NL2000179C2 - Projectiescherm. - Google Patents

Description

Sch/svk/Vicaroth-lp

PROJECTIESCHERM

De uitvinding heeft betrekking op een ten dele translucent projectiescherm voor een haard met gesimuleerd vuur op basis van een aantal bronnen van gekleurd licht, welke bronnen licht met in de tijd 5 variërende eigenschappen, zoals plaats, kleur, intensiteit, op het projectiescherm richten.

Het is een doel van de uitvinding, een projectiescherm zodanig uit te voeren, dat op de kijker een bijna volmaakte illusie van een brandend vuur en van 10 gloeiende en brandende stukken hout of kolen wordt gewekt.

In verband daarmee verschaft de uitvinding een projectiescherm van het vermelde type, dat het kenmerk vertoont, dat het projectiescherm omvat: 15 een transparante draagplaat; een aan de van de lichtbronnen af gerichte zijde op de draagplaat aangebracht patroon van afwisselend transparante gebieden en opake gebieden, waarbij de randzones relatief opaak zijn en de middenzone 20 relatief transparant is; een aan de andere zijde op de draagplaat aangebrachte, ten dele transparante en ten dele reflecterende eerste laag; en een op die eerste folie aangebrachte, diffuus 25 doorlatende tweede laag.

De reflecterende eigenschap van de ten dele reflecterende laag is zeer belangrijk voor een natuurgetrouwe simulatie. Zonder deze eigenschap is het patroon van transparante en opake gebieden onder bepaalde 30 omstandigheden hinderlijk zichtbaar.

Met het projectiescherm volgens de uitvinding 2 kan het scherm voor een waarnemer praktisch onzichtbaar zijn en wordt de illusie gecreëerd, dat de op het scherm geprojecteerde vlammen zich vrij in de ruimte lijken te bewegen.

5 Volgens weer een ander aspect van de uitvinding vertoont het projectiescherm de bijzonderheid, dat de draagplaat bestaat uit kunststof, bijvoorbeeld acryl of PVC.

Een grote verbetering van de natuurgetrouwheid 10 van de simulatie van vlammen wordt verkregen met een uitvoering waarin de relatief transparante middenzone zich naar boven toe versmalt.

Buitengewoon goede resultaten zijn bereikt met een uitvoering waarin het patroon bestaat uit afwisselend 15 zwarte opake lijnen en transparante lijnen met gelijke hartafstanden, de dikte van welke lijnen afhankelijk is van de lokaal gewenste mate van opaciteit, respectievelijk transparantie.

Bij voorkeur vertoont het projectiescherm 20 volgens de voorgaande alinea de bijzonderheid, dat het projectiescherm oen in hoofdzaak rechthoekige vorm bezit en de lijnen zich onder hoeken van (45 ± 15)° ten opzichte van de randen van het projectiescherm uitstrekken. Hiermee wordt bij een overgang tussen een 25 relatief opaak gebied en een relatief transparant gebied vermeden, dat zich deze overgang uit als een min of meer streepvormige, discontinue overgang.

Een nog betere simulatie van een haardvuur wordt verkregen met een uitvoering waarin zich vanaf de 30 middenzone naar buiten toe een aantal langwerpige zones met een iets grotere transparantie dan hun omgeving uitstrekken.

Bij voorkeur vertoont het scherm de bijzonderheden, dat de hartafstand tussen twee naburige 35 opake lijnen en tussen twee naburige transparante lijnen in de orde van 0,5 mm ligt. Met deze keuze wordt de lijnenstructuur onder normale omstandigheden niet zichtbaar en kan door middel van diverse technieken 3 gemakkelijk worden aangebracht.

Bij voorbeeld kan gebruik worden gemaakt van een folie met het lijnenpatroon. Bij voorkeur echter vertoont het projectiescherm de bijzonderheid, dat het 5 patroon door middel van een zeefdrukbewerking is aangebracht.

De eerste en/of de tweede laag kan op elke geschikte wijze zijn aangebracht. Volgens een specifiek aspect van de uitvinding vertoont het projectiescherm de 10 bijzonderheid dat de eerste laag en/of tweede laag is uitgevoerd als een folie.

Een uitvoering waarin de draagplaat een grijze tint bezit en een transmissie-coëfficiënt in het gebied van 20% - 80% bezit, geeft een goed contrast tussen licht 15 en donker. Met een uitvoering waarin de opake gebieden (11) mat zijn en een kleur in het gebied van donkergrijs tot zwart bezitten, is het scherm voor een belangrijk deel zwart en derhalve nagenoeg onzichtbaar.

De uitvoering waarin de tweede laag in 20 hoofdzaak wit is, geeft een zeer duidelijk geprojecteerd vlammenbeeld.

Met de uitvoering volgens de conclusie 14 of 15 wordt het effect versterkt, dat het scherm praktisch onzichtbaar is.

25 Praktisch en goedkoop is een uitvoering, waarin de eerste laag en/of de tweede laag door zeefdrukken is aangebracht.

Volgens weer een anders aspect van de uitvinding vertoont het scherm de bijzonderheid dat de 30 tweede laag zodanig is uitgevoerd, dat hij het beeld wazig maakt, bijvoorbeeld een mat oppervlak bezit.

De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van bijgaande tekeningen van een uitvoeringsvoorbeeld, waartoe de uitvinding zich niet 35 beperkt. In de tekeningen tonen:

Fig. 1 een perspectivisch aanzicht van een open haard met een projectiescherm volgens de uitvinding, welke open haard zonder behuizing getekend is; 4

Fig. 2 een dwarsdoorsnede door het projectiescherm; en

Fig. 3 een vooraanzicht van het projectiescherm.

5 Fig. 1 toont een projectiescherm 1 dat in een haard 2 onder de getekende schuine stand met een hellingshoek in de orde van grootte van 14° is gemonteerd. De haard 2 omvat middelen voor het projecteren van een gesimuleerd vuur op basis van een aantal in het kader van 10 deze uitvinding niet in detail te bespreken bronnen 3, 4, 5, 6, 7 van gekleurd licht. De bronnen richten licht op het projectiescherm 1. Dit licht varieert in de tijd met betrekking tot plaats, de kleur, de intensiteit, zodanig dat een kijker door het beeld op het projectiescherm een 15 volledige illusie van een brandend vuur krijgt.

Fig. 2 toont dat het projectiescherm 1 omvat: een transparante draagplaat 8, een aan de van de lichtbronnen 3, 4, 5, 6, 7 af gerichte zijde op de draagplaat 8 aangebracht patroon 9 van afwisselend 20 transparante lijnen 10 (zie ook Fig. 3) en zwarte opake lijnen 11, waarbij de randzones 12 van het projectiescherm 1 relatief opaak zijn en de middenzone 13 van het projectiescherm 1 relatief transparant is. Verder omvat het projectiescherm een aan de andere zijde op de 25 draagplaat 8 aangebrachte, ten dele transparante en ten dele reflecterende eerste laag 14, alsmede een op die eerste laag 14 aangebrachte, in hoofdzaak witte, diffuus doorlatende tweede laag 15.

Fig. 3 toont dat de relatief transparantie 30 middenzone 13 zich naar boven toe versmalt. Dit draagt bij tot een natuurlijk vlambeeld.

De zwarte opake lijnen 10 en de transparante lijnen 11 bezitten hartafstanden in de orde van 0,5 mm. Het patroon van zwarte lijnen 10 en de lagen 14 en 15 35 zijn aangebracht door middel van een zeefdruk-procédé.

Het zal duidelijk zijn, dat Fig. 3 in die zin niet op schaal is getekend, dat de genoemde afstanden tussen de lijnen en de afmetingen van het scherm niet in 5 realistische relatie tot elkaar staan. In de praktijk zal een scherm veel groter zijn en derhalve aanzienlijk meer lijnen bevatten dan in Fig. 3 is getekend.

Het zeefdrukpatroon 9 reduceert in aanzienlijke 5 mate het van buiten af op het projectiescherm 1 vallende licht, zodanig dat de reflecterende eigenschappen van de eerste laag 14 zich niet hinderlijk manifesteren. Als de haard 2 niet aanstaat (dat wil zeggen als de lichtbronnen 3, 4, 5, 6, 7 niet in werking zijn), geeft het 10 projectiescherm 1 de indruk, dat men in een nagenoeg zwart gat kijkt in plaats van naar een spiegelend oppervlak.

Het zal duidelijk zijn dat de draagplaat 8 zorgt voor de mechanische sterkte en stabiliteit voor de 15 zeefdruklaag 9 en de lagen 14 en 15.

Voor de beste resultaten is ook van belang, dat de eerste folie 14 ten dele reflecterend is uitgevoerd en samenwerkt met de witte, diffuus doorlatende tweede folie 15.

20 De haard 2 omvat, behalve de lichtbronnen 3, 4, 5, 6, 7 ook een zogenaamd gloeibed 19, dat zich aan de voorzijde van het projectiescherm 1 bevindt, in tegenstelling tot de lichtbronnen, 3, 4, 5, 6, 7, die zich aan de achterzijde bevinden. Het gloeibed 19 omvat 25 een aantal gesimuleerde gloeiende haardblokken. Daartoe wordt gebruik gemaakt van corresponderend gevormde half-transparante of translucente structuren, die zowel qua vormgeving als qua kleur van het doorgelaten licht de illusie van gloeiende houtblokken, kolen of dergelijke 30 geven. Onder deze semi-transparante structuur bevinden zich verdere lichtbronnen die aan het gloeibed 19 een uiterlijk geven als van gloeiende elementen. Deze gloeiende elementen worden gereflecteerd in het projectiescherm 1. Als gevolg van de relatief brede 35 onderzijde van de relatief transparante middenzone 13 kan reflectie van dit gloeibeeld door een kijker goed worden waargenomen. De haard 2 lijkt hierdoor optisch tweemaal zo diep.

6

Vanaf de middenzone 13 strekken zich naar buiten toe een aantal langwerpige zones 18 met een iets grotere transparantie dan hun omgeving uit. Deze zones 18 kunnen worden aangeduid als uitbarstingslijnen, die 5 ervoor moeten zorgen dat de min of meer driehoekige middenzone 13 niet teveel opvalt in het geval, waarin de haard 2 niet is ingeschakeld. Hierdoor worden de zwarte opake lijnen 10 optisch min of meer gebroken, waardoor de genoemde min of meer driehoekige praktisch niet opvalt.

10

Voorbeeld Draagplaat 8

Gebruik werd gemaakt van een glasheldere acrylplaat voor 15 de draagplaat 8 met eon dikte van 2,5 mm.

Folie voor de laag 14 Fabrikant: SunTek windowfilm.

Produktnaam: SDS-20.

20 Eigenschap folie: zilver reflecterend.

Materiaal: PVC.

Lijmlaag: acrylaat.

Dikte: 80 μπι.

Gewicht: 105 g/m2 25 Doorlaatbaarheid voor zichtbaar licht: 15 %.

Folie voor de laag 15 Fabrikant: SunTek windowfilm.

Produktnaam: White Matte PS Series.

30 Eigenschap folie: witte diffuus doorlatende folie. Materiaal: PE.

Dikte: 23 pm.

Doorlaatbaarheid voor zichtbaar licht: 64 %.

35 De draagplaat kan van het fabrikaar PEARLESS© zijn. Een dergelijke plaat heeft een donkere grijze kleur, is aan één zijde ontspiegeld en is voorzien van een krasvaste laag.

7

De aandacht wordt erop gevestigd dat binnen het kader van de uitvinding diverse varianten en combinaties van de beschreven en getekende aspecten mogelijk zijn.

5 k k k k k

Claims (16)

1. Ten dele translucent projectiescherm (1) voor een haard (2) met gesimuleerd vuur op basis van een aantal bronnen (3, 4, 5,- 6, 7) van gekleurd licht, welke bronnen (3, 4, 5, 6, 7) licht met in de tijd variërende 5 eigenschappen, zoals plaats, kleur, intensiteit, op het projectiescherm (1) richten, met het kenmerk dat het projectiescherm (1) omvat: een transparante draagplaat (8); 10 een aan de van de lichtbronnen (3, 4, 5, 6, 7) af gerichte zijde op de draagplaat (8) aangebracht patroon (9) van afwisselend transparante gebieden (10) en opake gebieden (11), waarbij de randzones (12) relatief opaak zijn en de middenzone (13) relatief transparant is; 15 een aan de andere zijde op de draagplaat (8) aangebrachte, ten dele transparante en ten dele reflecterende eerste laag (14); en een op die eerste laag (14) aangebrachte, diffuus doorlatende tweede laag (15). 20 2c Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, waarin de draagplaat (8) bestaat uit kunststof, bijvoorbeeld acryl of PVC.

3. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, waarin de draagplaat (8) bestaat uit glas.

4. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, waarin de relatief transparante middenzone (13) zich naar 30 boven toe versmalt.

5. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, waarin het patroon (9) bestaat uit afwisselend zwarte opake lijnen (10) en transparante lijnen (11) met gelijke hartafstanden, de dikte van welke lijnen (10, 11) 5 afhankelijk is van de lokaal gewenste mate van opaciteit, respectievelijk transparantie.

6. Projectiescherm (1) volgens conclusie 5, waarin het projectiescherm (1) een in hoofdzaak 10 rechthoekige vorm bezit en de lijnen (10, 11) zich onder hoeken van (45 + 15)° ten opzichte van de randen (16, 17) van het projectiescherm (1) uitstrekken.

7. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, 15 waarin zich vanaf de middenzone naar buiten toe een aantal langwerpige zones (18) met een iets grotere transparantie dan hun omgeving uitstrekken.

8. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, 20 waarin de hartafstand tussen twee naburige opake lijnen (10) en tussen twee naburige transparante lijnen (11) in de orde van 0,5 mm ligt.

9. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, 25 waarin het patroon (9) door middel van een zeefdrukbewerking is aangebracht.

10. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, waarin de eerste laag (14) en/of tweede laag (15) is 30 uitgevoerd als een folie.

11. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, waarin de draagplaat (8) een grijze tint bezit en een transmissie-coëfficiënt in het gebied van 20% - 80% 35 bezit.

12. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, waarin de opake gebieden (11) mat zijn en een kleur in het gebied van donkergrijs tot zwart bezitten.

13. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, waarin de tweede laag (15) in hoofdzaak wit is. 5

14. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, waarin de tweede laag (15) een kleur bezit, die een mengsel van wit en groen is.

15. Projectiescherm (1) volgens conclusie 14, waarin de tweede laag (15) een transparante groene laag omvat.

16. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, 15 waarin de eerste laag (14) en/of de tweede laag (15) door zeefdrukken is aangebracht.

17. Projectiescherm (1) volgens conclusie 1, waarin de tweede laag (15) zodanig is uitgevoerd, dat hij 20 het beeld wazig maakt, bijvoorbeeld een mat oppervlak bezit. + + + + + 25