NL1032609C1 - Motoraangedreven werkinrichting. - Google Patents

Motoraangedreven werkinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1032609C1
NL1032609C1 NL1032609A NL1032609A NL1032609C1 NL 1032609 C1 NL1032609 C1 NL 1032609C1 NL 1032609 A NL1032609 A NL 1032609A NL 1032609 A NL1032609 A NL 1032609A NL 1032609 C1 NL1032609 C1 NL 1032609C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
wheel
transverse arm
working device
pivot axis
chassis
Prior art date
Application number
NL1032609A
Other languages
English (en)
Inventor
Bernhard Goedde
Original Assignee
Goedde Maschb Gmbh
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Goedde Maschb Gmbh filed Critical Goedde Maschb Gmbh
Application granted granted Critical
Publication of NL1032609C1 publication Critical patent/NL1032609C1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62DMOTOR VEHICLES; TRAILERS
    • B62D49/00Tractors
    • B62D49/06Tractors adapted for multi-purpose use
    • B62D49/0657Asymmetrical tractors
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62DMOTOR VEHICLES; TRAILERS
    • B62D49/00Tractors
    • B62D49/06Tractors adapted for multi-purpose use
    • B62D49/0678Tractors of variable track width or wheel base
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62DMOTOR VEHICLES; TRAILERS
    • B62D61/00Motor vehicles or trailers, characterised by the arrangement or number of wheels, not otherwise provided for, e.g. four wheels in diamond pattern
    • B62D61/06Motor vehicles or trailers, characterised by the arrangement or number of wheels, not otherwise provided for, e.g. four wheels in diamond pattern with only three wheels
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62DMOTOR VEHICLES; TRAILERS
    • B62D7/00Steering linkage; Stub axles or their mountings
    • B62D7/06Steering linkage; Stub axles or their mountings for individually-pivoted wheels, e.g. on king-pins
    • B62D7/14Steering linkage; Stub axles or their mountings for individually-pivoted wheels, e.g. on king-pins the pivotal axes being situated in more than one plane transverse to the longitudinal centre line of the vehicle, e.g. all-wheel steering
    • B62D7/142Steering linkage; Stub axles or their mountings for individually-pivoted wheels, e.g. on king-pins the pivotal axes being situated in more than one plane transverse to the longitudinal centre line of the vehicle, e.g. all-wheel steering specially adapted for particular vehicles, e.g. tractors, carts, earth-moving vehicles, trucks

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Harvester Elements (AREA)
  • Steering-Linkage Mechanisms And Four-Wheel Steering (AREA)

Description

Titel: Motoraangedreven werkinrichting
De uitvinding betreft een motoraangedreven werkinrichting met drie wielen, waarbij ten minste een eerste wiel stuurbaar is, waarbij het eerste wiel in zijn rechte stand in het spoor van een niet stuurbaar tweede wiel is opgesteld, en waarbij een derde wiel spoorverzet is opgesteld ten 5 opzichte van het eerste wiel en het tweede wiel, en ten opzichte van een verbindingslijn tussen het eerste wiel en het tweede wiel, tussen het eerste wiel en het tweede wiel is opgesteld.
Achtergrond van de uitvinding en stand der techniek
Uit de praktijk zijn werkinrichtingen bekend van de hierboven 10 genoemde opbouw. Hierbij betreft het derde wiel een ondersteuningswiel dat met een uithouder met variabele spoorbreedte ten opzichte van het eerste en tweede wiel kan worden gebruikt. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld hindernissen gemakkelijk worden overrede, aangezien de uithouder dan over dergelijke hindernissen reikt. Werkinrichting overeenkomstig deze 15 opbouw kunnen gewoonlijk werkarmen omvatten die aan hun uiteinde werktuigen, bijvoorbeeld maatbalken, dragen.
Bij de in zoverre uit de praktijk bekende werkinrichtingen is het derde wiel niet stuurbaar, maar rolt immer parallel ten opzichte van het eveneens niet stuurbare tweede wiel. Wegens de opstelling van het derde 20 wiel tussen het eerste wiel en het tweede wiel treden bij deze bekende werkinrichtingen spanningen op bij het nemen van bochten. Dit veroorzaakt enerzijds een relatief grote draaicirkel en anderzijds trillingen in de uithouder die het derde wiel draagt. Voorts leiden deze spanningen bij het nemen van bochten tot een verhoogde slijtage van de lagers van de 25 uithouder.
Aan de uitvinding ligt het probleem ten grondslag om een werkinrichting overenkomstig de hierboven genoemde opbouw zodanig te Ί032609 2 verbeteren, dat het nemen van een bocht met een kleine draaicirkel en zonder spanningen mogelijk is.
Voor de oplossing van dit technische probleem is overeenkomstig de uitvinding het derde wiel synchroon met het eerste wiel stuurbaar. Onder 5 de betekenis van de synchrone stuurbaarheid wordt hierbij verstaan dat een mechanische, elektrische, hydraulische of pneumatische verbinding tussen het derde wiel en het eerste wiel is ingericht die een doelmatige stuuruitslag van deze wielen teweeg brengt.
Ten opzichte van de geometrie van de onderlinge samenhang heeft 10 het de voorkeur dat het eerste wiel en het derde wiel met een stuurinrichting met dien verstande synchroon stuurbaar zijn, dat bij een uit de rechte stand uitgestuurd eerste wiel en derde wiel de geometrische assen van alle drie wielen zich snijden in een (gemeenschappelijk) snijpunt. Bij een dergelijke geometrie worden welke spanningen ook maar niet slechts 15 gereduceerd, maar praktisch geheel opgeheven.
Een werkinrichting overeenkomstig de uitvinding kan in het bijzonder zodanig zijn op gesteld dat het eerste wiel en het tweede wiel in een chassis van een voertuig zijn gelagerd en dat het derde wiel aan een uithouder is gelagerd. In het frame van een chassis van een voertuig is 20 gewoonlijk ook een besturingsplaats voor een bestuurder ingericht. Deze besturingsplaats omvat enerzijds bekrachtigingselementen voor het versnellen en/of het vertragen van de werkinrichting en anderzijds een bedieningselement voor het sturen van de werkinrichting. Aan het chassis kan voorts ten minste één werksarm aangebracht, aan welks vrije uiteinde 25 een werktuig is aangebracht. De werkarm kan in- en uitschuiven alsmede heen en weer verzwenken, zodat het werktuig in verschillende posities kan worden opgesteld. Als werktuig kan bijvoorbeeld een maaibalk worden genoemd. Het niet stuurbare tweede wiel kan bijvoorbeeld met een verbrandingsmotor of een elektromotor, zoals gewoonlijk, aangedreven.
3
De uithouder kan in het bijzonder een eerste dwarsarm en een hiermee verbonden tweede dwarsarm omvatten, waarbij een eerste uiteinde van de eerste dwarsarm zwenkbaar aan het chassis van een voertuig is gelagerd om een zich in lengterichting van de werkinrichting uitstrekkende 5 eerste zwenkas, waarbij een tweede uiteinde van de eerste dwarsarm met een eerste uiteinde van de tweede dwarsarm zwenkbaar gelagerd is om een zich parallel ten opzichte van de eerste zwenkas uitstrekkende, tweede zwenkas, en waarbij het derde wiel via een wielas aan een tweede uiteinde van de tweede dwarsarm zwenkbaar gelagerd is om een zich ten opzichte 10 van de eerste zwenkas parallel zich uitstrekkende, derde zwenkas. Tussen de wielas en de tweede dwarsarm, tussen de tweede dwarsarm en de eerste dwarsarm, alsmede tussen de eerste dwarsarm en het chassis van een voertuig kunnen aandrijfmiddelen voor het ten opzichte van elkaar verzwenken van de modulen zijn ingericht. Daarbij kunnen de 15 aandrijfmiddelen met dien verstande synchroon ten opzichte van elkaar aanstuurbaar zijn, dat de wielas van het derde wiel zich immer in hoofdzaak horizontaal uitstrekt. Bij de aandrijfmiddelen kan het mechanische, hydraulische, pneumatische of elektrische aandrijfmiddelen betreffen. Bij voorkeur zijn voor alle aandrijfmiddelen hydraulische 20 cylinderzuigeropstellingen aangebracht.
In het hierna volgende wordt de uitvinding aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld dat in figuren wordt getoond, verder beschreven.
Hierin toont
Figuur 1 een zijaanzicht van een werkinrichting overeenkomstig de 25 uitvinding (a) en een vooraanzicht van het voorwerp uit Figuur la (b);
Figuur 2 ëen bovenaanzicht in verticale richting op het voorwerp van Figuur 1 in rechte stand van de wielen (a) en in een linker bocht van de wielen (b); i 4
Figuur 3 een schematisch aanzicht van de geometrische samenhang van het voorwerp van Figuur 2, bij een rechterbocht (a) en een linkerbocht (b).
In Figuur la is een werkinrichting 1 overeenkomstig de uitvinding 5 getoond. Deze omvat een eerste wiel 2, een tweede wiel 3 en een derde wiel 4. Door Figuren 1 en 2 met elkaar te vergelijken blijkt dat het eerste wiel 2 in een rechte stand in het spoor van het tweede wiel 3 loopt (zie in het bijzonder Figuur 2a). Het derde wiel 4 is ten opzichte van het eerste wiel 2 en het tweede wiel 3 spoorversprongen opgesteld, en ten opzichte van een 10 verbindingslijn tussen het eerste wiel 2 en het tweede wiel 3, tussen het eerste wiel 2 en het derde wiel 3 opgesteld. Met andere woorden, de drie geometrische assen Al, A2 en A3 van de drie wielen 2, 3, 4 verlopen in een rechte lijn van de wielen 2, 3 en 4, parallel ten opzichte van elkaar en zijn ten opzichte van elkaar versprongen, waarbij de geometrische as A2 van het 15 derde wiel 4 tussen de geometrische assen A3 en Al van het eerste wiel 2 en het tweede wiel 3 verloopt (zie Figuur 2a).
Door Figuren 2b, 3a en 3b te vergelijken, blijkt dat het derde wiel 4 synchroon met het eerste wiel 2 stuurbaar is. In het bijzonder is uit Figuur 3 de geometrie van de samenhang te herleiden. Het blijkt dat het eerste wiel 20 2 en het derde wiel 4 met dien verstande synchroon stuurbaar zijn dat bij een uit de rechte stand uitgestuurd eerste wiel 2 en derde wiel 4 de geometrische assen Al, A2 en A3 elkaar snijden in een snijpunt S. Hieruit volgt de sturing van het eerste wiel 2 alsook van het derde wiel 4 op een bepaald ogenblijk om stuurassen LI, L2. De stuurassen LI, L2 strekken 25 zich in hoofdzaak verticaal uit, waarbij uitsturingen van ten hoogste 20°, bij voorkeur minder dan 10°, ten opzichte van de verticale as mogelijk zijn. Dergelijke uitsturingen kunnen bijvoorbeeld verdraaiingen in de wielvlucht of naloop betreffen.
In het bijzonder blijkt uit Figuur lb dat het eerste wiel 2 en het 30 tweede wiel 3 in een gelagerd is opgesteld in een chassis 5 van een voertuig, j 5 waarbij het derde wiel 4 is aangebracht aan een uithouder 6. De uithouder 6 omvat een eerste dwarsarm 7 en een hiermee verbonden tweede dwarsarm 8. Een eerste uiteinde 9 van de eerste dwarsarm 7 is zwenkbaar gelagerd aan het chassis 5 van het voertuig om een zich in lengterichting van de 5 werkinrichting 1 uitstrekkende, eerste zwenkas. Een tweede uiteinde 10 van de eerste dwarsarm 7 is met een eerste uiteinde 11 van de tweede dwarsarm 8 zwenkbaar gelagerd om een zich parallel ten opzichte van de eerste zwenkas uitstrekkende, tweede zwenkas. Het derde wiel 4 is via een wielas 12 aan een tweede uiteinde 13 van de tweede dwarsarm 8 zwenkbaar 10 gelagerd om een zich parallel ten opzichte van de eerste zwenkas uitstrekkende, derde zwenkas.Tussen de wielas 12 en de tweede dwarsarm 8, tussen de tweede dwarsarm 8 en de eerste dwarsarm 7, alsmede tussen de eerste dwarsarm 7 en het chassis 5 van het voertuig zijn hydraulische cylinderzuigerinrichtingen 14, 15 en 16 voor het ten opzichte van elkaar 15 verzwenken van de modules opgesteld. Hierbij zijn de cylinderzuigerinrichtingen 14, 15 en 16 met dien verstande synchroon ten opzichte van elkaar aanstuurbaar, dat de wielas 12 van het derde wiel 4 zich immer in hoofdzaak horizontaal uitstrekt. Door corresponderende aansturing van bekrachtiging van de cylinderzuigerinrichtingen 14, 15 en 20 16 is de spoorbreedte W van de werkinrichting naar wens in te stellen (zie bijvoorbeeld figuur lb), waarbij op dusdanige wijze ook grotere hindernissen zonder meer overrijdbaar zijn.
1032609

Claims (5)

1. Motoraangedreven werkinrichting (1) met drie wielen (2), (3), (4), waarbij het eerste wiel (2) stuurbaar is, waarbij het eerste wiel (2) in zijn rechte stand in spoor is opgesteld met een niet stuurbaar tweede wiel (3), en waarbij een derde wiel (4) spoorversprongen is ten opzichte van het eerste 5 wiel (2) en ten opzichte van het tweede wiel (3) en ten opzichte van een verbindingslijn tussen het eerste wiel (2) en het tweede wiel (3) is opgesteld tussen het eerste wiel (2) en het tweede wiel (3), met het kenmerk, dat het derde wiel (4) synchroon met het eerste wiel (2) stuurbaar is.
2. Werkinrichting (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het 10 eerste wiel (2) en het derde wiel (4) met behulp van een stuurinrichting met dien verstande synchroon stuurbaar zijn, dat bij een uit de rechte stand uitgestuurd eerste wiel (2) en derde wiel (4) de geometrische assen (Al), (A2), (A3) van alle drie wielen (2), (3), (4) zich snijden in een snijpunt (S).
3. Werkinrichting (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat 15 het eerste wiel (2) en het tweede wiel (3) gelagerd zijn in een chassis van een voertuig, en dat het derde wiel (4) gelagerd is aan een uithouder (6).
4. Werkinrichting (1) volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de uithouder (6) een eerste dwarsarm (7) en een hiermee verbonden tweede dwarsarm (8) omvat, waarbij een eerste uiteinde (9) van de eerste dwarsarm 20 (7) zwenkbaar aan het chassis (5) van een voertuig is gelagerd om een zich in lengterichting van de werkinrichting (1) uitstrekkende eerste zwenkas, waarbij een tweede uiteinde (10) van de eerste dwarsarm (7) met een eerste uiteinde (11) van de tweede dwarsarm (8) zwenkbaar gelagerd is om een zich parallel ten opzichte van de eerste zwenkas uitstrekkende, tweede 25 zwenkas, en waarbij het derde wiel (4) via een wielas (12) aan een tweede uiteinde (13) van de tweede dwarsarm (8) zwenkbaar gelagerd is om een | zich ten opzichte van de eerste zwenkas parallel zich uitstrekkende, derde zwenkas.
5. Werkinrichting (1) volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat tussen de wielas (12) en de tweede dwarsarm (8), tussen de tweede 5 dwarsarm (8) en de eerste dwarsarm (7), alsmede tussen de eerste dwarsarm (7) en het chassis (5) van een voertuig aandrijfmiddelen (14), (15), (16) voor het ten opzichte van elkaar verzwenken van de modulen (7), (8), (13) zijn ingericht, waarbij de aandrijfmiddelen (14), (15), (16) met dien verstande synchroon ten opzichte van elkaar aanstuurbaar zijn, dat de 10 wielas (13) van het derde wiel (4) zich immer in hoofdzaak horizontaal uitstrekt. ^0326°9
NL1032609A 2005-10-05 2006-10-02 Motoraangedreven werkinrichting. NL1032609C1 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE200520015868 DE202005015868U1 (de) 2005-10-05 2005-10-05 Motorisch angetriebenes Arbeitsgerät
DE202005015868 2005-10-05

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1032609C1 true NL1032609C1 (nl) 2007-02-02

Family

ID=35502396

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1032609A NL1032609C1 (nl) 2005-10-05 2006-10-02 Motoraangedreven werkinrichting.

Country Status (2)

Country Link
DE (1) DE202005015868U1 (nl)
NL (1) NL1032609C1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102006013080B4 (de) * 2006-03-22 2020-02-20 Amazonen-Werke H. Dreyer Gmbh & Co. Kg Arbeitsfahrzeug

Also Published As

Publication number Publication date
DE202005015868U1 (de) 2005-12-08

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN101827743B (zh) 前车体结构
US10144438B2 (en) Traveling bogie and track-type vehicle
CA2783807C (en) Swather tractor with rear wheel active steering
EP1226985B1 (en) Suspended axle of the articulated-connection type for industrial vehicles
EP3003840B1 (en) Arrangement and method for enabling rotation movement between tandem or caterpillar axle and body of vehicle
CN107531286A (zh) 具有车桥支架的机动车
CN100532179C (zh) 轴组件
CN103608242A (zh) 用于控制工程机械的方法和工程机械
EP3360758B1 (en) Steering control device for work vehicles
NL1032609C1 (nl) Motoraangedreven werkinrichting.
CN105992724A (zh) 借助致动器可转向的车辆后轮的独立悬架
CN100339294C (zh) 公路高速拖行叉车
KR100700390B1 (ko) 가로주행 시스템을 갖는 포크리프트
JP5620013B2 (ja) 2つの操舵車軸を有する自動車用のパワーステアリングシステム
CN208774867U (zh) 一种起重机的转向结构装置
KR101349530B1 (ko) 후륜 조향 현가장치
JP4800667B2 (ja) 作業車のステアリング装置
US11999416B2 (en) Steering control device for a work vehicle
JPH01190587A (ja) 車輪のトー角制御装置
EP3061670A1 (en) Device for applying steering to a castor pivot steered wheel set of a semi-trailer
WO2024111013A1 (ja) 懸架装置
KR20070081894A (ko) 스크럽 반경을 조정할 수 있는 듀얼 링크 방식의 로워 암
KR20060127488A (ko) 차량의 타이로드 어셈블리
JP2941618B2 (ja) 自動車に使用されるリア・サスペンション
JPH0311099Y2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20100501