NL1034508C2 - Fietstas voorzien van een hakensamenstel. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Fietstas voorzien van een hakensamenstel.

De uitvinding betreft een fietstas die aan een verticale zijwand daarvan is voorzien van een hakensamenstel voor het aan een stang van een fiets, met name een stang van een bagagedrager van een fiets, ophangen van de fietstas.

5 Uit de stand van de techniek zijn fietstassen voorzien van een hakensamenstel volgens de aanhef van conclusie 1 bekend, met name onder de merknaam Fast Rider. Bij die bekende fietstassen is het vergrendelingshaakorgaan voorzien van een vergrendelingshaak die met een spanbout is bevestigd aan de basis. Die spanbout steekt door een gat in een horizontaal deel van de basis, waarbij aan de bovenzijde van de spanbout een door de gebruiker te 10 draaien draaiknop is aangebracht. De spanbout steekt in een schroefdraadgat in de vergrendelingshaak, waarbij om de spanbout een veer ligt die de vergrendelingshaak naar beneden drukt ten opzichte van het horizontale deel van de basis. De spanbout steekt met speling door het gat, zodanig dat de spanbout - en daarmee de vergrendelingshaak -kantelbaar is. Bij het plaatsen van de fietstas hangt de gebruiker de tas met zijn 15 ophanghaken aan de stang van de bagagedrager, waarbij de vergrendelingshaak onder die stang komt te grijpen. Door vervolgens de draaiknop te bedienen, kan de vergrendelingshaak omhoog worden bewogen en onder tegen de stang worden getrokken. Dit maakt het mogelijk de tas goed vast te zetten, ook op stangen met verschillende diameters zoals in de praktijk, met name bij bagagedragers, veelvuldig voorkomt. De 20 draaiknop is van geringe diameter om te verhinderen dat de vergrendelingshaak te strak kan worden aangedraaid en de constructie daarvan overbelast zou kunnen worden.

In de praktijk blijken de bovengenoemde bekende fietstassen niet geheel tevredenstellend. Met name het bedienen van de kleine draaiknop wordt als omslachtig ervaren.

25

De uitvinding beoogt een verbeterde fietstas te verschaffen.

Dit doel wordt bereikt met een fietstas volgens de aanhef van conclusie 1, die is gekenmerkt doordat het vergrendelingshaakorgaan een schuifdeel omvat, dat in hoogterichting 30 verschuifbaar is geleid ten opzichte van de basis zodanig dat door de gebruiker de hoogte van het schuifdeel variabel is, en doordat de vergrendelingshaak kantelbaar is aangebracht aan het schuifdeel, waarbij het vergrendelingshaakorgaan verder borgmiddelen omvat voor het handhaven van een door de gebruiker gewenste stand in hoogterichting.

1034508 -2-

Deze uitvoering met een schuifdeel biedt de mogelijkheid tot eenvoudige bediening voor de gebruiker en constructieve stabiliteit van het vergrendelingshaakorgaan.

5 De uitvinding betreft tevens een hakensamenstel ingericht voor montage aan een fietstas volgens de uitvinding.

Voordelige uitvoeringsvormen van het hakensamenstel en de fietstas volgens de uitvinding, met name van het hakensamenstel, zijn beschreven in de volgconclusies en de navolgende 10 beschrijving aan de hand van de tekening. Daarbij toont:

Fig. 1 in perspectief een voorkeursuitvoeringsvorm van het hakensamenstel van een verder niet getoonde fietstas volgens de uitvinding,

Fig. 2 het hakensamenstel van figuur 1 bevestigd aan een stang van een verder niet 15 weergegeven bagagedrager,

Fig. 3 in vooraanzicht het vergrendelingshaakorgaan van het hakensamenstel van figuur 1, Fig. 4 het vergrendelingshaakorgaan in doorsnede over de lijn A-A in figuur 3,

Fig. 5 het vergrendelingshaakorgaan van figuur 3 in zijaanzicht, en

Figs. 6a-c telkens zowel in vooraanzicht en in zijaanzicht het hakensamenstel van figuur 1 in 20 combinatie met stangen van verschillende diameter.

Aan de hand van de tekening zal nu een voorkeursuitvoeringsvorm van het hakensamenstel van een verder niet getoonde fietstas volgens de uitvinding worden toegelicht. Zoals eerder genoemd is het getoonde hakensamenstel gebruikelijk gemonteerd aan een verticale 25 zijwand van de fietstas, in de praktijk de zijwand die langs het achterwiel van de fiets ligt als de fietstas aan de bagagedrager is gehangen.

In de tekening niet getoond is een eventueel ook op de betreffende zijwand van de fietstas aangebrachte “orderbevestiging” die de onderzijde van de fietstas bevestigt aan de fiets.

30

Figuur 1 toont het hakensamenstel met twee op een afstand naast elkaar opgestelde ophanghaakorganen 1 en een tussen de ophanghaken 1 opgesteld vergrendelingshaakorgaan 10.

35 De ophanghaakorganen 1 zijn elk ingericht om van boven over de stang 5 (zie figuren 2 en 6a-c) te grijpen en daarop af te steunen.

-3-

De getoonde ophanghaakorganen zijn hier integraal van kunststof en hebben een basis 1 a met bevestigingsgaten en een integraal haaklichaam 1b met een naar beneden wijzende haaklip 1c. Het op de stang rustende gedeelte is hier voorzien van een ronding.

5 In dit voorbeeld zijn de ophanghaakorganen 1 starre haakorganen, die in dit voorbeeld afzonderlijk van elkaar en onbeweeglijk zijn vastgezet aan de zijwand van de fietstas.

In een niet getoonde variant zijn de ophanghaakorganen (en eventueel ook het vergrendelingshaakorgaan) aangebracht op een gemeenschappelijke hakenbasis, eventueel 10 een horizontale hakenrail waar de ophanghaakorganen (en eventueel het vergrendelingshaakorgaan) op instelbare posities naast elkaar plaatsbaar zijn.

In een variant zijn de ophanghaakorganen elk uitgevoerd met een basis en een zwenkbare haak, die om een in hoofdzaak verticale as zwenkbaar is ten opzichte van de basis. Dit biedt 15 de mogelijkheid die haken tegen de zijwand van de tas te zwenken als de tas is losgenomen van de fiets.

Het vergrendelingshaakorgaan 10 omvat een aan de zijwand van de fietstas gemonteerde basis 11 en een vergrendelingshaak 12, die is ingericht om onder de betreffende stang 5 te 20 haken.

Meer in detail heeft het vergrendelingshaakorgaan 10 een schuifdeel 13, dat in hoogterichting verschuifbaar is geleid ten opzichte van de basis 11 zodanig dat door de gebruiker de hoogte van het schuifdeel 13 variabel is. De vergrendelingshaak 12 is 25 kantelbaar aangebracht aan het schuifdeel 13. Het vergrendelingshaakorgaan 10 omvat verder nog borgmiddelen voor het handhaven die een door de gebruiker gewenste stand in hoogterichting.

Door de bovengenoemde configuratie kan de gebruiker dus de hoogte van de onder de 30 stang 5 grijpende haak 12 instellen door het schuifdeel 13 in hoogte te verschuiven en dan in de gewenste stand (liefst bij geen speling tussen haak 12 en onderzijde van stang 5) te borgen.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm is het schuifdeel in hoogte verschuifbaar is over 35 een bereik van ten minste 5 millimeter, bij voorkeur tussen 7 en 10 millimeter. Dit biedt bijvoorbeeld de mogelijkheid de tas te bevestigen aan stangen met zo’n 5 millimeter diameterverschil (bijvoorbeeld tussen 8 en 13 millimeter diameter).

-4-

De basis 11 is hier voorzien van twee opstaande ribben 11a, waar tussen het schuifdeel 13 in hoogterichting verschuifbaar is geleid.

Het samenstel van vergrendelingshaak 12 en schuifdeel 13 is hier ingericht om door de 5 gebruiker naar boven te worden getrokken met een of meerdere vingers van een hand, en is daartoe voorzien van een geschikt bedieningsorgaan.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm is de vergrendelingshaak 12 aan de bovenzijde voorzien een bedieningsorgaan 12d met ten minste een dwarsdeel waar de gebruiker met 10 ten minste een vinger onder kan grijpen om naar boven een trekkracht uit te oefenen op de vergrendelingshaak 12 en daarmee op het schuifdeel 13 ten einde het schuifdeel naar boven te trekken.

Zoals de voorkeur heeft is dat bedieningsorgaan 12d hier T-vormig uitgevoerd, zodat de 15 gebruiker met twee naburige vingers onder de dwarsdelen van de T kan grijpen.

Het aangrijpen op het bedieningsorgaan 12d van de haak 12 maakt het voor de gebruiker ook mogelijk de haak 12 te doen kantelen, met name relevant voor het losnemen van de fietstas. De haak is dan door de gebruiker kantelbaar tussen een haakstand, waarin de 20 vergrendelingshaak 12 onder de stang 5 grijpt, en een naar buiten gekantelde passeerstand, waarin de haak 12 de stang 5 kan passeren voor het plaatsen en afnemen van de fietstas.

In dit voorbeeld is erin voorzien dat het vergrendelingshaakorgaan 10 een veer 16 heeft, die de haak 12 naar zijn haakstand dwingt.

25

Het schuifdeel 13 heeft aan zijn bovenzijde een buigzaam gedeelte 13a dat door de gebruiker gemakkelijk naar voren te verbuigen is. Dat gedeelte 13 ligt normaal met zijn achterzijde tegen de basis 11 (zie figuur 4) en kan dan naar voren worden gebogen.

30 De basis 11 is achter het betreffende buigzame gedeelte 13a van het schuifdeel 13 voorzien van een borgnok 14. Verder is een reeks van verdiepingen 15 voorzien in de achterzijde van het buigzame gedeelte 13a van het schuifdeel 13, waar die borgnok 14 in past om de stand van het schuifdeel 13 te borgen. Als de gebruiker het gedeelte 13a naar voren buigt, wordt die borging opgeheven en is het schuifdeel 13 weer verschuifbaar. Om het buigen te 35 realiseren is het schuifdeel 13 aan de bovenzijde van het buigzame gedeelte 13a voorzien van een bedieningsorgaan 13d, hier een lip, waar de gebruiker met ten minste een vinger kan aangrijpen.

-5-

Zoals de voorkeur heeft zijn het bedieningsorgaan 12d en het bedieningsorgaan 13d zo uitgevoerd en opgesteld dat beide organen 12d, 13d gelijktijdig met de vingers van een enkele hand bediend kunnen worden. Dat biedt de mogelijkheid de andere hand te 5 gebruiken om de tas te tillen, bijvoorbeeld met een handvat van de tas. Dat is bijvoorbeeld gunstig bij het losnemen van de tas, waarbij het buigzame gedeelte 13a naar voren wordt gebogen, de haak naar beneden gedrukt en tevens naar de passeerstand gekanteld, en dan de tas wordt opgetild.

10 In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld dwingt veer 16, die de haak 12 naar zijn haakstand dwingt, tevens bedieningsorgaan 13d naar een ruststand waarin de achterzijde van schuifdeel 13 tegen basis 11 aan ligt.

1 0 3 4 5 08

Claims (15)

1. Fietstas die aan een verticale zijwand daarvan is voorzien van een hakensamenstel 5 voor het aan een stang (5) van een fiets, met name een stang van een bagagedrager van een fiets, ophangen van de fietstas, welk hakensamenstel omvat: - twee op een afstand naast elkaar opgestelde ophanghaakorganen (1), - een tussen de ophanghaken opgesteld vergrendelingshaakorgaan (10), 10 waarbij elk ophanghaakorgaan (1) is ingericht om van boven over de stang (5) te grijpen en daarop af te steunen, waarbij het vergrendelingshaakorgaan (10) omvat: - een aan de fietstas gemonteerde basis (11), 15. een vergrendelingshaak (12), die is ingericht om onder de betreffende stang te haken, waarbij de vergrendelingshaak (12) een door een gebruiker te bedienen handbedieningselement (12d) heeft en door de gebruiker kantelbaar is tussen een 20 haakstand, waarin de vergrendelingshaak onder de stang grijpt, en een naar buiten gekantelde passeerstand, waarin de haak de stang kan passeren voor het plaatsen en afnemen van de fietstas, waarbij de vergrendelingshaak (12) in hoogte verstelbaar is ten opzichte van de basis (11) 25 voor het aanpassen aan de doorsnedeafmeting van de stang van de fiets, met het kenmerk, dat het vergrendelingshaakorgaan (10) een schuifdeel (13) omvat, dat in hoogterichting 30 verschuifbaar is geleid ten opzichte van de basis (11) zodanig dat door de gebruiker de hoogte van het schuifdeel (13) variabel is, en dat de vergrendelingshaak (12) kantelbaar is aangebracht aan het schuifdeel (13), waarbij het vergrendelingshaakorgaan (10) verder borgmiddelen (13a, 14,15) omvat voor het handhaven van een door de gebruiker gewenste stand in hoogterichting. 35 1034508 -7-

2. Fietstas volgens conclusie 1, waarbij het schuifdeel (13) in hoogte verschuifbaar is over een bereik van ten minste 5 millimeter.

3. Fietstas volgens conclusie 1 of 2, waarbij de borgmiddelen (13a, 14,15) meerdere 5 discrete standen definiëren voor het schuifdeel (13) ten opzichte van de basis (11).

4. Fietstas volgens conclusie 3, waarbij de borgmiddelen een borgnok (14) en een reeks van verdiepingen (15) voor de borgnok omvatten, bij voorkeur een borgnok op de basis (11) en een reeks van verdiepingen in het schuifdeel (13a). 10

5. Fietstas volgens conclusie 4, waarbij een buigzaam gedeelte (13a) van het schuifdeel (13) door de gebruiker te verbuigen is tussen een met zijn achterzijde tegen de basis (11) liggende stand en een naar voren gebogen stand, waarbij de basis (11) - achter het betreffende buigzame gedeelte (13a) van het schuifdeel - enerzijds en de achterzijde van 15 het buigzame gedeelte van het schuifdeel anderzijds zijn voorzien een borgnok (14) en een daarmee samenwerkende reeks van verdiepingen (15), zodat het naar buigen van het buigzame gedeelte (13a) overeenkomt met het ontkoppelen van de borging.

6. Fietstas volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de basis (11) 20 van het vergrendelingshaakorgaan twee ribben (11a) heeft waar tussen het schuifdeel (13) in hoogterichting verschuifbaar is geleid.

7. Fietstas volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de vergrendelingshaak (12) een eerste bedieningsorgaan (12d) heeft voor het aangrijpen 25 daarop door de gebruiker.

8. Fietstas volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het schuifdeel (13) aan de bovenzijde een tweede bedieningsorgaan (13d), bijvoorbeeld een lip, heeft voor het aangrijpen daarop door de gebruiker. 30

9. Fietstas volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het samenstel van vergrendelingshaak en schuifdeel ten minste een bedieningsorgaan (12d) heeft dat is ingericht om het samenstel door de gebruiker naar boven te trekken.

10. Fietstas volgens conclusie 9, waarbij de vergrendelingshaak (12) aan de bovenzijde een eerste bedieningsorgaan (12d) heeft met ten minste een dwarsdeel waar de gebruiker met ten minste een vinger onder kan grijpen om naar boven een trekkracht uit te oefenen op -8- de vergrendelingshaak (12) en daarmee op het schuifdeel (13) ten einde het schuifdeel naar boven te trekken.

11. Fietstas volgens conclusies 5 en 10, waarbij het schuifdeel (13) aan de bovenzijde 5 van het buigzame gedeelte (13a) een tweede bedieningsorgaan (13d) heeft waar de gebruiker met ten minste een andere vinger kan aangrijpen dan de een of meer vingers van dezelfde hand waarmee de gebruiker gelijktijdig aangrijpt op het eerste bedieningsorgaan (12d) van de vergrendelingshaak (12), zodat de gebruiker het buigzame gedeelte van het schuifdeel (13) naar voren kan buigen en gelijktijdig het schuifdeel omhoog kan trekken en 10 bij loslaten van dat tweede bedieningsorgaan (13d) het schuifdeel vergrendelt.

12. Fietstas volgens conclusie 11 of 12, waarbij het eerste bedieningsorgaan (12d) een T-vormig bedieningsorgaan is waarop de gebruiker met twee naburige vingers kan aangrijpen.

13. Fietstas volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de buitenste ophanghaakorganen (1) starre organen zijn.

14. Fietstas volgens een of meer van de conclusies 1-12, waarbij de buitenste ophanghaakorganen elk een basis omvatten en een zwenkbare haak, die om een in 20 hoofdzaak verticale as zwenkbaar is ten opzichte van de basis.

15. Hakensamenstel ingericht voor montage aan een fietstas volgens een of meer van de voorgaande conclusies. t03450Q