NL192495C - Inrichting van het kunsthoofdtype voor het opnemen van geluid. - Google Patents

Inrichting van het kunsthoofdtype voor het opnemen van geluid. Download PDF

Info

Publication number
NL192495C
NL192495C NL9101993A NL9101993A NL192495C NL 192495 C NL192495 C NL 192495C NL 9101993 A NL9101993 A NL 9101993A NL 9101993 A NL9101993 A NL 9101993A NL 192495 C NL192495 C NL 192495C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
microphone
channel
sound
plate
carrier body
Prior art date
Application number
NL9101993A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192495B (nl
NL9101993A (nl
Inventor
Josee Marie Van Den Berg
Original Assignee
Josee Marie Van Den Berg
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Josee Marie Van Den Berg filed Critical Josee Marie Van Den Berg
Priority to NL9101993A priority Critical patent/NL192495C/nl
Priority to US08/244,480 priority patent/US5583942A/en
Priority to PCT/NL1992/000218 priority patent/WO1993011648A1/en
Publication of NL9101993A publication Critical patent/NL9101993A/nl
Publication of NL192495B publication Critical patent/NL192495B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192495C publication Critical patent/NL192495C/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04RLOUDSPEAKERS, MICROPHONES, GRAMOPHONE PICK-UPS OR LIKE ACOUSTIC ELECTROMECHANICAL TRANSDUCERS; DEAF-AID SETS; PUBLIC ADDRESS SYSTEMS
    • H04R5/00Stereophonic arrangements
    • H04R5/027Spatial or constructional arrangements of microphones, e.g. in dummy heads

Description

1 192495
Inrichting van het kunsthoofdtype voor het opnemen van geluid
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting van het kunsthoofdtype voor het opnemen van geluid, omvattende een dragerlichaam voorzien van een anatomisch natuurgetrouwe nabootsing van de menselijke 5 oorschelp, gekoppeld met een in de nagebootste oorschelp uitmondend kanaal in het lichaam overeenkomend met een gehoorgang van anatomische bouw en lengte en een achter het kanaal zodanig opgestelde microfoon, dat de stand van het membraan van de microfoon ten opzichte van de nagebootste gehoorgang en oorschelp zoveel mogelijk overeenkomt met de anatomische stand van het menselijk trommelvlies ten opzichte van bijbehorende gehoorgang en oorschelp.
10 Een dergelijke inrichting is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 4.680.856. De bekende inrichting heeft de vorm van een menselijk hoofd. Een aantal onderdelen van het menselijk hoofd zijn anatomisch natuurgetrouw nagebootst. Met name geldt dit voor de oorschelpen en de bijbehorende gehoorgangen. Aan het achtereinde van ieder van de gehoorgangen is op precies dezelfde plaats, waar zich bij de mens het trommelvlies bevindt, het membraan van een microfoon opgesteld. Met behulp van een dergelijk kunsthoofd 15 wordt gemeend, dat geluid zo natuurgetrouw mogelijk kan worden opgenomen, opdat nadien een zo natuurgetrouw mogelijke weergave mogelijk is. In de praktijk blijkt evenwel de opname van geluid met de bekende inrichting nog niet optimaal te zijn.
De uitvinding nu heeft tot doel een inrichting te verschaffen, die beter dan de bekende inrichting in staat is tot het zodanig opnemen van geluid dat een uiterst natuurgetrouwe weergave kan worden gerealiseerd. 20 Het gestelde doel wordt volgens de uitvinding bereikt met een inrichting van de in de aanhef omschreven soort, waarin het dragerlichaam is opgehangen aan een plaat en het kanaal aan de zijde van de microfoon een open uiteinde heeft, nabij welk open uiteinde de microfoon is opgesteld in de ruimte tussen het dragerlichaam en de plaat, zodanig dat een open verbinding met de nagebootste gehoorgang en de ruimte buiten de inrichting gehandhaafd blijft.
25 Wezenlijk voor de inrichting volgens de uitvinding is de aan beide zijden van het nagebootste oor opengehouden gehoorgang. De microfoon is daarom zodanig opgesteld dat er een open verbinding blijft bestaan met zowel de gehoorgang als met de ruimte buiten de inrichting. De gehoorgang vormt daardoor als het ware een open orgelpijp voor de via de oorschelp binnenkomende geluiden en de energie-overdracht van de geluiden geschiedt op min of meer analoge wijze als in de natuur. Het geluid blijkt 30 daardoor bij latere weergave uiterst natuurgetrouw te zijn. Het open zijn aan beide zijden van de gehoorgang voorkomt hinderlijke resonanties, die bij een aan één zijde door de microfoon afgesloten gehoorgang optreden als gevolg van het ontstaan van een ongewenste akoestische resonator van Helmholtz in belangrijke frequentiegebieden. Voorts draagt het aan beide zijden open zijn van de gehoorgang bij aan een betere verwerking van de via een fysiologische vorm (oor en gehoorgang) gewijzigde geluidsenergie door 35 de geluidsopnemer (microfoon).
Opgemerkt wordt nog dat uit het Duitse Offenlegungsschrift 37 33 494 een inrichting voor het opnemen van geluid bekend is, waarbij anatomisch natuurgetrouwe nabootsingen van de menselijke oorschelp worden benut. In figuur 6 van die publicatie is een uitvoeringsvorm weergegeven met een microfoon, opgesteld in een kamer achter een nagebootste gehoorgang, welke kamer groter is dan de gehoorgang.
40 Tussen gehoorgang en microfoon is evenwel een dempende massa opgesteld, zodat deze constructie vergelijkbaar is met een gesloten orgelpijp. Door de dempende massa is de gehoorgang niet aan beide zijden open.
In Patent Abstracts of Japan, vol. 2, no. 49 wordt voorts een samenvatting gegeven van de uitvinding beschreven in JP-A-53.012.602. Genoemde publicatie betreft een microfoon van het kunsthoofdtype met in 45 een kunsthoofd opgenomen microfoons, die via een kanaal aansluiten op oorschelpen. Van een anatomisch natuurgetrouwe nabootsing lijkt geen sprake. Evenmin is sprake van een open uiteinde van de kanalen aan de zijde van de microfoons. Daarentegen is wel sprake van extra kanalen tussen ieder gehoorgangkanaal en andere delen van het oppervlak van of holten in het kunsthoofd, welke extra kanalen met dempend materiaal dienen te zijn gevuld.
50 Bij een geschikte uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is de microfoon zodanig opgesteld, dat tussen het open uiteinde van het kanaal en het membraan van de microfoon een wigvormige spleet bestaat.
Bij een andere geschikte uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is op het dragerlichaam in de opneemrichting vóór de microfoon een geluidswal voorzien teneinde van voor de inrichting langs het 55 dragerlichaam naar de microfoon gerichte geluidsdrukken tegen te gaan.
De uitvinding verschaft voorts een kunsthoofd voor het opnemen van geluid, omvattende twee inrichtingen volgens de uitvinding, waarbij het dragerlichaam van iedere inrichting bestaat uit een plaat van geschikt 192495 2 materiaal, en de dragerplaten van beide inrichtingen ieder door middel van een beugel zijn bevestigd aan weerszijden van een geschikte scheidingsplaat. Bij voorkeur voorziet daarbij de beugel aan ieder drager-lichaam in een zogenaamde ’’stemvork”-ophanging van het desbetreffende lichaam. Door een dergelijke ophanging wordt akoestische ontkoppeling van drageriichaam en scheidingsplaat verregaand bereikt.
5 Om aesthetische en praktische redenen zijn de dragerplaten en de scheidingsplaat op geschikte wijze cirkelvormig uitgevoerd, waarbij de diameter van de scheidingsplaat ongeveer gelijk is aan de gemiddelde diameter van een mensenhoofd. De dragerplaten worden door de desbetreffende beugels bij voorkeur op zodanige afstand van de scheidingsplaat gehouden, dat de afstand tussen de twee oorschelpen aan weerszijden de afstand tussen de oren van een gemiddeld mens benadert.
10
De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: figuur 1 een schematische weergave in zij/vooraanzicht is van een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding, figuur 2 een weergave in vooraanzicht is van een voorkeursuitvoeringsvorm van het kunsthoofd volgens 15 de uitvinding, en figuur 3 een weergave in doorsnede is van een deel van de inrichting volgens figuur 2.
In de figuren zijn soortgelijke of overeenkomstige onderdelen van dezelfde verwijzingscijfers voorzien.
In figuur 1 is een drageriichaam 1, dat de vorm heeft van een in hoofdzaak cirkeivormige schijf, door 20 middel van een geschikte, bij de weergegeven uitvoeringsvorm bovenaan de drager 1 bevestigde beugel 2, die aan het van de drager 1 afgewende uiteinde bevestigd is op een steunplaatje 3, verbonden met een eveneens in hoofdzaak cirkelvormige en schijfvormige plaat 4. De ophanging van de drager 1 aan de plaat 4 is bij voorkeur van het type ”stemvork”-ophanging, teneinde drager 1 en plaat 4 zoveel mogetijk akoestisch ontkoppeld te houden. De bevestiging van de drager 1 aan de beugel 2 kan desgewenst flexibel 25 of verdraaibaar zijn, zodat eventueel richting en afstand van de hierna te noemen oorschelp ten opzichte van de plaat 4 kan worden gewijzigd en naar wens ingesteld. Het drageriichaam 1 en de plaat 4, die een grotere diameter heeft dan de drager 1, zijn vervaardigd uit een geschikt materiaal en zijn bij voorkeur bekleed met een akoestisch dempend materiaal. Op het drageriichaam 1 is aan de van de plaat 4 afgewende zijde een lichaam 5 in de vorm van een anatomisch zo natuurgetrouw mogelijk nagebootste 30 menselijke oorschelp bevestigd. De bevestiging van de oorschelp 5 op de drager 1 is zoveel mogelijk akoestisch ontkoppeld.
Van de ingang van het nagebootste oor 5 loopt een in figuur 1 door onderbroken lijnen aangeduid kanaal 6 door de drager 1 naar de van het oor 5 afgewende zijde daarvan. Het kanaal 6 is een zo natuurgetrouw mogelijke nabootsing van een gehoorgang van anatomische bouw en lengte. Nabij het uiteinde van de 35 gehoorgang 6 aan de van het oor 5 afgewende zijde van de drager 1 is een microfoon 7 (in figuur 1 in onderbroken lijnen aangeduid) opgesteld. De microfoon 7 is zodanig opgesteld dat de stand van het membraan van de microfoon zoveel mogelijk overeenkomt met de anatomische stand van het menselijke trommelvlies, terwijl de opstelling voorts zodanig dient te zijn dat de gehoorgang 6 niet door de microfoon 7 wordt afgesloten.
40 Bij de beschreven constructie is anders dan bij tot dusverre bekende constructies, de gehoorgang aan beide zijden open. Die gehoorgang vormt aldus niet, zoals bij de bekende inrichting een gesloten orgelpijp, maar is vergelijkbaar met een open orgelpijp voor de via de oorschelp binnenkomende geluiden, zodat de geluidsdrukken min of meer op analoge wijze als in de natuur kunnen worden overgebracht.
Voor een goede natuurgetrouwe opname van geluiden kan het beste gebruik worden gemaakt van twee 45 inrichtingen van het in figuur 1 af geboeide type, die bij voorkeur eikaars spiegelbeeld zijn. De desbetreffende oren worden daarbij bij voorkeur op een met de afstand tussen de twee oren van een mens vergelijkbare afstand opgesteld. Voor bepaalde effecten zou men die afstand evenwel kunnen variëren. In dat geval zou men twee afzonderlijke dragers 1, eventueel ieder opgehangen aan een afzonderlijke scheidingsplaat 4, desgewenst los van elkaar op een standaard, kunnen toepassen. De desbetreffende 50 inrichtingen kunnen daarbij al dan niet eikaars spiegelbeeld zijn. in gevallen dat men de ’’natuurlijke” afstand wil handhaven kan men het eenvoudigst twee van de inrichtingen volgens figuur 1 tot een enkel kunsthoofd samenstellen. Een voorkeursuitvoeringsvorm van een dergelijk kunsthoofd is in figuur 2 in vooraanzicht weergegeven.
Het kunsthoofd volgens figuur 2 omvat een centrale scheidingsplaat 4, waarop aan weerszijden aan de 55 bovenzijde de bevestigingsplaatjes 3 en 10 van de respectieve beugels 2 en 9 zijn bevestigd. De scheidingsplaat 4 is bevestigd op een geschikte standaard 11. Door middel van de beugels 2, resp. 9 is voorzien in een ”stemvork”-ophanging van de drageriichamen 1, resp. 16 aan weerszijden van de

Claims (4)

1. Inrichting van het kunsthoofdtype voor het opnemen van geluid, omvattende een dragerlichaam voorzien 25 van een anatomisch natuurgetrouwe nabootsing van de menselijke oorschelp, gekoppeld met een in de nagebootste oorschelp uitmondend kanaal in het lichaam overeenkomend met een gehoorgang van anatomische bouw en lengte en een achter het kanaal zodanig opgestelde microfoon, dat de stand van het membraan van de microfoon ten opzichte van de nagebootste gehoorgang en oorschelp zoveel mogelijk overeenkomt met de anatomische stand van het menselijk trommelvlies ten opzichte van bijbehorende 30 gehoorgang en oorschelp, met het kenmerk, dat het dragerlichaam (1) is opgehangen aan een plaat (4) en dat het kanaal (6) aan de zijde van de microfoon (7) een open uiteinde heeft, nabij welk open uiteinde de microfoon (7) is opgesteld in de ruimte tussen het dragerlichaam (1) en de plaat (4), zodanig dat een open veibinding met de nagebootste gehoorgang (6) en de ruimte buiten de inrichting gehandhaafd blijft.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de microfoon (7) zodanig is opgesteld, dat tussen 35 het open uiteinde van het kanaal (6) en het membraan van de microfoon (7) een wigvormige spleet bestaat.
3. Inrichting volgens één der conclusies 1-2, met het kenmerk, dat op het dragerlichaam (1) in de opneemrichting vóór de microfoon (7) een geluidswal <12,13) is voorzien teneinde van voor de inrichting langs het dragerlichaam (1) naar de microfoon (7) gerichte geluidsdrukken tegen te gaan.
3 192495 scheidingsplaat 4. Op da dragers 1, rasp. 16 zijn de natuurgetrouwe nabootsingen van menselijke oren 5, resp. 8 bevestigd aan de van de scheidingsplaat 4 afgewende zijde. Aan de naar de scheidingsplaat 4 toegewende zijde van de dragers 1, resp. 16 zijn microfoons bevestigd. In het vooraanzicht van figuur 2 zijn die microfoons niet zichtbaar, aangezien zij aan het oog worden onttrokken door voor die microfoons op de 5 dragers 1, resp. 16 bevestigde geluidswallen 13, resp. 12. De geluidswallen 13 en 12 zijn frontaal voor de desbetreffende microfoons opgesteld om te verhinderen dat ’’ongerichte” van voren komende geluids-drukken de microfoons bereiken. In figuur 3 is een gedeelte van de inrichting volgens figuur 2 in doorsnede weergegeven. De doorsnede is genomen ter hoogte van het kanaal 6 door de drager 1. Te zien is hoe de uitgang van het kanaal 6 aan 10 de van het oor 5 afgewende zijde van de drager 1 een vrije, dat wil zeggen niet afgesloten uitgang is. Nabij die uitgang is de microfoon 7 opgesteid, van welke microfoon het membraan eenzelfde stand ten opzichte van het kanaal 6 heeft als het menselijk trommelvlies ten opzichte van de gehoorgang. Aldus bestaat tussen de drager 1 en de microfoon 7 een wigvormige spleet 14, in welke spleet 14 het kanaal 6 uitmondt. De microfoon 7 is door middel van de elektrische leiding 15 veibonden met niet weergegeven 15 verwerkingsapparatuur voor het verwerken van de door de microfoon 7 opgenomen signalen. Bij toepassing van een kunsthoofd volgens de uitvinding voor het opnemen van geluiden blijkt een uiterst natuurgetrouwe geluidsweergave van het opgenomen geluid mogelijk, welke weergave meer natuurgetrouw is dan bij toepassing van tot dusverre bekende kunsthoofden kon worden bereikt. De constructie volgens de uitvinding met dragerplaten en een scheidingsplaat kan voorts zeer licht van gewicht worden gehouden. 20
4. Kunsthoofd voor het opnemen van geluid, omvattende twee inrichtingen volgens één der conclusies 1-3, 40 waarbij het dragerlichaam (1,16) van iedere inrichting bestaat uit een plaat van geschikt materiaal en de dragerplaten (1,16) van beide inrichtingen ieder door middel van een beugel (2, 9) zijn bevestigd aan weerszijden van een geschikte scheidingsplaat (4). Hierbij 2 bladen tekening
NL9101993A 1991-11-28 1991-11-28 Inrichting van het kunsthoofdtype voor het opnemen van geluid. NL192495C (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9101993A NL192495C (nl) 1991-11-28 1991-11-28 Inrichting van het kunsthoofdtype voor het opnemen van geluid.
US08/244,480 US5583942A (en) 1991-11-28 1992-11-27 Device of the dummy head type for recording sound
PCT/NL1992/000218 WO1993011648A1 (en) 1991-11-28 1992-11-27 Device of the dummy head type for recording sound

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9101993A NL192495C (nl) 1991-11-28 1991-11-28 Inrichting van het kunsthoofdtype voor het opnemen van geluid.
NL9101993 1991-11-28

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9101993A NL9101993A (nl) 1993-06-16
NL192495B NL192495B (nl) 1997-04-01
NL192495C true NL192495C (nl) 1997-08-04

Family

ID=19859975

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9101993A NL192495C (nl) 1991-11-28 1991-11-28 Inrichting van het kunsthoofdtype voor het opnemen van geluid.

Country Status (3)

Country Link
US (1) US5583942A (nl)
NL (1) NL192495C (nl)
WO (1) WO1993011648A1 (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AUPO099696A0 (en) * 1996-07-12 1996-08-08 Lake Dsp Pty Limited Methods and apparatus for processing spatialised audio
US20040101815A1 (en) * 2002-11-27 2004-05-27 Jay Mark A. Biofidelic seating apparatus with binaural acoustical sensing
US9103747B2 (en) 2010-10-20 2015-08-11 Lear Corporation Vehicular dynamic ride simulation system using a human biofidelic manikin and a seat pressure distribution sensor array
JP5762505B2 (ja) * 2013-10-23 2015-08-12 京セラ株式会社 耳型部、人工頭部及びこれらを用いた測定システムならびに測定方法
KR20150142925A (ko) * 2014-06-12 2015-12-23 한국전자통신연구원 스테레오 음향 입력 장치
CN110136560B (zh) * 2019-05-31 2020-12-29 山东交通学院 斜截式仿生蝙蝠耳喇叭模型功能装置及实验方法

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2437373C3 (de) * 1974-08-02 1977-03-10 Polygram Gmbh, 2000 Hamburg Einrichtung zur Aufnahme von Schallsignalen unter Verwendung eines Kunstkopfes
JPS588638B2 (ja) * 1975-09-22 1983-02-16 ソニー株式会社 ステレオマイクロホンソウチ
JPS5312602A (en) * 1976-07-21 1978-02-04 Hitachi Ltd Dummy head
DE3101264C2 (de) * 1981-01-16 1983-07-21 Institut für Rundfunktechnik GmbH, 8000 München Kunstkopf
US4680856A (en) * 1984-03-21 1987-07-21 Hugo Zuccarelli Process for forming an acoustic monitoring device
AT386504B (de) * 1986-10-06 1988-09-12 Akg Akustische Kino Geraete Einrichtung zur stereophonen aufnahme von schallereignissen

Also Published As

Publication number Publication date
NL192495B (nl) 1997-04-01
NL9101993A (nl) 1993-06-16
US5583942A (en) 1996-12-10
WO1993011648A1 (en) 1993-06-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9473846B2 (en) Ear defender with concha simulator
US8213632B2 (en) Electroacoustic transducer and ear speaker device
US5553148A (en) Apparatus and method for producing vibratory sensations to accompany audible sounds in a properly phased relationship
US6062337A (en) Audio system that can be mounted on the body of a user
JP3803368B2 (ja) バイノーラル信号処理装置
US4158753A (en) Headphone of circumaural design
US20020039427A1 (en) Audio apparatus
CN111656800B (zh) 用于生成自然的定向耳廓提示的头戴式耳机装置
US4037052A (en) Sound pickup assembly
JPH01117599A (ja) 収音装置
US4227050A (en) Virtual sound source system
JP2002522992A (ja) ヘッドホン
CN103503474A (zh) 双驱动单元耳机
CN102598712A (zh) 光耦合的中耳植入体声学系统和方法
JPS60213921A (ja) めがね枠
JP2003264882A (ja) イヤホン装置
US4308426A (en) Simulated ear for receiving a microphone
WO2020257114A1 (en) Bone conduction headset
NL192495C (nl) Inrichting van het kunsthoofdtype voor het opnemen van geluid.
JP7370382B2 (ja) ヘッドホンの音響変成器
US4680856A (en) Process for forming an acoustic monitoring device
JPH04262700A (ja) 立体音再生装置
EP0502017A1 (en) A hearing protector set
JP4826455B2 (ja) イヤースピーカ装置及び眼鏡型映像表示装置
KR20000023594A (ko) 음향 포착 방법 및 장치

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BK Erratum

Free format text: PAT.BUL.10/97,HEADING P,SECTION 2,PAGE 1452:THE RESIDENCE OF THE INVENTOR "ALMERE HAVEN EN ALMERE HAVEN TO NL(7)"SHOULD BE MODIFIED INTO:"ALMERE HAVEN" A CORRECTED FRONT PAGE OF THE PAMPHLET OF PATENT 192495 IS BEEN ISSUED

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20010601