NL1039424C2 - Borging pennen. - Google Patents

Description

Titel: Borging pennen i

De uitvinding heeft betrekking op een transmissieketting ! van de soort zoals gedefinieerd in de aanhef van conclusie 1 en bekend uit EP 0741255 resp. US 5 728 021, beide ten name van Aanvraagster.

5 In deze bekende ketting wordt de borging van de scharnier- pennen op eenvoudige wijze gerealiseerd doordat deze pennen met een lichte perspassing in de respectievelijke schalm-openingen zijn opgenomen.

Bij transmissiekettingen die bestemd zijn voor het 10 overdragen van vermogens en koppels zoals voorkomend in de voertuigtechniek en wel in de orde van grootte tot 400 kW resp. 600 Nm is dit een bevredigende oplossing. Wanneer echter de ketting moet zijn gedimensioneerd voor industriële toepassingen waarbij vermogens respectievelijk koppels moeten 15 worden overgedragen in de orde van grootte van 1000 kW resp.

7500 Nm en waarbij scharnierpennen moeten worden toegepast met bijvoorbeeld een lengte van 120 mm, een dikte van 10 mm en een hoogte van 30 mm wordt het aanhouden van een perspassing tussen de schalmen en de pennen problematisch, mede als gevolg 20 van de grote krachten die dan tijdens het assembleren van de ketting op de componenten ervan moeten worden uitgeoefend.

Bij sommige, bijvoorbeeld bij compact gebouwde, continu variabele transmissies, in het bijzonder die met een beperkt overzetbereik, is het soms niet mogelijk de transmissieketting 25 ervan in gesloten toestand om de kegelschijven aan te brengen zodat dan de ketting in de opengeslagen toestand moet worden geplaatst en door het aanbrengen van het laatste, nog ontbrekende, paar scharnierpennen moet worden gesloten en dus voltooid. Het zal duidelijk zijn dat dan een inbrengen van 30 scharnierpennen die uiteindelijk met een perspassing op hun 1059424 2 plaats moeten blijven, problemen zal geven.

Wanneer de transmissiecomponenten met grotere fabricage-toleranties worden vervaardigd is het niet meer mogelijk een ! betrouwbare perspassing te realiseren. Het gevolg is dat er 5 ofwel een speling ontstaat waardoor de samenstellende componenten los komen te zitten, danwel er een te zware passing is waardoor deze componenten niet meer goed kunnen worden geassembleerd.

Toch is borging van de scharnierpennen ten opzichte van de 10 schalmen in industriële transmissies van groot belang. In een stilstaande transmissie ontbreekt uiteraard de spankracht en dan kunnen door de in een industriële omgeving altijd aanwezige trillingen een of meer schalmen van het tussen de kegelschijven gelegen rechte kettingpart naar buiten worden 15 verplaatst, zo ver zelfs dat zij van de scharnierpennen afvallen. Ook kunnen door deze trillingen in het rechte deel van de ketting een of meer scharnierpennen naar buiten zijn verschoven. Bij het opstarten van de transmissie wordt eerst de spankracht aangebracht waardoor de componenten van de 20 ketting onmiddellijk ten opzichte van elkaar zijn vergrendeld.

Wanneer dan de transmissie gaat roteren zullen de verplaatste componenten onherroepelijk met de kegelschijven in aanraking komen en zal de transmissie ernstige schade lijden.

De uitvinding beoogt voor dit probleem een oplossing te 25 verschaffen. Deze bestaat volgens de uitvinding daarin dat in elk van de eindzones van een scharnierpen een de penlangsas kruisende en in hoofdzaak volgens de hoogtedimensie van de scharnierpen gerichte boring is gevormd waarin een penvormig deel van een buiten deze boring gelegen, met een schalmzijvlak 30 samenwerkend, borgorgaan is opgenomen.

Met deze constructief eenvoudige maatregelen die de sterkte van de pen nauwelijks aantasten en die de assemblage van de ketting geenszins bemoeilijken wordt een betrouwbare borging verkregen.

35 Bij voorkeur is het borgorgaan in zijn geheel penvormig en 3 is het meer bij voorkeur een spanbus. Dergelijke spanbussen zijn in elke gewenste maat en uitvoering in de handel verkrijgbaar.

Een voorkeursuitvoering is beschreven in conclusie 4. Deze 5 heeft het voordeel dat het verwijderen van een borgorgaan eenvoudig kan geschieden door in het versmalde deel van de boring een penvormig gereedschap in te brengen met behulp waarvan het borgorgaan uit de boring kan worden gedrukt.

Het heeft de voorkeur dat het borgorgaan uitsteekt vanuit 10 de tijdens bedrijf van de ketting aan de kettingbinnenzijde gelegen scharnierpenzijkant. De tijdens bedrijf op het borgorgaan inwerkende centrifugaalkrachten zullen het borgorgaan dan steeds in de boring drukken.

Opgemerkt wordt dat het gebruik van een borgclip opgenomen 15 in een corresponderende omtreksgroef in de eindzone van een krachtoverdragende pen van een transmissieketting op zich bekend is en wel uit US 4 337 057 en US 4 642 079. Het gaat hier om transmissiekettingen met schalmen waarvan de randen van de openingen daarin afrollen op de langszijkanten van 20 steeds een enkele krachtoverdragende pen. Het zal duidelijk zijn dat het gebruik van dergelijke clips in transmissiekettingen waarin steeds twee scharnierpennen over elkaar afrollen niet goed mogelijk is.

De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van de 25 tekeningen. Daarin toont: fig. 1 een perspectivisch eindaanzicht van een gedeelte van een transmissieketting waarin de uitvinding is geïmplementeerd; fig. 2 in doorsnede de combinatie van een eerste en een 30 tweede langwerpige scharnierpen, beide voorzien van een gedeeltelijk buiten deze pen uitstekend borgorgaan; fig. 3 in een schematische afbeelding een op zich bekende continu variabele transmissie met bijbehorende ketting.

Fig. 1 toont een gedeelte van een in zijn geheel met het 35 verwijzingscijfer 2 aangegeven transmissieketting van de soort 4 l zoals beschreven in de inleiding van deze aanvrage. Deze transmissieketting is, zoals op zich bekend, opgebouwd uit schalmen 4, elk voorzien van twee op afstand van elkaar gelegen openingen 6, 8. In elk van deze openingen is 5 onverdraaibaar een paar van twee op elkaar afrollende langwerpige scharnierpennen 10, resp. 12 opgenomen. Van elk paar scharnierpennen, 10, 12, is de eerste scharnierpen 10 korter dan de tweede scharnierpen 12; laatstgenoemden zijn bestemd om met hun eindoppervlakken krachtoverbrengend samen 10 te werken met de respectievelijke tegenover elkaar gelegen kegelvormige oppervlakken van een paar poelieschijven van een (continu variabele) transmissie waarin de transmissieketting 2 wordt toegepast. Een en ander is, zoals gezegd, de op zichzelf bekende stand van de techniek zoals hierboven gedocumenteerd.

15 Zoals in de inleiding uiteengezet kan het gewenst zijn de scharnierpennen 10 resp. 12 tegen verschuiving ten opzichte van de schalmen 4 waarin zij zijn opgenomen, te borgen anders dan door het gebruik van de op zich bekende perspassing tussen schalmen en scharnierpennen.

20 Hiertoe stelt de uitvinding voor dat in elk van de eindzones 10a resp. 12a van de respectievelijke scharnierpennen een boring is aangebracht waarin een penvormig deel van een buiten deze boring gelegen, met een schalmzijvlak samenwerkend borgorgaan is opgenomen.

25 De figuren tonen hoe een en ander in een voorkeurs- uitvoeringsvorm van de uitvinding is gerealiseerd. Figuur 2 toont in dwarsdoorsnede voor de scharnierpen 10 een in de eindzone 10a daarvan gevormde boring 20 die verloopt in de hoogterichting van de scharnierpen 10 en wel vanaf het 30 bovenste eindvlak 10b van de scharnierpen 10 naar het onderste eindvlak 10c daarvan. De boring bestaat uit twee in eikaars verlengde gelegen delen en wel een eerste onderste gedeelte 22a dat uitmondt in het onderste eindvlak 10c en een tweede bovenste deel 22b met een diameter die groter is dan die van 35 het eerste deel 22a, uitmondend in het bovenste eindvlak 10b.

5

In dit tweede boringdeel 22b is nauw passend een penvormig borgorgaan 24 opgenomen. Bij voorkeur en zoals in de figuur getoond, wordt dit penvormige borgorgaan 24 gevormd door een op zich bekende en in vele verschillende afmetingen in de 5 handel verkrijgbare spanbus.

Op soortgelijke wijze is in elke eindzone 12a van elke tweede penvormig scharnierpen 12 een boring 26 gevormd die ook hier verloopt vanaf de bovenste eindrand 12b naar de onderste eindrand 12c. Ook deze boring 26, is getrapt uitgevoerd met 10 een eerste deel 28a en een daarop aansluitend tweede deel met iets grotere diameter dat is aangegeven met 28b. In dit tweede deel 28b is nauw passend een penvormig borgorgaan 30 opgenomen ook hier een op zich bekende spanbus.

Met deze constructief zeer eenvoudige maatregelen wordt 15 bereikt dat op een effectieve wijze de scharnierpennen 10, 12 tegen verschuiving in langsrichting ten opzichte van de schalmen 4 zijn geborgd.

Fig. 3 toont schematisch de op zich bekende wijze waarop een transmissieketting 2 volgens de stand der techniek, dus 20 niet voorzien van de borgorganen volgens de uitvinding, samenwerkt met de kegelschijven 30a, 30b, 32a, 32b van een niet nader in detail getoonde continu variabele transmissie. Hier kunnen dus de problemen optreden die in de inleiding zijn beschreven.

25 Zoals getoond zijn de einden van de scharnierpennen 12 ingeklemd tussen de oppervlakken van de kegelschijven. De kegelschijven 30a, 30b kunnen, bijvoorbeeld, de aandrijvende kegelschijven zijn zodat de ketting 2 een koppel overdraagt via de pennen 12 en de schalmen 4 naar de aangedreven kegel-30 schijven 32a, 32b. De axiale stand van de kegelschijf 30b wordt bestuurd door een (niet getoonde) actuator die deze schijf verplaatst in de richting van de pijlen 34 terwijl de axiale stand van de kegelschijf 32b wordt bestuurd door een (eveneens niet getoonde) actuator die de kegelschijf 35 verplaatst in de richting van de pijlen 36. De 6 respectievelijke bewegingen zijn zodanig dat, wanneer één kegelschijf naar links (in de tekening) beweegt, de andere naar rechts beweegt, en omgekeerd.

1 0 3 9 4 2 4

Claims (5)

1. Transmissieketting met schalmen die onderling zijn gekoppeld door scharniersamenstellingen die elk een eerste en een tweede langwerpige scharnierpen omvatten waarvan de naar elkaar toe gerichte langsoppervlakken tijdens bedrijf over 5 elkaar afrollen en van welke scharnierpennen er ten minste een bestemd is met de respectievelijke eindoppervlakken ervan krachtoverbrengend samen te werken met de tegenover elkaar gelegen kegelvormige oppervlakken van een paar poelieschijven, en waarbij de scharnierpennen tegen een verplaatsing in de 10 langsrichting ervan zijn geborgd, met het kenmerk, dat in elk van de eindzones van een scharnierpen een de scharnierpen-langsas kruisende en in hoofdzaak volgens de hoogtedimensie van de scharnierpen gerichte boring is gevormd waarin een penvormig deel van een buiten deze boring gelegen, met een 15 schalmzijvlak samenwerkend, borgorgaan is opgenomen.

2. Transmissieketting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het borgorgaan in zijn geheel penvormig is.

3. Transmissieketting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het borgorgaan een spanbus is.

4. Transmissieketting volgens conclusie 1-3, met het kenmerk, dat de boring in de beide respectievelijke smalle tegenover 25 elkaar gelegen scharnierpenzijkanten uitmondt en bestaat uit een eerste, het borgorgaan opnemend, deel en een versmald, in het verlengde daarvan gelegen tweede deel.

5. Transmissieketting volgens conclusie 1-4, met het kenmerk, 30 dat het borgorgaan uitsteekt vanuit de tijdens bedrijf aan de kettingbinnenzijde gelegen scharnierpenzijkant. 1039424