NL1033203C2 - Plant treating method, involves forming hole using elongated portion by maintaining two acute angled clamp edges together, while gradually decreasing to final width, where hole edge part is clamped by top edges - Google Patents

Plant treating method, involves forming hole using elongated portion by maintaining two acute angled clamp edges together, while gradually decreasing to final width, where hole edge part is clamped by top edges Download PDF

Info

Publication number
NL1033203C2
NL1033203C2 NL1033203A NL1033203A NL1033203C2 NL 1033203 C2 NL1033203 C2 NL 1033203C2 NL 1033203 A NL1033203 A NL 1033203A NL 1033203 A NL1033203 A NL 1033203A NL 1033203 C2 NL1033203 C2 NL 1033203C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
hole
machine
plant
machine according
edge
Prior art date
Application number
NL1033203A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL1033203A1 (en
Inventor
Johannes Christoffel Fenger
Original Assignee
Corn Bak Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Corn Bak Bv filed Critical Corn Bak Bv
Priority to NL1033203A priority Critical patent/NL1033203C2/en
Publication of NL1033203A1 publication Critical patent/NL1033203A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1033203C2 publication Critical patent/NL1033203C2/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/14Greenhouses
    • A01G9/143Equipment for handling produce in greenhouses
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/25Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Apparatuses For Bulk Treatment Of Fruits And Vegetables And Apparatuses For Preparing Feeds (AREA)

Abstract

The method involves forming a hole using an elongated portion by maintaining two acute angled clamp edges together, while gradually decreasing to a final width, where a hole edge part is clamped by a set of top edges. A set of plants (2) is held in an upper part of holders (1) such that roots of the plants are accessible for water while remaining portions of the plants are protected from the water by the holders, where the holders are formed of metal. An independent claim is also included for a crop coil machine comprising a set of plate-shaped plant transport containers.

Description

Titel: Verwerken of behandelen van gewasTitle: Processing or treating crop

Deze uitvinding heeft betrekking op verwerken of behandelen van gewas, zoals reinigen door bijvoorbeeld spoelen. Hoewel de 5 uitvinding wordt toegelicht aan de hand van spoelen, moet het duidelijk zijn dat de uitvinding ook toepasbaar is op andere terreinen van verwerken of behandelen van gewas. Bijvoorbeeld waarbij een deel van een plant moet worden afgesneden of om planten te positioneren of tellen.This invention relates to processing or treating of crop, such as cleaning by, for example, rinsing. Although the invention is elucidated on the basis of rinsing, it should be clear that the invention can also be applied to other fields of processing or treating crop. For example, where a part of a plant needs to be cut off or to position or count plants.

10 Vaak is het noodzakelijk, bijvoorbeeld wegens import- regelgeving, dat planten geheel moeten worden ontdaan van grond of ander groeimedium. Daartoe worden de planten gespoeld in een spoelmachine, waarbij veel kracht door het water uitgeoefend wordt. De plant moet daarom goed worden vast gehouden in een 15 transporthouder, waarbij moet worden voorkomen dat kwestbare delen (zoals de bladeren) worden beschadigd door blootstelling aan het krachtige water. Bij bepaalde planten, bijvoorbeeld waarvan de bladeren een soort koker vormen, zoals Bromeliaceae, kan tijdens het spoelen gemakkelijk knijpschade ontstaan. Die 20 wordt later zichtbaar en biedt ziekten een kans.10 It is often necessary, for example due to import regulations, that plants must be completely stripped of soil or other growing medium. To this end, the plants are rinsed in a rinsing machine, whereby a lot of force is exerted by the water. The plant must therefore be held securely in a transport container, while protecting vulnerable parts (such as the leaves) from being damaged by exposure to the powerful water. Certain plants, for example the leaves of which form a kind of tube, such as Bromeliaceae, can easily squeeze damage during rinsing. That 20 becomes visible later and offers diseases a chance.

Het doel van de uitvinding is veelzijdig en betreft oa. een bedrijfszekere planttransporthouder die knijpschade en/of schade aan de plant door krachtige waterstralen vermijdt.The object of the invention is versatile and concerns among others. a reliable plant transport container that avoids squeezing damage and / or damage to the plant due to powerful water jets.

De planthouder heeft bij voorkeur een in diameter 25 veranderbare opening voor het daarin opnemen van een plant, bij voorkeur waarbij het ene gatranddeel relatief verplaatsbaar en een ander gatranddeel relatief onverplaatsbaar is. De planthouder is bij voorkeur uitgerust met een tegen een terugstelkracht verplaatsbaar klem- of vasthoudelement dat op de plant komt aan 30 te grijpen. Dat vasthoudelement kan met de hand of door aandrijfmiddelen worden verplaatst. Dat vasthoudelement heeft bij voorkeur twee onderling een hoek van bij voorkeur kleiner dan 90° insluitende randen die bij voorkeur samen komen in een hoek die bij voorkeur afgerond is. Het vasthoudelement is bij 35 voorkeur verplaatsbaar ten opzichte van een opening waarin de plant kan worden gestoken. Bij voorkeur wordt de plant door het vasthoudelement en die opening vast gehouden, bijvoorbeeld door tussen die twee te worden geklemd. Bij voorkeur zijn er op althans twee of drie niveau's boven elkaar randen die ingericht zijn om 1 033 2 03 2 de plant te klemmen of daartegen te drukken. De verplaatsing van het vasthoudelement in de ene en/of andere richting wordt bij voorkeur door een aanslagelement begrensd. Het vasthoudelement maakt bij voorkeur deel uit van een in hoofdzaak waterdichte 5 eenheid die bij voorkeur plaatvormig is. Die eenheid bevat bij voorkeur slechts één vasthoudelement. Een groot aantal vasthoudelementen of waterdichte eenheden wordt bij voorkeur achtereenvolgens in een stroom door een behandeling- of verwer-kingsinrichting geleid, bijvoorbeeld in een eindloze lus, 10 bijvoorbeeld een in hoofdzaak waterdichte baan vormend.The plant holder preferably has an opening that can be changed in diameter for receiving a plant therein, preferably wherein one hole edge part is relatively movable and another hole edge part is relatively unmovable. The plant holder is preferably equipped with a clamping or holding element which is displaceable against a restoring force and which engages the plant. This retaining element can be moved by hand or by drive means. Said retaining element preferably has two mutually an angle of preferably smaller than 90 ° enclosing edges which preferably come together at an angle which is preferably rounded. The retaining element is preferably displaceable relative to an opening into which the plant can be inserted. The plant is preferably retained by the retaining element and that opening, for example by being clamped between the two. Preferably, there are edges on at least two or three levels above each other which are adapted to clamp or press the plant against it. The displacement of the retaining element in one and / or other direction is preferably limited by a stop element. The retaining element preferably forms part of a substantially watertight unit which is preferably plate-shaped. That unit preferably contains only one retaining element. A large number of retaining elements or watertight units is preferably successively guided in a stream through a treatment or processing device, for example in an endless loop, for example forming a substantially watertight web.

Hierna wordt de uitvinding nader toegelicht aan de hand van een niet-beperkend uitvoeringsvoorbeeld.The invention is explained in more detail below with reference to a non-limiting exemplary embodiment.

Fig. 1 toont een gewasspoelmachine in zijaanzicht;FIG. 1 shows a crop washing machine in side view;

Fig. 2 toont een planttransporthouder in zijaanzicht; 15 Fig. 3 toont de planttransporthouder in doorsnede volgens lijn III-III in fig. 2; enFIG. 2 shows a plant transport container in side view; FIG. 3 shows the plant transport container in section along the line III-III in FIG. 2; and

Fig. 4 toont een afzonderlijk onderdeel van de planttransporthouder .FIG. 4 shows a separate part of the plant transport container.

Fig. 1 toont schematisch een gewasspoelmachine waarin 20 waterdichte plaatvormige eenheden/planttransporthouders 1 in een eindloze lus zijn opgesteld. De bovenpart verplaatst in de richting van de pijl. De eenheden 1 vormen een in hoofdzaak aaneengesloten oppervlak. Beneden de onderzijde van de bovenpart zijn sproeimondstukken opgesteld (niet getoond) waarmee krachti-25 ge waterstralen naar de eenheden 1 van de bovenpart worden gericht.FIG. 1 schematically shows a crop rinsing machine in which watertight plate-shaped units / plant transport containers 1 are arranged in an endless loop. The upper part moves in the direction of the arrow. The units 1 form a substantially continuous surface. Below the underside of the upper part spray nozzles are arranged (not shown) with which powerful water jets are directed to the units 1 of the upper part.

Elke eenheid 1 is ingericht voor het opnemen en vasthouden van een plant 2. De planten 2 worden zodanig in de eenheden 1 van de bovenpart vastgehouden, dat de wortelkluit onder de eenheden uit steekt en zodoende goed toegankelijk is voor de 30 waterstralen. De rest van de planten worden daarentegen door de eenheden afgeschermd van de waterstralen.Each unit 1 is adapted to receive and hold a plant 2. The plants 2 are held in the units 1 of the upper part in such a way that the root ball protrudes below the units and is therefore easily accessible for the water jets. The rest of the plants, on the other hand, are shielded from the water jets by the units.

Een eenheid/planttransporthouder 1 omvat (zie fig. 2-4) een vlakke metalen boven- en onderplaat 3, 4 die met wederzijdse tussenruimte met elkaar gefixeerd zijn. In de ruimte daartussen 35 is een vlak, plat klemelement 5 van polymeer materiaal (voor geluiddemping) opgenomen. Het klemelement 5 kan tussen de platen 3, 4 heen- en weerschuiven en wordt door veerelementen 6 3 automatisch in een eerste stand terug gesteld. In deze uitvoering zijn de veerelementen 6 trekveren. In een alternatief kunnen het drukveren of andere voorspan- of terugstelorganen zijn. Het rechtlijnig bewegen van het klemelement 5 wordt gewaarborgd door 5 een daarmee samenwerkende geleider die in deze uitvoering gevormd is door een uit het vlak van de boven- of onderplaat 3, 4 stekende rand 7 aan de langszij kant van de eenheid 1.A unit / plant transport container 1 comprises (see Figs. 2-4) a flat metal top and bottom plate 3, 4 which are fixed to each other with mutual spacing. In the space between them 35 a flat, flat clamping element 5 of polymeric material (for sound damping) is included. The clamping element 5 can slide back and forth between the plates 3, 4 and is automatically reset to a first position by spring elements 6 3. In this embodiment the spring elements 6 are tension springs. In an alternative, it may be compression springs or other biasing or resetting members. The linear movement of the clamping element 5 is guaranteed by a guide cooperating with it, which in this embodiment is formed by an edge 7 projecting from the plane of the upper or lower plate 3, 4 on the longitudinal side of the unit 1.

De boven- en onderplaat 3, 4 hebben elk een centraal, doorgaand, in hoofdzaak cirkelvormig gat 8 die onderling in 10 register zijn. De vorm van het gat 8 kan echter anders zijn. Het klemelement 5 bezit een bijzonder geprofileerd gat 9. Het klemelement 5 kan zodanig geschoven worden, dat het gat 9 de vrije doorgang door de gaten 8 verder of minder ver vrij geeft. Bij voorkeur heeft het gat 9 een zodanige vorm en kan het klemelement 15 5 zodanig verschoven worden, dat het gat 9 de gaten 8 maximaal vrij geeft.The top and bottom plates 3, 4 each have a central, continuous, substantially circular hole 8 which are mutually in register. However, the shape of the hole 8 can be different. The clamping element 5 has a particularly profiled hole 9. The clamping element 5 can be slid such that the hole 9 gives the free passage through the holes 8 further or less free. The hole 9 is preferably of such a shape and the clamping element 5 can be shifted such that the hole 9 gives the holes 8 a maximum clearance.

De bijzondere vorm van het gat 9 kan worden verkregen door aanbrengen van een cirkelvormig hoofdgat met in hoofdzaak dezelfde diameter als de gaten 8, en twee kleinere cirkelvormige gaten 20 op in hoofdzaak diametraal tegenover elkaar gelegen posities aan het hoofdgat. Daarbij ligt van het ene kleine gat het middelpunt; van het andere kleine gat de gatrand in hoofdzaak op de gatrand van het hoofdgat. Binnenwaartse uitstulpingen van de gatrand worden afgerond of langs een rakende verbindingslijn tussen hoofd-25 en respectief klein gat afgewerkt. Bijvoorbeeld heeft het hoofdgat een ong. 2 maal zo grote diameter als een klein gat. Ook andere vormen of afmetingen voor het gat 9 kunnen worden toegepast. Of het gat 9 kan in zijn vlak 180° gedraaid zijn ten opzichte van de weergave in de tekening.The special shape of the hole 9 can be obtained by providing a circular main hole with substantially the same diameter as the holes 8, and two smaller circular holes 20 at substantially diametrically opposite positions on the main hole. The center point of one small hole is thereby located; the hole edge of the other small hole is substantially on the hole edge of the main hole. Inward protuberances of the hole edge are rounded or finished along a tangent connecting line between main 25 and respective small hole. For example, the main hole has an diameter that is approximately twice as large as a small hole. Other shapes or dimensions for the hole 9 can also be used. Or the hole 9 can be rotated 180 ° in its plane with respect to the representation in the drawing.

30 Het klemelement 5 bezit een integrale voortzetting 10 die althans in de ene uiterste stand van het klemelement uit de eenheid 1 steekt. De voortzetting 10 dient als een aandrijf- of duw- of stoterelement voor het tegen de terugstelkracht bewegen van het klemelement 5. Bijvoorbeeld wordt de voortzetting 10 aangedreven 35 door een op een vaste plaats in de machine opgesteld aandrijf-of duworgaan, bijvoorbeeld een pneumatische zuigerstang of andere lineaire actuator. De voortzetting 10 kan eventueel afzonderlijk 4 van het klemelement 5 zijn.The clamping element 5 has an integral extension 10 which protrudes from the unit 1 at least in the one extreme position of the clamping element. The extension 10 serves as a drive or push or push element for moving the clamping element 5 against the return force. For example, the extension 10 is driven by a drive or push member arranged at a fixed location in the machine, for example a pneumatic piston rod. or other linear actuator. The continuation 10 may optionally be separate 4 from the clamping element 5.

De terugstelbeweging van het klemelement 5 wordt begrensd door een aanslagorgaan dat in dit voorbeeld gevormd is door een met de rand van het gat 9 samenwerkende aanslagrand 11 die binnenin 5 de houder 1 uit het vlak van de boven- of onderplaat 3, 4 steekt. De verplaatsingsbeweging van het klemelement 5 tegen de terugstelkracht in wordt eveneens begrensd door een aanslagorgaan dat in dit voorbeeld eveneens gevormd is door de rand 11, die dan samenwerkt met een tegenoverliggende plaats op de rand van 10 het gat 9. Bij voorkeur heeft de rand 11 een met de plaatselijke kromtestraal van het gat 9 overeenstemmende kromming en is bijvoorbeeld gevormd door een ring of schijf met een diameter die althans in hoofdzaak gelijk is aan die van een klein gat waardoor de vorm van het gat 9 is gedefinieerd.The return movement of the clamping element 5 is limited by a stop member which in this example is formed by a stop edge 11 cooperating with the edge of the hole 9 and protruding inside the holder 1 from the plane of the top or bottom plate 3, 4. The movement of movement of the clamping element 5 against the restoring force is also limited by a stop member which in this example is also formed by the edge 11, which then cooperates with an opposite location on the edge of the hole 9. Preferably, the edge 11 has a curvature corresponding to the local radius of curvature of the hole 9 and is, for example, formed by a ring or disc with a diameter which is at least substantially equal to that of a small hole through which the shape of the hole 9 is defined.

15 De werking is als volgt: De eenheden 1 maken als het ware deel uit van een eindloze transportband die over keerwielen aan de uiteinden loopt. Aan het stroomopwaartse einde van de bovenpart wordt een plant in een respectief gat 8 geplaatst, waartoe het klemelement 5 tegen de terugstelkracht verplaatst wordt zodat 20 het gat 9 daarin het gat 8 geheel vrij geeft. De plant 2 laat men van bovenaf met de wortelkluit naar onderen in het gat 8 zakken, zodat de wortelkluit zich onder de eenheid 1 bevindt. Vervolgens wordt de plant iets omhoog bewogen, waarna het klemelement 5 wordt vrijgegeven zodat het door de terugstelkracht wordt terug bewogen. 25 De plant wordt nu door de randen van de gaten 8, 9 vast geklemd. Daarbij grijpt het in hoofdzaak V-vormige deel van de rand van het gat 9 op de plant aan en drukt die tegen het in hoofdzaak cirkelronde deel van de rand van de gaten 8. Door de plant aanvankelijk iets te diep in het gat 8 te steken wordt er betrouwbaar 30 voor gezorgd dat de gehele wortelkluit zich onder de eenheid 1 bevindt en bereikbaar is voor de reinigende waterstralen.The operation is as follows: The units 1 are, as it were, part of an endless conveyor belt that runs on turning wheels at the ends. At the upstream end of the upper part, a plant is placed in a respective hole 8, for which purpose the clamping element 5 is moved against the restoring force so that the hole 9 therein completely releases the hole 8. The plant 2 is lowered from above with the root ball downwards into the hole 8, so that the root ball is located below the unit 1. The plant is then moved slightly upwards, whereafter the clamping element 5 is released so that it is moved back again by the restoring force. The plant is now clamped by the edges of the holes 8, 9. The substantially V-shaped part of the edge of the hole 9 then engages the plant and presses it against the substantially circular part of the edge of the holes 8. By initially inserting the plant a little too deeply into the hole 8 it is reliably ensured that the entire root ball is located under the unit 1 and is accessible to the cleaning water jets.

De aan de eenheid 1 geklemde plant wordt nu naar het stroomafwaartse einde van de bovenpart getransporteerd. Daarbij passeert het achtereenvolgens verschillende onder de bovenpart 35 opgestelde, op de wortelkluit gerichte, harde waterstralen (niet getoond) die grond ed. aan de wortels los maken en wegspoelen. Met een snijdende waterstraal 12 of ander snij- of deelorgaan 5 wordt het onderste gedeelte van de wortelkluit verwijderd.The plant clamped to the unit 1 is now transported to the downstream end of the upper part. Thereby it passes successively different hard water jets (not shown) arranged below the upper part 35 and directed at the root ball, which loosen soil and the like from the roots and wash away. The lower part of the root ball is removed with a cutting water jet 12 or other cutting or parting member 5.

In de onderpart hangen de planten onderste boven. Dan passeren die onder de onderpart opgestelde, zachtere waterstralen (niet getoond) die grond ed. van de stelen, bladeren ed. spoelen.In the lower part the plants hang upside down. Then pass under the lower part, softer water jets (not shown) that rinse soil, etc. from the stems, leaves, etc.

5 Aan het stroomafwaartse einde van de onderpart wordt, door duwen tegen de voortzetting 10, het klemelement 5 bewogen zodat de plant wordt vrij gegeven en uit het gat 8 en op een afvoertransporteur 13 valt.At the downstream end of the lower part, by pressing against the extension 10, the clamping element 5 is moved so that the plant is released and falls out of the hole 8 and onto a discharge conveyor 13.

De vorm van het gat 9, i.h.b. de langwerpige vormgeving 10 van het naar de veren 6 gekeerde deel ervan, met de geleidelijk naar het uiteinde tussen de veren 6 toe afnemende breedte, zorgt ervoor dat vuil tijdens bedrijf betrouwbaar kan worden weggespoeld (zijn gaten 8 en 9 uitgelijnd, kan spoelwater goed achter de aanslag 11 komen) en geen blokkering van het element 5 veroorzaakt, 15 terwijl het element voldoende sterk en stijf blijft (m.n. bij de aansluiting met de voortzetting 10) en vrij slappe, het gewas sparende veren 6 kunnen worden gebruikt. Andere langgerekte vormen voor het gat 9 zijn eveneens denkbaar. De aanslagrand 11 vormt bij voorkeur over een boogdeel van gat 8 een 20 overbruggingsoppervlak, met dezelfde kromtestraal als het gat 8, tussen de platen 3 en 4 zodat het op die plaats tegen de rand van de gaten 8 steunende gewas steunt tegen een door de gaten 8 en aanslagrand 11 gevormd deelcilindrisch oppervlak met een hoogte gelijk aan de dikte van de eenheid 1.The shape of the hole 9, i.h.b. the elongated shape 10 of the part thereof facing the springs 6, with the width gradually decreasing towards the end between the springs 6, ensures that dirt can be reliably flushed away during operation (holes 8 and 9 are aligned, rinsing water can well behind the stop 11 comes and does not cause blocking of the element 5, while the element remains sufficiently strong and rigid (in particular at the connection with the continuation 10) and rather limp, spring-saving springs 6 can be used. Other elongated shapes for the hole 9 are also conceivable. The stop edge 11 preferably forms a bridging surface over an arc part of hole 8, with the same radius of curvature as the hole 8, between the plates 3 and 4 so that the crop supporting the edge of the holes 8 at that location rests against a crop supported by the holes 8 and abutment edge 11 formed part-cylindrical surface with a height equal to the thickness of the unit 1.

25 Ook alternatieven behoren tot de uitvinding, bijvoorbeeld waarbij de rand van het gat 8 eveneens in hoofdzaak V-vormig is zoals bij het gat 9. Ook behoort tot de Uitvinding het weglaten van een hierin geopenbaarde maatregel of vervangen door een functionele equivalent. Daarnaast of gecombineerd daarmee behoort 30 tot de uitvinding het combineren van afzonderlijke maatregelen uit twee of meer hierin geopenbaarde uitvoeringen.Alternatives also belong to the invention, for example wherein the edge of the hole 8 is also substantially V-shaped as with the hole 9. It is also part of the invention to omit a measure disclosed herein or be replaced by a functional equivalent. In addition or in combination therewith, the invention includes combining separate measures from two or more embodiments disclosed herein.

Dus betreft de uitvinding een werkwijze en inrichting voor behandelen van planten, met een gewasspoelmachine die voorzien is van een groot aantal afzonderlijke in eindloze lus 35 verplaatsende planttransporthouders.Thus, the invention relates to a method and device for treating plants, with a crop rinsing machine that is provided with a large number of individual plant transport containers moving in endless loop 35.

1 033 2 031 033 2 03

Claims (57)

1. Werkwijze voor behandelen van planten met een gewasspoelmachine die voorzien is van een groot aantal 5 afzonderlijke in een stroom achtereenvolgens in een eindloze lus langs een voorafbepaald traject transporteerbare, een in hoofdzaak aaneengesloten, waterdicht oppervlak vormende, plaatvormige planttransporthouders.1. A method for treating plants with a crop rinsing machine which is provided with a large number of individual plate-shaped plant transport containers which are successively transported in an endless loop along a predetermined path along a predetermined path. 2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij iedere houder (1) een, bij voorkeur enkel, in diameter veranderbaar gat heeft voor het daarin opnemen van een plant.Method according to claim 1, wherein each container (1) has a, preferably single, diameter-changeable hole for receiving a plant therein. 3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij een gatranddeel 15 relatief verplaatsbaar is door een door aandrijfmiddelen tegen een terugstelkracht verplaatsbaar klem- of vasthoudelement (5) dat op de plant komt aan te grijpen.3. Method as claimed in claim 1 or 2, wherein a hole edge part 15 is relatively movable by engaging a clamping or retaining element (5) which is displaceable by drive means against a reset force and which comes to grip on the plant. 4. Werkwijze volgens conclusie 3, waarbij een gat (9) wordt 20 gevormd met langwerpig gedeelte met geleidelijk naar een uiteinde afnemende breedte, zodat de in het gat gestoken plant door de klemranden en een vast gatranddeel (8) wordt geklemd gehouden4. Method as claimed in claim 3, wherein a hole (9) is formed with an elongated portion with a width gradually decreasing towards one end, so that the plant inserted into the hole is held clamped by the clamping edges and a fixed hole edge part (8) 5. Werkwijze volgens conclusie 4, welk element twee onderling 25 een hoek kleiner dan 90° insluitende klemranden heeft die samen komen in een hoek die afgerond is voor vormen van een gat (9) met langwerpig gedeelte met geleidelijk naar een uiteinde afnemende breedte, zodat de in het gat gestoken plant door de klemranden en een vast gatranddeel (8) wordt geklemd gehouden 30 door zich op ten minste twee of drie niveau's boven elkaar bevindende randen.5. Method as claimed in claim 4, which element has two clamping edges enclosing each other at an angle smaller than 90 ° and coming together at an angle which is rounded to form a hole (9) with an elongated section with width gradually decreasing towards an end, so that the plant inserted into the hole by the clamping edges and a fixed hole edge part (8) is held clamped by edges at least two or three levels above each other. 6. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-5 waarbij de verplaatsing van het element in de ene en/of andere richting wordt 35 begrensd door een aanslagelement.6. Method as claimed in any of the claims 1-5, wherein the displacement of the element in one and / or other direction is limited by a stop element. 7. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-6, waarbij het 1033203 element (5) een voortzetting (10) bezit die ten minste in de ene uiterste stand van het element uit de eenheid (1) steekt en dient voor het tegen de terugstelkracht bewegen van het element (5).Method according to any of claims 1-6, wherein the 1033203 element (5) has a continuation (10) which protrudes from the unit (1) at least in the one extreme position of the element and serves to counteract the resetting force moving the element (5). 8. Werkwijze volgens conclusie 7, waarbij de voortzetting (10) wordt aangedreven door een op een vaste plaats in de machine opgesteld aandrijf- of duworgaan.Method according to claim 7, wherein the continuation (10) is driven by a drive or push member arranged at a fixed location in the machine. 9. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-8, waarbij beneden 10 de onderzijde van de bovenpart sproeimondstukken zijn opgesteld waarmee krachtige waterstralen naar de houders (1) van de bovenpart worden gericht.A method according to any one of claims 1-8, wherein below 10 the underside of the upper part are arranged spray nozzles with which powerful water jets are directed to the holders (1) of the upper part. 10. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-9, waarbij de 15 planten (2) zodanig in de houders (1) van de bovenpart worden vastgehouden, dat de wortelkluit onder de eenheden uit steekt en zodoende goed toegankelijk is voor de waterstralen terwijl de rest van de planten door de houders afgeschermd worden van de waterstralen. 2010. Method as claimed in any of the claims 1-9, wherein the plants (2) are held in the holders (1) of the upper part such that the root ball protrudes below the units and is thus easily accessible for the water jets while the the rest of the plants are protected from the water jets by the holders. 20 11. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-10, waarbij een houder (1) een vlakke, bij voorkeur metalen, boven- en onderplaat (3, 4) heeft die met wederzijdse tussenruimte met elkaar gefixeerd zijn, waarbij in de ruimte daartussen een vlak, 25 plat element (5), bij voorkeur van polymeer materiaal, opgenomen is dat tussen de platen (3, 4) heen en weer kan schuiven en door veerelementen (6) automatisch in een eerste stand terug wordt gesteld.A method according to any one of claims 1-10, wherein a holder (1) has a flat, preferably metal, top and bottom plate (3, 4) which are fixed to each other with mutual spacing, wherein in the space between them flat, flat element (5), preferably of polymeric material, is included which can slide back and forth between the plates (3, 4) and is automatically reset to a first position by spring elements (6). 12. Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij het rechtlijnig bewegen van het element (5) wordt gewaarborgd door een daarmee samenwerkende geleider (7).Method according to claim 11, wherein the linear movement of the element (5) is guaranteed by a guide (7) cooperating with it. 13. Werkwijze volgens conclusie 11 of 12, waarbij de boven-35 en onderplaat (3, 4) elk een centraal, doorgaand, gat (8) hebben die onderling in register zijn en het element (5) een bijzonder geprofileerd gat (9) bezit.A method according to claim 11 or 12, wherein the top and bottom plates (3, 4) each have a central, through hole (8) that are mutually in register and the element (5) a particularly profiled hole (9) possession. 14. Werkwijze volgens conclusie 13, waarbij het element (5) zodanig geschoven wordt, dat het gat (9) de vrije doorgang door de gaten (8) verder of minder ver vrij geeft. 5A method according to claim 13, wherein the element (5) is slid such that the hole (9) gives the free passage through the holes (8) further or less free. 5 15. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-14, waarbij het gat (9) een zodanige vorm heeft terwijl het element (5) zodanig verschoven wordt, dat het gat (9) de gaten (8) maximaal vrij geeft. 1°Method according to one of claims 1-14, wherein the hole (9) has a shape such that the element (5) is shifted such that the hole (9) releases the holes (8) to the maximum. 1 ° 16. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-15, waarbij het gat (9) is verkregen door aanbrengen van een cirkelvormig hoofdgat met in hoofdzaak dezelfde diameter als de gaten (8), en twee kleinere cirkelvormige gaten op in hoofdzaak diametraal 15 tegenover elkaar gelegen posities aan het hoofdgat.16. Method according to one of claims 1-15, wherein the hole (9) is obtained by providing a circular main hole with substantially the same diameter as the holes (8), and two smaller circular holes on substantially diametrically opposite each other positions at the main hole. 17. Werkwijze volgens conclusie 16, waarbij van het ene kleine gat het middelpunt en van het andere kleine gat de gatrand in hoofdzaak op de gatrand van het hoofdgat ligt. 20A method according to claim 16, wherein the center edge of one small hole and the edge of the other small hole lie substantially on the hole edge of the main hole. 20 18. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-17, waarbij binnenwaartse uitstulpingen van de gatrand worden afgerond of langs een rakende verbindingslijn tussen hoofd- en respectief klein gat afgewerkt worden. 25A method according to any of claims 1-17, wherein inward protuberances of the hole edge are rounded off or finished along a tangent connecting line between main and respective small holes. 25 19. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-18, waarbij het hoofdgat een ong. 2 maal zo grote diameter heeft als een klein gat.The method of any one of claims 1-18, wherein the main hole has a diameter approximately 2 times as large as a small hole. 20. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-19, waarbij het gat (9) samenwerkt met een aanslagorgaan (11).The method of any one of claims 1-19, wherein the hole (9) cooperates with a stop member (11). 21. Werkwijze volgens conclusie 20, waarbij het aanslagorgaan (11) een met de plaatselijke kromtestraal van het gat (9) 35 overeenstemmende kromming heeft.A method according to claim 20, wherein the stop member (11) has a curvature corresponding to the local radius of curvature of the hole (9). 22. Werkwijze volgens conclusie 20 of 21, waarbij het aanslagorgaan (11) is gevormd door een ring of schijf met een diameter die bij voorkeur althans in hoofdzaak gelijk is aan die van een klein gat waardoor de vorm van het gat (9) is gedefinieerd. 5Method according to claim 20 or 21, wherein the stop member (11) is formed by a ring or disc with a diameter which is preferably at least substantially equal to that of a small hole through which the shape of the hole (9) is defined . 5 23. Werkwijze volgens een van de conclusies 20-22, waarbij het orgaan (11) over een boogdeel van gat (8) een overbruggingsoppervlak vormt, bij voorkeur tussen de platen (3, 4) . 10A method according to any of claims 20-22, wherein the member (11) forms a bridging surface over an arc part of hole (8), preferably between the plates (3, 4). 10 24. Werkwijze volgens conclusie 23, waarbij het overbruggingsoppervlak in hoofdzaak dezelfde kromtestraal heeft als het gat (8).The method of claim 23, wherein the bridging surface has substantially the same radius of curvature as the hole (8). 25. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-24, waarbij het tegen de rand van de gaten (8) steunende gewas steunt tegen een door de gaten (8) en aanslagrand (11) gevormd deelcilindrisch oppervlak met een hoogte gelijk aan de dikte van de houder (1). 20A method according to any of claims 1-24, wherein the crop resting against the edge of the holes (8) rests against a part-cylindrical surface formed by the holes (8) and abutment edge (11) with a height equal to the thickness of the holder (1). 20 26. Werkwijze volgens conclusie 25, waarbij het deelcilindrisch oppervlak zich op de plaats van het overbruggingsoppervlak bevindt.The method of claim 25, wherein the part-cylindrical surface is at the location of the bridging surface. 27. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-26, waarbij planten waarvan de bladeren een soort koker vormen, zoals Bromeliaceae, worden behandeld.A method according to any one of claims 1-26, wherein plants whose leaves form a kind of tube, such as Bromeliaceae, are treated. 28. Gewasspoelmachine, in het bijzonder voor het uitvoeren van 30 de werkwijze volgens een van de conclusies 1-27, die voorzien is van een groot aantal afzonderlijke in een stroom achtereenvolgens in een eindloze lus langs een voorafbepaald traject transporteerbare, een in hoofdzaak aaneengesloten, waterdicht oppervlak vormende, plaatvormige 35 planttransporthouders.28. A crop rinsing machine, in particular for carrying out the method according to any one of claims 1-27, which is provided with a large number of individual, successively continuous, transportable streams in an endless loop along a predetermined path, waterproof surface forming, plate-shaped plant transport containers. 29. Machine volgens conclusie 28, waarbij iedere houder (1) een enkel, in diameter veranderbaar gat heeft voor het daarin opnemen van een plant.A machine according to claim 28, wherein each container (1) has a single, diameter-changeable hole for receiving a plant therein. 30. Machine volgens conclusie 28 of 29, waarbij een gatranddeel 5 relatief verplaatsbaar is door een door aandrijfmiddelen tegen een terugstelkracht verplaatsbaar klem- of vasthoudelement (5) dat op de plant komt aan te grijpen.A machine according to claim 28 or 29, wherein a hole edge part 5 is relatively movable by engaging a clamping or holding element (5) displaceable by drive means against a restoring force, which element comes to grip on the plant. 31. Machine volgens conclusie 30, waarbij een gat (9) wordt 10 gevormd met langwerpig gedeelte met geleidelijk naar een uiteinde afnemende breedte, zodat de in het gat gestoken plant door de klemranden en een vast gatranddeel (8) wordt geklemd gehoudenA machine according to claim 30, wherein a hole (9) is formed with an elongated portion with a width gradually decreasing to one end, so that the plant inserted into the hole is held clamped by the clamping edges and a fixed hole edge portion (8). 32. Machine volgens conclusie 31, welk element twee onderling 15 een hoek kleiner dan 90° insluitende klemranden heeft die samen komen in een hoek die afgerond is voor vormen van een gat (9) met langwerpig gedeelte met geleidelijk naar een uiteinde afnemende breedte, zodat de in het gat gestoken plant door de klemranden en een vast gatranddeel (8) wordt geklemd gehouden 20 door zich op ten minste twee of drie niveau' s boven elkaar bevindende randen.32. Machine as claimed in claim 31, which element has two clamping edges enclosing each other at an angle smaller than 90 ° and coming together at an angle which is rounded to form a hole (9) with an elongated portion with width gradually decreasing towards an end, so that the plant inserted into the hole by the clamping edges and a fixed hole edge part (8) is kept clamped by edges located at least two or three levels above each other. 33. Machine volgens een van de conclusies 28-32, waarbij de verplaatsing van het element in de ene en/of andere richting wordt 25 begrensd door een aanslagelement.33. Machine as claimed in any of the claims 28-32, wherein the movement of the element in one and / or other direction is limited by a stop element. 34. Machine volgens een van de conclusies 28-33, waarbij het element (5) een voortzetting (10) bezit die ten minste in de ene uiterste stand van het element uit de eenheid (1) steekt en dient 30 voor het tegen de terugstelkracht bewegen van het element (5).34. Machine as claimed in any of the claims 28-33, wherein the element (5) has a continuation (10) which protrudes from the unit (1) at least in the one extreme position of the element and serves to counteract the resetting force. moving the element (5). 35. Machine volgens conclusie 34, waarbij de voortzetting (10) wordt aangedreven door een op een vaste plaats in de machine opgesteld aandrijf- of duworgaan. 35The machine of claim 34, wherein the continuation (10) is driven by a drive or push member disposed at a fixed location in the machine. 35 36. Machine volgens een van de conclusies 28-35, waarbij beneden de onderzijde van de bovenpart sproeimondstukken zijn opgesteld waarmee krachtige waterstralen naar de houders (1) van de bovenpart worden gericht.A machine according to any of claims 28-35, wherein spray nozzles are arranged below the underside of the upper part, with which powerful water jets are directed to the holders (1) of the upper part. 37. Machine volgens een van de conclusies 28-36, waarbij de 5 planten (2) zodanig in de houders (1) van de bovenpart worden vastgehouden, dat de wortelkluit onder de eenheden uit steekt en zodoende goed toegankelijk is voor de waterstralen terwijl de rest van de planten door de houders afgeschermd worden van de waterstralen. 1037. Machine as claimed in any of the claims 28-36, wherein the plants (2) are held in the holders (1) of the upper part such that the root ball protrudes below the units and is thus easily accessible for the water jets while the the rest of the plants are protected from the water jets by the holders. 10 38. Machine volgens een van de conclusies 28-37, waarbij een houder (1) een vlakke, bij voorkeur metalen, boven- en onderplaat (3, 4) heeft die met wederzijdse tussenruimte met elkaar gefixeerd zijn, waarbij in de ruimte daartussen een vlak, 15 plat element (5), bij voorkeur van polymeer materiaal, opgenomen is dat tussen de platen (3, 4) heen en weer kan schuiven en door veerelementen (6) automatisch in een eerste stand terug wordt gesteld.Machine as claimed in any of the claims 28-37, wherein a holder (1) has a flat, preferably metal, top and bottom plate (3, 4) which are fixed to each other with mutual spacing, wherein in the space between them a flat, flat element (5), preferably of polymeric material, is included which can slide back and forth between the plates (3, 4) and is automatically reset to a first position by spring elements (6). 39. Machine volgens conclusie 38, waarbij het rechtlijnig bewegen van het element (5) wordt gewaarborgd door een daarmee samenwerkende geleider (7) .The machine according to claim 38, wherein the linear movement of the element (5) is ensured by a guide (7) cooperating with it. 40. Machine volgens conclusie 38 of 39, waarbij de boven- en 25 onderplaat (3, 4) elk een centraal, doorgaand, gat (8) hebben die onderling in register zijn en het element (5) een bijzonder geprofileerd gat (9) bezit.40. A machine according to claim 38 or 39, wherein the top and bottom plates (3, 4) each have a central, through hole (8) that are mutually in register and the element (5) a particularly profiled hole (9). possession. 41. Machine volgens conclusie 40, waarbij het element (5) 30 zodanig geschoven wordt, dat het gat (9) de vrije doorgang door de gaten (8) verder of minder ver vrij geeft.41. Machine according to claim 40, wherein the element (5) is slid such that the hole (9) gives the free passage through the holes (8) further or less free. 42. Machine volgens een van de conclusies 28-41, waarbij het gat (9) een zodanige vorm heeft terwijl het element (5) zodanig 35 verschoven wordt, dat het gat (9) de gaten (8) maximaal vrij geeft.42. Machine according to any of claims 28-41, wherein the hole (9) has a shape such that the element (5) is shifted such that the hole (9) gives the holes (8) maximum clearance. 43. Machine volgens een van de conclusies 28-42, waarbij het gat (9) is verkregen door aanbrengen van een cirkelvormig hoofdgat met in hoofdzaak dezelfde diameter als de gaten (8), en twee kleinere cirkelvormige gaten op in hoofdzaak diametraal 5 tegenover elkaar gelegen posities aan het hoofdgat.A machine according to any of claims 28-42, wherein the hole (9) is obtained by providing a circular main hole with substantially the same diameter as the holes (8), and two smaller circular holes on substantially diametrically opposite each other positions at the main hole. 44. Machine volgens conclusie 43, waarbij van het ene kleine gat het middelpunt en van het andere kleine gat de gatrand in hoofdzaak op de gatrand van het hoofdgat ligt. 10A machine according to claim 43, wherein from one small hole the center point and from the other small hole the hole edge lies substantially on the hole edge of the main hole. 10 45. Machine volgens een van de conclusies 28-44, waarbij binnenwaartse uitstulpingen van de gatrand worden afgerond of langs een rakende verbindingslijn tussen hoofd- en respectief klein gat afgewerkt worden. 15A machine according to any of claims 28-44, wherein inward protuberances of the hole edge are rounded off or are machined along a tangent connecting line between main and respective small holes. 15 46. Machine volgens een van de conclusies 28-45, waarbij het hoofdgat een ong. 2 maal zo grote diameter heeft als een klein gat.A machine according to any of claims 28-45, wherein the main hole has a diameter approximately 2 times as large as a small hole. 47. Machine volgens een van de conclusies 28-46, waarbij het gat (9) samenwerkt met een aanslagorgaan (11).A machine according to any of claims 28-46, wherein the hole (9) cooperates with a stop member (11). 48. Machine volgens conclusie 47, waarbij het aanslagorgaan (11) een met de plaatselijke kromtestraal van het gat (9) 25 overeenstemmende kromming heeft.A machine according to claim 47, wherein the stop member (11) has a curvature corresponding to the local radius of curvature of the hole (9). 49. Machine volgens conclusie 47 of 48, waarbij het aanslagorgaan (11) is gevormd door een ring of schijf met een diameter die bij voorkeur althans in hoofdzaak gelijk is aan 30 die van een klein gat waardoor de vorm van het gat (9) is gedefinieerd.A machine according to claim 47 or 48, wherein the stop member (11) is formed by a ring or disc with a diameter which is preferably at least substantially equal to that of a small hole through which the shape of the hole (9) is defined. 50. Machine volgens een van de conclusies 47-49, waarbij het orgaan (11) over een boogdeel van gat (8) een 35 overbruggingsoppervlak vormt, bij voorkeur tussen de platen (3, 4) .A machine according to any of claims 47-49, wherein the member (11) forms a bridging surface over an arc part of hole (8), preferably between the plates (3, 4). 51. Machine volgens conclusie 50, waarbij het overbruggingsoppervlak in hoofdzaak dezelfde kromtestraal heeft als het gat (8).The machine of claim 50, wherein the bridging surface has substantially the same radius of curvature as the hole (8). 52. Machine volgens een van de conclusies 28-51, waarbij het tegen de rand van de gaten (8) steunende gewas steunt tegen een door de gaten (8) en aanslagrand (11) gevormd deelcilindrisch oppervlak met een hoogte gelijk aan de dikte van de houder (1). 10A machine according to any of claims 28-51, wherein the crop resting against the edge of the holes (8) rests against a part-cylindrical surface formed by the holes (8) and abutment edge (11) with a height equal to the thickness of the holder (1). 10 53. Machine volgens conclusie 52, waarbij het deelcilindrisch oppervlak zich op de plaats van het overbruggingsoppervlak bevindt.The machine of claim 52, wherein the part-cylindrical surface is at the location of the bridging surface. 54. Machine volgens een van de conclusies 28-53, ingericht voor behandelen van planten waarvan de bladeren een soort koker vormen, zoals Bromeliaceae.A machine according to any of claims 28-53, adapted to treat plants whose leaves form a kind of tube, such as Bromeliaceae. 55. Planttransporthouder, ingericht voor het uitvoeren van de 20 werkwijze volgens een van de conclusies 1-27 of voor gebruik in de machine volgens een van de conclusies 28-54, met een enkel, in diameter veranderbaar gat voor het daarin opnemen van een plant.55. Plant transport container, adapted for carrying out the method according to any of claims 1-27 or for use in the machine according to any of claims 28-54, with a single hole that can be changed in diameter for receiving a plant therein . 56. Houder volgens conclusie 55, waarbij een gatranddeel 25 relatief verplaatsbaar is door een door aandrijfmiddelen tegen een terugstelkracht verplaatsbaar klem- of vasthoudelement (5) dat op de plant komt aan te grijpen.A holder according to claim 55, wherein a hole edge part 25 is relatively movable by engaging a clamping or holding element (5) displaceable by drive means against a restoring force, which element comes to grip on the plant. 57. Houder volgens conclusie 55 of 56, met een of meer 30 maatregelen van een of meer van de conclusies 28-54. 103320357. Container as claimed in claim 55 or 56, with one or more measures of one or more of the claims 28-54. 1033203
NL1033203A 2006-01-10 2007-01-10 Plant treating method, involves forming hole using elongated portion by maintaining two acute angled clamp edges together, while gradually decreasing to final width, where hole edge part is clamped by top edges NL1033203C2 (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1033203A NL1033203C2 (en) 2006-01-10 2007-01-10 Plant treating method, involves forming hole using elongated portion by maintaining two acute angled clamp edges together, while gradually decreasing to final width, where hole edge part is clamped by top edges

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030884 2006-01-10
NL1030884 2006-01-10
NL1033203A NL1033203C2 (en) 2006-01-10 2007-01-10 Plant treating method, involves forming hole using elongated portion by maintaining two acute angled clamp edges together, while gradually decreasing to final width, where hole edge part is clamped by top edges
NL1033203 2007-01-10

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1033203A1 NL1033203A1 (en) 2007-07-11
NL1033203C2 true NL1033203C2 (en) 2008-07-01

Family

ID=38445721

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1033203A NL1033203C2 (en) 2006-01-10 2007-01-10 Plant treating method, involves forming hole using elongated portion by maintaining two acute angled clamp edges together, while gradually decreasing to final width, where hole edge part is clamped by top edges

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1033203C2 (en)

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3628003A1 (en) * 1986-08-18 1988-02-25 Gregg & Sohn Hydrokulturen M Cleaning system for plant root balls - has sprays washing roots during rotation of plant holder
EP1570922A1 (en) * 2004-01-27 2005-09-07 Rupert Wieser Support for the transport of correctly positioned workpieces in automated plants

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3628003A1 (en) * 1986-08-18 1988-02-25 Gregg & Sohn Hydrokulturen M Cleaning system for plant root balls - has sprays washing roots during rotation of plant holder
EP1570922A1 (en) * 2004-01-27 2005-09-07 Rupert Wieser Support for the transport of correctly positioned workpieces in automated plants

Also Published As

Publication number Publication date
NL1033203A1 (en) 2007-07-11

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1033203C2 (en) Plant treating method, involves forming hole using elongated portion by maintaining two acute angled clamp edges together, while gradually decreasing to final width, where hole edge part is clamped by top edges
KR20120083786A (en) Garlic screening device
ES2638876T3 (en) Machine for cleaning fruits, particularly strawberries and radishes
KR101288446B1 (en) Apparatus for washing spoon and chopsticks
US9353905B2 (en) Container holder device including a leaf spring, and a container treatment installation including such a device
JP2014103880A (en) Washing device for unprocessed timber
DE59807794D1 (en) Device for cleaning a conveyor belt
US11229930B2 (en) Washing system and methods of use
US20140318079A1 (en) Container-Treatment Installation Having Holder Devices Configured to Co-Operate Mutually
JP5448399B2 (en) Dishwasher
KR101818227B1 (en) Box washing machine
EP2599380B1 (en) Automatic plant grafting machine
US2667262A (en) Link conveying belt
CN107536584A (en) Water cup cleaning machine
JP4256913B1 (en) Dishwashing apparatus and dishwashing method
US20110120503A1 (en) Rinsing/sanitizing system for a washing machine
NL1016554C2 (en) Flower pot handling machine for moving pots apart, comprises pot receiving device, pot row displacement device, pot spacing device and ejector device
US11725370B1 (en) Device and method for amplified water disbursement
FR3026029A1 (en) DEVICE FOR CLEANING A CRIBLE
KR101787015B1 (en) Device for removing yellow membrane of gizzard
NL2000900C2 (en) Plant potting machine, has plant positioning devices cooperating with guide devices for adding soil or bark
KR102188374B1 (en) Coffee hand drip station
EP0572097A1 (en) Washing device
CN209563333U (en) Egg cleaning machine
US20180303309A1 (en) Bottle washing accessory for use on the article rack of a dishwasher

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
RD2N Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report)
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20140801