NL2000745C2 - Bithouder met bitmagazijn. - Google Patents

Description

NL 47.413-YR

Bithouder met bitmagazijn

De uitvinding heeft betrekking op een schroefsysteem met een bithouder met aan een uiteinde een holte, coaxiaal met de lengteas van de bithouder en open naar het uiteinde, voor het niet roteerbaar daarin ontvangen van een uiteinde van een bit, 5 waarbij de bodem van de holte is voorzien van een vasthoudmiddel voor het losmaakbaar vasthouden van het bit, waarbij de bithouder met het andere uiteinde niet roteerbaar bevestigbaar is aan schroevendraaier.

Dergelijke schroefsystemen zijn bekend en worden alom 10 gebruikt in samenhang veelal met elektrisch aangedreven schroevendraaiers, al dan niet van het snoerloze type. Tevens zijn er tal van ontwikkelingen geweest ten aanzien van het ontwerp van de vorm van schroefkoppen, waardoor er evenzoveel bits nodig zijn. Bij wisselen van soorten schroeven moet er daarom ook wor-15 den gewisseld van bit. Met name in de bouw, waar meestal niet kan worden gewerkt met een geordende werkbank of gereedschaps-kast, worden deze bits door bijvoorbeeld timmerlieden vaak los in de broekzak gedragen. Bij het verwisselen betekent dit een lastig, en dus tijdrovend, zoeken naar het juiste bit.

20 Het is een doel van de uitvinding om een schroefsysteem te verschaffen van de in de inleiding genoemde soort, waarbij meerdere bits snel vindbaar zijn en snel en doeltreffend aan de bithouder kunnen worden aangebracht.

Dit doel wordt bereikt door een schroefsysteem volgens 25 conclusie 1. Veelal is het vasthoudmiddel voor het bit een in de bithouder aangebrachte permanente magneet, maar het kan ook een ander geschikt arreteermiddel zijn. Meerdere bits kunnen worden opgeslagen in een bitmagazijn, waardoor deze bits niet meer los meegenomen hoeven te worden en bovendien kan een bit, doordat 30 het toegankelijk is voor het uiteinde van de bithouder door de bithouder op het bit in het magazijn te brengen, zonder verdere tussenkomst van hand of vingers van de gebruiker direct op de bithouder worden gestoken door de bithouder over het bit te plaatsen, en door de magneet aan de bithouder vastgehouden, uit 35 het magazijn worden verwijderd, en worden gebruikt voor een nieuw, bijbehorend type schroef.

Het gebruiksgemak wordt nog verder verhoogd wanneer het bitmagazijn bevestigbaar is aan de bithouder. Hier zijn de di- 2 verse verschillende bits altijd bij de hand en levert ook het wegzetten of zelfs vergeten van het magazijn op soms lastige of beperkte ruimten op de bouwplaats geen probleem. Omdat de rota-tiesnelheid bij het schroeven altijd betrekkelijk laag is, vergt 5 het vermijden van onbalans in het schroefsysteem weliswaar enige aandacht, maar is het verre van kritisch en kan de onbalans op eenvoudige wijze worden beperkt tot aanvaardbare niveaus.

In een constructief eenvoudige uitvoering omvat het bitmagazijn een huls met een as en een bodem loodrecht op de as, 10 waarbij de opslagposities op de bodem zijn aangebracht. De huls dient dan behalve voor constructieve doeleinden, ter beveiliging tegen wegvliegen van eventueel niet goed vastgezette bits, tengevolge van de middelpuntvliedende kracht.

Wanneer de opslagposities zijn gerangschikt op gelijke 15 afstand tot de as van het bitmagazijn, dan is op eenvoudige wijze voldaan aan de eis van geringe onbalans tijdens gebruik en wordt tevens optimaal gebruik gemaakt van de beschikbare ruimte om bits in te plaatsen. De bits staan dan in een cirkel rond de as van het magazijn waardoor ze zoveel mogelijk in balans zijn. 20 Tevens geeft dit zeer weinig ruimtebeslag rond de bithouder. Natuurlijk kunnen bits ook in meerdere concentrische cirkels om de bithouder worden aangebracht, maar de grotere afstand tot de as van de bits in de tweede cirkel vergroot ook de centrifugaal-krachten. Bovendien zal in de meeste gevallen de capaciteit voor 25 bits in het magazijn, die een cirkel verschaft, in de praktijk voldoende blijken te zijn.

De veiligheid en ook de gebruiksmogelijkheden van het schroefsysteem volgens de uitvinding worden verhoogd wanneer de opslagposities zijn voorzien van een eerste arreteerinrichting 30 voor het arreteren van een bit. Hiermee wordt het bit in de op-slagpositie vastgehouden, ook wanneer bijvoorbeeld boven het hoofd wordt geschroefd.

In een eenvoudige, maar doelmatige uitvoering omvat de eerste arreteerinrichting een in de opslagpositie naar binnen 35 stekende rand en daartegenover een in de opslagpositie naar binnen stekend verend element omvat. Door het verend element wordt een bit geklemd tussen het verend element en de uitstekende rand. Het vergrendelend effect kan aanzienlijk worden versterkt als het bit ter hoogte van de uitstekende rand is voorzien van 40 een groef, waarin deze uitstekende rand door het verende element wordt gedrukt. Bij het uithalen van het bit uit de bitpositie 3 wordt de bithouder over het bit gestoken, zodat het bit in aanraking komt met de bodem van de holte en wordt aangetrokken door de magneetkracht. Met de bithouder wordt het bit nu iets tegen het verend element gedrukt zodat het bit vrijkomt van de uiste-5 kende rand. Hierna wordt de bithouder met het bit teruggetrokken. Hierbij moet de magnetische aantrekking voldoende zijn om de wrijving van het bit tegen het verende element te overwinnen. Het is echter eenvoudig mogelijk om door een gering scheefdruk-ken van het bit in de bithouder hiermee een wrijvingskracht tus-10 sen bit en bithouder op te wekken, die de magnetische aantrekking ondersteunt en zo het bit uit de eerste arreteerinrichting haalt. Het is hierbij niet nodig om bijvoorbeeld de schroevendraaier uit de hand weg te leggen, een bit op te zoeken, vervolgens het bitmagazijn weer weg te leggen om dan het bit op de 15 bithouder te zetten. Hierdoor worden een aantal handelingen bespaard.

Wanneer het bitmagazijn is voorzien van een centrale opening voor de bithouder en het bitmagazijn losmaakbaar beves-tigbaar is aan de bithouder, dan kan na het verwisselen van het 20 bit op de bithouder, deze weer door het bitmagazijn worden gestoken en kan het bitmagazijn worden bevestigd aan de bithouder. Hiermee vormen dan het magazijn en de bithouder een geheel en kan de bithouder niet zoek raken en zijn dus altijd de verschillende bits voorhanden.

25 In een constructief eenvoudige uivoering zijn aan het bitmagazijn aan de binnenzijde van de centrale opening en aan de bithouder aan de omtrek op tenminste twee posities met elkaar samenwerkende verbindingsdelen aangebracht, waarbij op tenminste een positie deze samenwerkende verbindingsdelen een tweede arre-30 teerinrichting vormen.

In een voorkeursuitvoeringsvorm wordt de tweede arreteerinrichting gevormd doordat een van de verbindingsdelen een uitstekend verend element is en het daarmee samenwerkende verbindingselement een groef is, voor het daarin ontvangen van het 35 verend element.

Een extra beveiliging wordt verschaft wanneer het bitmagazijn een deksel omvat voor het tenminste ten dele afdekken van de tegenover de bodem liggende zijde van het bitmagazijn.

In een uitvoeringsvorm van een schroefsysteem volgens 40 de uitvinding zijn de bitposities zo gerangschikt, dat de assen van de bits evenwijdig zijn aan de as van het bitmagazijn. Hier- 4 door kunnen er een maximum aantal bitposities worden gerangschikt op een cirkel.

In een andere uitvoeringsvorm van een schroefsysteem volgens de uitvinding zijn de bitposities zo gerangschikt, dat 5 de assen van de bits een hoek maken met de as van het bitmaga-zijn. Hierdoor kunnen er minder bits worden gerangschikt op een cirkel, maar zijn de bits eenvoudiger aan de bithouder te steken .

De uitvinding zal nu verder worden toegelicht aan de 10 hand van een beschrijving van enkele voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding, met verwijzing naar de bijgevoegde tekening, waarin: fig.1 toont een eerste uitvoeringsvorm van een schroef-systeem volgens de uitvinding, 15 fig. 2 toont het schroefsysteem volgens fig. 1 bij het wisselen van een bit, en fig.3 toont een tweede uitvoeringsvorm van een schroef-systeem volgens de uitvinding.

In fig.1 wordt een schroefsysteem 1 volgens de uitvin-20 ding in een eerste uitvoeringsvorm getoond. Het schroefsysteem 1 omvat een bithouder 2, met aan een uiteinde 3 een holte, waarin in fig. 1 een bit 4 is ingebracht. Bit 4 wordt bij uiteinde 3 in de holte vastgehouden door een in de holte aangebrachte magneet. De holte is aan de zijwanden zeshoekig, evenals de buitenomtrek 25 van het gedeelte van bit 4 dat in de holte steekt. Hierdoor wordt het bit 4 niet roteerbaar gehouden in bithouder 2. Aan het andere uiteinde heeft bithouder 2 een gedeelte 5 dat eveneens zeskantig is uitgevoerd, en dat dient voor de niet roteerbare bevestiging aan een schroevendraaier. Dit is bijvoorbeeld een 30 elektrisch bediende schroevendraaier, maar kan ook elke willekeurig ander type schroevendraaier zijn. Eveneens te zien in fig. 1 is een bitmagazijn 6, met daarin meerdere opslagposities 7 voor en bit, waarvan er twee zij getoond, waarvan in één een bit aanwezig is. Het bitmagazijn 6 omvat een huls 8 en een bodem 35 9 waarop de opslagposities 7 zijn aangebracht. In deze uitvoe ringsvorm van het schroefsysteem volgens de uitvinding zijn er 8 opslagposities 7 op gelijke onderlinge afstanden en alle op dezelfde afstand ten opzichte van de bithouder 2 aangebracht.

Elke opslagpositie 7 omvat een eerste arreteerinrich-40 ting voor het arreteren van een bit. De eerste arreteerinrich-ting omvat een naar binnen uitstekende rand 10 en daartegenover 5 een naar binnen stekend verend element 11 in de vorm van een o-ring 11. De o-ring 11 is aangebracht in een groef in een binnenrand van opslagposities 7. De afstand tussen rand 10 en o-ring 11 is in niet gebruikte positie iets kleiner dan de breedte van 5 een bit, zodat wanneer een bit zich bevindt in de opslagpositie, de o-ring 11 iets is ingedrukt en het bit met voorspanning tegen de rand 10 drukt. Hierdoor wordt het bit ingeklemd tussen rand 10 en o-ring 11. In het voorbeeld dat is weergegeven in fig. 1 bit 4 bovendien voorzien van insnijding 16, waarin rand 10 ter 10 verdere borging valt. Voor het gebruik van een schroefsysteem volgens de uitvinding is het echter niet noodzakelijk dat een bit 4 is voorzien van een insnijding 16. In veel gevallen zal een klemming tussen rand 10 en o-ring 11 voldoende borging geven voor bit 4.

15 In de uitvoeringsvorm van het schroefsysteem volgens de uitvinding dat is getoond in fig. 1 is het bitmagazijn 6 voorzien van een centrale opening, waardoor bithouder 2 is gestoken. Bitmagazijn 6 is aan de binnenzijde voorzien van een groef, waarin een o-ring 12 is aangebracht. In de getoonde positie, 20 waarin schroefsysteem gereed is voor gebruik, dat wil zeggen gereed om te schroeven, valt o-ring 12 in een afgeronde groef 13 die is aangebracht aan de buitenomtrek van bithouder 2. Verder omvat bitmagazijn 6 een deksel 14, waarbij de centrale opening is voorzien van een afschuining. Aan bithouder 2 is een aanslag 25 15 aangebracht. In de in fig. 1 getoonde gebruikspositie ligt het bovenvlak van deksel 14 tegen het ondervlak van aanslag 15. Aanslag 15 is voorzien van een afschuining, die aansluit op de afschuining van deksel 14. Deksel 14 en aanslag 15 enerzijds, en o-ring 12 en groef 13 anderzijds vormen met elkaar samenwerkende 30 verbindingsdelen, op twee posities langs bithouder 2 en bitmagazijn 6, voor een verbinding tussen bithouder 2 en bitmagazijn 6, waarbij o-ring 13 en groef 13 een arreteerinrichting vormen. Opgemerkt wordt, dat opslagposities 7 zo zijn geplaatst ten opzichte van de centrale as van bitmagazijn 6, dat de centrale as 35 van een bit 4, dat is geplaatst in een opslagpositie 7, in wezen door het midden gaat van de centrale opening van deksel 14. Verder wordt opgemerkt dat opslagposities 7 zijn voorzien van een opening tussen het inwendige van het bitmagazijn 6 en het uitwendige. Wanneer tijdens gebruik stof, vuil en/of vocht in bit-40 magazijn binnenkomt, dan kan dit het inwendige weer verlaten door deze openingen, mogelijk ondersteund door de zwaartekracht 6 en ook door de middelpuntvliedende kracht tijdens rotatie.

In fig. 2 is te zien hoe een bit 4 uit het bitmagazijn 6 aan bithouder 2 wordt verwisseld. Uitgaande van de positie die is getoond in fig. 1, is bitmagazijn 6 langs bithouder 2 omlaag 5 geschoven, totdat bit 4 tot boven het niveau van opslagposities 7 in bitmagazijn 6 is geraakt. Nu wordt bithouder 2 gekanteld zodat bit 4 dat zich boven een lege opslagpositie 7 bevindt en vervolgens in de richting van deze opslagpositie naar beneden geduwd. Wanneer bit 4 voldoende ver in opslagpositie 7 is ge- 10 raakt, dan valt uitsteeksel 10 in groef 16 van bit 4 door de veerdruk van o-ring 11, en kan bithouder 2 van bit 4 worden afgetrokken .

Om nu weer een bit 4 aan bithouder 2 te steken wordt bithouder 2 tot boven het gewenste bit 4 bewogen en eroverheen 15 gestoken. Vervolgens wordt met behulp van bithouder 2 bit 4 tegen o-ring 11 gedrukt, waardoor deze verder wordt ingedrukt en bit 4 vrijkomt van rand 10. Doordat bit 4 door de magneet in holte 3 van bithouder 2 aan bithouder 2 wordt vastgehouden, kan bit 4 uit opslagpositie 7 worden getrokken. Het materiaal van o-20 ring 11 is zo in samenhang met de magneetkracht die door de bithouder 2 op het bit 4 wordt uitgeoefend voldoende groot is om de wrijving tussen bit 4 en o-ring 11 te overwinnen. Vervolgens wordt bithouder 2 met bit 4 gekanteld tot bit 4 zich boven de centrale opening in bitmagazijn 6 bevindt. Daarna wordt bitmaga-25 zijn 6 weer langs bithouder 2 omhooggeschoven totdat deksel 14 tegen aanslag 15 ligt, waarbij dan tegelijk o-ring 12 in groef 13 ligt. Hiermee is het schroefsysteem volgens de uitvinding terug in de gebruikspositie, met een ander bit.

Fig. 3 toont een tweede uitvoeringsvorm van een 30 schroefsysteem volgens de uitvinding. In het schroefsysteem in de uitvoeringsvorm van fig. 3 zijn soortgelijke onderdelen voorzien van de zelfde verwijzingscijfers als in fig. 1 en 2. Het belangrijkste verschil met de eerste uitvoeringsvorm is dat de opslagposities 7 zo zijn geplaatst dat de lengteas van de bits 4 35 in de opslagposities 7 evenwijdig is aan de centrale as van het bitmagazijn 6. Boven elke bithouder 7 bevindt zich telkens een opening waardoor bithouder 2 kan worden ingebracht voor het verwisselen van een bit. Hiervoor wordt telkens bitmagazijn 6 geheel van bithouder twee getrokken. Verder wordt het bitmagazijn 40 (6), behalve door o-ring 12 en groef 13, door een tweede o-ring 17 gehouden aan bithouder 2. Door de evenwijdige opstelling van 7 de bits aan de centrale as kunnen er meer opslagposities en daarom meer bit worden geplaatst in een bitmagazijn 2 van eenzelfde diameter als in een magazijn volgens de eerste uitvoeringsvorm. Het verwisselen van bits is echter iets omslachtiger.

5 Hierboven zijn twee voorbeelden beschreven van uitvoe ringsvormen van de onderhavige uitvinding. Deze voorbeelden zijn verschaft ter illustratie van de uitvinding en dienen niet te worden beschouwd als beperking van de uitvinding, zoals gedefinieerd door de bijgevoegde conclusies.

Claims (12)

1. Schroefsysteem (1) met een bithouder (2) met aan een uiteinde een holte (3), coaxiaal met de lengteas van de bithouder (2) en open naar het uiteinde, voor het niet roteerbaar daarin ontvangen van een uiteinde van een bit (4), waarbij een 5 bodem van de holte is voorzien van een vasthoudmiddel voor het losmaakbaar vasthouden van het bit (4), waarbij de bithouder (2) met het andere uiteinde (5) niet roteerbaar bevestigbaar is aan schroevendraaier, met het kenmerk, dat het systeem (1) een bit-magazijn (6) omvat, met tenminste twee opslagposities (7) voor 10 een bit (4), waarbij een uiteinde van een bit (4) dat zich in een opslagpositie (7) bevindt, toegankelijk is voor een uiteinde van de bithouder (2).

2. Schroefsysteem (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het bitmagazijn (6) bevestigbaar is aan de bithouder 15 (2) .

3. Schroefsysteem (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het bitmagazijn (6) een huls (8) omvat met een as en een bodem (9) loodrecht op de as, waarbij de opslagposities (7) op de bodem (9) zijn aangebracht.

4. Schroefsysteem (1) volgens een van de conclusies 1 tot 3, met het kenmerk, dat de opslagposities (7) zijn gerangschikt op gelijke afstand tot de as van het bitmagazijn (6).

5. Schroefsysteem (1) volgens een van de conclusies 1 tot 4, met het kenmerk, dat de opslagposities (7) zijn voorzien 25 van een eerste arreteerinrichting (10, 11) voor het arreteren van een bit (4) .

6. Schroefsysteem (1) volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de eerste arreteerinrichting (10, 11) een in de opslagpositie (7) naar binnen stekende rand (10) en daartegenover 30 een in de opslagpositie (7) naar binnen stekend verend element (11) omvat.

7. Schroefsysteem (1) volgens een van de conclusies 1 tot 6, met het kenmerk, dat het bitmagazijn (6) is voorzien van een centrale opening voor de bithouder (2) en het bitmagazijn 35 (6) losmaakbaar bevestigbaar is aan de bithouder (2).

8. Schroefsysteem (1) volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat aan het bitmagazijn (6) aan de binnenzijde van de centrale opening en aan de bithouder (2) aan de omtrek op tenminste twee posities met elkaar samenwerkende verbindingsdelen (12, 13, 14, 15, 17) zijn aangebracht, waarbij op tenminste een positie deze samenwerkende verbindingsdelen een tweede arreteerinrich-ting (12, 13) vormen.

9. Schroefsysteem (1) volgens conclusies 8, met het kenmerk, dat tweede arreteerinrichting (12, 13) wordt gevormd doordat een van de verbindingsdelen een uitstekend verend element (12) is en het daarmee samenwerkende verbindingselement een groef (13) is, voor het daarin ontvangen van het verend element 10 (12).

10. Schroefsysteem (1) volgens een van de conclusies 3 tot 9, met het kenmerk, dat het bitmagazijn (6) een deksel (14) omvat voor het tenminste ten dele afdekken van de tegenover de bodem (9) liggende zijde van het bitmagazijn (6).

11. Schroefsysteem (1) volgens een van de conclusies 3 tot 10, met het kenmerk, dat de opslagposities (7) zo zijn gerangschikt, dat de assen van de bits (4) evenwijdig zijn aan de as van het bitmagazijn (6).

12. Schroefsysteem (1) volgens een van de conclusies 3 20 tot 10, met het kenmerk, dat de opslagposities (7) zo zijn gerangschikt, dat de as van de bits (4) een hoek maakt met de as van het bitmagazijn (6).