NL1038568C2 - Inrichting voor het verzorgen van hulpbehoevende personen. - Google Patents

Description

Inrichting voor het verzorgen van hulpbehoevende personen

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een mobiele inrichting voor het verzorgen van geestelijk zieke dan wel fysiek zieke en/of aan bed gekluisterde patiënten 5 in het algemeen en dementerende patiënten in het bijzonder.

Er zijn reeds diverse mobiele inrichtingen voor de verzorging van hulpbehoevenden bekend uit de literatuur. Voorbeelden van dergelijke inrichtingen volgens de stand van de techniek zijn onder meer te vinden in de Amerikaanse octrooien US 5,465,438 en US 10 5,702,115. De mobiele verzorgingsinrichtingen volgens de stand van de techniek omvatten onderdelen waaronder bijvoorbeeld één of meer wasbakken, waterkranen, watertanks, opberglades, handdoekhouders en uitschuifbare of uitklapbare werkbladen. Deze mobiele inrichtingen, die in principe gericht zijn op het vereenvoudigen van de taken van verzorgend personeel en op het verminderen van het ongemak voor 15 hulpbehoevenden, omvatten over het algemeen de benodigde middelen om een hulpbehoevende op locatie bij voorbeeld te kunnen wassen of zijn/haar wonden te kunnen verzorgen.

In de praktijk is echter gebleken dat een efficiënte verzorging van mensen met geestelijke aandoeningen, zoals bij voorbeeld dementerende personen meer vergt dan 20 een verrijdbare unit met voorzieningen zoals één of meer wasbakken, waszakken en werkbladen. Afhankelijk van de vorm van dementie en het stadium waarin de ziekte van een patiënt zich bevindt, kunnen zich verschillende vormen van agitatie voordoen bij de patiënt, die het verlenen van zorg kunnen bemoeilijken. Het behoeft geen betoog dat bij voorbeeld het wassen van een demente persoon die fysiek agressief gedrag 25 (bijvoorbeeld slaan, schoppen, duwen, bijten of krabben) vertoont, de verzorgende veel meer energie en tijd kost dan het wassen van een niet-geagiteerde persoon. Maar ook andere vormen van agitatie van demente personen kunnen extra aandacht en derhalve energie en tijd van de verzorgende vragen. Zo zal ook het wassen van een patiënt die lijdt aan verbale agressie of aan verbale niet-agressieve agitatie veel extra aandacht en 30 tijd vragen.

Ook het verzorgen van personen die juist passief of apathisch zijn, vergt extra energie van de verzorgende.

1038568 2

Dit zijn belangrijke factoren die ertoe bijdragen dat de verzorging van demente personen tot nu toe een zware opgaaf is voor het verzorgend en verplegend personeel van zorginstellingen. Het feit dat dementie vooral voorkomt bij ouderen voegt dikwijls nog een aanvullende belastende factor toe, namelijk mogelijke beperkingen in mobiliteit 5 van de hulpbehoevende. De verzorgende zal dus ook nog dikwijls patiënten moeten optillen. Deze fysieke belasting in combinatie met de mentale en fysieke belasting die voor een verzorgende uit het gedrag van een patiënt kan voortkomen, leiden tot nu toe vrijwel altijd tot het uitlopen van de verzorging van patiënten.

10 Terwijl in deze beschrijving voor de hulpbehoevenden verschillende, al dan niet specifieke aanduidingen worden gebruikt, waaronder demente patiënt, demente persoon of personen, zorgbehoevende en bewoner, heeft de uitvinding betrekking op de verzorging van geestelijk zieke en/of fysiek zieke en/of aan bed gekluisterde patiënten in het algemeen.

15 De aanduidingen demente patiënt en demente persoon of personen verwijzen naar dezelfde personen, namelijk personen die aan een vorm van dementie lijden en die voor de directe verzorging, waaronder het wassen, afhankelijk zijn van anderen. Waar in deze beschrijving en in de conclusies de bijvoeglijke naamwoorden ‘demente’ of ‘dementerende’ worden gebruikt, kunnen deze betrekking hebben öp alle vormen van 20 dementie en alle stadia van dementie.

Tevens kunnen in het vervolg van de beschrijving en in de conclusies voor de zorgverlenende personen verschillende aanduidingen worden gebruikt, waaronder verzorgende, verpleger, verpleegster, verplegend personeel, verzorgend personeel en personeel. Alle aanduidingen verwijzen in deze echter naar dezelfde personen, namelijk 25 degenen die betrokken zijn bij de directe verzorging, waaronder het wassen, van patiënten.

De onderhavige uitvinding biedt een mobiele oplossing voor het verzorgen, in het bijzonder het verschonen en wassen, van demente personen. De oplossing wordt 30 gekenmerkt door enkele in een mobiele verzorgingsinrichting, hierna ook -wel wastrolley genoemd, opgenomen zintuig prikkelende hulpmiddelen.

3

De inrichting volgens de onderhavige uitvinding zal nu worden besproken aan de hand van schematische aanzichten van een uitvoeringsvoorbeeld van de inrichting.

Fig. 1 toont een schetsmatig zijaanzicht van één van de twee lange zijden van deze uitvoeringsvorm van de inrichting. In deze uitvoeringsvorm omvat de inrichting een 5 frame 1 met een handgreep 2, opberglades 3 welke zijn voorzien van tweeweg telescoopgeleidingen die het mogelijk maken de lades aan weerszijden van de inrichting naar buiten te schuiven. Daarnaast omvat de inrichting volgens dit uitvoeringsvoorbeeld tenminste vier wielen 4, waarvan tenminste twee kunnen zwenken, een in- en uitklapbaar werkblad 5 aan weerszijden van de inrichting, waarbij het werkblad in dit 10 zijaanzicht in de ingeklapte of neergeklapte toestand is weergegeven. In fig. 1 is verder een zeepdispenser 6 die zich aan de bovenzijde van de inrichting bevindt, weergegeven. Fig. 2 toont een achteraanzicht van het in fig. 1 getoonde uitvoeringsvoorbeeld van de inrichting volgens de uitvinding. In dit achteraanzicht is één van de werkbladen 5 die zich aan weerszijden van de inrichting bevinden in de uitgeklapte toestand 15 weergegeven. De inrichting omvat middelen om de werkbladen in de uitgeklapte toestand te kunnen vergrendelen opdat deze niet onbedoeld kunnen inklappen.

Verder toont fig. 2 een aanzicht van de handgreep 2, een aanzicht van het loopvlak van de twee achterwielen 4 van de inrichting en twee zeepdispensers 6,

Fig. 3 is een schetsmatig bovenaanzicht van de inrichting, waarin naast de reeds 20 besproken onderdelen, omvattende de handgreep 2 en de zeepdispensers 6, tevens een wasteil is weergegeven die twee waterreservoirs 7 en 8 omvat en een rolluik 9 dat zorgt voor een geurdichte afsluiting van het in de inrichting aanwezige vak waarin vuile was kan worden afgevoerd. Dit vak omvat tevens een geïntegreerde uitneembare afvalbak. De uitvinding voorziet in warmte-isolatie van de wanden van de beide waterreservoirs 7 25 en 8 ten behoeve van het zo constant mogelijk kunnen houden van de temperatuur van het in de reservoirs aanwezige water.

In fig. 3 is tevens een beeldscherm 10 weergegeven. De inrichting is voorzien van een interface waarmee het personeel via het beeldscherm, dat in deze uitvoeringsvorm een zogenaamd touch screen beeldscherm omvat, toegang krijgt tot het systeem van de 30 zorgkaart van de bewoners.

De zorgkaart is een registratiesysteem waarin alle relevante informatie over bewoners is opgenomen. Door middel van de interface kan de zorgkaart worden opgeroepen op het 4 beeldscherm. Dit uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding voorziet in een onderverdeling van de interface in vier secties: • Een hoofdpagina, die hoofdzakelijk, voor de verzorgende 5 wetenswaardig algemeen nieuws omvat, zoals bijvoorbeeld berichten over overplaatsingen van bewoners of over problemen die zich bijvoorbeeld gedurende de nacht hebben voorgedaan met één of meer bewoners, informatie over afwezigheid van collega’s door ziekte of meldingen dat een collega jarig is.

10 · Een sectie ‘Bewoner’ waarbinnen informatie over bewoners kan worden opgeroepen. Zo zal in deze sectie de volgende informatie over een bewoner in beeld kunnen verschijnen: een foto, de naam, de leeftijd, informatie over medicatie, informatie over bijvoorbeeld welke geur of welke verhalen bij de bewoner tot ontspanning leiden 15 en bijzondere informatie, zoals bijvoorbeeld een melding inzake overgevoeligheid voor lawaai.

• Een sectie ‘Taken’ die een soort ‘To Do’ lijst voor de verzorgende omvat. Hier kan bijvoorbeeld op het beeldscherm verschijnen dat de verzorgende in de ochtend de bewoners van kamer 1 t/m 4 moet 20 wassen, in de middag het avondeten moet voorbereiden en in de avond geen dienst heeft.

• De sectie ‘Tools’ heeft betrekking op de aansturing van de verschillende componenten van de inrichting, waaronder de eerdergenoemde, echter nog niet besproken, zintuig prikkelende 25 hulpmiddelen en een camera.

• Tevens omvat het beeldscherm een oproepknop waarmee de verzorgende direct de hulp van een collega kan inroepen.

Zoals hierboven voor de sectie ‘Tools’ is aangegeven, omvat de wastrolley ook een 30 camera.

Deze camera biedt de verzorgende de mogelijkheid om een situatie, bijvoorbeeld de uiterlijke kenmerken van een wond, met de camera vast te leggen en het beeldmateriaal 5 meteen te verzenden naar een deskundige, waarna de deskundige direct kan adviseren hoe de verzorgende te werk moet gaan. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan instructies van de medische dienst aan de verzorgende voor het verzorgen van een bij een bewoner geconstateerde wond.

5 De bediening van de camera en verzending van de beelden kan worden bewerkstelligd via de sectie Tools op het beeldscherm.

De verzorgende kan via de computer patiëntinformatie invoeren of toevoegen en deze informatie met behulp van in de computer opgenomen of aan de computer gekoppelde 10 draadloze communicatiemiddelen draadloos verzenden naar een centraal databestand ter aanvulling van het individuele patiëntendossier.

De in het hier beoogde uitvoeringsvoorbeeld van de wastrolley opgenomen zintuig prikkelende hulpmiddelen omvatten: een infrarood lamp (ook wel IR-lamp of IR-15 warmtestraler genoemd), een lamp ten behoeve van lichttherapie, een geluidsinstallatie en een geurverspreidend apparaat, ook wel geurdispenser genoemd.

De IR-lamp is in dit uitvoeringsvoorbeeld bij voorkeur gepositioneerd in de omgeving van de bovenzijde van de trolley en is daarbij bij voorkeur bevestigd aan een flexibele draagarm zodat de lamp kan worden gericht op het gewenste gebied. Zo kan de lamp 20 dus optimaal worden ingezet om een bewoner tijdens de verzorging door middel van gerichte warmte een behaaglijk gevoel te geven.

De uitvinding voorziet erin dat de IR-lamp bijvoorbeeld in een vak tussen het bovenblad van de trolley en de bovenste van de twee opberglades 3 wordt geïnstalleerd, waarbij de lamp dankzij de draagarm uit het vak kan worden getrokken en op een deel van het 25 lichaam van de patiënt kan worden gericht.

Een tweede zintuigprikkelend hulpmiddel dat in de wastrolley volgens de uitvinding is opgenomen, is een lamp waarmee licht in een zeer groot aantal schakeringen van het zichtbare spectrum kan worden uitgezonden. Het is reeds lang bekend dat licht een positief, waaronder een rustgevend, effect kan hebben op mensen. Er zijn dan ook reeds 30 lampen op de markt, waaronder LED-lampen met slimme aansturingen waarmee traploos de kleur licht die de lamp uitzendt, kan worden gewijzigd. In de verdere beschrij ving en in de conclusies zal een dergelijke lamp ook wel worden aangeduid als 6 LED-sfeerlamp. De uitvinding voorziet erin dat een dergelijke lamp in de wastrolley wordt opgenomen zodat de verzorgende met behulp van de lamp de gemoedstoestand van de bewoner kan beïnvloeden met uiteraard als doel de bewoner zich zoveel mogelijk op zijn/haar gemak te laten voelen waardoor de bewoner tijdens de verzorging 5 medewerking verleent aan de verzorgende of op zijn minst de verzorgende niet tegenwerkt. Omdat deze lamp voor de bewoner goed zichtbaar moet zijn, dient deze zich normaliter wat hoger in of aan de trolley te bevinden. Ook deze lamp kan bijvoorbeeld in het eerdergenoemde vak tussen het bovenblad van de trolley en de bovenste opberglade, al dan niet aan een flexibele draagarm, worden gepositioneerd.

10 Verder omvat de wastrolley een geurdispenser. Geurdispensers zijn evenals de beide reeds besproken lampen niet nieuw als middel om de zintuigen te prikkelen. Geavanceerde, computergestuurde, geurdispensers worden reeds bijvoorbeeld toegepast in interactieve multimediale systemen, waarbij het verspreiden van bepaalde geuren gesynchroniseerd kan worden met de scènes uit een audiovisuele presentatie. Het 15 gebruik van een geurdispenser bij het verzorgen en in het bijzonder het wassen van demente of dementerende personen is wel nieuw. Voor gebruik in de wastrolley volgens de uitvinding gaat de voorkeur uit naar een gebruikersvriendelijke en onderhoudsarme geurdispenser, waarbij het onderhoud zich bij voorkeur voornamelijk beperkt tot het vervangen van een cartridge. De plaats van de geurdispenser binnen de wastrolley is op 20 zich niet kritisch, mits de uitlaat van waaruit de geur zich in de richting van de bewoner moet verplaatsen zodanig is gepositioneerd dat de geur de bewoner eenvoudig bereikt. De vooralsnog laatste uit de groep zintuig prikkelende middelen die in de wastrolley volgens de uitvinding aanwezig zijn, betreft een geluidsinstallatie, waarmee de verzorgende via het touch screen geluiden kan oproepen en laten horen die op de 25 betreffende bewoner een positief, bijvoorbeeld rustgevend, effect hebben. De geluiden kunnen bijvoorbeeld muziek (klassieke muziek, popmuziek, kinderliedjes, enz.), voorgelezen verhalen waaronder bijvoorbeeld sprookjes of dierengeluiden (waaronder bijvoorbeeld vogelgezang) omvatten. In een uitvoeringsvoorbeeld van de wastrolley volgens de uitvinding bevinden de luidsprekers van de geluidsinstallatie zich aan de 30 achterzijde van de wastrolley. Gezien de steeds verder afnemende afmetingen van kwalitatief goede luidsprekers wordt het haalbaar geacht luidsprekers te gebruiken die afmetingen hebben van ten hoogste 100x50x50 mm. Dergelijke beperkte afmetingen \ 7 bieden veel keuzevrijheid in het positioneren van de luidsprekers. Bij de keuze van de luidsprekerposities is het uiteraard van belang dat de bewoner het geluid goed kan horen zonder dat het volume zodanig moet worden verhoogd dat andere bewoners, die misschien door het geluid dat voor de ene bewoner rustgevend is juist geagiteerd raken.

5 De uitvinding voorziet dan ook in oplossingen waarbij de luidsprekers afhankelijk van de specifieke situatie door de verzorgende kunnen worden verplaatst (bijvoorbeeld door deze losneembaar aan de buizen van het frame van de wastrolley op te hangen) en naar de bewoner kunnen worden gericht.

10 Ten behoeve van de elektrische voeding van de verschillende elektrische apparaten, waaronder de computer en het beeldscherm, de IR-lamp, de lichttherapeutische lamp, de geurdispenser en de geluidsinstallatie is de wastrolley voorzien van een accu. Met name de IR-lamp verbruikt naar verhouding veel energie en de regelmaat en de duur van het gebruik van de IR-lamp zullen vooral bepalend zijn voor de frequentie waarmee de accu 15 moet worden opgeladen. Om te voorkomen dat het gebruik van de apparatuur onbedoeld moet worden onderbroken omdat de accu op een onvoorzien moment leeg is, is de wastrolley ook voorzien van een snoer met stekker waarmee de elektrische apparatuur op het elektriciteitsnet kan worden aangesloten.

Het snoer bevindt zich in een voorkeursuitvoering van de wastrolley althans nagenoeg 20 in de omgeving van het bovenblad van de trolley. Door het snoer hoog boven het vloeroppervlak te positioneren, hoeft het personeel niet te bukken om de trolley op het elektriciteitsnet aan te sluiten en wordt voorkomen dat men kan struikelen over een laaghangend snoer. Het snoer treedt ruim boven kniehoogte (hiermee wordt gedoeld op een hoogt van ten minste 60 cm boven het vloeroppervlak) uit de inrichting en is 25 voorzien van bij voorbeeld een oprol- en/of spanmechanisme zodat het snoer tussen de inrichting en het stopcontact ruim boven kniehoogte boven het vloeroppervlak blijft, aannemende dat het gebruikte stopcontact zich ook ruim boven kniehoogte bevindt.

Hoewel niet expliciet genoemd bij de hier besproken uitvoeringsvoorbeelden van de 30 wastrolley volgens de vinding, kan de wastrolley meer elektrische apparatuur omvatten waarvoor voeding vereist is. Hierbij moet onder meer worden gedacht aan componenten zoals elektrische verwarmingselementen die op de wand van de waterreservoirs zijn 8 aangebracht, een pomp voor het naar een kraan pompen van schoon water vanuit een opslagreservoir dat zich in de trolley bevindt en een kleine boiler voor het verwannen van water.

De wastrolley volgens de vinding is tevens voorzien van een remmechanisme waarmee 5 bij voorbeeld kan worden voorkomen dat de trolley tijdens de verzorging van een patiënt onbedoeld kan wegrollen. De remfunctie kan tevens van belang zijn om er voor te zorgen dat het elektriciteitssnoer voldoende ruim boven het vloeroppervlak blijft hangen en niet lager komt te hangen doordat de trolley onbedoeld verplaatst wordt.

10 Dé in de beschrijving besproken en in de figuren getoonde uitvoeringsvormen van de wastrolley volgens de vinding zijn slechts enkele voorbeelden van de vele binnen het kader van de onderhavige uitvinding mogelijke uitvoeringsvormen en dienen derhalve als niet-limitatief te worden beschouwd.

15 20 25 30 .f @38 5 6 8

Claims (15)

1. Een verrijdbare inrichting voor het verzorgen van geestelijk zieke en/of fysiek zieke en/of aan bed gekluisterde patiënten, met het kenmerk, dat de inrichting 5 middelen omvat voor de fysieke verzorging van een patiënt waaronder middelen ten behoeve van het wassen van de patiënt alsmede middelen die het mogelijk maken de gemoedstoestand van de patiënt te beïnvloeden door het afgeven van zintuiglijke prikkels in de vorm van warmte, licht, beeld, geluid of geur.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de inrichting één of meer middelen voor het afgeven van zintuiglijke prikkels omvat uit de groep bestaande uit een infraroodlamp, een LED-sfeerlamp, een.geurdispenser en een geluidsinstallatie.

3. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, 15 dat de middelen ten behoeve van de fysieke verzorging één of meer voorwerpen uit de groep bestaande uit wasteilen, zeepdispensers, een afsluitbare ruimte voor vuil wasgoed en een geïntegreerde uitneembare afvalbak omvat.

4. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting een computer en een beeldscherm omvat waarmee informatie 20 welke betrekking heeft op de patiënt of op de verzorgende kan worden opgeroepen.

5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat via de computer patiënt informatie kan worden ingevoerd of toegevoegd waarbij deze informatie met behulp van in de computer opgenomen of aan de computer gekoppelde 25 draadloze communicatiemiddelen draadloos kan worden verzonden naar een centraal databestand ter aanvulling van het individuele patiëntendossier.

6. Inrichting volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat het beeldscherm een zogenaamd touch screen omvat welk een oproepknop omvat waarmee de verzorgende direct een collega kan oproepen om hem of haar hulp te komen 30 bieden.

7. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting een camera en communicatiemiddelen omvat welke het 1038568 mogelijk maken foto’s te maken en deze draadloos naar één of meer ontvangers te verzenden.

8. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting een accu omvat.

9. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting een elektriciteitssnoer omvat waarmee de inrichting op het elektriciteitsnet kan worden aangesloten waarbij het snoer op een hoogte van ten minste 60 centimeter boven het vloeroppervlak uit de inrichting treedt en waarbij het snoer nadat de stekker in een stopcontact is gestoken door middel 10 van een spanmechanisme op ruime afstand boven het vloeroppervlak gespannen wordt gehouden tussen de inrichting en het stopcontact waardoor de kans dat iemand over het snoer struikelt wordt uitgesloten mits het stopcontact zich eveneens op ruime afstand boven het vloeroppervlak bevindt.

10. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, 15 dat de inrichting opberglades omvat welke met behulp van tweeweg telescoopgeleidingen aan beide lange zijden van de inrichting kunnen worden geopend.

11. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting aan ten minste twee zijden van de inrichting een uitklapbaar en 20 in de uitgeklapte toestand vergrendelbaar werkblad omvat.

12. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting middelen omvat om de temperatuur van het water dat voor het wassen van de patiënt wordt gebruikt tijdens het wasproces te beheersen.

13. Een werkwijze voor het verzorgen van geestelijk zieke en/of fysiek zieke en/of 25 aan bed gekluisterde patiënten, met het kenmerk, dat de werkwijze het gebruik van middelen omvat voor de fysieke verzorging van een patiënt waaronder middelen ten behoeve van het wassen van de patiënt alsmede het gebruik van middelen die het mogelijk maken de gemoedstoestand van de patiënt te beïnvloeden door het afgeven van zintuiglijke prikkels in de vorm van warmte, 30 licht, beeld, geluid of geur.

14. Werkwijze volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de middelen die het mogelijk maken de gemoedstoestand van de patiënt te beïnvloeden door het afgeven van zintuiglijke prikkels één of meer middelen omvatten uit de groep bestaande uit een infraroodlamp, een LED-sfeerlamp, een geurdispenser en een geluidsinstallatie.

15. Werkwijze volgens conclusie 13 of 14, met het kenmerk, dat de temperatuur 5 van het water dat wordt gebruikt voor het wassen van de patiënt tijdens het wasproces wordt beheerst. 10 15 20 25 30 t 03856 8