NL193850C - Kas. - Google Patents

Description

1 193850

Kas

De uitvinding heeft betrekking op een kas, die is voorzien van voor-, achter- en zijgevelwanden, alsmede van een licht doorlatend dak, dat een aantal naast elkaar gelegen, in doorsnede V-vormige kappen omvat, 5 die worden ondersteund door een aantal dragers, die zijn aangebracht tussen de boveneinden van verticale kolommen, terwijl onder de kappen schermdoeken zijn aangebracht, die vanuit een samengevouwen stand in een horizontaal onder de kappen verlopende stand kunnen worden uitgeschoven, waarbij een scherm-doek uitschuifbaar is aangebracht tussen een tweetal zich in de lengterichting van de V-vormige kap uitstrekkende en deze kap nabij zijn langsranden ondersteunende dragers, een en ander zodanig, dat in de 10 uitgeschoven stand het schermdoek ten minste nagenoeg op de gesloten uitgevoerde delen van de.de kap ondersteunende dragers aansluit

Een dergelijke kas is bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage 8601670. Bij deze bekende constructie zijn de dragers bovenop zich dwars op de lengterichting van de V-vormige kappen uitstrekkende vakwerk-spanten aangebracht en gevormd door U-vormige profielen waarin uiteinden van schermen zijn opgenomen. 15 Een en ander leidt tot een gecompliceerde opbouw van de kas.

Volgens de uitvinding is een uiteinde van het schermdoek vastgezet aan een bovenste deel van een door een vakwerkspant gevormde drager, terwijl aan het andere uiteinde van het schermdoek een profiel is bevestigd, dat is voorzien van een zich omhoog uitstrekkende lijst, die in de uitgeschoven stand van het schermdoek nabij zijn boveneinde aanligt tegen een aan een drager bevestigd afdichtprofiel, dat wordt 20 gevormd door een stripvormig orgaan, dat om een zich in de lengterichting van de drager uitstrekkende schamieras verzwenkbaar is.

Door toepassing van zich in de lengterichting van de kappen uitstrekkende vakwerkspanten kan een effectieve ondersteuning van de kappen worden bewerkstelligd, terwijl het bovenste deel van de vakwerkspant bijzonder geschikt is voor rechtstreekse aansluiting van de schermdoeken, waardoor een eenvoudige 25 en compacte opbouw wordt verkregen, terwijl de onder de verschillende V-vormige kappen gelegen ruimtes bij uitgeschoven schermen effectief ten opzichte van elkaar zijn gescheiden.

Opgemerkt wordt, dat uit het tijdschrift Vakblad voor de Bloemisterij, deel 142, nr. 43, 23 oktober 1987, bladzijde 62 een schamierbaar afdichtprofiel te ontnemen is. Dit afdichtprofiel is echter aan het verschuifbare profiel aan het uiteinde van het schermdoek bevestigd en niet, zoals bij de constructie volgens de 30 uitvinding aan het boveneinde van de door een vakwerkspant gevormde drager.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een in figuren schematisch weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de constructie van een kas volgens de uitvinding.

Figuur 1 toont schematisch een doorsnede over een kas volgens het onderhavige voorstel dwars op de 35 lengterichting van de V-vormige kappen.

Figuur 2 toont schematisch een doorsnede over een deel van een kas volgens het onderhavige voorstel evenwijdig aan de lengterichting van de V-vormige kappen.

Figuur 3 toont op vergrote schaal het in figuur 1 omcirkelde gedeelte III.

Figuur 4 toont op nog grotere schaal een deel van het in figuur 3 weergegeven detail.

40

De opbouw van een kas volgens het onderhavige voorstel omvat een aantal verticaal staande kolommen 1, die onderling zijn verbonden door tussen de boveneinden van de kolommen aangebrachte vakwerkspanten 2 alsmede door tussen de boveneinden van de kolommen en zich dwars op de vakwerkspanten 2 uitstrekkende trekstangen 3.

45 Zoals nader uit figuren 3 en 4 blijkt is een vakwerkspant voorzien van een bovengording 4, die met behulp van schoren 5 is verbonden met een ondergording 6. De bovengording 4 wordt gevormd door een aan zijn bovenzijde open, in doorsnede U-vormig profiel. De vrije uiteinden 7 van de zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende benen van dit U-vormige profiel zijn naar buiten in horizontale richting afgebogen. De uiteinden van de trekstangen 3 zijn vastgezet aan de verticaal staande benen van de bovengording 4.

50 Op de afgebogen uiteinden 7 van de bovengording 4 rust een goot 8 met een tweetal, deel van deze goot uitmakende zich horizontaal uitstrekkende flenzen 9. Op de flenzen 9 sluiten zich naar beneden toe uitstrekkende ribben 10 aan, die aanliggen tegen de buitenranden van de vrije uiteinden 7 van het profiel 4, zodat de goot 8 tegen verschuiving in een richting dwars op de lengterichting van het profiel 4 geborgd is.

Op regelmatige afstanden van bijvoorbeeld 1 meter zijn in de ribben 10 uitgesneden lippen 10, met 55 bijvooibeeld een breedte van 30 mm onder de vrije uiteinden 7 van het profiel 4 gevouwen om een stevige bevestiging van de goot op het profiel 4 te bewerkstelligen.

Op de naar elkaar toegekeerde uiteinden van de flenzen 9 sluiten zich schuin omhoog en in een van 193850 2 elkaar afgekeerde richting uitstrekkende lijven 11 aan, die tussen hun uiteinden zijn verbonden met een horizontaal verlopend plaatvormig deel 12 van de goot. Op de bovenranden van de lijven 11 sluiten verticaal omhoog verlopende wanddelen 13 van de goot aan. Op de boveneinden van de wanddelen sluiten in doorsnede in hoofdzaak U-vormige delen 14 aan, die met de vrije uiteinden van benen uitsteken boven de 5 naar elkaar toegebogen einden van de wanddelen 13 met behulp waarvan de U-vormige delen 14 aan het overige gedeelte van de goot 8 zijn bevestigd.

Ter hoogte van de overgang tussen de lijven 11 en de wanddelen 13 van de goot sluiten op de van elkaar afgekeerde zijden van de wanddelen in doorsnede in hoofdzaak L-vormige haken 15 aan, die zich vanaf hun bevestiging aan de wanddelen 13 schuin naar beneden toe uitstrekken. Op enige afstand boven 10 de haken 15 zijn aan de van elkaar afgekeerde zijden van de wanddelen 13 verdere in doorsnede in hoofdzaak L-vormige haken 16 aangebracht.

Zoals in het bijzonder blijkt uit figuur 1 worden door naast elkaar liggende goten 8 het dak van de kast vormende, in dwarsdoorsnede V-vormige kappen 17 ondersteund. Een kapconstructie omvat zich vanaf een goot 8 schuin omhoog uitstrekkende schoren 18, die ruiten 19 ondersteunen. De ruiten 19 liggen met hun 15 ondereinden aan tegen een boveneinde van een been van het U-vormige deel 14. De ondereinden van de schoren 18 rusten op achter de haken 16 gehaakte steunen 20. Verder zijn de schoren 18 aan de goot 8 vastgezet met behulp van achter de haken 15 hakende haken 21, die met klembeugels 22 aan de schoren 18 zijn bevestigd.

Tussen de boveneinden van de kolommen zijn verder zich evenwijdig aan de trekstangen 3 uitstrekkende 20 balken of buizen 23 aangebracht. Aan de balken 23 zijn steunen 24 bevestigd, die een aan een uiteinde van een schermdoek 25 bevestigd profiel 26 ondersteunen. Zoals in het bijzonder duidelijk zal zijn uit figuur 4 is het van het profiel 26 afgekeerde uiteinde van het schermdoek 25 nabij de onderzijde van het U-vormige profiel 4 en nabij een zijkant van het vakwerkspant, waarvan dit profiel 4 deel uitmaakt, vastgezet. Nabij de andere zijkant van het desbetreffende vakwerkspant is een nabij de onderzijde van het 25 profiel gelegen steunorgaan 27 aangebracht, dat een zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkend stripvormig deel 28 ondersteund, zodanig, dat dit stripvormige deel 28 om een zich in de lengterichting van het profiel 4 uitstrekkende scharnieras ten opzichte van het profiel verdraaibaar is.

Indien het schermdoek 25 vanuit de in het linkergedeelte van figuur 4 weergegeven samengevouwen stand zal worden uitgetrokken door het in de richting volgens pijl A verplaatsen van het profiel 26 waartoe 30 met behulp van niet nader weergegeven bekende aandrijfmiddelen de buizen of balken 23 in hun lengterichting worden verplaatst, zal het schermdoek 25 in een horizontale stand worden gespannen onder een desbetreffende kap 17 van de kas en daarbij de inval van zonlicht respectievelijk de uitstraling van kunstmatig licht vanuit de kas tegengaan of althans temperen. In de horizontaal uitgetrokken stand zal het schermdoek 25 nog worden ondersteund door evenwijdig aan de buizen 23 aangebrachte draden 29, die 35 ook dienen voor de geleiding van het profiel 26.

Zoals uit het rechter gedeelte van figuur 4 duidelijk zal zijn komt daarbij in de uitgetrokken stand van het schermdoek een boveneinde van een deel van het profiel 26 uitmakende, zich omhoog uitstrekkende lijst 30 aan te liggen tegen het stripvormige deel 28 om daar een goede afsluiting tussen het door het profiel 4 gevormde bovenste gesloten deel van het vakwerkspant en het doek te bewerkstelligen. Dientengevolge 40 wordt de tussen de kap 17 en het onder de kap uitgestrekte schermdoek gelegen ruimte 31 op effectieve wijze afgesloten ten opzichte van het overige deel van de inwendige ruimte in de kast

Door de bij voorkeur uit aluminium of kunststof geëxtrudeerde goot 8, die de uiteinden van twee naburige kappen ondersteunt, over zijn gehele lengte te ondersteunen door de bij voorkeur uit stad vervaardigde in doorsnede U-vormige bovengording 4 van het vakwerkspant wordt een effectieve ondersteuning van de 45 aangrenzende kappen 17 met behulp van het vakwerkspant verkregen, zodat ook bij gebruik van mechanische, over de kappen rijdende reinigingsinrichtingen ongewenste vervormingen van kappen en goten worden tegengegaan.

Langs de binnenzijde van de kappen afdruipend condenswater zal worden opgevangen door zich vanaf de flenzen 9 van de goot 8 schuin omhoog en evenwijdig aan de lijven 11 uitstrekkende vleugels 32 van de 50 goot, waarbij dit condenswater via niet nader weergegeven gaten in de flenzen 9 kan worden afgevoerti in het U-vormige profiel 4 en vandaar naar een niet nader weergegeven afvoer kan stromen. Op de kappen vallend hemelwater kan via de door de wanddelen 11-13 van de goot 8 begrensde ruimte worden afgevoerd.

Claims (2)

3 193850

1. Kas, die is voorzien van voor-, achter- en zijgevelwanden alsmede van een licht doorlatend dak, dat een aantal naast elkaar gelegen, in doorsnede V-vormige kappen omvat, die worden ondersteund door een 5 aantal dragers, die zijn aangebracht tussen de boveneinden van verticale kolommen, terwijl onder de kappen schermdoeken zijn aangebracht, die vanuit een samengevouwen stand in een horizontaal onder de kappen verlopende stand kunnen worden uitgeschoven, waarbij een schermdoek uitschuifbaar is aangebracht tussen een tweetal zich in de lengterichting van de V-vormige kap uitstrekkende en deze kap nabij zijn langsranden ondersteunende dragers, een en ander zodanig, dat in de uitgeschoven stand het 10 schermdoek ten minste nagenoeg op de gesloten uitgevoerde delen van de.de kap ondersteunende dragers aansluit, met het kenmerk, dat een uiteinde van het schermdoek is vastgezet aan een bovenste deel van een door een vakwerkspant gevormde drager, terwijl aan het andere uiteinde van het schermdoek een profiel is bevestigd, dat is voorzien van een zich omhoog uitstrekkende lijst, die in de uitgeschoven stand van het schermdoek nabij zijn boveneinde aanligt tegen een aan een drager bevestigd afdichtprofiel, dat 15 wordt gevormd door een stripvormig orgaan.dat om een zich in de lengterichting van de drager uitstrekkende schamieras verzwenkbaar is.

2. Kas volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de drager waarop het schermdoek aansluit wordt gevormd door de bovengording van het vakwerkprofiel. Hierbij 2 bladen tekening