NL2001573C2 - Stairlift. - Google Patents
Stairlift. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2001573C2 NL2001573C2 NL2001573A NL2001573A NL2001573C2 NL 2001573 C2 NL2001573 C2 NL 2001573C2 NL 2001573 A NL2001573 A NL 2001573A NL 2001573 A NL2001573 A NL 2001573A NL 2001573 C2 NL2001573 C2 NL 2001573C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- rail
- backrest
- stairlift
- frame
- chair
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B66—HOISTING; LIFTING; HAULING
- B66B—ELEVATORS; ESCALATORS OR MOVING WALKWAYS
- B66B9/00—Kinds or types of lifts in, or associated with, buildings or other structures
- B66B9/06—Kinds or types of lifts in, or associated with, buildings or other structures inclined, e.g. serving blast furnaces
- B66B9/08—Kinds or types of lifts in, or associated with, buildings or other structures inclined, e.g. serving blast furnaces associated with stairways, e.g. for transporting disabled persons
- B66B9/0853—Lifting platforms, e.g. constructional features
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B66—HOISTING; LIFTING; HAULING
- B66B—ELEVATORS; ESCALATORS OR MOVING WALKWAYS
- B66B9/00—Kinds or types of lifts in, or associated with, buildings or other structures
- B66B9/06—Kinds or types of lifts in, or associated with, buildings or other structures inclined, e.g. serving blast furnaces
- B66B9/08—Kinds or types of lifts in, or associated with, buildings or other structures inclined, e.g. serving blast furnaces associated with stairways, e.g. for transporting disabled persons
- B66B9/0838—Levelling gears
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Transportation (AREA)
- Automation & Control Theory (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Types And Forms Of Lifts (AREA)
Abstract
Description
TRAPLIFTSTAIRLIFT
De uitvinding heeft betrekking op een traplift, voorzien van een rail die zich onder een hellingshoek schuin omhoog langs 5 een trap uitstrekt, en een langs de rail verplaatsbaar frame waarop een stoel is aangebracht, welk frame is voorzien van geleidingsmiddelen en aandrijfmiddelen die de rail aangrijpen, waarbij de stoel is voorzien van een zitting en een rugleuning.The invention relates to a stair lift, provided with a rail which extends obliquely upwards along a stairway at an angle of inclination, and a frame which is movable along the rail and on which a chair is arranged, which frame is provided with guide means and drive means which engage the rail , wherein the chair is provided with a seat and a backrest.
1010
Een dergelijke traplift is beschreven in EP-A-1449801. De rail van de traplift wordt langs een trap gemonteerd, gewoonlijk in een bestaande woning van mensen die moeite hebben gekregen met traplopen. Een probleem dat daarbij kan 15 optreden is de beperkte ruimte in het trappenhuis, waardoor er een niet voldoende grote doorgang voor het frame met de stoel, en een daarop zittend persoon is. Een van de oorzaken van een belemmerde doorgang kan zijn een plafond dat lokaal, bijvoorbeeld halverwege de trap, te laag is. Hierdoor is de 20 afstand tussen het plafond en de traptreden te klein. Het installeren van de traplift is in een dergelijk geval onmogelijk, of vereist het verwijderen van een deel van het plafond. De uitvinding beoogt hiervoor een efficiënte oplossing te bieden.Such a stair lift is described in EP-A-1449801. The rail of the stairlift is mounted along a staircase, usually in an existing home of people who have had difficulty climbing stairs. A problem that can occur in this context is the limited space in the stairwell, as a result of which there is a sufficiently large passage for the frame with the chair, and a person sitting thereon. One of the reasons for a blocked passage may be a ceiling that is too low locally, for example halfway up the stairs. As a result, the distance between the ceiling and the steps is too small. In such a case, installing the stairlift is impossible or requires the removal of part of the ceiling. The invention has for its object to provide an efficient solution for this.
2525
Voorts bestaat de gebruikersgroep van trapliften voornamelijk uit oudere mensen, die vaak een angst hebben bij het gebruik van een liftstoel, met name langs de steile binnenzijde van een trap. Met name zodra het zitgedeelte 30 dwars op de bewegingsrichting staat en men zodoende het trapgat inkijkt. De uitvinding beoogt derhalve tevens een traplift die een veiliger gevoel bij de gebruiker bewerkstelligd.Furthermore, the user group of stairlifts mainly consists of older people, who often have a fear of using a lift chair, especially along the steep interior of a staircase. In particular as soon as the seating part 30 is transverse to the direction of movement and one therefore looks into the stairwell. It is therefore also an object of the invention to provide a stairlift that provides a safer feeling for the user.
22
Daartoe is de traplift voorzien van middelen die zijn ingericht om het bovenste uiteinde van de rugleuning ten opzichte van het frame vanuit een neutrale stand achterwaarts en/of neerwaarts te bewegen, waarbij de afstand 5 van het bovenste uiteinde van de rugleuning tot de achterzijde van de zitting in hoofdzaak gelijk blijft, zodanig dat de afstand tussen het bovenste uiteinde van de rugleuning en het hellende vlak van de trap kleiner wordt. Het hellende vlak van de trap is daarbij gedefinieerd als 10 het vlak dat zich uitstrekt door de bovenste uiteinden van de traptreden.To that end, the stairlift is provided with means adapted to move the upper end of the backrest backwards and / or downwards relative to the frame, the distance from the upper end of the backrest to the rear of the backrest seat remains substantially the same, such that the distance between the upper end of the backrest and the inclined surface of the stairs becomes smaller. The inclined surface of the stair is herein defined as the surface extending through the upper ends of the stair steps.
In een eerste uitvoeringsvorm zijn de middelen ingericht om de rugleuning ten opzichte van de zitting achterover te 15 scharnieren.In a first embodiment, the means are adapted to pivot the backrest backwards relative to the seat.
In een volgende uitvoeringsvorm zijn de middelen ingericht om de stoel, dat wil zeggen inclusief de zitting, achterover te laten kantelen.In a further embodiment, the means are adapted to tilt the chair, i.e., including the seat, backwards.
2020
In een voorkeursuitvoering zijn de middelen voorts ingericht om de zitting ten opzichte van het frame naar voren te verschuiven, wat met name bij een stoel die met de rugleuning naar een muur is gekeerd meer ruimte oplevert om 25 de rugleuning achterover te scharnieren.In a preferred embodiment, the means are further adapted to move the seat forward relative to the frame, which, in particular with a chair facing the wall, provides more room for pivoting the backrest backwards.
De middelen zijn in een verdere voorkeursuitvoering ingericht om de stoel, alvorens het bovenste uiteinde van de rugleuning ten opzichte van het frame vanuit de neutrale 30 stand te bewegen, van een oriëntatie waarin de rugleuning zich parallel aan de rail uitstrekt te roteren naar een oriëntatie waarin de rugleuning zich dwars op de rail uitstrekt, met de achterzijde van de rugleuning naar het hellende vlak van de trap toe gekeerd. In een andere 3 voorkeursuitvoering is de stoel in de uitgangspositie reeds georiënteerd met de achterzijde van de rugleuning naar het hellende vlak van de trap toe gekeerd.In a further preferred embodiment, the means are adapted to, before moving the upper end of the backrest from the neutral position relative to the frame, from an orientation in which the backrest extends parallel to the rail to an orientation in which the backrest extends transversely to the rail, with the rear of the backrest facing the inclined plane of the stairs. In another preferred embodiment, the chair is already oriented in the starting position with the rear of the backrest facing the inclined surface of the stairs.
5 In nog een volgende uitvoeringsvorm zijn de middelen ingericht om de stoel, die in dat geval met de rugleuning richting de trap is gekeerd, ten opzichte van het frame naar achteren in de richting van het hellende vlak van de trap te verschuiven.In yet another embodiment, the means are adapted to shift the chair, which in that case is turned with the backrest in the direction of the stairs, backwards relative to the frame in the direction of the inclined surface of the stairs.
1010
In nog een volgende uitvoeringsvorm zijn de middelen ingericht om de stoel ten opzichte van het frame naar beneden te verschuiven. Daarbij hoeft, bijvoorbeeld indien daarvoor geen ruimte is, een aan het frame bevestigde 15 voetensteun niet naar beneden te worden verschoven, wat het effect heeft dat de knieën van de gebruiker tijdelijk ten opzichte van de zitting omhoog bewegen.In yet a further embodiment, the means are adapted to move the chair downwards relative to the frame. In this case, for example if there is no space for this, a footrest attached to the frame need not be moved downwards, which has the effect that the knees of the user temporarily move upwards relative to the seat.
De middelen zijn in een uitvoeringsvariant ingericht om de 20 genoemde bewegingen aan het begin en/of het eind van de rail uit te voeren. In een andere uitvoeringsvariant is de traplift voorts voorzien van een geheugen waarin de posities langs de rail zijn opgeslagen waar de middelen tijdens de beweging langs de rail het bovenste uiteinde van de 25 rugleuning, en de eventuele overige stoeldelen, moeten bewegen. De traplift kan voorts zijn voorzien van sensoren om de posities langs de rail te bepalen waar de middelen tijdens de beweging langs de rail het bovenste uiteinde van de rugleuning, en de eventuele overige stoeldelen, moeten 30 bewegen. Deze sensoren kunnen elektronische sensoren of mechanische sensoren (schakelaars) omvatten. In nog een andere uitvoeringsvariant wordt de beweging van de rugleuning gestart zodra de traplift door de gebruiker in beweging wordt gesteld.The means are arranged in an embodiment variant to perform the said movements at the beginning and / or the end of the rail. In another embodiment variant, the stairlift is furthermore provided with a memory in which the positions along the rail are stored where, during the movement along the rail, the means must move the upper end of the backrest and any other chair parts. The stairlift can further be provided with sensors to determine the positions along the rail where, during the movement along the rail, the means must move the upper end of the backrest and any other seat parts. These sensors can include electronic sensors or mechanical sensors (switches). In yet another embodiment, the movement of the backrest is started as soon as the stairlift is set in motion by the user.
44
Bij voorkeur zijn de middelen voorts ingericht om de zitting bij veranderingen van de hellingshoek van de rail ten opzichte van het horizontale vlak in een vaste oriëntatie te 5 houden. Door gebruik te maken van gecombineerde middelen voor het "rechthouden" stoel bij een verandering van hellingshoek van de trap, en voor het kantelen of verschuiven van de rugleuning of de stoel, is de traplift zeer kostenefficiënt.Preferably, the means are further adapted to keep the seat in a fixed orientation in the event of changes in the angle of inclination of the rail relative to the horizontal plane. By using combined means for "keeping the chair straight" with a change in angle of inclination of the stairs, and for tilting or shifting the backrest or the chair, the stairlift is very cost-efficient.
1010
De uitvinding heeft voorts betrekking op een frame waarop een stoel is aangebracht, welk frame is voorzien van geleidingsmiddelen en aandrijfmiddelen die zijn ingericht om een zich onder een hellingshoek uitstrekkende rail aan te 15 grijpen en het frame langs de rail te verplaatsen, waarbij de stoel is voorzien van een zitting en een rugleuning, met waarbij de traplift is voorzien van middelen die zijn ingericht om het bovenste uiteinde van de rugleuning ten opzichte van het frame vanuit een neutrale stand 20 achterwaarts en/of neerwaarts te bewegen, waarbij de afstand van het bovenste uiteinde van de rugleuning tot de achterzijde van de zitting in hoofdzaak gelijk blijft.The invention furthermore relates to a frame on which a chair is arranged, which frame is provided with guide means and drive means which are adapted to engage a rail extending at an angle of inclination and to move the frame along the rail, the chair being provided with a seat and a backrest, with the stairlift being provided with means adapted to move the upper end of the backrest backwards and / or downwards relative to the frame, the distance from the upper end of the backrest until the rear of the seat remains substantially the same.
De uitvinding wordt nu toegelicht aan de hand van een 25 tweetal voorbeelden, waarbij wordt verwezen naar de bijgevoegde tekening, waarin overeenkomstige onderdelen aangeduid zijn met gelijke verwijzingscijfers, en waarin:The invention is now elucidated on the basis of two examples, wherein reference is made to the appended drawing, in which corresponding parts are designated with the same reference numerals, and in which:
Fig. 1 een perspectivisch vooraanzicht toont van een 30 trapliftinstallatie;FIG. 1 shows a perspective front view of a stairlift installation;
Fig. 2 een gedeeltelijk weggebroken perspectivisch achteraanzicht toont van een deel van de trapliftinstallatie van fig. 1/ 5FIG. 2 shows a partly broken away rear perspective view of a part of the stairlift installation of fig. 1/5
Fig. 3 een zijaanzicht is volgens de pijl III in fig. 2;FIG. 3 is a side view according to the arrow III in FIG. 2;
Fig. 4 een gedeeltelijk weggebroken perspectivisch 5 achteraanzicht is van de trapliftinstallatie van fig. 1 in een bocht van de rail;FIG. 4 is a partially broken away rear perspective view of the stairlift installation of FIG. 1 in a bend of the rail;
Fig. 5 een perspectivisch vooraanzicht toont van de trapliftinrichting volgens fig. 1 tot 4 met een aantal 10 sensoren voor het bepalen van de stand van de lastdrager;FIG. Figure 5 shows a front perspective view of the stairlift device according to Figures 1 to 4 with a number of sensors for determining the position of the load carrier;
Fig. 6 een blokschema is van een systeem voor het handhaven van de stand van de lastdrager; 15 Fig. 7 een perspectivisch vooraanzicht toont van een trapliftinstallatie;FIG. 6 is a block diagram of a system for maintaining the position of the load carrier; FIG. 7 shows a perspective front view of a stairlift installation;
Fig. 8 - 13 in respectievelijke vooraanzichten en perspectivische aanzichten tonen het roteer- en kantelmechanisme van de stoel van fig. 7; 20FIG. 8-13 in respective front views and perspective views show the rotation and tilt mechanism of the chair of FIG. 7; 20
Fig. 14 een perspectivisch aanzicht toont van een trapliftinstallatie;FIG. 14 shows a perspective view of a stairlift installation;
Fig. 15 een perspectivisch aanzicht toont van een deel van 25 de trapliftinstallatie van fig. 14; enFIG. 15 shows a perspective view of a part of the stairlift installation of FIG. 14; and
Fig. 16 en 17 doorsnedes tonen van een deel van de trapliftinstallatie van fig. 14.FIG. 16 and 17 show cross-sections of a part of the stairlift installation of Fig. 14.
30 Een installatie 1 voor het van een eerste naar een tweede niveau transporteren van een last (fig. 1), in het getoonde voorbeeld een trapliftinstallatie, omvat een langs een trap 2 geplaatste rail 3, die een hoek α met de horizontaal H insluit, en een langs de rail 3 beweegbare inrichting 4 voor 6 het transporteren van de last tussen de verschillende niveaus, hier dus een traplift. De rail 3, welke in het getoonde voorbeeld een ronde doorsnede heeft, wordt gedragen door een aantal verdeeld langs de trap 2 aangebrachte 5 staanders 5, die bevestigd zijn aan een uitstekend deel 6, dat zich langs de rail 3 uitstrekt (fig. 2). De functie van dit uitstekende deel 6 wordt verderop toegelicht. De rail 3 is verder voorzien van een voortbewegingsdeel 7, hier in de vorm van een tandstang 8, die een ronde doorsnede vertoont.An installation 1 for transporting a load from a first to a second level (Fig. 1), in the example shown a stairlift installation, comprises a rail 3 placed along a staircase 2, which encloses an angle α with the horizontal H, and a device 4 for 6 movable along the rail 3 for transporting the load between the different levels, in this case a stair lift. The rail 3, which in the example shown has a round cross-section, is supported by a number of uprights 5 arranged along the stairs 2, which uprights are attached to a protruding part 6 which extends along the rail 3 (Fig. 2) . The function of this protruding part 6 is explained below. The rail 3 is further provided with a propelling part 7, here in the form of a toothed rod 8, which has a round cross-section.
1010
De traplift 4 omvat een langs de rail 3 verplaatsbaar frame 9 waaraan een lastdrager 10 bevestigd is, hier in de vorm van een stoel met een zitting 11, rugleuning 12, armleuningen 13 en een voetensteun 14. De stoel 10 is 15 zwenkbaar om een horizontale as 45 (fig. 3) verbonden met het frame 9, en in het frame 9 is een hierna verder toe te lichten handhavingsmechanisme 70 aangebracht, onder andere bestaande uit een met de as 45 verbonden stelmotor 71, zodat de stand van de stoel 10 altijd constant gehouden kan 20 worden, ongeacht de helling van de rail 3.The stairlift 4 comprises a frame 9 movable along the rail 3, to which a load carrier 10 is attached, here in the form of a chair with a seat 11, backrest 12, armrests 13 and a footrest 14. The chair 10 is pivotable about a horizontal shaft 45 (fig. 3) is connected to the frame 9, and in the frame 9 an enforcement mechanism 70 to be further explained below is arranged, inter alia consisting of an adjusting motor 71 connected to the shaft 45, so that the position of the chair 10 is always can be kept constant regardless of the slope of the rail 3.
Het frame 9 van de traplift 4 is verder voorzien van steunen geleidingsmiddelen 15 die om een deel van de omtrek van de rail 3 grijpen. Het frame 9 is daartoe in hoofdzaak L-25 vormig uitgevoerd, met een staande rug 38 en twee onder de rail 3 grijpende voeten 26. De steun- en geleidingsmiddelen 15 zijn ingericht voor het opnemen van dwars op de verplaatsingsrichting van de traplift 4 gerichte momenten. Daartoe omvatten de steun- en geleidingsmiddelen 15 een 30 aantal in de verplaatsingsrichting met tussenruimte aangebrachte geleidingsrollen 17, die op de rail 3 aangrijpen. In het getoonde voorbeeld zijn er zelfs meerdere paren geleidingsrollen 17, die bovendien in omtreksrichting van de rail 3 verdeeld zijn aangebracht. Door gebruik te 7 maken van een groot aantal geleidingsrollen 17, kunnen deze elk relatief klein worden uitgevoerd, waardoor een compacte constructie wordt bereikt. Bovendien worden zo de belastingen van de traplift 4 gelijkmatig over de rail 3 5 verdeeld, en wordt de weerstand geminimaliseerd. De geleidingsrollen 17 zijn elk roteerbaar om een as 18, en telkens per paar opgenomen in een uitsparing in een rollendrager 20. De buitenste uitsparingen zijn afgedekt met een sluitplaat 19.The frame 9 of the stairlift 4 is further provided with support guide means 15 which engage around a part of the circumference of the rail 3. To that end, the frame 9 is of substantially L-25 design, with a standing ridge 38 and two feet 26 engaging under the rail 3. The support and guide means 15 are adapted to receive moments directed transversely to the direction of movement of the stairlift 4 . To this end, the support and guide means 15 comprise a number of guide rollers 17 arranged in the direction of movement with a gap, which rollers engage on the rail 3. In the example shown there are even several pairs of guide rollers 17, which moreover are arranged distributed in the circumferential direction of the rail 3. By making use of a large number of guide rollers 17, these can each be of relatively small design, so that a compact construction is achieved. Moreover, in this way the loads from the stairlift 4 are evenly distributed over the rail 3, and the resistance is minimized. The guide rollers 17 are each rotatable about an axis 18, and each pair are received in a recess in a roller carrier 20. The outer recesses are covered with a closing plate 19.
1010
De rollendrager 20 heeft in het getoonde voorbeeld de gedaante van een naar een zijde open ringsegment met een bol buitenoppervlak 21. De open zijde dient om het ringsegment om het uitstekende deel 6 van de rail 3 te laten grijpen. In 15 het getoonde voorbeeld zijn er twee rollendragers 20 aanwezig, in elk waarvan drie rollenparen 17 met een tussenruimte van 120° in omtreksrichting zijn aangebracht. Elke rollendrager 20 is op twee diametraal tegenover elkaar gelegen punten gelagerd in met het frame 9 verbonden 20 komvormige schotels 24, zodanig dat dit in beginsel alzijdig beweegbaar is. De schotels 24 zijn met een aantal schroeven 25 aan de onder de rail 3 stekende voet 26, resp. een over de rail 3 grijpend deel 27 van het frame 9 bevestigd. Een denkbeeldige lijn die de rollendragers 20 verbindt sluit een 25 kleine hoek β in met de verticaal V.In the example shown the roller carrier 20 has the shape of a ring segment open to one side with a convex outer surface 21. The open side serves to cause the ring segment to grip around the projecting part 6 of the rail 3. In the example shown, two roller carriers 20 are present, in each of which three roller pairs 17 are arranged with a gap of 120 ° in the circumferential direction. Each roller carrier 20 is mounted at two diametrically opposed points in cup-shaped trays 24 connected to the frame 9, such that in principle it is movable on all sides. The trays 24 are attached to the base 26 projecting under the rail 3 with a number of screws 25, respectively. a part 27 of frame 9 which grips over rail 3 and is secured. An imaginary line connecting the roller carriers 20 encloses a small angle β with the vertical V.
Teneinde de beweegbaarheid van de rollendrager 20 te beperken tot twee onderling loodrechte richtingen dwars op de verplaatsingsrichting van de traplift, dus een 30 kantelbeweging dwars op de rail 3, zijn in het buitenoppervlak 21 daarvan twee nagenoeg in de verplaatsingsrichting verlopende groeven 22 gevormd, waarin telkens een pen 23 grijpt. Deze pen 23 steekt in het midden uit de komvormige schotel 24. Door het verschuiven van de 8 pennen 23 in de groeven 22 wordt dus een draaibeweging van de rollendrager 20 om een nagenoeg horizontale as toegelaten, terwijl ook een verdraaiing van de rollendrager 20 om de pennen 23 mogelijk is. De pennen 23 verhinderen 5 daarentegen een kantelbeweging om de langsas van de rail 3. Op deze wijze kunnen bochten in de trap 2 en daarmee dus in de rail 3, die in het algemeen verdraaiingen in zowel het horizontale als het verticale vlak met zich meebrengen (fig. 4) uitstekend gevolgd worden.In order to limit the movability of the roller carrier 20 to two mutually perpendicular directions transverse to the direction of movement of the stairlift, i.e. a tilting movement transversely of the rail 3, two grooves 22 extending substantially in the direction of movement are formed in the outer surface 21 thereof, a pin 23 grips. This pin 23 protrudes centrally from the cup-shaped dish 24. By displacing the 8 pins 23 in the grooves 22, a rotational movement of the roller carrier 20 about a substantially horizontal axis is thus permitted, while also a rotation of the roller carrier 20 around the pins 23 is possible. The pins 23, on the other hand, prevent a tilting movement about the longitudinal axis of the rail 3. In this way bends can be made in the step 2 and thus in the rail 3, which generally entail rotations in both the horizontal and the vertical plane ( Fig. 4) can be followed perfectly.
1010
De traplift 4 is ook voorzien van aandrijfmiddelen 16 die samenwerken met het voortbewegingsdeel 8 van de rail 3. Deze aandrijfmiddelen 16 zijn opgenomen in een hier omgekeerd L-vormig uitgevoerd subframe 28, dat tussen de voeten 26 van 15 het frame 9 is gevormd. In het subframe 28 is een rol 29 roteerbaar om een as 30 gelagerd, waardoor het subframe 28 op de rail 3 steunt. De aandrijfmiddelen 16 omvatten een motor 31 met een uitgaande as 32 waarop een roteerbaar aandrijforgaan 33 is aangebracht, dat aangrijpt op het 20 voortbewegingsdeel 8 van de rail 3. Voor het voeden van de motor 31 zijn in het getoonde voorbeeld bovenin het subframe 28 twee accu's 34 opgenomen.The stairlift 4 is also provided with drive means 16 which co-operate with the advancing part 8 of the rail 3. These drive means 16 are accommodated in an L-shaped subframe 28, which is inverted here and is formed between the feet 26 of the frame 9. A roller 29 is rotatably mounted about a shaft 30 in the subframe 28, so that the subframe 28 rests on the rail 3. The drive means 16 comprise a motor 31 with an output shaft 32 on which a rotatable drive member 33 is arranged, which engages the advancing part 8 of the rail 3. For supplying the motor 31, in the shown example, two batteries are at the top of the subframe 28 34 included.
In het getoonde voorbeeld is zoals gezegd het 25 voortbewegingsdeel 8 een tandstang, en is dus het aandrijforgaan 33 uitgevoerd als een tandwiel. Daar de tandstang 8 aan de van het frame 9 afgekeerde zijde van de rail 3 aangebracht is, strekt een uitgaande as 32, die door de motor 31 aangedreven wordt, zich dwars op de 30 verplaatsingsrichting uit onder de rail 3.In the example shown, as stated, the propelling part 8 is a toothed rod, and thus the drive member 33 is designed as a gear. Since the toothed rod 8 is arranged on the side of the rail 3 remote from the frame 9, an output shaft 32, which is driven by the motor 31, extends below the rail 3 transversely of the direction of movement.
De uitgaande as 32 strekt zich in het getoonde voorbeeld zelfs uit voorbij de tandstang 8 en het tandwiel 33, tot het uitstekend deel 6 van de rail 3. Op het uitstekende deel van 9 de as 32 is een steunwiel 35 gelagerd, dat aangrijpt op het uitstekende deel of de strip 6 van de rail 3. Hierdoor kan een om de rail 3 gericht moment, dat het gevolg is van het gewicht van de lastdrager 10 en de daardoor gedragen last, 5 worden opgenomen door de aandrijfmiddelen 16.In the example shown, the output shaft 32 extends even beyond the toothed rod 8 and the gear wheel 33, to the projecting part 6 of the rail 3. A supporting wheel 35 is supported on the projecting part of the shaft 32, which engages on the projecting part or strip 6 of the rail 3. As a result, a moment directed around the rail 3, which is the result of the weight of the load carrier 10 and the load carried thereby, can be absorbed by the drive means 16.
Teneinde een optimale ingrijping van het tandwiel 33 in de tandstang 8 te waarborgen, is tegenover het steunwiel 35 nog een sluitrol 36 roteerbaar gelagerd op een as 37. Het 10 omgekeerd L-vormige subframe 28 met de daarin gelagerde sluitrol 36 en de uitstekende as 32 met het steunwiel 35 vormen zo een de rail 3 nagenoeg volledig omsluitend geheel.In order to ensure optimum engagement of the gear wheel 33 in the toothed rod 8, a closing roller 36 is rotatably mounted on a shaft 37 opposite the support wheel 35. The inverted L-shaped subframe 28 with the closing roller 36 mounted therein and the projecting shaft 32 with the support wheel 35, such a whole completely enclosing the rail 3.
Omdat de steun- en geleidingsmiddelen 15 en de 15 aandrijfmiddelen 16 in de verplaatsingsrichting van de traplift 4 beschouwd versprongen zijn, en omdat het voortbewegingsdeel 8 niet samenvalt met de rail 3, zullen de geleidingsrollen 17 en het tandwiel 33 niet dezelfde verplaatsing vertonen wanneer de rail 3 een bocht maakt.Because the supporting and guiding means 15 and the driving means 16 are staggered in the direction of movement of the stairlift 4, and because the moving part 8 does not coincide with the rail 3, the guide rollers 17 and the gear wheel 33 will not exhibit the same displacement when the rail 3 makes a turn.
20 Hierdoor zou het risico bestaan dat het tandwiel 30 buiten aangrijping zou raken met het voortbewegingsdeel 8 van de rail 3, waardoor de traplift 4 zou kunnen stilvallen of althans schokkerig zou kunnen bewegen. Ook zouden dergelijke verschillen storend zijn voor de elektronische besturing van 25 het standhandhavingsmechanisme 70. Derhalve voorziet de uitvinding erin, dat de aandrijfmiddelen 16 ten opzichte van de steun- en geleidingsmiddelen 15 beweegbaar in het frame 9 zijn opgenomen.As a result, there would be a risk that the gearwheel 30 would become out of engagement with the advancing part 8 of the rail 3, as a result of which the stairlift 4 could stop or at least move jerky. Such differences would also be disturbing for the electronic control of the position-maintaining mechanism 70. The invention therefore provides that the drive means 16 are accommodated in the frame 9 so as to be movable relative to the support and guide means 15.
30 In het getoonde voorbeeld is het subframe 28 met daarin de aandrijfmiddelen 16 in hoofdzaak dwars op de verplaatsingsrichting van de traplift 4 beweegbaar ten opzichte van het frame 9, waardoor verschillen in afstand tot de hartlijn van de rail 3 in binnen- en buitenbochten 10 kunnen worden gecompenseerd. Het subframe 28 is daartoe met de rug 38 van het frame 9 verbonden onder tussenkomst van een orgaan 39, dat aan weerszijden een scharnieras 40, resp. 41 bepaalt. De scharnierassen 40, 41 zijn daarbij in 5 hoofdzaak in de verplaatsingsrichting van de traplift 4 gericht. Door gebruik te maken van twee evenwijdige scharnierassen 40, 41 wordt bereikt dat het subframe 28 in twee onderling loodrechte richtingen, dwars op de rail 3 beweegbaar is.In the example shown, the subframe 28 with the drive means 16 therein is movable substantially transversely of the direction of movement of the stairlift 4 with respect to the frame 9, as a result of which differences in distance to the axis of the rail 3 in inner and outer bends 10 be compensated. To this end, the subframe 28 is connected to the ridge 38 of the frame 9 through an element 39, which has a pivot axis 40, resp. 41. The pivot shafts 40, 41 are then substantially directed in the direction of movement of the stairlift 4. By making use of two parallel pivot axes 40, 41, it is achieved that the subframe 28 is movable in two mutually perpendicular directions, transversely of the rail 3.
1010
Teneinde de aandrijfkrachten die worden opgewekt door de ingrijping van het tandwiel 30 in de tandstang 8 te kunnen doorleiden naar het frame 9 van de traplift 4, zijn in het getoonde voorbeeld tussen het subframe 28 van de 15 aandrijfmiddelen 16 en het frame 9 krachtdoorleidingsmiddelen 42 aangebracht. Deze krachtdoorleidingsmiddelen 42 dienen beweegbaar te zijn, om de bewegingen tussen het subframe 28 en het frame 9 te kunnen volgen. Bij de getoonde uitvoering omvatten de 20 krachtdoorleidingsmiddelen 42 daartoe telkens twee samenwerkende drukorganen of glijlagers 43, 44, een op het subframe 28 en een op het frame 9, die dwars op de verplaatsingsrichting van de traplift 4 vrij beweegbaar zijn. Deze drukorganen 43, 44 schuiven bij een onderlinge 25 beweging van het frame 9 en het subframe 28 langs elkaar, ongeveer op de wijze van stootblokken op met elkaar gekoppelde spoorwegwagons. Zo kunnen de aandrijfkrachten ten allen tijde worden doorgegeven van de rail 3 naar de traplift 4, ongeacht de onderlinge stand van het subframe 28 30 en het frame 9.In order to enable the driving forces generated by the engagement of the gear wheel 30 in the toothed rod 8 to be passed on to the frame 9 of the stairlift 4, force-passing means 42 are provided between the subframe 28 of the driving means 16 and the frame 9 in the shown embodiment. . These force transmission means 42 must be movable in order to be able to follow the movements between the subframe 28 and the frame 9. In the embodiment shown, the force-passing means 42 for this purpose in each case comprise two cooperating thrust members or slide bearings 43, 44, one on the subframe 28 and one on the frame 9, which are freely movable transversely to the direction of movement of the stairlift 4. These pressure members 43, 44 slide along the mutual movement of the frame 9 and the subframe 28, approximately in the manner of bumpers on interconnected railway wagons. The driving forces can thus be transmitted at any time from the rail 3 to the stairlift 4, irrespective of the mutual position of the subframe 28 and the frame 9.
Zoals hiervoor aangegeven omvat de traplift 4 een standhandhavingsmechanisme 70, dat bestaat uit een stelmotor 71, die aandrijvend verbonden is met de zwenkas 45 van de 11 stoel 10. De opbouw en werking van dit mechanisme 70 wordt toegelicht aan de hand van de eerste uitvoeringsvorm van de traplift 4, onder verwijzing naar fig. 5 en 6. De werking van de stelmotor 71 wordt geregeld door een elektronisch 5 besturingssysteem 72, dat signalen ontvangt van een aantal, in het getoonde voorbeeld zes, bewegingssensoren 73L, 73R, 74L, 74R, 75L, 75R. Daarnaast ontvangt het besturingssysteem 72 nog een signaal 76 van sensor die de stand van de stoel 10 waarneemt wanneer de traplift 4 in rust is, dus aan het 10 begin of eind van de rail 3.As indicated above, the stairlift 4 comprises a position-maintaining mechanism 70, which consists of an adjusting motor 71, which is drivingly connected to the pivot axis 45 of the 11 seat 10. The construction and operation of this mechanism 70 is explained with reference to the first embodiment of the stairlift 4, with reference to Figs. 5 and 6. The operation of the adjusting motor 71 is controlled by an electronic control system 72, which receives signals from a number of, in the shown example, six, motion sensors 73L, 73R, 74L, 74R, 75L, 75R. In addition, the control system 72 receives a signal 76 from sensor which detects the position of the chair 10 when the stairlift 4 is at rest, i.e. at the beginning or end of the rail 3.
Verder kan het besturingssysteem 72 eventueel een aantal secundaire signalen ontvangen, zoals een signaal van een met de stoel 10 verbonden acceleratie-sensor of elektronische 15 waterpas 77, en een signaal 78 van sensoren die een grote weerstand, een aanwijzing dat er iets of iemand de loop van de traplift 4 belemmert, waarnemen. Tenslotte wordt nog een signaal 79 dat de snelheid van de stelmotor 71 weergeeft teruggekoppeld naar het besturingssysteem. Al deze signalen 20 worden in het besturingssysteem 72 verwerkt, en op basis daarvan wordt een stuursignaal 80 afgegeven aan de stelmotor 71. De rotatie van deze stelmotor 81 wordt op de as 45 overgebracht door een overbrenging 79, die bij voorkeur zelfremmend is, zoals bijvoorbeeld een wormwiel-25 overbrenging.Furthermore, the control system 72 may optionally receive a number of secondary signals, such as a signal from an acceleration sensor or electronic level 77 connected to the seat 10, and a signal 78 from sensors that have a high resistance, an indication that something or someone is obstruct the course of the stairlift 4. Finally, a signal 79 representing the speed of the adjusting motor 71 is fed back to the control system. All these signals 20 are processed in the control system 72, and on the basis thereof a control signal 80 is supplied to the adjusting motor 71. The rotation of this adjusting motor 81 is transmitted to the shaft 45 by a transmission 79, which is preferably self-braking, such as e.g. a worm gear transmission.
De bewegingssensoren 73, 74, 75 zijn in het getoonde voorbeeld uitgevoerd als contactloos werkende sensoren. Daarbij kan gedacht worden aan optische sensoren, zoals CCD-30 elementen, of elektronische sensoren, zoals inductieve elementen. In beide gevallen werken de sensoren 73, 74, 75 samen met daar tegenover aangebrachte doelorganen 81, 82, 83. In het geval van optische sensoren zijn de doelorganen optisch waarneembaar, bijvoorbeeld in de vorm van een 12 patroon van merktekens, terwijl bij inductieve sensoren gebruik gemaakt kan worden van doelorganen in de vorm van metalen plaatjes. In het getoonde voorbeeld zijn de sensoren 73, 74 bevestigd aan het frame 9, terwijl de bijbehorende 5 doelorganen 81, 82 zijn aangebracht op het buitenoppervlak van de rollendrager 20. De sensor 75 is hier eveneens bevestigd aan het frame 9, terwijl zijn bijbehorende doelorgaan 83 op het subframe 28 is aangebracht.In the example shown, the motion sensors 73, 74, 75 are designed as non-contact sensors. Optical sensors, such as CCD elements, or electronic sensors, such as inductive elements, can be considered. In both cases, the sensors 73, 74, 75 cooperate with target members 81, 82, 83 arranged opposite them. In the case of optical sensors, the target members are optically perceptible, for example in the form of a 12 pattern of markings, while with inductive sensors use can be made of target organs in the form of metal plates. In the example shown, the sensors 73, 74 are attached to the frame 9, while the associated target members 81, 82 are mounted on the outer surface of the roller carrier 20. Here, the sensor 75 is also attached to the frame 9, while its associated target member 83 is mounted on the subframe 28.
10 Teneinde de regelinspanning te beperken, wordt de stand van de stoel 10 voorafgaand aan het transport, dus aan het bovenste of onderste uiteinde van de rail 3 op de juiste wijze ingesteld op basis van het ruststand-signaal 76.In order to limit the control effort, the position of the seat 10 prior to transport, i.e. at the upper or lower end of the rail 3, is correctly adjusted on the basis of the rest position signal 76.
Daarna wordt deze stand uitsluitend aangepast, wanneer de 15 traplift 4 een bocht in de rail 3 bereikt. Alleen daar zal immers de stand van de traplift 4 veranderen. Het bereiken van een bocht wordt waargenomen door de bewegingssensoren 73, 74, 75 aan weerszijden van de traplift 4. Daarbij zijn de sensoren 73, 74 ingericht voor het waarnemen van 20 bewegingen van de steun- en geleidingsmiddelen 15, meer in het bijzonder de rollendragers 20, ten opzichte van het frame 9, respectievelijk in de richting van de rail 3 en dwars daarop. De sensor 75 is ingericht voor het waarnemen van bewegingen van de aandrijfmiddelen 16, hier dus het 25 subframe 28, ten opzichte van de steun- en geleidingsmiddelen 15, hier dus de rollendragers 20. Door de bewegingen in de constructie van de traplift 4 zelf te gebruiken voor het bepalen van het verloop van de rail 3, hoeft geen gebruik gemaakt te worden van afzonderlijke 30 sensoren die langs de rail 3 geleid worden, zoals bijvoorbeeld beschreven in aanvraagsters oudere octrooiaanvrage EP 1 119 513. Hierdoor wordt de opbouw van het standhandhavingsmechanisme 70 aanzienlijk vereenvoudigd.Thereafter this position is only adjusted when the stairlift 4 reaches a bend in the rail 3. Only there will the position of the stairlift 4 change. The reaching of a bend is observed by the movement sensors 73, 74, 75 on either side of the stairlift 4. The sensors 73, 74 are adapted to detect movements of the support and guide means 15, more particularly the roller carriers. 20, relative to the frame 9, respectively in the direction of the rail 3 and transversely thereto. The sensor 75 is adapted to detect movements of the drive means 16, in this case the subframe 28, relative to the support and guide means 15, in this case therefore the roller carriers 20. By controlling the movements in the construction of the stairlift 4 itself For determining the course of the rail 3, it is not necessary to make use of separate sensors which are guided along the rail 3, as described, for example, in the applicant's older patent application EP 1 119 513. As a result, the structure of the position maintaining mechanism 70 considerably simplified.
1313
Volgens de figuren 7 - 17 is de traplift 1 uitgebreid met een mechanisme om de zitting 11 en/of de rugleuning 12 te verschuiven, te kantelen en/of te roteren ten opzichte van het frame 9, teneinde de traplift 4 met daarop de gebruiker 5 bijvoorbeeld tussen een laag plafond en de trap 2 door te transporteren.According to Figs. 7-17, the stairlift 1 has been extended with a mechanism for shifting, tilting and / or rotating the seat 11 and / or the backrest 12 with respect to the frame 9, so that the stairlift 4 with the user 5 thereon for example, between a low ceiling and the staircase 2.
Figuur 7 toont een situatie waarin de stoel 10, in een oriëntatie waarbij de rugleuning 12 naar de trap 2 is 10 gekeerd, met de drager 91, de zitting 11, de rugleuning 12, de armleuningen 13 en de voetensteun 14 in zijn geheel achterover is gekanteld. Hierdoor is de afstand tussen de bovenzijde van de rugleuning 12 en de trap 2 kleiner geworden ten opzichte van de situatie waarin de stoel 10 15 rechtop wordt gehouden. Ook de bovenzijde van het hoofd van de gebruiker die op de stoel zit wordt daardoor dichter bij de trap 2 gebracht, waardoor de afstand tussen het plafond en de trap 2 kleiner kan zijn.Figure 7 shows a situation in which the chair 10, in an orientation where the backrest 12 faces the staircase 2, with the carrier 91, the seat 11, the backrest 12, the armrests 13 and the footrest 14 is completely reclined tilted. As a result, the distance between the top of the backrest 12 and the staircase 2 has become smaller compared to the situation in which the chair 10 is held upright. The top of the head of the user sitting on the chair is thereby also brought closer to the staircase 2, so that the distance between the ceiling and the staircase 2 can be smaller.
20 Figuren 8-13 tonen het frame 9 met een standhandhavingsmechanisme 70 zoals hievoor beschreven, waaraan een rotatie- en translatieinrichting is toegevoegd waarmee de stoel 10 ten opzichte van het frame om een in hoofdzaak verticale as kan worden geroteerd van een positie 25 waarin de rugleuning 12 naar de muur is gekeerd waartegen de rail 3 is gemonteerd, zoals getoond in figuur 1, naar een positie waarin de rugleuning 12 naar de trap 2 is gekeerd.Figures 8-13 show the frame 9 with a position-maintaining mechanism 70 as described above, to which a rotation and translation device is added with which the seat 10 can be rotated relative to the frame about a substantially vertical axis from a position in which the backrest 12 faces the wall against which the rail 3 is mounted, as shown in Figure 1, to a position in which the backrest 12 faces the stairs 2.
Vervolgens kan de stoel 10 door de stelmotor 71 om de horizontale as 45 achterover worden gekanteld zoals getoond 30 in figuur 7. Daartoe is het standhandhavingsmechanisme 70 ingericht om door stuursignalen de stelmotor 71 de as 45 over een over een gewenste hoek te laten verdraaien. Ook kan de stoel 10 ten opzichte van het frame naar beneden en naar boven worden geschoven.Subsequently, the seat 10 can be tilted backwards by the adjusting motor 71 about the horizontal axis 45 as shown in Fig. 7. To that end, the position-maintaining mechanism 70 is adapted to cause the adjusting motor 71 to rotate the axis 45 through a desired angle through control signals. The chair 10 can also be pushed down and up with respect to the frame.
1414
Het roteren, het kantelen en het in verticale richting verschuiven kan plaatsvinden aan beide uiteinden van de rail 3, dat wil zeggen vanuit de neutrale positie naar de 5 gekantelde en/of verschoven positie voordat de traplift 1 zich aan het begin in beweging zet, en terug vanuit de gekantelde en/of verschoven positie naar de neutrale positie nadat de de traplift 1 aan het einde tot stilstand is gekomen. In een alternatieve uitvoeringsvorm kan het 10 roteren, kantelen en of verschuiven tijdens de beweging langs de rail 3 plaatsvinden. De locaties langs de rail 3 waar het roteren, kantelen en/of verschuiven moet plaatsvinden, en/of de respectieve hoeken waarover de stoel 10 moet roteren en kantelen kunnen in een elektronisch 15 geheugen zijn opgeslagen. Ook kunnen langs de rail 3 mechanische of elektronische markeringen zijn aangebracht en is de traplift 1 voorzien van mechanische of elektronische sensoren, op de wijze zoals eerder beschreven, teneinde het kantelen, roteren en/of verschuiven in gang te zetten. De 20 markeringen kunnen ook de informatie bevatten en overdragen aan de traplift 1 over de respectieve hoeken waarover de stoel 10 moet roteren en kantelen. Een combinatie van markeringen langs de rail 3 en een geheugen in de traplift 1 is ook mogelijk. Andere manieren om de locatie van de 25 traplift 1 langs de rail 3 waar het. roteren, kantelen en/of verschuiven moet plaatsvinden, alsmede het voorzien van informatie aan de traplift 1 over de respectieve hoeken waarover de stoel 10 moet roteren en kantelen, kunnen ook worden toegepast.The rotation, tilting and vertical shifting can take place at both ends of the rail 3, that is to say from the neutral position to the tilted and / or shifted position before the stairlift 1 starts moving at the beginning, and back from the tilted and / or shifted position to the neutral position after the stairlift 1 has stopped at the end. In an alternative embodiment, rotation, tilting and / or shifting can take place during the movement along the rail 3. The locations along the rail 3 where the rotation, tilting and / or shifting must take place, and / or the respective angles over which the chair 10 must rotate and tilt can be stored in an electronic memory. Mechanical or electronic markings can also be arranged along the rail 3 and the stairlift 1 is provided with mechanical or electronic sensors, in the manner as described earlier, in order to initiate tilting, rotating and / or shifting. The markings may also contain the information and transfer it to the stairlift 1 over the respective angles over which the chair 10 must rotate and tilt. A combination of markings along the rail 3 and a memory in the stairlift 1 is also possible. Other ways of locating the stairlift 1 along the rail 3 where it. rotation, tilting and / or shifting must take place, as well as providing information on the stairlift 1 about the respective angles over which the chair 10 must rotate and tilt can also be used.
3030
Het roteer- en translatiemechanisme dat is toegevoegd aan het besturingssysteem 72 en standhandhavingsmechanisme 70 omvat een in hoofdzaak verticale as 92, die vast met een ronde schijf 93 is verbonden, welke schijf 93 door middel 15 van bouten en moeren 103 op het kopse uiteinde van de as 45 is bevestigd. De schijf 93 is voorzien van cirkelsegmentvormige sleuven 94, waardoor de stand van de schijf 93 ten opzichte van de as 45 bij de montage van de 5 traplift 1 kan worden ingesteld.The rotation and translation mechanism added to the control system 72 and position-maintaining mechanism 70 comprises a substantially vertical axis 92, which is fixedly connected to a round disk 93, which disk 93 is bolted by nuts and bolts 103 to the head end of the shaft 45 is attached. The disc 93 is provided with circle segment-shaped slots 94, as a result of which the position of the disc 93 relative to the shaft 45 can be adjusted when mounting the stairlift 1.
De as 92 is voorzien van twee gelijke tandwielen 95, 96, met een onderlinge afstand die gelijk is aan de afstand waarover de stoel 10 naar boven en naar beneden kan worden 10 verschoven. In een alternatieve uitvoeringsvorm is de as 92 voorzien van een doorlopend tandwiel met een lengte die gelijk is aan de maximale afstand waarover de stoel 10 naar boven en naar beneden kan worden verschoven. In dat geval kan de stoel 10 ook in verticale richting worden verschoven 15 naar een stand tussen de twee uitersten in.The shaft 92 is provided with two identical gears 95, 96, with a mutual distance that is equal to the distance over which the chair 10 can be moved up and down. In an alternative embodiment, the shaft 92 is provided with a continuous gear wheel with a length equal to the maximum distance over which the chair 10 can be moved up and down. In that case the chair 10 can also be shifted in the vertical direction to a position between the two extremes.
De drager 9 voorzien van een motor 97 met een verticale as met een tandwiel 98. Op de drager 9 is voorts een tussenliggend tandwiel 99 bevestigd, dat aangrijpt op het 20 tandwiel 98. Het tussenliggende tandwiel 99 grijpt aan op een van de tandwielen 95, 96 op de as 92.The carrier 9 provided with a motor 97 with a vertical axis with a gear wheel 98. On the carrier 9 is furthermore an intermediate gear wheel 99 which engages with the gear wheel 98. The intermediate gear wheel 99 engages one of the gear wheels 95, 96 on the axis 92.
Op de as 92 is voorts een scharnierelement 100 roteerbaar om de as 92 bevestigd. Het scharnierelement 100 wordt, in 25 dichtgescharnierde toestand zoals getoond in figuren 8 en 9, in verticale richting geborgd door twee aanslagen 104. Het scharnierelement 100 draagt de drager 91 middels een zich parallel aan de as 92 uitstrekkende pneumatische of hydraulische zuiger 101, die aan een uiteinde aan het 30 scharnierelement 100 is bevestigd, en die aan het andere uiteinde aan de drager 9 is bevestigd. Een zich op zijwaartse afstand van de zuiger 101 uitstrekkende stang 102, die aan een uiteinde star met de drager 9 is verbonden en aan het andere uiteinde axiaal verschuifbaar in het 16 scharnierelement 100 is gelagerd, voorkomt dat de drager 9 ten opzichte van het scharnierelement 100 om de zuiger 101 roteert.Furthermore, a hinge element 100 is rotatably mounted on the shaft 92 about the shaft 92. The hinge element 100, in the hinged state as shown in Figs. 8 and 9, is secured in the vertical direction by two stops 104. The hinge element 100 supports the carrier 91 by means of a pneumatic or hydraulic piston 101 extending parallel to the shaft 92, which one end is attached to the hinge element 100, and that is attached to the carrier 9 at the other end. A rod 102 extending sideways from the piston 101 and rigidly connected at one end to the carrier 9 and axially displaceable in the hinge element 100 at the other end prevents the carrier 9 from being connected to the hinge element 100. rotates about the piston 101.
5 Figuren 14 - 17 tonen een alternatief voor het hiervoor beschreven kantelen van de gehele stoel, waarbij de zitting 11 van de stoel 10 naar voren en weer terug kan worden geschoven, waardoor tegelijk de rugleuning 12 achterover kantelt. Daartoe is de zitting 11 verschuifbaar op wieltjes 10 112 verbonden met een vaste zittingdrager 111. Een pneumatische of hydraulische zuiger 113, die zich in hoofdzaak horizontaal uitstrekt tussen de zitting 11 en de zittingdrager 111, wordt door het besturingssysteem 72 aangestuurd om in- en uit te schuiven. Omdat de rugleuning 15 12 aan de onderzijde scharnierbaar met de zitting 11 is verbonden, en het daarboven gelegen deel van de rugleuning 12 aan de achterzijde in verticale richting verschuifbaar met de drager 91 is verbonden, kantelt de rugleuning bij die beweging achterwaarts.Figures 14-17 show an alternative to the above-described tilting of the entire chair, wherein the seat 11 of the chair 10 can be slid forward and back again, whereby the backrest 12 also tilts backwards. To this end, the seat 11 is slidably connected on wheels 10 to a fixed seat support 111. A pneumatic or hydraulic piston 113, which extends substantially horizontally between the seat 11 and the seat support 111, is controlled by the control system 72 for in and out to slide. Because the backrest 12 is hingedly connected at the bottom to the seat 11, and the upper portion of the backrest 12 is slidably connected to the carrier 91 in the vertical direction at the rear, the backrest tilts backwards during that movement.
2020
Met de hendels 114 die aan de linker- en rechterzijde van de zitting zijn aangebracht kan de rotatie van de stoel 10 om de horizontale as ontgrendeld worden. Op die manier kan de gebruiker bijvoorbeeld boven aan de trap de stoel 10 25 handmatig in een goede positie draaien om gemakkelijk en veilig uit te kunnen stappen.With the levers 114 arranged on the left and right side of the seat, the rotation of the chair 10 about the horizontal axis can be unlocked. In this way, for example, the user can manually turn the chair 10 at the top of the stairs into a good position for easy and safe exit.
Claims (12)
Priority Applications (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2001573A NL2001573C2 (en) | 2008-05-13 | 2008-05-13 | Stairlift. |
ES09159813T ES2385282T3 (en) | 2008-05-13 | 2009-05-08 | Stairlifts |
AT09159813T ATE554041T1 (en) | 2008-05-13 | 2009-05-08 | STAIR LIFT |
EP09159813A EP2119660B1 (en) | 2008-05-13 | 2009-05-08 | Stair lift |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2001573A NL2001573C2 (en) | 2008-05-13 | 2008-05-13 | Stairlift. |
NL2001573 | 2008-05-13 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2001573C2 true NL2001573C2 (en) | 2009-11-16 |
Family
ID=40030220
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2001573A NL2001573C2 (en) | 2008-05-13 | 2008-05-13 | Stairlift. |
Country Status (4)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP2119660B1 (en) |
AT (1) | ATE554041T1 (en) |
ES (1) | ES2385282T3 (en) |
NL (1) | NL2001573C2 (en) |
Families Citing this family (8)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL2002503C2 (en) * | 2009-02-06 | 2010-08-09 | Ooms Otto Bv | Apparatus for transporting a load from a first to a second level, in particular a stairlift. |
GB2508764B (en) * | 2010-10-21 | 2014-09-10 | Handicare Accessibility Ltd | Stairlift |
GB2527410B (en) * | 2011-10-26 | 2016-05-04 | Acorn Mobility Services Ltd | Lift system |
GB2495953B (en) * | 2011-10-26 | 2015-11-18 | Acorn Mobility Services Ltd | Lift system |
GB2497288B (en) | 2011-12-03 | 2014-07-30 | Stannah Stairlifts Ltd | Improvements in or relating to stairlifts |
ES2710505T3 (en) * | 2016-02-17 | 2019-04-25 | Thyssenkrupp Ag | Elevator stairs |
TWI596056B (en) * | 2016-07-18 | 2017-08-21 | Stairway landing seat, pedal synchronous linkage device | |
CN107055265B (en) * | 2017-06-15 | 2022-10-11 | 厦门大学嘉庚学院 | Stair rail chair and using method thereof |
Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO1996015974A1 (en) * | 1994-11-23 | 1996-05-30 | Traplift B.V. | Stairlift |
GB2368574A (en) * | 2000-08-10 | 2002-05-08 | Sunrise Medical Ltd | A carriage for a stairlift assembly and a stairlift assembly |
WO2007091095A1 (en) * | 2006-02-09 | 2007-08-16 | Stannah Stairlifts Limited | Improvements in or relating to stairifts |
Family Cites Families (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1010229C2 (en) | 1998-10-01 | 2000-04-04 | Ooms Otto Bv | Elevator assembly and method for moving an elevator. |
NL1022760C2 (en) | 2003-02-22 | 2004-08-24 | Ooms Otto Bv | Device for transporting a load, in particular stairlift, from a first to a second level. |
-
2008
- 2008-05-13 NL NL2001573A patent/NL2001573C2/en not_active IP Right Cessation
-
2009
- 2009-05-08 EP EP09159813A patent/EP2119660B1/en active Active
- 2009-05-08 ES ES09159813T patent/ES2385282T3/en active Active
- 2009-05-08 AT AT09159813T patent/ATE554041T1/en active
Patent Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO1996015974A1 (en) * | 1994-11-23 | 1996-05-30 | Traplift B.V. | Stairlift |
GB2368574A (en) * | 2000-08-10 | 2002-05-08 | Sunrise Medical Ltd | A carriage for a stairlift assembly and a stairlift assembly |
WO2007091095A1 (en) * | 2006-02-09 | 2007-08-16 | Stannah Stairlifts Limited | Improvements in or relating to stairifts |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP2119660B1 (en) | 2012-04-18 |
ES2385282T3 (en) | 2012-07-20 |
ATE554041T1 (en) | 2012-05-15 |
EP2119660A1 (en) | 2009-11-18 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL2001573C2 (en) | Stairlift. | |
NL1022760C2 (en) | Device for transporting a load, in particular stairlift, from a first to a second level. | |
US11951052B2 (en) | Patient transfer apparatus with integrated tracks | |
US10857047B2 (en) | Variable speed patient transfer apparatus | |
EP1738734A2 (en) | Powered tripod wheel assembly, in particular for a wheelchair, and wheelchair featuring such a wheel assembly | |
US7451512B2 (en) | Bridging device | |
US20230046297A1 (en) | Patient Transport Apparatus For Traversing Stairs | |
US5688178A (en) | Amusement ride | |
NL2008786C2 (en) | STAIRLIFT. | |
NL1014396C2 (en) | Device for transport along a slope or staircase. | |
WO2011144903A1 (en) | Tail lift for a vehicle | |
BE1019948A3 (en) | LADDER CONSTRUCTION. | |
EP0136763A2 (en) | Wheel chair for invalids with releasable seat mounting as well as system for transferring an invalid seated in the chair in and out of a vehicle | |
CN111031991A (en) | Person lifting device and method for generating power for person lifting device | |
US8783403B1 (en) | Transfer accessible vehicle for disabled person | |
NL1010883C2 (en) | Moving device adapted to guide a carrying device along at least two rails. | |
NL8101745A (en) | SWING SET. | |
WO2007125188A1 (en) | Driving and safety device for an elevator | |
NL8800326A (en) | DEVICE FOR MOVING AN DISABLED PERSON. | |
CN113148541B (en) | Automatic dolly of machine vision | |
NL2001173C2 (en) | Drive unit for a carrier, display panel, furniture and kit for assembling such a drive unit. | |
EP2650247A1 (en) | A stairlift device | |
CN111058657A (en) | Self-adjusting horizontal seat film watching platform | |
NL1028376C2 (en) | Chair on wheels, e.g. dining chair for elderly, has blocking mechanisms for preventing turning during backward or forward movement | |
EP3650000A1 (en) | Apparatus for lifting people associable with the seat of a chair or an armchair |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20131201 |