbij een schouderpositie van de schouderriemen in hoogte verstelbaar is voor het daarmee aanpassen van de 2002137 schouderpositie van de schouderriemen aan de lengte van het kind, waarbij de schouderpositie van de schouderriemen instelbaar is door een verplaatsing van het rugdeel (4).

7. Kinderzit volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de kinderzit voorzien is van tenminste één samenstel van een geleidersleuf (22,22') en een daarin aangrijpende geleider (21,21'), welk samenstel ingericht is voor het daarmee geleiden van het rugdeel (4) ten opzicht van de rugschaal.

8. Kinderzit volgens conclusie 7, waarbij het samenstel van geleidersleuf (22) en geleider is voorzien is van een vastzetelement voor het daarmee vastzetten van de geleider in de geleidersleuf (22,22').

9. Kinderzit volgens een der conclusies 7 of 8, waarbij voorzien is in tenminste twee 15 samenstellen van een geleidersleuf (22,22') en een geleider;

10. Kinderzit volgens een van de conclusies 7-9, waarbij voorzien is in een handgreep (23) voor het daarmee verplaatsen van het rugdeel (4).

11. Kinderzit volgens conclusie 10, waarbij de handgreep (23) tevens voorzien is van een bedieningselement voor een of meer vergrendelingsorganen voor het vergrendelen van het rugdeel (4) ten opzichte van de rugschaal.

12. Kinderzit volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de 25 bevestigingselementen (15,27,28) zijn ingericht om in een hoge stand van het rugdeel (4) relatief ver uit elkaar te staan en in een lage stand van het rugdeel (4) relatief dicht bij elkaar staan voor het verschaffen van een respectievelijk relatief breed en smal beschermingselement.

13. Kinderzit volgens conclusie 12. waarin rugleuning en/of het zitvlak zijn aangebracht tussen framedelen van een zich naar boven toe verwijdend frame (2) en de bevestigingselementen zijn ingericht om bij een hoogteverstelling van het rugdeel (4) de framedelen te volgen.

14. Kinderzit volgens een van de conclusies 7-13, waarbij de rugschaal de geleidersleuf omvat, en waarbij het rugdeel (4) de geleider omvat.

15. Kinderzit volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de bevestigingselementen voor het beschermingselement aan weerszijden van het rugdeel (4) voorzien zijn.

16. Kinderzit (1) voor gebruik op een kinderwagen, in het bijzonder een kinderzit 10 volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende een zitvlak en een rugleuning, waarbij de rugleuning een zich onder een hoek ten opzichte van het zitvlak (3) uitstrekkende rugschaal (5) en een zich in hoofdzaak evenwijdig daaraan uitstrekkend rugdeel (4) omvat, waarbij het rugdeel hoofdzakelijk evenwijdig aan de rugschaal verplaatsbaar is voor het daarmee instellen van de hoogte van de rugleuning, waarbij 15 het rugdeel (4) voorzien is van bevestigingselementen (15,27,28) voor het daarmee zodanig aan het rugdeel (4) van de kinderzit bevestigen van een beschermingselement (10,25) voor het beschermen van een kind in de kinderzit, dat het beschermingselement een verplaatsing van het rugdeel (4) (5) volgt, waarbij de bevestigingselementen eerste bevestigingselementen omvatten ter bevestiging van een eerste deel van het 20 beschermingselement alsmede aan de rugschaal (5) en/of het zitvlak (3) voorziene tweede bevestigingselementen ter bevestiging van een tweede, tegenoverliggend deel van het beschermingselement.

17. Kinderzit volgens een van de voorgaande conclusies, voorzien van een 25 beschermingselement dat in lengte verstelbaar is.

18. Kinderzit volgens conclusie 17, waarbij het beschermingselement ten minste gedeeltelijk flexibel is uitgevoerd.

19. Kinderzit volgens een der voorgaande conclusies, voorzien van een beschermingselement dat aan weerszijden van het rugdeel (4) bevestigd is.

20. Kinderzit volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het beschermingselement een zonnekap (10) omvat ter bescherming van een kind in de kinderzit tegen invallende zonnestraling.

21. Kinderzit volgens conclusie 19, waarbij de bevestigde zonnekap (10) is uitgevoerd om verplaatsbaar te zijn tussen een werkzame stand voor het beperken van de lichtinval het kind en een niet-werkzame stand waarin het licht in essentie ongehinderd in kan vallen op het kind.

22. Kinderzit volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de zonnekap (10) een roteerbaar aan het rugdeel (4) opgehangen balein en een daaraan bevestigd zonnescherm omvat, waarbij tenminste een deel van het zonnescherm aan het rugdeel (4) bevestigd is, en waarbij de balein roteerbaar verplaatsbaar is tussen een ingeklapte en een uitgeklapte positie, voor het afwisselend in werkzame en niet-werkzame 15 toestand brengen van de zonnekap (10).

23. Kinderzit volgens conclusie 22, waarbij de zonnekap (10) tenminste twee baleinen omvat, over welke het zonnescherm bevestigd is, waarbij in een werkzame toestand van de zonnekap (10) een schelpvormige zonnekap (10) gevormd is. 20

24. Kinderzit volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het beschermingselement een regenkap, muskietennet en/of een slaapzak omvat ter bescherming van het kind in de kinderzit tegen respectievelijk regen, insecten en/of koude. 25

25. Kinderzit volgens een der voorgaande conclusies, waarbij voorzien is in verdere verbindingsmiddelen voor het daarmee verbinden van de kinderzit aan de kinderwagen.

26. Kinderwagen omvattende een gestel met wielen, waarbij op het gestel een 30 kinderzit volgens een van de voorgaande conclusies losmaakbaar is aangebracht.

27. Kinderzit volgens een van de voorgaande conclusies, welke is voorzien van middelen voor koppeling van de kinderzit aan een kinderwagen. 2 0 § 2 1 3 J