NL1041331B1

NL1041331B1 - Onkruidverwijderinrichting.

Info

Publication number: NL1041331B1
Application number: NL1041331A
Authority: NL
Inventors: Sander Johannes Bernaerts Ing
Original assignee: Sander Johannes Bernaerts Ing
Priority date: 2015-06-02
Filing date: 2015-06-02
Publication date: 2017-01-02
Also published as: EP3192342B1; EP3192342A1; NL1041331A

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het detecteren en verwijderen van onkruidplanten (2) , welke willekeurig aanwezig zijn tussen gewasplanten (3), meestal geteeld in rijen, waarbij de inrichting opgebouwd is als een onkruidverwijderinrichting (6) en die veelal gekoppeld is aan een landbouwtractor (12), waarbij de onkruidverwijderinrichting(6) voorzien is van een elektronische camera (7), een camerabeeldverwerkende computer (9) met eventueel een beeld- of aanraakscherm (8) voor zowel handmatige- als automatische verwerking. Verder is aan genoemde onkruidverwijderinrichting (6) een elektronisch gestuurde verwijdereenheid (10) aangebracht voor het achtereenvolgens eruit scheppen en op de bodem deponeren van de vervolgens uit- drogende onkruidplanten (2) , hetgeen op verrassend nauwkeurig en doeltreffende wijze geschiedt.

Description

Onkruidverwijderinrichting

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het detecteren en verwijderen van onkruidplanten tussen een opgroeiend land- of tuinbouwgewas, waarbij het detecteren van de onkruidplanten met behulp van opsporingsmiddelen uitvoerbaar is en waarbij het verwijderen van de onkruidplanten plaatsheeft met mechanische middelen.

De achtergrond van de uitvinding is het ontwikkelen van een inrichting voor het verwijderen van ongewenste planten of onkruidplanten tussen land- en tuinbouwgewassen. Het verwijderen van ongewenste planten of onkruidplanten is steeds een probleem of wellicht een probleem bij de groei of het telen van land- en tuinbouwgewassen. Het verwijderen van onkruidplanten kan met de hand door mensen geschieden, hetgeen duur en tijdrovend is.

Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is bij biologische teelt niet toegestaan en bij de gebruikelijke tuinbouw soms niet mogelijk of ongewenst in verband met verontreiniging van gewas , bodem of water.

In de praktijk worden tuinbouwgewassen over het algemeen in rijen geteeld. Dit kan vlakvelds zijn, op ruggen of op bedden. De ordening van rijen inclusief de spoor- en werkbreedte van landbouwtractoren en -werktuigen noemt men het teeltsysteem. De onkruidverwijderinrichting of -machine dient aangepast te zijn aan het teeltsysteem. Genoemde inrichting kan aanpasbaar zijn aan verschillende teeltsystemen, zodat de onkruidplanten gewied kunnen worden in verschillende gewassen en/of teeltsystemen.

De inrichting of machine overeenkomstig de uitvinding is voor een belangrijk deel inzetbaar bij de teelt van bijvoorbeeld biologisch geteelde uien en peen. Dit betreft fijnzadige gewassen, waarbij de planten meestal zeer dicht bij elkaar staan, de planten zeer fragiel zijn en waar bij andere vormen van mechanisch wieden of onkruidbestrijding tussen de gewasplanten zeer moeilijk of niet toepasbaar zijn. Daarnaast dient de techniek, die gebruikt wordt, ook geschikt te zijn voor gewassen die volvelds worden gezaaid. De reikwijdte van camera of camera’s met on-kruidverwijderaars moet dan dusdanig zijn, dat de gehele werkbreedte kan worden meegenomen. Voorbeelden van gebruikelijke teeltsystemen zijn: - voor peen, witlof, pastinaak en dergelijke, 4 rijen op 75 cm rijafstand. De werkbreedte van de inrichting is dan 3 meter. De landbouwtractor staat dan op een spoorbreedte van circa 1,50 meter of 3 meter; - voor zaaiuien en dergelijke, 3 bedden van 1,50 meter breedte met daarop 5 rijen uien per bed. De landbouwtractor staat op een spoor breedte van circa 1,50 meter. De machines hebben dan een werkbreedte van circa 4,50 meter.

Een enigszins soortgelijke machine of inrichting is bekend uit het Octrooischrift W02008135867 (A2), ingediend: 2008-11-13 van aanvrager UNIV KOPENHAGEN, Denemarken. Uitvinder Griepentrop Hans-Werner.

Het betreft eveneens een precisie onkruid wiedmachine voor het verwijderen of vernielen van onkruidplanten tussen gewasplanten, welke in rijen zijn geplaatst. De genoemde machine of inrichting bewerkt de grond tussen de gewasplanten met een roterende hark of tanden. De totale inrichting is voorzien van een elektronische camera gekoppeld aan een besturingseenheid voor het bedienen of activeren van genoemde harkconstructie. De grond rond de gewasplanten wordt stevig doorwoeld vlak bij de gewasplanten, welke van te voren veelal op constante afstanden zijn gezaaid of geplaatst.

Aan deze bekende inrichting of machine kleven een aantal bezwaren vooral ten aanzien van niet op regelmatige afstand geplaatste gewasplanten. De bekende techniek is niet bruikbaar in gewas- sen,waarbij de gewasplanten zeer dicht op elkaar staan. De harken zullen dan ongetwijfeld gewasplanten vernielen of schade daaraan toebrengen.

De doelstelling van de onderhavige uitvinding betreft een zodanig gemodificeerde en verbeterde onkruidverwijderinrichting te verschaffen, waaraan vorenbeschreven bezwaren niet kleven en welke inrichting op economisch verantwoorde manier op de markt te brengen is.

Hiertoe is een inrichting voor het detecteren en verwijderen van onkruidplanten tussen een opgroeiend land- of tuinbouwgewas zodanig verder ontwikkeld, gekenmerkt doordat genoemd detecteren van de onkruidplanten tussen de gewasplanten uitvoerbaar is met een elektronische camera gekoppeld aan een computer met eventueel beeldscherm, waarbij het geheel gemonteerd is op een zich boven de gewasplanten voortbewegende mechanische onkruidverwijderinrichting veelal gekoppeld aan een landbouwtractor, waarbij tevens aan de onkruidverwijderinrichting een door genoemde computer aangestuurde verwijder-eenheid voor het sequentieel verwijderen van de onkruidplanten is aangebracht.

Het voordeel is een inrichting, welke zeer nauwkeurig de onkruidplanten detecteert en vervolgens op de precieze plek deze volledig uit de grond verwijdert en vervolgens zal de onkruidplant boven op de bodem verdrogen en afsterven.

Voorts is de inrichting overeenkomstig de uitvinding zodanig verder ontwikkeld, met het kenmerk, dat met de elektronische camera beelden te maken zijn van de rij gewasplanten met daartussen de onkruidplanten , welke handmatig dan wel automatisch selecteerbaar zijn al dan niet met behulp van een door de computer gestuurd beeldscherm.

Het voordeel is een zeer effectief werkende inrichting.

Dan is de inrichting overeenkomstig de uitvinding zodanig verder ontwikkeld, met het kenmerk, dat genoemde ingebouwde verwijdereen-heid voor de onkruidplanten bestaat uit een verticaal op en neer beweegbaar mechanisme met aan het uiteinde een conisch buisvormig gevormd steekelement zonder bodemplaatje.

Het voordeel is een effectief en zeer nauwkeurig verwijderen van de onkruidplanten tussen of naast de gewasplanten.

De uitvinding is hieronder nader toegelicht aan de hand van een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm, weergegeven in de tekening. Hierbij toont:

Figuur 1 een zijaanzicht van de onkruidverwijderinrichting met landbouwtractor overeenkomstig een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding;

Figuur 2 een schematische voorstelling van de werking van de onkruidverwijderinrichting van figuur 1;

Figuur 3 een bovenaanzicht op het veld met de rijen gewasplanten (met eventueel onkruidplanten) met de landbouwtractor voorzien van de onkruidverwijderinrichting; en

Figuur 4 een bovenaanzicht van een rij met gewas- en onkruidplanten in een zone B en een zone A naast de gewasplanten met hoofdzakelijk onkruidplanten.

In figuur 1 is een zijaanzicht weergegeven van de onkruidverwijderinrichting 1 voor het detecteren en verwijderen van onkruidplanten 2, welke zich tussen de gewasplanten 3 bevinden. De gewasplanten 3 worden vaak in rijen 4 (zie ook figuur 3) geteeld. Tussen de rijen 4 bevinden zich regelmatig sporen of paden 5 voor de wielen van de landbouwmachines , zoals bijvoorbeeld de landbouwtractor 12 , welke in de rijrichting 15 zich beweegt. Aan genoemde landbouwtractor 12 is een onkruidverwijderinrichting 6 aangebracht met de benodigde apparatuur voor het detecteren en verwijderen van de onkruidplanten 2 tussen de eigenlijke gewasplanten 3. Bij de onkruidverwijderinrichting 6 (zie ook figuur 2 , schematisch) is een elektronische camera 7 aangebracht, die de onkruidplanten 2 detecteert, welke een afwijkende kleur ,vorm en/of structuur hebben ten opzichte van de gewasplanten 3 om zodoende de onkruidplanten 2 handmatig of computergestuurd te selecteren voor verwijdering. De gewasplanten 3 worden zoals duidelijk in figuur 4 is weergegeven meestal in rijen geteeld , zoals aangegeven is in figuur 4 zone B. De onkruidplanten 2 kunnen zowel tussen de gewasplanten 3 in zone B als naast de gewasrij in zone A voorkomen. De onkruidplanten in zone A kunnen op basis van plaats automatisch geselecteerd worden. Het beeld van de elektronische camera 7 gaat via de computer 9 naar een beeld- of aanraakscherm 8. Met het bedienen van het beeld- of aanraakscherm kan een arbeidskracht 13 handmatig de onkruidplanten 2 selecteren. Hierdoor zal de verwijdereenheid 10 van stand A naar stand B gaan en in stand B de onkruidplant 2 eruit steken.waarna in stand C de verwijdereenheid 10 zich gereed maakt voor het eruit steken van de volgende onkruidplant 2, waardoor de eerder eruit gestoken onkruidplant 2 er van boven uit gedrukt wordt en op de grond valt om verder uit te drogen. De verwijdereenheid 10 bestaat in hoofdzaak uit een op en neer beweegbaar buis- of stangensysteem 11 met aan de onderzijde een conisch buisvormig gevormd steekelement 14 zonder bodem.

In figuur 3 is per rij gewasplanten een elektronische camera 7 en tenminste een verwijdereenheid 10 toegepast. Ook is het mogelijk de werkbreedte van de onkruidverwijdereenheid 6 van de landbouwtracto-ren 12 aan te passen aan het specifieke teeltsysteem of naar capaci-teitsbehoefte. De computer 9 en de beeld- of aanraakschermen 8 zijn overeenkomstig aangepast.

Ten slotte dient nadrukkelijk vermeld te worden, dat hiervoor een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is omschreven en dat van zelfsprekend verdere modificaties en dergelijke mogelijk zijn, zonder dat de beschermingsomvang van dit octrooi- of patentschrift wordt verlaten.

Claims

1. Inrichting voor het detecteren en verwijderen van onkruidplan-ten tussen een opgroeiend land- of tuinbouwgewas, waarbij het detecteren van de onkruidplanten met behulp van opsporingsmiddelen uitvoerbaar is en waarbij het verwijderen van de onkruidplanten plaatsheeft met mechanische middelen, met het kenmerk, dat genoemd detecteren van de onkruidplanten (2) tussen en naast de gewasplanten (3) uitvoerbaar is met een elektronische camera (7) gekoppeld aan een computer (9) met beeld - of aanraakscherm (8), waarbij het geheel gemonteerd is op een zich boven de gewasplanten (3) voortbewegende mechanische onkruidverwijderinrichting (6) veelal gekoppeld aan een land-bouwtractor (12), waarbij tevens aan de onkruidverwijderinrichting (6) een door genoemde computer (9) aangestuurde verwijdereenheid (10) voor het sequentieel verwijderen van de onkruidplanten(2) is aangebracht.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat met de electronische camera (7) beelden te maken zijn van de rij gewasplanten (3) met daartussen en daarnaast de onkruidplanten (2), welke handmatig dan wel automatisch selecteerbaar zijn al dan niet met behulp van een door de computer (9) gestuurd beeld- of aanraakscherm (8).

3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat genoemd handmatig verwerken van de onkruidplanten (2) plaatsheeft door gebruikmaking van een beeld- of aanraakscherm (8).

4. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat genoemd automatisch verwerken van onkruidplanten(2) met de computer (9) uitvoerbaar is met specifieke software.

5. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat genoemde ingebouwde verwijdereenheid (10) voor de onkruidplanten (2) bestaat uit een verticaal op en neer beweegbaar buis- en stangensysteem (11) met aan het uiteinde een conisch buisvormig gevormd steekele-ment (14) zonder bodemplaatje.

6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het verticaal op en neer beweegbaar mechanisme buis- en stangensysteem(11) bestaat uit in elkaar schuivende elektronisch gestuurde cilinders en dat aan het uiteinde boven het bed met gewasplanten (3) het conisch buisvormig gevormde steekelement (14) met een stijve hengselconstructie hieraan bevestigd is.

7. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het verticaal op en neer bewegen van de verwijdereenheid (10) opgebouwd is uit een elektronisch gestuurde excentriekconstructie bestaande uit een ronddraaiende schijf met een scharnierend daaraan bevestigd stangen-stelsel in een geleiding.

8. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de zich over de gewas- en onkruidplanten(3,2) voortbewegende onkruidverwij-derinrichting (6) gekoppeld is aan een landbouwtractor (12), waarbij eventueel de spoorbreedte ervan vergrootbaar is, veelal in stappen ter grootte van de bedbreedte van de gewasplanten.

9. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat genoemde voortbewegende onkruidverwijderinrichting (6) kan bestaan uit een over de gewasplanten (3) bewegende loopbrugconstructie.