NL1037972C2 - Sluitkom en vergrendelinrichting omvattende een dergelijke sluitkom. - Google Patents

Sluitkom en vergrendelinrichting omvattende een dergelijke sluitkom. Download PDF

Info

Publication number
NL1037972C2
NL1037972C2 NL1037972A NL1037972A NL1037972C2 NL 1037972 C2 NL1037972 C2 NL 1037972C2 NL 1037972 A NL1037972 A NL 1037972A NL 1037972 A NL1037972 A NL 1037972A NL 1037972 C2 NL1037972 C2 NL 1037972C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
closing
receiving part
bolt
cup
closing cup
Prior art date
Application number
NL1037972A
Other languages
English (en)
Inventor
Elbertus Josephus Gustaaf Maria Lieshout
Jan-Floris Graaf
Cornelis Brouwershaven
Johannes Antonius Maria Vogels
Original Assignee
Themans Hang En Sluitwerk B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Themans Hang En Sluitwerk B V filed Critical Themans Hang En Sluitwerk B V
Priority to NL1037972A priority Critical patent/NL1037972C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1037972C2 publication Critical patent/NL1037972C2/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B15/00Other details of locks; Parts for engagement by bolts of fastening devices
    • E05B15/02Striking-plates; Keepers; Bolt staples; Escutcheons
    • E05B15/0205Striking-plates, keepers, staples
    • E05B15/022Striking-plates, keepers, staples movable, resilient or yieldable
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B15/00Other details of locks; Parts for engagement by bolts of fastening devices
    • E05B15/02Striking-plates; Keepers; Bolt staples; Escutcheons
    • E05B15/0205Striking-plates, keepers, staples
    • E05B15/024Striking-plates, keepers, staples adjustable
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B17/00Accessories in connection with locks
    • E05B17/0025Devices for forcing the wing firmly against its seat or to initiate the opening of the wing

Landscapes

  • Passenger Equipment (AREA)

Description

Sluitkom en vergrendelinrichting omvattende een dergelijke sluitkom
Gebied van de uitvinding 5 De uitvinding heeft volgens een eerste aspect betrekking op een sluitkom ingericht voor het ten minste voor een deel knevelend ontvangen van een ten opzichte van de sluitkolom verplaatsbare schoot, omvattende een ontvangdeel voor het ten minste voor een deel knevelend ontvangen van ten minste een deel van de schoot. 10 Volgens een tweede aspect heeft de uitvinding betrekking op een vergrendelinrichting omvattende een dergelijke sluitkom.
Achtergrond van de uitvinding 15 Een bekend probleem van vergrendelinrichtingen voor deuren is het kromtrekken van de deur onder invloed van vocht- en/of temperatuurwisselingen. Veel vergrendelinrichtingen omvatten een niet-knevelend dagslot met een dagschoot die vaak verend is en een afgeschuind vlak heeft, en twee knevelende sloten. De sluitkom van 20 een knevelend slot ontvangt de schoot op een andere wijze dan de sluitkom vein een niet-knevelend slot. De schoot wordt in het eerste geval zodanig door de sluitkom ontvangen dat met uitzondering van de gewenste bewegingsbaan in het ontvangdeel de onderlinge bewegingsvrijheid gedurende het knevelend ontvangen van de schoot 25 alsook in de eindstand van de schoot minimaal is. In het geval van een niet-knevelend dagslot is de onderlinge bewegingsvrijheid van de sluitkom en de dagschoot groter en bepaalt een afsteunvlak in de sluitkom de onderlinge positie. De knevelende sloten drukken de deur vaak verder tegen een afsteunvlak van een deurkozijn, of een 30 daarop bevestigde afdichtingstrip, om de afdichtende functie van de deur te verbeteren. Gebruikelijk bevindt het dagslot zich op ongeveer de helft, en bevinden de knevelende sloten zich respectievelijk op ongeveer een kwart en driekwart, van de hoogte van de deur. Ter hoogte van de knevelende sloten kan het verschil 35 in positie van de schoot ten opzichte van de daarvoor geschikte 1037972 - 2 sluitkom tussen een holle en een bolle deur wel 15 mm bedragen. Vaak kan een vervormde deur wel middels het dagslot worden vergrendeld. De deur kan dan zodanig gemanipuleerd worden, zoals geduwd en/of getild, dat de dagschoot in de daarvoor geschikte 5 sluitkom schiet. Bij een vervormde deur kunnen in deze situatie de knevelende sloten echter vaak niet meer functioneren. Wanneer de dagschoot in de daarvoor geschikte sluitkom is opgenomen, kan de deur namelijk niet meer gemakkelijk gemanipuleerd worden. Verder dienen voor een goede vergrendeling de schoten van de knevelende 10 sloten, vergeleken met de dagschoot, in de daarvoor geschikte sluitkom een nauwkeurigere en langere bewegingsbaan af te leggen. Steeds hoger wordende deuren versterken dit probleem.
Bekende sluitkommen die voor kromtrekken van deuren een oplossing 15 bieden, omvatten een behuizing die uit meerdere onderdelen bestaat die middels schroeven of andere verstelmogelijkheden ten opzichte van elkaar instelbaar zijn. Dergelijke sluitkommen zijn echter zodanig ingericht dat deze alleen door een deskundige die de deur kan afhangen goed in te stellen zijn. Bij het afhangen van de deur 20 dient namelijk eveneens rekening te worden gehouden met de andere functies van de vergrendelinrichting, namelijk zodanige fixatie van de deur ten opzichte van het deurkozijn dat de deur zijn afdichtende functie kan uitoefenen en de vergrendelinrichting zijn inbraakwerende functie kan uitoefenen. Het kromtrekken van een deur 25 is in het algemeen afhankelijk van de seizoenen wat betekent dat in veel gevallen bij een dergelijke instelbare sluitkom een deskundige een paar keer per jaar de sluitkom dient af te stellen, vooral tijdens het eerste gebruiksjaar.
30 Een ander nadeel van bekende instelbare sluitkommen is dat deze vaak meerdere zichtbare schroeven omvatten die de sluitkom een minder fraai uiterlijk geven. Bovendien dient voor de instelfunctie ruimte te worden gemaakt wat in de vaak smalle sluitkommen niet gemakkelijk is en ten koste kan gaan van de overige functies van de 35 sluitkom.
3
Er bestaat derhalve een behoefte aan een sluitkom volgens de uitvinding, met name voor een deur, die, eveneens wanneer de deur is vervormd, zonder veel moeite kan functioneren.
5
Samenvatting van de uitvinding
De uitvinding verschaft daartoe een sluitkom voor het ten minste voor een deel knevelend ontvangen van een ten opzichte van de 10 sluitkolom verplaatsbare schoot, omvattende een ontvangdeel voor het ten minste voor een deel knevelend ontvangen van ten minste een deel van de schoot waarbij het ontvangdeel ten opzichte van het resterende deel van de sluitkom roteerbaar is om een zich loodrecht op de verplaatsingsrichting van de schoot uitstrekkende rotatie-as. 15
Dankzij de mogelijkheid van het ontvangdeel om te roteren kan de schoot afkomstig van een vervormde deur door de sluitkom worden ontvangen. In deze situatie bevindt de schoot zich niet meer in een ideale positie ten opzichte van de sluitkom. Het ontvangdeel is bij 20 voorkeur zodanig roteerbaar dat zijn rotatie het knevelend ontvangen van de schoot tot zijn eindstand mogelijk maakt. Wanneer in deze aanvrage de term "eindstand" wordt gebruikt, wordt met deze term bedoeld de stand van de schoot in de sluitkom^ in welke stand de schoot en de sluitkom zich in een onderling voldoende 25 vergrendelde toestand bevinden. Het bereiken van de eindstand is belangrijk voor het met een sleutel bedienen van de vergrendelinrichting. De sleutel kan namelijk alleen in een beginstand en in de eindstand van de schoot uit de vergrendelinrichting worden gehaald. Voor het zorgvuldig afsluiten 30 van een deur, waarbij de sleutel eruit wordt gehaald, dient de schoot zich dus in zijn eindstand te bevinden.
Nederlands octrooi NL 1009705 beschrijft een raamafsluitersamenstel met een in een sluitkom opgenomen bladveerelement en dat dient om 35 rammelen van het samenstel in een kierstand te voorkomen.
4
Europese octrooiaanvrage EP 1 816 292 beschrijft een sluitinrichting met een ten opzichte van een basiselement verschuifbare sluitplaat.
5
Britse octrooiaanvrage GB 2 208 891 A beschrijft vergrendelblokken voor een spanjolet die naar en van elkaar verschuifbaar zijn.
Franse octrooiaanvrage FR 2 052 793 A beschrijft een 10 sluitmechanisme met een basisplaat die is voorzien van profierlen om de basisplaat op een raam te kunnen fixeren. Eenmaal bevestigd kan de basisplaat pas weer na het losmaken ervan worden verplaats. De sluitwand is integraal verbonden met de basisplaat.
15 Amerikaans octrooi US 4,893,854 beschrijft een deurslot met een arm die vrij beweegbaar verschuifbaar is in een geleidende inkeping.
Het ontvangdeel kan dat deel van de sluitkom zijn dat de schoot in zijn geheel ontvangt, niet-knevelend en knevelend, maar is 20 tenminste een deel van de sluitkom dat dient voor het knevelend ontvangen van de schoot, gebruikelijk het distaai gelegen deel van de schoot.
Met "knevelend ontvangen" wordt in deze aanvrage bedoeld dat de 25 schoot, met uitzondering van de gewenste bewegingsbaan door de sluitkom, weinig tot zeer weinig bewegingsvrijheid heeft. Dat wil zeggen dat zonder roteerbaar ontvangdeel de schoot alleen in een eindstand in de sluitkom kan worden gedwongen wanneer hun onderlinge positie binnen een bepaald bereik ligt.
30
Met "schoot" wordt in deze aanvrage een deel van een vergrendelinrichting bedoeld dat bij vergrendeling door een sluitkom kan worden ontvangen, bijvoorbeeld een nachtschoot. De-schoot kan bijvoorbeeld door de werking van een sleutel met een 35 draaiende of lineaire beweging in de sluitkom worden gebracht. Door: 5 het knevelend ontvangen van de schoot door een sluitkom kan bijvoorbeeld een deur tegen een kozijn worden gedrukt voor afdichting van een ruimte. Bij voorkeur is de schoot niet verend. De schoot van knevelende sloten is vaak haakvormig.
5
Met "roteerbaar ten opzichte van het resterende deel van de sluitkom" wordt bedoeld dat de rotatiestand van het ontvangdeel in werkende toestand van de sluitkom ten opzichte van het resterende deel van de sluitkom kan veranderen, met name als gevolg van de 10 beweging vein de schoot in de sluitkom.
De sluitkom is bijvoorbeeld langwerpig en bevestigd in een daarvoor geschikte uitsparing in een deurkozijn. De schoot is bijvoorbeeld een onderdeel van een deel van een vergrendelinrichting voor 15 bevestiging in een daarvoor geschikte uitsparing in een aan de kopse zijde gelegen deel van een deur. Het ontvangdeel omvat bijvoorbeeld convergerende delen voor het tot een eindstand geleiden van de schoot, bijvoorbeeld in de lengterichting van de sluitkom en naar boven of naar beneden gericht. De schoot is 20 bijvoorbeeld haakvormig en roterend en bevindt zich in de eerste eindstand ook in zijn rotatie-eindstand.
In een voorkeuruitvoeringsvorm omvat de sluitkom volgens de uitvinding drangmiddelen voor het in een neutrale stand dringen van 25 het ontvangdeel.
De term "neutrale stand" staat voor een stand van het ontvangdeel ten opzichte van het resterende deel van de sluitkom waarin de schoot in de sluitkom een bewegingsbaan kan afleggen die gelijk is 30 aan, of vergelijkbaar is met, de meest wenselijke bewegingsbaan van de schoot in het geval de onderlinge positie van de schoot en de sluitkom ideaal is. In het geval de sluitkom een deel is van een vergrendelinrichting voor een deur, is een neutrale stand de meest wenselijke stand van het ontvangdeel in het geval de deur niet is 35 vervormd. De functie van de drangmiddelen is om het ontvangdeel 6 zodanig naar een neutrale stand te dringen dat de bewegingsbaan van de schoot in de sluitkom zo min mogelijk afwijkt van de wenselijke bewegingsbaan, bijvoorbeeld parallel aan de lengterichting van de sluitkom. De drangmiddelen kunnen in deze neutrale stand 5 bijvoorbeeld een ruststand aannemen en alleen dan op het ontvangdeel kracht uitoefenen wanneer de stand ervan van deze neutrale stand afwijkt.
De kracht waarmee de drangmiddelen het ontvangdeel in een neutrale 10 stand dringen, is bij voorkeur vergelijkbaar met de kracht die door de gebruiker op de vergrendelinrichting kan worden uitgeoefend voor het in een eindstand brengen van de schoot. Wanneer deze kracht groter is, zal de gebruiker deze functie van de vergrendelinrichting niet meer kunnen realiseren. Wanneer deze 15 kracht kleiner of veel kleiner is bestaat de mogelijkheid dat de vergrendelinrichting door een te grote bewegingsvrijheid van de schoot in de sluitkom niet voldoende kan functioneren, de deur kan dan bijvoorbeeld wel zijn afsluitende maar niet zijn afdichtende functie uitoefenen^ en kan eventueel gaan rammelen.
20
Bij voorkeur is de sluitkom zodanig gevormd dat het ontvangdeel tussen twee eindstanden roteerbaar is. Bij voorkeur zijn deze eindstanden zodanig dat deze in hoofdzaak evenveel en in tegenovergestelde richtingen van de "neutrale eindstand" afwijken.
25
In een voorkeuruitvoeringsvorm van een sluitkom volgens de uitvinding omvat deze een sluitplaat, en is de rotatie-as in hoofdzaak loodrecht op de sluitplaat georiënteerd.
30 In een andere voorkeuruitvoeringsvorm van de sluitkom volgens de uitvinding is het ontvangdeel in het resterende deel van de sluitkom roteerbaar, waarbij de rotatie-as zich in een eerste uiteinde van het ontvangdeel bevindt, welk eerste uiteinde is gekeerd naar de plaats van binnendringen van de schoot in de 35 sluitkom.
7
Een sluitkom omvat een sluitplaat omvattende een opening voor het opnemen van het distale deel van de schoot waarmee de geleiding van de schoot begint. De onderlinge positie van de schoot en de 5 sluitkom is in deze fase nog niet kritisch en de schoot heeft in deze fase nog een bepaalde bewegingsvrijheid in de sluitkom. Dit verandert naarmate de schoot verder tot zijn eindstand wordt geleid. Het belang van de bewegingsmogelijkheid van het ontvangdeel bij afwijkingen van de onderlinge positie neemt dus toe naarmate de 10 schoot verder naar de eindstand wordt geleid en met name wanneer de schoot knevelend wordt ontvangen. Het voordeel van de plaats van de rotatie-as van het ontvangdeel is derhalve dat de rotatie van het ontvangdeel ten opzichte van de neutrale stand naarmate de schoot verder naar de eindstand wordt geleid, cq knevelend wordt 15 ontvangen, een steeds groter wordend effect heeft op de positie van het di stale deel van de schoot in de sluitkom. Wanneer het ontvangdeel het deel van de sluitkom is voor het niet-knevelend alsook voor het knevelend ontvangen van de schoot, is een ander voordeel van een dergelijke rotatie dat de positie van het relatief 20 dikke uiteinde van het ontvangdeel, bij de opening in de sluitplaat, relatief minder verandert dan het dunnere uiteinde (het tweede uiteinde, zie hieronder) van het ontvangdeel voor het knevelend ontvangen van de schoot zodat er in de sluitkom minder aanpassingen nodig zijn voor het mogelijk maken van de rotatie.
25
De drangmiddelen grijpen bij voorkeur aan op een tweede uiteinde van het ontvangdeel, bij welk tweede uiteinde de schoot een eindstand bereikt.
30 Als gevolg van de plaats van de rotatie-as van het ontvangdeel zal de positie van het tweede uiteinde van het ontvangdeel, bij afwijkingen van de onderlinge positie van sluitkom en schoot, ten opzichte van het resterende deel van de sluitkom het meest veranderen. Het is daarom gunstig dat juist op die plaats de 35 drangmiddelen aangrijpen. Omdat een sluitkom in de regel langwerpig 8 is, is een ander voordeel van de plaats van aangrijping van het ontvangdeel dat de drangmiddelen beter in een zich in de lengterichting uitstrekkend deel van de sluitkom kunnen worden opgenomen.
5
De drangmiddelen omvatten bij voorkeur een vervormbaar element. Het vervormbare element is bijvoorbeeld een veer. De drangmiddelen kunnen bijvoorbeeld twee of meerdere veren omvatten. In een uitvoeringsvorm omvatten de drangmiddelen twee verende klemorganen.
10 Dergelijke klemorganen kunnen bijvoorbeeld zijn vervaardigd uit plaatvormig verenstaal en een vorm hebben die vergelijkbaar is met die van een papierklem.
In de neutrale stand kunnen bijvoorbeeld de twee verende 15 klemorganen tegen de beiden van elkaar afgekeerde zijden van het tweede uiteinde van het ontvangdeel met vergelijkbare kracht afsteunen. De twee verende klemorganen zijn bij voorkeur onafhankelijk van elkaar vervormbaar zodat in het geval van rotatie vein het ontvangdeel de stand van één van de twee klemorganen zich 20 aanpast en het andere in zijn oorspronkelijke stand blijft.
Het vervormbare element is bij voorkeur vervaardigd uit elastisch vervormbaar materiaal, bijvoorbeeld vervaardigd uit verenstaal.
25 In weer een andere voorkeuruitvoeringsvorm van de sluitkom volgens de uitvinding is de positie van de drangmiddelen ten opzichte van het ontvangdeel zodanig instelbaar is dat de drangmiddelen het ontvangdeel in een van de neutrale stand afwijkende stand dringen.
30 Een dergelijke sluitkom is voordelig in het geval de afwijking van de onderlinge positie van de schoot ten opzichte van de sluitkom structureel is of zo verregaand is dat zelfs de uiterste stand van het ontvangdeel niet meer de schoot tot zijn eindstand : kan ontvangen.
35 9
De sluitkom omvat daartoe bij voorkeur een eerste versteldeel, welk eerste versteldeel ten opzichte van de drangmiddelen fixeerbaar is, en waarvan de positie ten opzichte van het resterende deel van de sluitkom, dat wil zeggen de sluitkom met uitzondering van het 5 ontvangdeel, verstelbaar is.
Het eerste versteldeel kan bijvoorbeeld ten opzichte van de drangmiddelen gefixeerd zijn in het geval de drangmiddelen een vervormbaar element met twee verende klemorganen omvatten en dit 10 passend rondom het eerste versteldeel is opgenomen. Het eerste versteldeel kan een ovaalvormige opening omvatten voor fixatie in meerdere standen ten opzichte van het resterende deel van de sluitkom middels een bout of schroef. Het eerste versteldeel is bij voorkeur in hoofdzaak parallel aan de sluitplaat en dwars op de 15 lengterichting van de sluitkom verstelbaar.
De afwijking van de positie van de schoot ten opzichte vein de sluitkom kan een afwijking parallel aan de sluitplaat en dwars op de lengterichting van de sluitkom betreffen, zie hierboven. In het 20 geval de afwijking echter een afwijking in de lengterichting van de sluitkom betreft, omvat de sluitkom bij voorkeur een tweede versteldeel, waarvan de positie ten opzichte van het ontvangdeel en de drangmiddelen fixeerbaar is, en voor het verstellen van de positie van het ontvangdeel en de drangmiddelen ten opzichte van 25 het resterende deel van de sluitkom in de lengterichting van de sluitkom verstelbaar is.
Bovendien verschaft de uitvinding een vergrendelinrichting, met name een vergrendelinrichting die geschikt is voor een deur, 30 omvattende een sluitkom volgens één der voorgaande conclusies. Bij voorkeur omvat de vergrendelinrichting haakvormige schoten. Bij voorkeur is de vergrendelinrichting geschikt voor het vergrendelen van een deur ten opzichte van een deurkozijn middels schoten op verschillende hoogtes van de deur.
35 10
Korte beschrijving van de figuren
De uitvinding wordt in het navolgende toegelicht aan de hand van twee niet-beperkende voorkeuruitvoeringsvormen van een sluitkom volgens de uitvinding. Daarin toont: 5
Figuur 1 een schematische weergave van een dwarsdoorsnede van een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een sluitkom volgens de uitvinding genomen langs een lijn B-B, weergegeven in figuur 4, waarin het 10 ontvangdeel zich in een neutrale stand bevindt;
Figuur 2 en 3 een schematische weergave van een dwarsdoorsnede zoals in figuur 1, waarbij het ontvangdeel zich echter in een van de neutrale stand afwijkende stand bevindt; 15 Figuur 4 een schematische weergave van een dwarsdoorsnede van een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een sluitkom volgens de uitvinding genomen langs een lijn A-A in figuur 1;
Figuur 5 een schematische weergave van een dwarsdoorsnede 20 van een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een sluitkom volgens de uitvinding omvattende een eerste versteldeel, genomen langs een lijn B-B, weergegeven in figuur 8, waarin het ontvangdeel zich in een neutrale stand bevindt; 25 Figuur 6 en 7 een schematische weergave van een dwarsdoorsnede zoals in figuur 5, waarbij het ontvangdeel zich echter in een van de neutrale stand afwijkende stand bevindt;
Figuur 8 een schematische weergave van een dwarsdoorsnede 30 van een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een sluitkom volgens de uitvinding omvattende een eerste versteldeel, zonder de drangmiddelen, genomen langs een lijn A-A in figuur 5.
11
In de figuren 1-4 is een eerste en in de figuren 5-8 is een tweede voorkeuruitvoeringsvorm met een mogelijkheid tot verstellen van de drangmiddelen weergegeven. Figuur 1 toont een sluitkom 1 volgens de uitvinding waarin het ontvangdeel 2 zich in de neutrale stand 5 bevindt. Wanneer de onderlinge positie van de schoot en de sluitkom 1 goed is, zal in deze stand van het ontvangdeel 2 de schoot van het eerste uiteinde 5 naar het tweede uiteinde 7 worden geleid in 1 een richting gelijk aan de lengterichting van het ontvangdeel 2 en ook gelijk aan de lengterichting van de sluitkom 1. De 10 drangmiddelen, omvattende twee klemorganen 9a en 9b, houden het ontvangdeel 2 in deze neutrale stand. In de figuren 2 en 3 is te zien dat het ontvangdeel 2 door een, niet getoonde, schoot, middels rotatie van het ontvangdeel 2 tot een afwijkende stand is gedwongen, en dat een van de klemorganen respectievelijk 9a en 9b 15 het ontvangdeel 2 in zijn beweging heeft gevolgd en een tegenkracht op deze beweging uitoefent. Te zien is dat de twee verende klemorganen 9a en 9b passend rondom een deel van de behuizing 6 zijn opgenomen en als zodanig ten opzichte van de behuizing 6 zijn gefixeerd.
20 !
De dwarsdoorsnede in figuur 4 toont de sluitkom 1 volgens de uitvinding omvattende een behuizing 6 en een sluitplaat 11. Het ontvangdeel 2 bevindt zich in de neutrale stand. De sluitplaat 11 vormt het aanzicht van de sluitkom en begrenst voor een deel de 25 ruimte 12 voor het opnemen van de schoot. De sluitplaat 11 omvat openingen 14a en 14b en de behuizing 6 omvat openingen 15a en 15b voor onderlinge fixatie middels schroeven.
Het ontvangdeel 2 bevindt zich in figuur 5 in de neutrale stand en 30 in de figuren 6 en 7 in een van de neutrale stand afwijkende stand.
In figuur 6 is te zien dat door het op geschikte wijze verstellen van de positie van de drangmiddelen 3 in de sluitkom 1, de benodigde kracht voor het roteren van het ontvangdeel 2 afneemt.
Hierdoor zal de vergrendeling, ondanks de afwijkende onderlinge 35 positie van de schoot en de sluitkom, minder moeizaam verlopen. In 12 figuur 7 is te zien dat het op geschikte wijze verstellen van de positie van de drangmiddelen 3 in de sluitkom 1 de uiterste stand van het ontvangdeel 2 kan verleggen.
5 In de figuren 5-7 en in figuur 8 is te zien dat de twee verende klemorganen 9a en 9b passend rondom een eerste versteldeel 10 voor het verstellen van de positie van de drangmiddelen ten opzichte van het ontvangdeel zijn opgenomen. In figuur 8 is te zien dat het eerste versteldeel 10 middels een van de openingen 14b in de 10 sluitplaat 11 en een van de openingen 15b in de behuizing 6 ten opzichte van de behuizing 6 en de sluitplaat 11 kan worden gefixeerd. In figuur 8 is het eerste versteldeel 10 in de richting dwars op het tekenvlak ten opzichte van de behuizing 6 verstelbaar. De verstelbaarheid is ook af te leiden uit de ovaalvormige vorm van 15 de opening 16b in het eerste versteldeel (10) welke het bereik voor verstellen weergeeft.
1037972

Claims (11)

1 Sluitkora (1) ingericht voor het ten minste voor een deel knevelend ontvangen van een ten opzichte van de sluitkom 5 verplaatsbare schoot, omvattende een ontvangdeel (2) voor het ten minste voor een deel knevelend ontvangen van ten minste een deel van de schoot, met het kenmerk, dat het ontvangdeel (2) ten opzichte van het resterende deel van de sluitkom (1) roteerbaar is om een zich loodrecht op de 10 verplaatsingsrichting van de schoot uitstrekkende rotatie-as.
2 Sluitkom (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat deze drangmiddelen (3) omvat voor het in een neutrale 15 stand dringen van het ontvangdeel (2).
3 Sluitkom (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat deze langwerpig is en een sluitplaat (11) omvat, en het ontvangdeel en het resterende deel van de sluitkom 20 zodanig zijn gevormd dat de bewegingsrichting van het ontvangdeel (2) in hoofdzaak parallel aan de sluitplaat (11) is.
4 Sluitkom (1) volgens één der conclusies 1 - 3, met het 25 kenmerk, dat het ontvangdeel (2) ten opzichte van het resterende deel van de sluitkom (1) roteerbaar is, waarbij de rotatie-as (4) zich in een eerste uiteinde (5) van het ontvangdeel (2) bevindt, welk eerste uiteinde (5) is gekeerd naar de plaats van binnendringen van de schoot 30 in de sluitkom (1) .
5 Sluitkom (1) volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de drangmiddelen (3) op een tweede uiteinde (7) van het ontvangdeel (2) aangrijpen, bij welk tweede uiteinde (7) 35 de schoot een eindstand bereikt. 1037 97 2
6 Sluitkom (1) volgens één der conclusies 2-5, met het kenmerk, dat de drangmiddelen (3) een vervormbaar element (8) omvatten. 5
7 Sluitkom (1) volgens één der conclusies 2-6, met het kenmerk, dat de drangmiddelen (3) twee verende klemorganen (9a en 9b) omvatten.
10. Sluitkom (1) volgens één der conclusies 2-7, met het kenmerk, dat de drangmiddelen (3) zijn vervaardigd uit elastisch vervormbaar materiaal, bij voorkeur vervaardigd uit verenstaal.
15. Sluitkom (1) volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de positie van de drangmiddelen (3) ten opzichte van het ontvangdeel (2) zodanig instelbaar is dat de drangmiddelen het ontvangdeel in een van de neutrale stand afwijkende stand dringen. 20
10 Sluitkom (1) volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat deze een eerste versteldeel (10) omvat, welk eerste versteldeel (10) ten opzichte van de drangmiddelen (3) fixeerbaar is, en waarvan de positie ten opzichte van het 25 resterende deel van de sluitkom, dat wil zeggen de sluitkom met uitzondering van het ontvangdeel (2) , verstelbaar is.
11 Vergrendelinrichting omvattende een sluitkom (1) volgens 30 één der voorgaande conclusies. 1037972
NL1037972A 2010-05-19 2010-05-19 Sluitkom en vergrendelinrichting omvattende een dergelijke sluitkom. NL1037972C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1037972A NL1037972C2 (nl) 2010-05-19 2010-05-19 Sluitkom en vergrendelinrichting omvattende een dergelijke sluitkom.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1037972A NL1037972C2 (nl) 2010-05-19 2010-05-19 Sluitkom en vergrendelinrichting omvattende een dergelijke sluitkom.
NL1037972 2010-05-19

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1037972C2 true NL1037972C2 (nl) 2011-11-29

Family

ID=43466975

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1037972A NL1037972C2 (nl) 2010-05-19 2010-05-19 Sluitkom en vergrendelinrichting omvattende een dergelijke sluitkom.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1037972C2 (nl)

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2762660A3 (de) * 2013-02-01 2015-10-14 Carl Fuhr GmbH & Co. KG Riegelaufnahmeteil
EP2896769A3 (de) * 2014-01-16 2016-04-13 MACO Technologie GmbH SCHLIEßTEIL
EP3222800A1 (en) 2016-03-23 2017-09-27 ASSA ABLOY Nederland B.V. Catch for catching a locking element

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2052793A5 (nl) * 1969-06-20 1971-04-09 Frank Gmbh Wilh
GB2208891A (en) * 1987-08-19 1989-04-19 Linear Ltd L0cking blocks for espagnolette mechanisms
US4893854A (en) * 1987-02-02 1990-01-16 Masco Building Products Corp. Self-adjusting door strike
NL1009705C2 (nl) * 1998-07-21 2000-01-24 Stenman Holland Nv Raamafsluitersamenstel.
EP1816292A2 (de) * 2006-02-02 2007-08-08 Aug. Winkhaus GmbH & Co. KG Verschluss für einen Treibstangenbeschlag

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2052793A5 (nl) * 1969-06-20 1971-04-09 Frank Gmbh Wilh
US4893854A (en) * 1987-02-02 1990-01-16 Masco Building Products Corp. Self-adjusting door strike
GB2208891A (en) * 1987-08-19 1989-04-19 Linear Ltd L0cking blocks for espagnolette mechanisms
NL1009705C2 (nl) * 1998-07-21 2000-01-24 Stenman Holland Nv Raamafsluitersamenstel.
EP1816292A2 (de) * 2006-02-02 2007-08-08 Aug. Winkhaus GmbH & Co. KG Verschluss für einen Treibstangenbeschlag

Cited By (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2762660A3 (de) * 2013-02-01 2015-10-14 Carl Fuhr GmbH & Co. KG Riegelaufnahmeteil
EP2896769A3 (de) * 2014-01-16 2016-04-13 MACO Technologie GmbH SCHLIEßTEIL
EP3222800A1 (en) 2016-03-23 2017-09-27 ASSA ABLOY Nederland B.V. Catch for catching a locking element
NL2016481A (en) * 2016-03-23 2017-10-02 Assa Abloy Nederland B V Catch for catching a locking element.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1037972C2 (nl) Sluitkom en vergrendelinrichting omvattende een dergelijke sluitkom.
EP3812545B1 (en) Decelerated hinge for furniture
EP3430218B1 (en) Hinge with elastic opening means for door leaves of furniture
JP2520989B2 (ja) ヒンジ
US20120286116A1 (en) Drawer structure
ES2748976T3 (es) Mobiliario y método para fijar un cajón
EP1905492B1 (fr) Dispositif de retenue et de réglage en position longitudinale d'une fixation sur une planche de glisse
US20120319548A1 (en) Pull-out guide for a drawer
EP2064406B1 (en) Modular rail system for suspending sliding doors and sliding door system with user accessible braking / stopping element
US20180258675A1 (en) Hinge closure
EP1470772B1 (en) Shelf-supporting device with releasable jaw for shelf locking
US20070145720A1 (en) Coupling device
US6742753B2 (en) Locking device for a vehicle seat
EP1731202B1 (fr) Dispositif de freinage de largeur réglable pour planche de glisse
CN107529883A (zh) 用于固定推入元件的装置和方法
US4620343A (en) Three way adjustable door hinge having cooperating wedge surfaces
US7275757B2 (en) Arrangement for longitudinal adjustment of two binding jaws of a ski binding
FR2640152A1 (fr) Fixation arriere de ski alpin
EP2072917A1 (en) A radiator bracket
US11583077B2 (en) Pull-out guide for drawers provided with a device for the height adjustment of the drawer
US20220061527A1 (en) Anti-release system for a sliding drawer
WO2021111241A1 (en) Angular support device for wall cabinets
EP1520951B1 (en) A sliding device, a window having such a sliding device and a method for mounting a sash in such a window
US20090008523A1 (en) Support Bracket for Shelves
WO2022063998A1 (en) Hinge mechanism for spectacles

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20131201