NL1032507C2 - Werkwijze en zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van een full-duplex signaal. - Google Patents

Werkwijze en zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van een full-duplex signaal. Download PDF

Info

Publication number
NL1032507C2
NL1032507C2 NL1032507A NL1032507A NL1032507C2 NL 1032507 C2 NL1032507 C2 NL 1032507C2 NL 1032507 A NL1032507 A NL 1032507A NL 1032507 A NL1032507 A NL 1032507A NL 1032507 C2 NL1032507 C2 NL 1032507C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal
duplex
full
receiver
received
Prior art date
Application number
NL1032507A
Other languages
English (en)
Inventor
Jan Cornelis Stekelenburg
Original Assignee
Nedap Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Nedap Nv filed Critical Nedap Nv
Priority to NL1032507A priority Critical patent/NL1032507C2/nl
Priority to EP07808578A priority patent/EP2069820B1/en
Priority to ES07808578T priority patent/ES2374662T3/es
Priority to PCT/NL2007/050447 priority patent/WO2008033022A2/en
Priority to AT07808578T priority patent/ATE532084T1/de
Application granted granted Critical
Publication of NL1032507C2 publication Critical patent/NL1032507C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01SRADIO DIRECTION-FINDING; RADIO NAVIGATION; DETERMINING DISTANCE OR VELOCITY BY USE OF RADIO WAVES; LOCATING OR PRESENCE-DETECTING BY USE OF THE REFLECTION OR RERADIATION OF RADIO WAVES; ANALOGOUS ARRANGEMENTS USING OTHER WAVES
    • G01S13/00Systems using the reflection or reradiation of radio waves, e.g. radar systems; Analogous systems using reflection or reradiation of waves whose nature or wavelength is irrelevant or unspecified
    • G01S13/74Systems using reradiation of radio waves, e.g. secondary radar systems; Analogous systems
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01SRADIO DIRECTION-FINDING; RADIO NAVIGATION; DETERMINING DISTANCE OR VELOCITY BY USE OF RADIO WAVES; LOCATING OR PRESENCE-DETECTING BY USE OF THE REFLECTION OR RERADIATION OF RADIO WAVES; ANALOGOUS ARRANGEMENTS USING OTHER WAVES
    • G01S13/00Systems using the reflection or reradiation of radio waves, e.g. radar systems; Analogous systems using reflection or reradiation of waves whose nature or wavelength is irrelevant or unspecified
    • G01S13/74Systems using reradiation of radio waves, e.g. secondary radar systems; Analogous systems
    • G01S13/82Systems using reradiation of radio waves, e.g. secondary radar systems; Analogous systems wherein continuous-type signals are transmitted
    • G01S13/825Systems using reradiation of radio waves, e.g. secondary radar systems; Analogous systems wherein continuous-type signals are transmitted with exchange of information between interrogator and responder
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04WWIRELESS COMMUNICATION NETWORKS
    • H04W52/00Power management, e.g. TPC [Transmission Power Control], power saving or power classes
    • H04W52/02Power saving arrangements
    • H04W52/0209Power saving arrangements in terminal devices
    • H04W52/0261Power saving arrangements in terminal devices managing power supply demand, e.g. depending on battery level
    • H04W52/0274Power saving arrangements in terminal devices managing power supply demand, e.g. depending on battery level by switching on or off the equipment or parts thereof
    • H04W52/028Power saving arrangements in terminal devices managing power supply demand, e.g. depending on battery level by switching on or off the equipment or parts thereof switching on or off only a part of the equipment circuit blocks
    • H04W52/0283Power saving arrangements in terminal devices managing power supply demand, e.g. depending on battery level by switching on or off the equipment or parts thereof switching on or off only a part of the equipment circuit blocks with sequential power up or power down of successive circuit blocks, e.g. switching on the local oscillator before RF or mixer stages
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02DCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES IN INFORMATION AND COMMUNICATION TECHNOLOGIES [ICT], I.E. INFORMATION AND COMMUNICATION TECHNOLOGIES AIMING AT THE REDUCTION OF THEIR OWN ENERGY USE
    • Y02D30/00Reducing energy consumption in communication networks
    • Y02D30/70Reducing energy consumption in communication networks in wireless communication networks

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Radar, Positioning & Navigation (AREA)
  • Remote Sensing (AREA)
  • Computer Networks & Wireless Communication (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Signal Processing (AREA)
  • Bidirectional Digital Transmission (AREA)

Description

Titel: Werkwijze en zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van een full- duplex signaal
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het ontvangen van een full-duplex signaal. De uitvinding heeft tevens betrekking op een zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van een full-duplex signaal, een systeem voor het ontvangen van full-duplex signalen, een ontvanger van de 5 zend-/ontvangstinrichting, besturingsmiddelen van de zend-/ontvangstinrichting en een computer programma product.
Het is algemeen bekend om signalen van responders te ontvangen met behulp van zend-/ontvangstinrichtingen. Dergelijke zend-/ontvangstinrichtingen omvatten in het algemeen een zender voor het uitzenden van een ondervraagveld 10 en een ontvanger voor het ontvangen van een door een responder, in reactie op het door de responder ontvangen van het ondervraagveld, uitgezonden respondersignaal.
In een bekende variant wordt het ondervraagveld alternerend aan- en uitgeschakeld. De responder kan hierbij bijvoorbeeld het ondervraagveld 15 ontvangen wanneer dit is aangeschakeld en een respondersignaal uitzenden wanneer het ondervraagveld is uitgeschakeld. Dit principe, waarbij telkens sprake is van éénrichtingscommunicatie, staat bekend als half-duplex. Het is ook mogelijk dat de responder het ondervraagveld ontvangt wanneer dit is aangeschakeld en tevens een respondersignaal uitzendt wanneer het ondervraagveld is 20 aangeschakeld. Dit principe, waarbij sprake is van tweerichtingscommunicatie, staat bekend als full-duplex. Het zal duidelijk zijn dat bij full-duplex het ondervraagveld niet noodzakelijkerwijs alternerend aan en uit behoeft te worden geschakeld.
Er zijn tevens systemen bekend waarbij zowel een full-duplex als een 25 half-duplex respondersignaal wordt ontvangen door een ontvanger van een zend-/ontvanstinrichting. Hierbij wordt bijvoorbeeld het full-duplex respondersignaal ontvangen wanneer het ondervraagveld is aangeschakeld en het half-duplex respondersignaal ontvangen wanneer het ondervraagveld is uitgeschakeld. Een voorbeeld van een dergelijk systeem is een -10 3 2 5 0/ 2 zend-/ontvangstinrichting volgens International Standards Organisation (ISO) standaarden nummers 11784 en 11785, hierna ISO*zend-/onvangstinrichting genoemd.
Het is bekend om een full-duplex signaal te ontvangen, waarbij in een 5 repeterende schakelcyclus een alternerend, door een zender gegenereerd ondervraagveld wordt verschaft, waarbij gedurende een eerste periode van elke schakelcyclus het ondervraagveld is aangeschakeld en gedurende een tweede periode van elke schakelcyclus het ondervraagveld is uitgeschakeld, waarbij in reactie op het ondervraagveld het full-duplex signaal, bijvoorbeeld door een in het 10 ondervraagveld geplaatste full-duplex responder, wordt uitgezonden en waarbij een ontvanger ten minste een signaalontvangststap uitvoert, voor het ontvangen van een te ontvangen signaal dat het full-duplex signaal bevat, en eventueel ten minste een signaalbewerkingsstap uitvoert, voor het bewerken van het ontvangen full-duplex signaal.
15 Een nadeel van de bekende werkwijze is echter dat indien het ondervraagveld afwisselend wordt aan- en uitgeschakeld, zoals bijvoorbeeld bij een ISO-zend-/ontvangstinrichting, iedere keer dat het ondervraagveld wordt aangeschakeld de amplitude van het ondervraagveld zal wijzigen van nul, naar een maximale waarde. De ontvanger, die zowel het ondervraagveld als het full-duplex 20 signaal ontvangt, detecteert dan een amplitudesprong die vele malen, bijvoorbeeld honderdduizend maal, groter is dan de variaties in de amplitude als gevolg het full-duplex signaal. Hierdoor kan de ontvanger enige tijd ontregeld raken. Doordat de ontvanger ontregeld raakt kan het enige tijd duren, bijvoorbeeld enkele tientallen milliseconden, voordat instellingen van de ontvanger weer dusdanig zijn 25 gestabiliseerd dat de ontvanger het full-duplex signaal kan ontvangen. Het ontregeld raken kan bijvoorbeeld worden veroorzaakt doordat een versterker van de ontvanger door de genoemde amplitudesprong wordt overstuurd (dat wil zeggen een te groot ingangssignaal te verwerken krijgt). Door het ontregeld raken van de ontvanger is de ontvanger enige tijd niet in staat om het full-duplex signaal te 30 ontvangen, zodat de ontvangst wordt vertraagd, of mogelijk zelfs onmogelijk wordt doordat de tijd die overblijft tussen het stabiliseren van de ontvanger en het weer 3 uitschakelen van het ondervraagveld te kort is om het volledige full-duplex signaal te ontvangen.
De uitvinding beoogt een oplossing te verschaffen voor ten minste een van de bovenstaande problemen.
5 Daartoe wordt volgens de uitvinding voorzien in een werkwijze volgens conclusie 1.
Hierdoor wordt de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap pas aangeschakeld na het verstrijken van de wachtperiode na het aanschakelen van het ondervraagveld, zodat gedurende de wachtperiode de 10 verstoringen van het ondervraagveld en/of de gevolgen daarvan in de ontvanger, althans ten dele, kunnen uitdempen zodat de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap wordt geconfronteerd met geen, of althans kleinere, verstoringen van het ondervraagveld en/of de gevolgen daarvan in de ontvanger.
De tijdsduur van de wachtperiode is kleiner dan de tijd die verloren gaat met het 15 wachten tot de signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap weer gestabiliseerd is indien geen wachttijd in acht wordt genomen. Derhalve is door het in acht nemen van de wachttijd het sneller na het aanschakelen van het ondervraagveld mogelijk een stabiele signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap uit te voeren dan wanneer de signaalontvangststap en/of 20 signaalbewerkingsstap tegelijk zou worden gestart met, of eerder dan, het aanschakelen van het ondervraagveld.
Bij voorkeur omvat genoemd verschaffen van het ondervraagveld: verschaffen van een alternerend ondervraagveld in een repeterende schakelcyclus waarbij gedurende een eerste periode van elke schakelcyclus het ondervraagveld is 25 aangeschakeld en gedurende een tweede periode van elke schakelcyclus het ondervraagveld is uitgeschakeld en waarin genoemd starten omvat: tijdens de schakelcyclus na een vanaf het aanschakelen van het ondervraagveld verstreken wachtperiode starten van de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap, en de werkwijze verder omvattende: tijdens de 30 schakelcyclus stoppen van de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap. Aldus is het mogelijk om het alternerende ondervraagveld te verschaffen, dat bijvoorbeeld geschikt is voor het ontvangen van full-duplex en 4 half-duplex signalen, waarbij tijdens de schakelcyclus de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap pas wordt aangeschakeld na het verstrijken van de wachtperiode na het aanschakelen van het ondervraagveld, zodat gedurende de wachtperiode de verstoringen van het ondervraagveld en/of de δ gevolgen daarvan tijdens de schakelcyclus in de ontvanger, althans ten dele, kunnen uitdempen zodat de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap wordt geconfronteerd met geen, of althans kleinere, verstoringen van het ondervraagveld en/of de gevolgen daarvan in de ontvanger.
Bij voorkeur is de tijdsduur van de wachtperiode dusdanig gekozen dat 10 ontregelen van de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap door het aanschakelen van het ondervraagveld wordt tegengegaan.
Het is mogelijk dat de tijdsduur van de wachtperiode vooraf bepaald is.
De tijdsduur kan bijvoorbeeld een vooraf bepaalde constante waarde hébben. Dit 15 biedt het voordeel dat de wachtperiode op eenvoudige wijze kan worden geïmplementeerd in de hardware en/of besturing van de ontvanger.
Het is mogelijk dat de tijdsduur van de wachtperiode ten minste even groot is als de tijdsduur van een referentieperiode waarin of waarna een eigenschap van het ontvangen signaal aan een vooraf bepaald criterium voldoet.
20 Dit biedt de mogelijkheid dat de tijdsduur van de wachtperiode wordt gerelateerd aan een criterium van het ontvangen signaal, bijvoorbeeld een mate van vervorming of een grootte van een verstoring van het signaal. Hierbij kan de tijdsduur van de wachtperiode vooraf bepaald zijn of tijdens bedrijf van de ontvanger, bijvoorbeeld tijdens elke schakelcyclus, worden bepaald op basis van het 25 criterium.
In een uitvoeringsvorm duurt de wachtperiode in hoofdzaak ten minste even lang als een dempperiode waarin een respons op het aanschakelen van het ondervraagveld uitdempt in een eerste deel van de ontvanger dat in de signaalverwerkingsrichting stroomopwaarts ligt van een tweede deel van de 30 ontvanger waarin de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap wordt uitgevoerd.
5
Bij voorkeur is de ontvanger verbindbaar met een antenne voor het ontvangen van elektromagnetische straling, bijvoorbeeld magnetische straling, die het uitgezonden full-duplex signaal omvat, en waarbij de ten minste ene signaalontvangststap het communicatief verbinden van de ontvanger met de 5 antenne omvat. Bij voorkeur omvat de ten minste ene signaalbewerkingsstap het filteren van het full-duplex signaal uit het ontvangen signaal, en/of met een vooraf bepaalde versterkingsfactor versterken van ontvangen full-duplex signaal, en/of met een, eventueel automatisch geregelde, regelbare versterkingsfactor versterken van het full-duplex signaal. Deze stappen immers geven het risico dat, 10 respectievelijk, het detecteren van het te ontvangen signaal, het filteren van het full-duplex signaal en/of het versterken van het full-duplex signaal ontregeld raken indien deze stappen tegelijk worden gestart met, of eerder dan, het aanschakelen van het ondervraagveld. Derhalve worden deze stappen met voordeel pas uitgevoerd nadat de wachtperiode in acht is genomen na het aanschakelen van het 15 ondervraagveld.
Bij voorkeur omvat de werkwijze in de tijd na elkaar aanschakelen van, in de signaalverwerkingsrichting, stroomafwaarts van elkaar gelegen delen van de ontvanger. Dit biedt het voordeel dat het ontregelen van een deel van de ontvanger door het starten van een ten opzichte van dat deel in de 20 signaalverwerkingsrichting stroomopwaarts gelegen deel van de ontvanger wordt tegengegaan. Indien immers het stroomopwaarts gelegen deel van de ontvanger is ontregeld door het aanschakelen van het ondervraagveld, zou de ontregeling door de ontvanger kunnen propageren naar een stroomafwaarts van het ontregelde deel gelegen deel van de ontvanger dat vervolgens eveneens door, althans de gevolgen 25 van, het aanschakélen van het ondervraagveld zou kunnen worden ontregeld. Dit nu wordt tegengegaan door het in de tijd na elkaar aanschakelen van, in de signaalverwerkingsrichting, stroomafwaarts van elkaar gelegen delen van de ontvanger.
Bij voorkeur omvat uitzenden van het full-duplex signaal het moduleren 30 van het ondervraagveld met het full-duplex signaal.
Bij voorkeur omvat de werkwijze voorts het telkens na het aanschakelen van de zender meten van een maximale amplitude van het ondervraagveld, en/of 6 voordat een signaal wordt toegevoerd aan de ontvanger instellen van ten minste een component van de ontvanger op een vooraf bepaalde waarde, en/of na een eerste wachtperiode verbinden van de detector met de antenne voor het ontvangen van het te ontvangen signaal, en/of na een tweede wachtperiode filteren van het 5 ontvangen full-duplex signaal uit het ontvangen signaal, en/of na een derde wachtperiode versterken van het ontvangen full-duplex signaal met een vooraf bepaalde versterkingsfactor, en/of na een vierde wachtperiode versterken van het ontvangen full-duplex signaal met een automatisch geregelde regelbare versterkingsfactor om te compenseren voor variaties in een signaalsterkte van het 10 full-duplex signaal. Hierdoor wordt op efficiënte wijze mogelijk gemaakt om een tijdsverloop tussen het aanschakelen van het ondervraagveld en het kunnen ontvangen van het ontvangen full-duplex signaal te minimaliseren. In een bijzondere variant worden alle vier de wachtperioden in acht genomen.
Bij voorkeur is de vierde wachtperiode langer dan de derde wachtperiode, 15 de derde wachtperiode langer dan de tweede wachtperiode en de tweede wachtperiode langer dan de eerste wachtperiode, gerekend vanaf het aanschakelen van het ondervraagveld. Dit biedt het voordeel dat het ontregelen van elke volgende signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap door het starten van elke voorgaande signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap eveneens wordt 20 tegengegaan. Indien immers de voorgaande signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap is ontregeld door het aanschakelen van het ondervraagveld, kan de ontregeling door de ontvanger propageren naar de volgende signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap die vervolgens eveneens door, althans de gevolgen van, het aanschakelen van het ondervraagveld zou kunnen 25 worden ontregeld.
In het hiernavolgende zal de uitvinding verder worden verduidelijkt aan de hand van de tekening. Hierin toont
Fig. 1 een eerste schematische weergave van een uitvoeringsvorm van een zend-/ontvangstinrichting volgens de uitvinding; en 30 Fig. 2 een tweede schematische weergave van een uitvoeringsvorm van een zend/ontvangstinrichting 1 volgens de uitvinding.
7
Fig. 1 toont een eerste schematische weergave van een uitvoeringsvorm van een zend-/ontvangstinrichting 1 volgens de uitvoering. De zend-/ontvangstinrichting 1 in Fig. 1 is uitgevoerd als een ISO-zend-/ontvangstinrichting. Onder ISO-zend-/ontvangstinrichting wordt verstaan een 5 zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van half duplex (HDX) en full duplex (FDXB) signalen zoals vastgelegd in de internationale standaarden ISO 11784 en 11785.
De ISO-zend-/ontvangstinrichting in Fig. 1 is ingericht voor de identificatie van ISO-responders. De zend-/ontvangstinrichting 1 omvat een zender 10 2, een ontvanger 4 en een met de zender 2 en de ontvanger 4 verbindbare antenne 6. De zender 2 is ingericht voor het genereren van een elektromagnetisch ondervraagveld, bijvoorbeeld een magnetisch ondervraagveld. De ontvanger 4 is ingericht voor het ontvangen van een te ontvangen half-duplex en/of full-duplex signaal. De ontvanger ontvangt het half-duplex en/of full-duplex signaal van de 15 antenne 6, die de magnetische informatie van de responder omzet in een elektrisch signaal. Bij de ISO-zend-/ontvangstinrichting getoond in Fig. 1 omvat de ontvanger 4 een half-duplex ontvanger 8 en een full-duplex ontvanger 10.
Bij de ISO-zend-/ontvangstinrichting 1 wordt een zender 2 in een repeterende schakelcyclus afwisselend aangeschakeld en uitgeschakeld. Er geldt 20 derhalve dat het ondervraagveld gedurende een eerste periode van elke schakelcyclus is aangeschakeld, en gedurende een tweede periode van elke schakelcyclus is uitgeschakeld. Tijdens de eerste periode, waarin het ondervraagveld wordt uitgezonden, kunnen zowel een full-duplex als een half-duplex responder van voldoende energie worden voorzien voor het kunnen 25 uitzenden van, respectievelijk, een full-duplex of half-duplex signaal indien ze binnen een vooraf bepaalde afstand tot de antenne 6 in het ondervraagveld aanwezig zijn.
Tijdens de tweede periode waarin het ondervraagveld is uitgeschakeld kan een zich in de nabijheid van de zend-/ontvangstinrichting 1 bevindende half-30 duplex responder een half-duplex signaal uitzenden. Dit half-duplex signaal wordt ontvangen door de antenne 6 en aan de ontvanger 4 toegevoerd. De half-duplex ontvanger 8 van de ontvanger 4 detecteert het half-duplex signaal.
8
De eerste periode en de tweede periode kunnen elke voor de specifieke toepassing geschikte tijdsduur hebben. Bijvoorbeeld kan de eerste periode een duur van meer dan 10 milliseconden, zoals minimaal 50 milliseconden hebben. De tweede periode kan bijvoorbeeld groter of gelijk aan 3 milliseconde zijn en/of 5 kleiner of gelijk aan 20 milliseconden. Een geschikte waarde voor de tweede periode is bijvoorbeeld 3 milliseconden of 20 milliseconden. Voor een ISO-zend-/onvangstinrichting is bijvoorbeeld een geschikte waarde van de eerste periode ten minste 50 milliseconden en maximaal 100 ms met een tweede periode van 3 milliseconden of 20 milliseconden.
10 Tijdens de eerste periode wordt tijdens het uitzenden van het ondervraagveld het full-duplex signaal uitgezonden door de full-duplex responder. Dit uitzenden gebeurt doordat in dit voorbeeld de full-duplex responder het ondervraagveld moduleert. De full-duplex responder moduleert het ondervraagveld met het full-duplex signaal, waarbij de full-duplex responder in het ritme van het 15 full-duplex signaal het ondervraagveld al dan niet dempt. In de full-duplex ontvanger 8 van de ontvanger 4 wordt het full-duplex signaal gedetecteerd als een kleine amplitudevariatie van het ondervraagveld. Bij een toenemende afstand tussen zend-/ontvangstinrichting 1 en full-duplex responder wordt deze amplitudevariatie steeds kleiner. Bij grote afstanden wordt deze modulatie 20 moeilijk te onderscheiden van ruis die ontstaat in de zender of die wordt ontvangen van andere bronnen uit de omgeving.
Fig. 2 toont een tweede schematische weergave van een uitvoeringsvorm van een zend-/ontvangstinrichting 1 volgens de uitvinding. Dit voorbeeld betreft een ISO-zend-/ontvangstinrichting 1 waarin het ondervraagveld afwisselend wordt 25 aan- en uitgeschakeld. Hiertoe is de zender 2 voorzien van een signaalgenerator 12 en een regelinrichting 14. In dit voorbeeld is de regelinrichting 14 ingericht voor het afwisselend gedurende de eerste periode doorlaten van een door de signaalgenerator 12 gegenereerd zendersignaal en gedurende de tweede periode dempen van het zendersignaal in de antenne.
30 Daartoe is in dit voorbeeld de regelinrichting 14 voorzien van een demp- circuit voor het dempen van de antenne, zodat na het uitschakelen van het 9 ondervraagveld in de antenne aanwezige zenderenergie uit de antenne kan worden gehaald.
De zender 2 is verbonden met de antenne 6, die het van de zender 2 ontvangen zendersignaal uitzendt als het ondervraagveld. Iedere keer dat het 5 ondervraagveld wordt aangeschakeld, wijzigt een amplitude van het ondervraagveld van nul naar een maximale waarde.
In Fig. 2 is de zend-/ontvangstinrichting 1 voorts voorzien van besturingsmiddelen 18. De besturingsmiddelen 18 zijn in dit voorbeeld onder andere verbonden met de signaalgenerator 12 en de regelinrichting 14 voor het 10 aansturen van de signaalgenerator 12 en de regelinrichting 14. In dit voorbeeld zijn de besturingsmiddelen 18 en de signaalgenerator 12 gesynchroniseerd door middel van een gezamenlijke referentieklok 20, bijvoorbeeld een kristalreferentie.
De zend-/ontvangstinrichting getoond in Fig. 2 werkt als volgt.
De besturingsinrichting 18 genereert een eerste signaal voor het 15 aansturen van de zender 2 met de regelinrichting 14 zodat alternerend gedurende de eerste periode het ondervraagveld wordt uitgezonden, en gedurende de tweede periode geen ondervraagveld wordt uitgezonden. Gedurende de eerste periode wordt door de antenne 6 een signaal ontvangen dat het, bijvoorbeeld door een full-duplex responder uitgezonden, full-duplex signaal bevat en gedurende de tweede 20 periode wordt bijvoorbeeld een signaal ontvangen dat het, bijvoorbeeld een door een half-duplex responder uitgezonden, half-duplex signaal bevat, zoals beschreven in relatie tot Fig. 1. In de ontvanger 4 wordt het half-duplex signaal toegevoerd aan de half-duplex ontvanger 8 en het full-duplex signaal toegevoerd aan de full-duplex ontvanger 10.
25 Het full-duplex signaal omvat een kleine amplitudevariatie van het ondervraagveld. Om de kleine amplitudevariatie te scheiden van het ondervraagveld is de full-duplex ontvanger 10 in dit voorbeeld voorzien van een filter 16. De amplitudevariatie kan bijvoorbeeld worden gedemoduleerd door middel van topdetectie of synchrone demodulatie. Na deze demodulatie wordt een 30 draaggolf, hier het ondervraagveld, gerepresenteerd door een gelijkspanning en wordt het full-duplex signaal gerepresenteerd door een wisselspanning. De gelijkspanning, die tot meer dan honderdduizend maal groter kan zijn dan de 10 wisselspanning die het full-duplex signaal representeert, kan bijvoorbeeld worden weggefilterd met behulp van een koppelcondensator. In het voorbeeld omvat het filter 16 derhalve ten minste een koppelcondensator.
Tijdens het aanschakelen van het ondervraagveld is de full-duplex 5 ontvanger 10 ontkoppeld van de antenne 6. Hiertoe is in dit voorbeeld schakelinrichting 28 opgenomen in het filter 16. Tijdens het aanschakelen van het ondervraagveld is de schakelinrichting 28 uitgeschakeld, dat wil zeggen dat de schakelinrichting 28 is ingesteld in een onderbrekende modus waarin het ontvangen signaal niet door het filter 16 kan propageren.
10 De zend-/ontvangstinrichting is in dit voorbeeld voorts voorzien van amplitudebepalingsmiddelen 22. De amplitudebepalingsmiddelen 22 zijn verbonden met de besturingsmiddelen 18. Gedurende een stijgperiode die aanvangt wanneer het ondervraagveld wordt aangeschakeld stijgt een amplitude van het zendersignaal, en dus van het ondervraagveld, tot een maximale waarde. De 15 amplitudebepalingsmiddelen 22 bepalen de amplitude van het zendersignaal en geven deze door aan de besturingsinrichting 18. Zodra de maximale waarde is bereikt, genereert de besturingsinrichting 18 een tweede signaal dat aan de amplitudebepalingsmiddelen 22 wordt toegevoerd. In reactie op het ontvangen van het tweede signaal bepalen de amplitudebepalingsmiddelen 22 de maximale 20 amplitude van het zendersignaal. In dit voorbeeld wordt de bepaalde maximale amplitude opgeslagen in een geheugen.
In dit voorbeeld wordt tijdens het bepalen van de amplitude van het zendersignaal een component van het filter 16 van de full-duplex ontvanger 10 ingesteld op een vooraf bepaalde waarde door instelmiddelen 26. In dit voorbeeld 25 wordt de vooraf bepaalde waarde bepaald op basis van de gemeten maximale amplitude van het zendersignaal. Zo kan bijvoorbeeld een vooraf bepaalde waarde van een gelijkspanningsniveau van het filter 16 na demodulatie gelijk worden gesteld aan een met de maximale gemeten amplitude van het zendersignaal corresponderend gelijkspanningsniveau. In een bijzondere uitvoeringsvorm wordt 30 de vooraf bepaalde waarde van de component van het filter 16 gelijk gesteld aan een met een gedurende de voorgaande eerste periode bepaalde maximale amplitude van het zendersignaal corresponderende waarde. Het gelijkspanningsniveau van 11 het filter 16 kan bijvoorbeeld worden ingesteld op het vooraf bepaalde gelijkspanningsniveau dat correspondeert met de gedurende de voorgaande eerste periode bepaalde maximale amplitude van het zendersignaal. Dit biedt het voordeel dat de vooraf bepaalde waarde kan worden ingesteld tijdens het bepalen 5 van de maximale amplitude in plaats van na het bepalen van de maximale amplitude, zodat de vooraf bepaalde waarde eerder is ingesteld en de full-duplex ontvanger 10 eerder met de antenne 6 kan worden verbonden. Hierdoor is de full-duplex ontvanger sneller gereed voor het ontvangen van het full-duplex signaal. Het zal duidelijk zijn dat in dit laatste geval de vooraf bepaalde waarde ook reeds 10 kan worden ingesteld voordat het ondervraagveld wordt aangeschakeld, dat wil zeggen voordat de eerste periode aanvangt. Het zal voorts duidelijk zijn dat algemeen geldt dat de vooraf bepaalde waarde eveneens een vooraf bepaalde vaste waarde kan hebben.
In dit voorbeeld wordt de vooraf bepaalde waarde van de component van 15 het filter van de full-duplex ontvanger 10 ingesteld. Meer algemeen geldt dat een vooraf bepaalde waarde van een component van de full-duplex ontvanger wordt ingesteld.
In dit voorbeeld wordt nadat de vooraf bepaalde waarde van de component van het filter 16 van de ontvanger 4 is ingesteld, en nadat een eerste 20 wachtperiode in acht is genomen vanaf het moment van aanschakelen van het ondervraagveld, een derde signaal gegenereerd door de besturingsinrichting.
Een tijdsduur van de eerste wachtperiode kan vooraf bepaald zijn, en zodanig zijn gekozen dat de tijdsduur van de eerste wachtperiode voldoende lang is om de stijgperiode, het bepalen van de maximale amplitude en het instellen van de 25 vooraf bepaalde waarde van de component van het filter 16 te omvatten. De tijdsduur van de eerste wachtperiode kan hierbij bijvoorbeeld een vooraf bepaalde constante waarde hebben. Het is mogelijk dat de tijdsduur van de eerste wachtperiode ten minste even groot is als de tijdsduur van een referentieperiode waarin of waarna een eigenschap van het ontvangen signaal in het code-filter 16 30 aan een vooraf bepaald criterium voldoet. De tijdsduur van de eerste wachtperiode kan bijvoorbeeld zijn gerelateerd aan een mate van vervorming of een grootte van (een verstoring van) het signaal in het code-filter. De tijdsduur van de eerste 12 wachtperiode is hierbij bijvoorbeeld even groot als de tijdsduur van een referentieperiode waarin of waarna een mate van vervorming of een grootte van (een verstoring van) het signaal in het code-filter onder een vooraf bepaalde waarde daalt. Hierbij kan de tijdsduur van de eerste wachtperiode vooraf bepaald zijn of 5 tijdens bedrijf van de ontvanger, bijvoorbeeld tijdens elke schakelcyclus, worden bepaald op basis van het criterium.
Het derde signaal wordt toegevoerd aan de schakelinrichting 28. In reactie op het ontvangen van het derde signaal wordt de schakelinrichting 28 aangeschakeld, dat wil zeggen ingesteld in een verbindende modus waarin het 10 ontvangen signaal door het filter 16 kan propageren naar een detector 24 waarin het ontvangen signaal wordt gedetecteerd. Aangezien in dit voorbeeld het gelijkspanningsniveau van het filter 16 reeds is ingesteld op basis van de gemeten maximale amplitude van het zendersignaal, zal een met de amplitude van het ontvangen signaal corresponderend gelijkspanningsniveau in hoofdzaak 15 corresponderen met het ingestelde vooraf bepaalde gelijkspanningsniveau.
Aangezien het ontvangen signaal een grote amplitude heeft in verhouding tot het full-duplex signaal, kan bij het in de verbindende modus brengen van de schakelinrichting 28 een klein verschil aanwezig zijn tussen het ingestelde vooraf bepaalde gelijkspanningsniveau en een met de daadwerkelijk 20 ontvangen amplitude corresponderend ontvangen gelijkspanningsniveau, waardoor het filter 16 en/of de detector 24 alsnog een amplitudesprong te verwerken kan krijgen.
Om te verhinderen dat de amplitudesprong propageert door de full-duplex ontvanger 10, wordt gedurende een tweede wachtperiode gewacht alvorens 25 een in een signaalverwerkingsrichting van de full-duplex ontvanger 10 stroomafwaarts van de schakelinrichting 28 gelegen deel van de ontvanger 10 aan te schakelen. Een tijdsduur van de tweede wachtperiode kan vooraf bepaald zijn, en zodanig zijn gekozen dat de tijdsduur van de tweede wachtperiode voldoende lang is om bovengenoemde amplitude-sprong vrijwel geheel te laten uitdoven, dat 30 wil zeggen voldoende lang om het stroomafwaarts van de schakelinrichting 28 gelegen deel van de full-duplex ontvanger 10 niet te ontregelen. In dit voorbeeld is 13 de tweede wachtperiode, gerekend vanaf het aanschakelen van het ondervraagveld, langer dan de eerste wachtperiode.
Na het verstrijken van de tweede wachtperiode wordt in dit voorbeeld door de besturingsinrichting 18 een vierde signaal gegenereerd. Het vierde signaal 5 wordt toegevoerd aan een code-filter 30. In reactie op het ontvangen van het vierde signaal wordt het code-filter 30 aangeschakeld. Het code-filter 30 is ingericht voor het filteren van het ontvangen full-duplex signaal uit het ontvangen signaal. Het code-filter 30 kan zijn voorzien van een versterker voor het versterken van het ontvangen signaal en/of het ontvangen full-duplex signaal.
10 Ook het aanschakelen van het code-filter 30 kan een verstoring veroorzaken in een uitgangssignaal van het code-filter 30. Om te verhinderen dat de verstoring propageert door de full-duplex ontvanger 10, wordt gedurende een derde wachtperiode gewacht alvorens een in een signaalverwerkingsrichting van de full-duplex ontvanger 10 stroomafwaarts van het code-filter 30 gelegen deel van 15 de ontvanger 10 aan te schakelen. Een tijdsduur van de derde wachtperiode kan vooraf bepaald zijn, en zodanig zijn gekozen dat de tijdsduur van de derde wachtperiode voldoende lang is om bovengenoemde verstoring vrijwel geheel te laten uitdoven, dat wil zeggen voldoende lang om het stroomafwaarts van het code-filter 30 gelegen deel van de full-duplex ontvanger 10 niet te ontregelen. In dit 20 voorbeeld is de derde wachtperiode, gerekend vanaf het aanschakelen van het ondervraagveld, langer dan de tweede wachtperiode.
Na het verstrijken van de derde wachtperiode wordt in dit voorbeeld door de besturingsinrichting 18 een vijfde signaal gegenereerd. Het vijfde signaal wordt toegevoerd aan een versterker 32. In reactie op het ontvangen van het vijfde 25 signaal wordt de versterker 32 aangeschakeld.
De versterker 32 versterkt het ontvangen full-duplex signaal met een vooraf bepaalde versterkingsfactor. De vooraf bepaalde versterkingsfactor is bijvoorbeeld gelijk gekozen aan een versterkingsfactor die was ingesteld gedurende de voorgaande eerste periode. Hierdoor is een amplitude van het versterkte 30 ontvangen full-duplex signaal in hoofdzaak direct geschikt om te worden toegevoerd aan een code-detector 34.
14
In dit voorbeeld is de versterker 32 uitgevoerd als een versterker met een automatische versterkingsfactorregeling 31 (AGC-regeling). In dit voorbeeld is de automatische versterkingsfactorregeling 31 tijdens het aanschakelen van de versterker 32 echter uitgeschakeld, en wordt de versterker 32 aangeschakeld met 5 de vooraf bepaalde versterkingsfactor.
In dit voorbeeld wordt een vierde wachtperiode in acht genomen alvorens door de besturingsinrichting 18 een zesde signaal wordt gegenereerd. Het zesde signaal wordt toegevoerd aan de automatische versterkingsfactorregeling 31 van de versterker 32. In reactie op het ontvangen van het zesde signaal wordt de 10 automatische versterkingsfactorregeling 31 van de versterker 32 aangeschakeld voor het bijregelen van variaties in signaalsterkte van het ontvangen full-duplex signaal. In dit voorbeeld is de vierde wachtperiode, gerekend vanaf het aanschakelen van het ondervraagveld, langer dan de derde wachtperiode. Het zal duidelijk zijn dat de versterker 32 ook voordat de automatische 15 versterkingsfactorregeling 31 is ingeschakeld reeds het ontvangen full-duplex signaal kan versterken en aan de codedetector 34 toevoeren.
Meer algemeen geldt derhalve dat de ontvanger 4 ten minste een deelinrichting omvat, zoals de schakelinrichting 28, het code-filter 30, de versterker 32 of de automatische versterkingsfactorregeling 31, die elk een 20 signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap uitvoeren voor het respectievelijk ontvangen van het te ontvangen signaal en/of het bewerken van het ontvangen signaal. Hierbij is de ontvanger 4 voorts voorzien van besturingsmiddelen 18 die tijdens elke schakelcyclus na het aanschakelen van het ondervraagveld gedurende een wachtperiode wachten met het aanschakelen van de 25 ten minste ene deelinrichting en tijdens elke schakelcyclus de ten minste ene deelinrichting uitschakelen.
In dit voorbeeld worden de wachtperioden discreet digitaal opgewekt. Aldus bedragen de eerste, tweede, derde en vierde wachtperiode elk in een geheel aantal malen een vooraf bepaald tijdsinterval At. In dit voorbeeld bedraagt de 30 eerste wachtperiode 2At, de tweede wachtperiode 3At, de derde wachtperiode 5At en de vierde wachtperiode 10At, gerekend vanaf het moment van aanschakelen van het ondervraagveld. De met de respectievelijke wachtperioden geassocieerde 15 deelinrichtingen zijn in dit voorbeeld dusdanig ontworpen, dat van elke deelinrichting een responstijd (de tijd waarin een verstoring in de betreffende deelinrichting vrijwel geheel uitdooft) optimaal is aangepast aan de met die deelinrichting geassocieerde wachtperiode. In een bijzonder gunstige 5 uitvoeringsvorm bedraagt het vooraf bepaalde tijdsinterval At 0.1 tot 5 ms, bij voorkeur 0.4-1.5 ms, meer bij voorkeur in hoofdzaak 0.6 ms.
Gedurende de tweede periode, wanneer het ondervraagveld is uitgeschakeld, ontvangt de half-duplex ontvanger 8 het, bijvoorbeeld door een half-duplex responder uitgezonden half-duplex signaal. Het ontvangen half-duplex 10 signaal wordt aan de codedetector 34 toegevoerd. Uit het ontvangen half-duplex signaal en/of full-duplex signaal wordt door de codedetector 34 een ISO-code bepaald die is geassocieerd met de betreffende responder.
Nadat de zend-/ontvangstinrichting een schakelcyclus omvattende de eerste en de tweede periode heeft doorlopen, kan deze schakelcyclus worden 15 herhaald.
Door het in acht nemen van de wachtperiode(n) wordt in het voorbeeld bereikt dat geen enkel deel van de ontvanger-schakeling wordt ontregeld door het aanschakelen van het ondervraagveld en/of door inschakelverschijnselen van een stroomopwaarts gelegen deel van de ontvanger-schakeling. Hierdoor kan binnen 20 een korte tijd na het aanschakelen van het ondervraagveld, bijvoorbeeld binnen enkele milliseconden, worden gestart met detectie van het full-duplex signaal, zelfs als het full-duplex signaal vele malen, bijvoorbeeld enkele honderdduizenden tot meer dan een miljoen maal, zwakker is dan door de zend-/ontvangstinrichting gegenereerde ondervraagveld. Doordat de ontvanger snel na het aanschakelen van 25 het ondervraagveld start met het detecteren van het full-duplex signaal kan het gehele full-duplex signaal, dat bijvoorbeeld normaal gesproken 30,5 ms duurt, worden waargenomen binnen de beschikbare 50 ms waarin het ondervraagveld is aangeschakeld.
Het zal duidelijk zijn dat de wachtperioden elk een eigen vooraf bepaalde 30 tijdsduur kunnen hebben. Het is echter eveneens mogelijk dat de tijdsduur van een wachtperiode, die in acht wordt genomen alvorens een deel van de ontvangerschakeÜng in te schakelen, wordt bepaald aan de hand van een sterkte 16 van een verstoring aan een uitgang van het stroomopwaarts van dat deel gelegen deel van de versterkerschakeling. Hierbij kan bijvoorbeeld de wachtperiode worden beëindigd wanneer de sterkte van de verstoring beneden een vooraf bepaalde drempelwaarde daalt. Het is aldus mogelijk om tijdens het uitdempen van de 5 verstoring de tijdsduur van de wachtperiode te bepalen. Starten van de signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap als een eigenschap van het ontvangen signaal aan een vooraf bepaald criterium voldoet.
Opgemerkt wordt dat de eenheden en elementen van een systeem of inrichting volgens de uitvinding in hardware en/of in software kunnen worden 10 geïmplementeerd. Daarbij kunnen onderdelen die functioneel verschillend zijn fysiek geïntegreerd zijn, bijvoorbeeld in een centrale verwerkingseenheid. bijvoorbeeld kunnen in het voorbeeld van Fig. 2 het filter 18, de detector 24, het code-filter 30 en de versterker 32 zijn uitgevoerd als een enkele eenheid, bijvoorbeeld als een enkele geïntegreerde schakeling of door een enkele printplaat 15 waarop het filter 16, de detector 24, het code-filter 30 en de versterker 32 zijn gemonteerd en op geschikte wijze met elkaar verbonden voor signaaloverdracht. Ook is het mogelijk dat onderdelen die een bepaalde functie kunnen uitvoeren fysiek gedistribueerd worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld kunnen de besturingsmiddelen 18 afzonderlijke klokschakelingen omvatten voor het bepalen 20 van de verstreken tijd van de betreffende wachtperiode.
De uitvinding kan tevens zijn uitgevoerd als een computer programma product, omvattende programma code laadbaar in een geheugen van een programmeerbare inrichting, voor het uitvoeren van de stappen van een werkwijze volgens de uitvinding wanneer het computer programma product wordt uitgevoerd 25 op de programmeerbare inrichting. Een dergelijk computer programma product kan zijn uitgevoerd als een gegevensdrager voorzien van gegevens die in het geheugen laadbare instructies weergeven en bijvoorbeeld een harde schijf, een flash geheugen, een signaaldrager ( zoals een telecommunicatieverbinding) of een ander geschikt fysiek artikel zijn. Het computer programma product kan ook een 30 Applicatie Specifiek Geintergreerd Circuit (ASIC) of andere hardware omvatten die is geconstrueerd om de programma code uit te voeren.
17
Tevens kan de uitvinding worden uitgevoerd als een bouwpakket voor het samenstellen van een zend-/ontvangstinrichting dat onderdelen daarvoor bevat, waarbij twee of meer van de onderdelen in niet verbonden toestand aanwezig zijn en waarbij de niet verbonden onderdelen zodanig verbindbaar zijn, bijvoorbeeld 5 door het verbinden van signaalingangen en -uitgangen, dat een zend-/ontvangstinrichting kan worden verkregen. Bijvoorbeeld kan een dergelijk bouwpakket een losse antenne omvatten en een geschikte elektronische schakeling die met elkaar verbindbaar zijn. Uiteraard kan het bouwpakket ook op andere wijze worden uitgevoerd.
10 Opgemerkt wordt dat de voorbeelden hierboven slechts ter illustratie bedoeld zijn. Het zal duidelijk zijn dat variaties en modificaties mogelijk zijn en dat de uitvinding niet tot de getoonde voorbeelden is beperkt. Bijvoorbeeld is hierboven beschreven dat in de voorbeelden de eerste, tweede, derde en vierde wachtperiode in acht genomen worden voor respectievelijk het verbinden van de full-duplex 15 ontvanger met de antenne, het aanschakelen van het code-filter, het aanschakelen van de versterker en het aanschakelen van de automatische versterkingsfactorregeling van de versterker, waarbij de vierde wachtperiode langer is dan de derde wachtperiode, de derde wachtperiode langer is dan de tweede wachtperiode en de tweede wachtperiode langer is dan de eerste 20 wachtperiode, gerekend vanaf het aanschakelen van het ondervraagveld. Het zal duidelijk zijn dat het ook mogelijk is dat niet alle wachtperioden verschillende tijdsduren hebben. Als voorbeeld wordt genoemd dat de vierde wachtperiode gelijk is aan de derde wachtperiode, de derde wachtperiode gelijk is aan de tweede wachtperiode en/of de tweede wachtperiode gelijk is aan de eerste wachtperiode, 25 gerekend vanaf het aanschakelen van het ondervraagveld. Het zal duidelijk zijn dat het eveneens mogelijk is dat een vijfde of verdere wachtperiode in acht wordt genomen voor het aanschakelen van een verdere deelinrichting van de ontvanger.
Andere varianten, modificaties of aanpassingen zijn uiteraard ook mogelijk en worden alle geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.
30 1032507

Claims (38)

1. Werkwijze voor het ontvangen van een full-duplex signaal, omvattende: verschaffen van een, door een zender gegenereerd ondervraagveld in reactie op het ondervraagveld uitzenden van het full-duplex signaal, bijvoorbeeld door een in het ondervraagveld geplaatste full-duplex responder, 5. waarbij een ontvanger ten minste een signaalontvangststap uitvoert, voor het ontvangen van een te ontvangen signaal dat het full-duplex signaal bevat, en eventueel ten minste een signaalbewerkingsstap uitvoert, voor het bewerken van het ontvangen signaal, en na een vanaf het aanschakelen van het ondervraagveld verstreken 10 wachtperiode starten van de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarin genoemd verschaffen van het ondervraagveld omvat: verschaffen van een alternerend ondervraagveld in een repeterende schakelcyclus 15 waarbij gedurende een eerste periode van elke schakelcyclus het ondervraagveld is aangeschakeld en gedurende een tweede periode van elke schakelcyclus het ondervraagveld is uitgeschakeld en waarin genoemd starten omvat: tijdens de schakelcyclus na een vanaf het aanschakelen van het 20 ondervraagveld verstreken wachtperiode starten van de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap, en de werkwijze verder omvattende: tijdens de schakelcyclus stoppen van de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap.
3. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de tijdsduur van de wachtperiode dusdanig is gekozen dat ontregelen van de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap door het aanschakelen van het ondervraagveld wordt tegengegaan. 1 0 * 2 5 0 7
4. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de tijdsduur van de wachtperiode vooraf bepaald is.
5. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de tijdsduur van de wachtperiode ten minste even groot is als de tijdsduur van een 5 referentieperiode waarin of waarna een eigenschap van het ontvangen signaal aan een vooraf bepaald criterium voldoet.
6. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de wachtperiode in hoofdzaak ten minste even lang duurt als een dempperiode waarin een respons op het aanschakelen van het ondervraagveld uitdempt in een eerste 10 deel van de ontvanger dat in de signaalverwerkingsrichting stroomopwaarts ligt van een tweede deel van de ontvanger waarin de ten minste ene signaalontvangststap en/of signaalbewerkingsstap wordt uitgevoerd.
7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de ontvanger verbindbaar is met een antenne voor het ontvangen van elektromagnetische 15 straling die het uitgezonden full-duplex signaal omvat, en waarbij de signaalontvangststap omvat communicatief verbinden van de ontvanger met de antenne.
8. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de signaalbewerkingsstap omvat 20. filteren van het ontvangen full-duplex signaal uit het ontvangen signaal, met een vooraf bepaalde versterkingsfactor versterken van het ontvangen full-duplex signaal, en/of met een regelbare versterkingsfactor versterken van het ontvangen full-duplex signaal.
9. Werkwijze volgens conclusie 8, omvattende het met een automatisch geregelde regelbare versterkingsfactor versterken van het ontvangen full-duplex signaal.
10. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, omvattende in de tijd na elkaar aanschakelen van, in de signaalverwerkingsrichting, 30 stroomafwaarts van elkaar gelegen delen van de ontvanger.
11. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het uitzenden van het full-duplex signaal omvat het moduleren van het ondervraagveld met het full-duplex signaal.
12. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies,waarbij de werkwijze 5 omvat telkens na het aanschakelen van het ondervraagveld: meten van een maximale amplitude van het ondervraagveld, en/of voordat een signaal wordt toegevoerd aan de ontvanger instellen van ten minste een component van de ontvanger op een vooraf bepaalde waarde, en/of na een eerste wachtperiode verbinden van een detector voor het 10 detecteren van een full-duplex code in het ontvangen signaal met de antenne voor het ontvangen van het te ontvangen signaal, en/of na een tweede wachtperiode filteren van het ontvangen full-duplex signaal uit het ontvangen signaal, en/of na een derde wachtperiode versterken van het ontvangen full-duplex 15 signaal met een vooraf bepaalde versterkingsfactor, en/of na een vierde wachtperiode versterken van het ontvangen fuU-duplex signaal met een automatisch geregelde regelbare versterkingsfactor om te compenseren voor variaties in een signaalsterkte van het ontvangen full-duplex signaal.
13. Werkwijze volgens conclusie 12, waarbij de vierde wachtperiode langer is dan de derde wachtperiode, de derde wachtperiode langer is dan de tweede wachtperiode en de tweede wachtperiode langer is dan de eerste wachtperiode, gerekend vanaf het aanschakelen van het ondervraagveld.
14. Werkwijze volgens conclusie 12 of 13, waarbij de vooraf bepaalde waarde 25 wordt bepaald op basis van de gemeten maximale amplitude van het ondervraagveld.
15. Werkwijze volgens conclusies 2 en 14, waarbij de vooraf bepaalde waarde wordt bepaald op basis van de gemeten maximale amplitude van het ondervraagveld gedurende de voorgaande eerste periode.
16. Werkwijze volgens conclusies 2 en 9, waarbij de vooraf bepaalde versterkingsfactor wordt bepaald op basis van een waarde van de automatisch geregelde regelbare versterkingsfactor gedurende de voorgaande eerste periode.
17. Werkwijze volgens ten minste conclusie 2, waarbij de eerste periode een duur heeft van in hoofdzaak 50 ms.
18. Werkwijze volgens ten minste conclusie 2, waarbij de tweede periode een duur heeft van in hoofdzaak 3 of 20 ms.
19. Werkwijze volgens conclusie 12 of 13, waarbij de eerste, tweede, derde en vierde wachtperiode elk een geheel aantal malen een vooraf bepaald tijdsinterval bedraagt.
20. Werkwijze volgens conclusie 19, waarbij de eerste wachtperiode tweemaal het vooraf bepaalde tijdsinterval bedraagt, de tweede wachtperiode 10 driemaal het vooraf bepaalde tijdsinterval bedraagt, de derde wachtperiode vijfmaal het vooraf bepaalde tijdsinterval bedraagt en de vierde wachtperiode tienmaal het vooraf bepaalde tijdsinterval bedraagt, gerekend vanaf het moment van aanschakelen van het ondervraagveld
21. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies waarbij de werkwijze 15 voorts omvat het ontvangen van een half-duplex signaal, van bijvoorbeeld een half-duplex responder, bijvoorbeeld gedurende de tweede periode.
22. Werkwijze volgens conclusie 21, waarbij de werkwijze voorts omvat het combineren van gegevens met betrekking tot het ontvangen half- 20 duplex signaal en gegevens met betrekking tot het ontvangen full-duplex signaal.
23. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de werkwijze voorts omvat het bepalen van een ISO-code op basis van het ontvangen half-duplex signaal en/of het ontvangen full-duplex signaal.
24. Werkwijze volgens ten minste conclusie 2, voor het ontvangen van een full-duplex signaal met behulp van een zend-/ontvangstinrichting, waarbij de zend-/ontvangstinrichting een zender, een ontvanger en een met de zender en de ontvanger verbindbare antenne omvat, waarbij de ontvanger is voorzien van een detector voor het detecteren van een te ontvangen signaal, waarbij de werkwijze 30 omvat met het full-duplex signaal moduleren van het ondervraagveld, bijvoorbeeld door een in het ondervraagveld geplaatste full-duplex responder, waarbij de werkwijze voorts omvat het telkens na het aanschakelen van het ondervraagveld bepalen van een maximale amplitude van het gemoduleerde ondervraagveld, 5 instellen van ten minste een component van de ontvanger op een vooraf bepaalde waarde, het achtereenvolgens na een eerste wachtperiode verbinden van de detector met de antenne voor het ontvangen van het te ontvangen signaal, 10. na een tweede wachtperiode aanschakelen van een code-filter voor het filteren van het ontvangen full-duplex signaal uit het ontvangen signaal, na een derde wachtperiode aanschakelen van een versterker van de ontvanger, voor het met een vooraf bepaalde versterkingsfactor versterken van het ontvangen full-duplex signaal, en 15 na een vierde wachtperiode aanschakelen van een automatische versterkingsfactorregeling voor het regelen van een regelbare versterkingsfactor van de versterker om te compenseren voor variaties in een signaalsterkte van het ontvangen full-duplex signaal, en het daarna loskoppelen van de detector van de antenne, uitschakelen van het code-20 filter, uitschakelen van de versterker en het uitschakelen van de automatische versterkingsfactorregeling van de versterker tijdens de eerste en/of de tweede periode.
25. Zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van een full-duplex signaal omvattende een zender en een ontvanger, 25 waarbij de zender een ondervraagveld genereert, waarbij de ontvanger is ingericht voor het ontvangen van een te ontvangen signaal dat het, bijvoorbeeld door een in het ondervraagveld geplaatste full-duplex responder in reactie op het ontvangen van het ondervraagveld uitgezonden, full-duplex signaal bevat, 30 waarbij de ontvanger ten minste een deelinrichting omvat voor het ontvangen van het te ontvangen signaal en/of het bewerken van het ontvangen signaal, en waarbij de ontvanger voorts is voorzien van besturingsmiddelen die na het aanschakelen van het ondervraagveld gedurende een wachtperiode wachten met het aanschakelen van de ten minste ene deelinrichting.
26. Zend-/ontvangstinrichting volgens conclusie 25, waarin de zender is 5 voorzien van een regelinrichting die, in gebruik, een door de zender gegenereerd ondervraagveld in een repeterende schakelcyclus aanschakelt en uitschakelt, waarbij de zender, indien aangeschakeld, het ondervraagveld genereert en waarin de besturingsmiddelen zijn ingericht voor het tijdens de schakelcyclus na het aanschakelen van het ondervraagveld gedurende een wachtperiode wachten met 10 het aanschakelen van de ten minste ene deelinrichting en tijdens de schakelcyclus de ten minste ene deelinrichting uitschakelen.
27. Zend-/ontvangstinrichting volgens conclusie 25 of 26, waarin de ontvangstinrichting omvat: een detector voor het detecteren van een full-duplex code in het ontvangen signaal 15 en een met de detector verbindbare antenne voor het ontvangen van elektromagnetische straling die het uitgezonden full-duplex signaal omvat en waarbij de ten minste ene deelinrichting een schakelinrichting omvat voor het afwisselend verbinden en ontkoppelen van de detector met de antenne.
28. Zend-/ontvangstinrichting volgens één der conclusies 25-27, waarbij de ten minste ene deelinrichting een code-filter omvat voor het filteren van het full-duplex signaal uit het ontvangen signaal.
29. Zend-/ontvangstinrichting volgens één der conclusies 25-28, waarbij de ten minste ene deelinrichting een versterker omvat, voor het versterken van het 25 ontvangen full-duplex signaal.
30. Zend-/ontvangstinrichting volgens conclusie 29, waarbij de ten minste ene deelinrichting een automatische versterkingsfactorregeling omvat voor het regelen van een regelbare versterkingsfactor van de versterker.
31. Zend-/ontvangstinrichting volgens een der conclusies 25-30, waarbij de 30 ontvanger is voorzien van amplitudebepalingsmiddelen voor het bepalen van een maximale amplitude van het te ontvangen signaal.
32. Zend-/ontvangstinrichting volgens een der conclusies 25-31, waarbij de ontvanger is voorzien van instelmiddelen voor het instellen van een component van de ontvanger op een vooraf bepaalde waarde.
33. Zend-/ontvangstinrichting volgens ten minste conclusie 26, 5 waarbij de be sturingsmiddelen zijn ingericht voor het telkens na het aanschakelen van het ondervraagveld uitlezen van de amplitudebepalingsmiddelen voor het bepalen van de maximale amplitude van het te ontvangen signaal, aansturen van de instelmiddelen voor het instellen van een component 10 van de ontvanger op de vooraf bepaalde waarde, en het achtereenvolgens na een eerste wachtperiode aansturen van de schakelinrichting voor het verbinden van de detector met de antenne, na een tweede wachtperiode aanschakelen van het code-filter voor het filteren van het full-duplex signaal uit het ontvangen signaal, 15. na een derde wachtperiode aanschakelen van de versterker van de ontvanger voor het met een vooraf bepaalde versterkingsfactor versterken van het ontvangen full-duplex signaal, na een vierde wachtperiode aanschakelen van de automatische versterkingsfactorregeling voor het regelen van de regelbare versterkingsfactor van 20 de versterker om te compenseren voor variaties in een signaalsterkte van het ontvangen full-duplex signaal, waarbij de ontvanger voorts is ingericht voor het gedurende elke eerste en/of tweede periode aansturen van de schakelinrichting voor het loskoppelen van de detector van de antenne en het uitschakelen van het code-filter, de versterker en 25 de automatische versterkingsfactorregeling.
34. Systeem voor het ontvangen van full-duplex signalen omvattende een zend-/ontvangstinrichting volgens een der conclusies 25-33 en ten minste een full-duplex responder.
35. Ontvanger van de zend-/ontvangstinrichting volgens een der conclusies 30 25-33.
36. Besturingsmiddelen van de zend-/ontvangstinrichting volgens een der conclusies 25-33.
37. Computer programma product, laadbaar in het geheugen van een digitale computer, omvattende software-code-delen voor het uitvoeren van de stappen van de werkwijze volgens een der conclusies 1-24.
38. Bouwpakket voor het samenstellen van een zend-/ontvangstinrichting 5 volgens een of meer der conclusies 25-33. 1 0 3 2 5 0 7
NL1032507A 2006-09-15 2006-09-15 Werkwijze en zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van een full-duplex signaal. NL1032507C2 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1032507A NL1032507C2 (nl) 2006-09-15 2006-09-15 Werkwijze en zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van een full-duplex signaal.
EP07808578A EP2069820B1 (en) 2006-09-15 2007-09-14 Method and transmitter-receiver device for receiving a full-duplex signal
ES07808578T ES2374662T3 (es) 2006-09-15 2007-09-14 Método y dispositivo transmisor-receptor para recibir una señal de tipo dúplex completo.
PCT/NL2007/050447 WO2008033022A2 (en) 2006-09-15 2007-09-14 Method and transmitter-receiver device for receiving a full-duplex signal
AT07808578T ATE532084T1 (de) 2006-09-15 2007-09-14 Verfahren und sender/empfänger-einrichtung zum empfangen eines vollduplexsignals

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1032507 2006-09-15
NL1032507A NL1032507C2 (nl) 2006-09-15 2006-09-15 Werkwijze en zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van een full-duplex signaal.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1032507C2 true NL1032507C2 (nl) 2008-03-18

Family

ID=37895893

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1032507A NL1032507C2 (nl) 2006-09-15 2006-09-15 Werkwijze en zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van een full-duplex signaal.

Country Status (5)

Country Link
EP (1) EP2069820B1 (nl)
AT (1) ATE532084T1 (nl)
ES (1) ES2374662T3 (nl)
NL (1) NL1032507C2 (nl)
WO (1) WO2008033022A2 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB0716333D0 (en) 2007-08-22 2007-10-03 White Spark Holdings Ltd Method and apparatus for the automatic grading of condition of livestock
US10623114B2 (en) 2016-05-11 2020-04-14 Koninklijke Philips N.V. Method and apparatus for full duplex body-coupled communication
CN117040568A (zh) * 2023-08-15 2023-11-10 展讯通信(上海)有限公司 干扰强度确定方法、装置及蓝牙设备

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5735777A (en) * 1980-08-13 1982-02-26 Nec Corp Range finder
US5649296A (en) * 1995-06-19 1997-07-15 Lucent Technologies Inc. Full duplex modulated backscatter system
US20060186995A1 (en) * 2005-02-22 2006-08-24 Jiangfeng Wu Multi-protocol radio frequency identification reader tranceiver
KR100617322B1 (ko) * 2005-05-09 2006-08-30 한국전자통신연구원 송신누설신호를 제거하는 rfid 리더기 수신 장치

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5735777A (en) * 1980-08-13 1982-02-26 Nec Corp Range finder
US5649296A (en) * 1995-06-19 1997-07-15 Lucent Technologies Inc. Full duplex modulated backscatter system
US20060186995A1 (en) * 2005-02-22 2006-08-24 Jiangfeng Wu Multi-protocol radio frequency identification reader tranceiver
KR100617322B1 (ko) * 2005-05-09 2006-08-30 한국전자통신연구원 송신누설신호를 제거하는 rfid 리더기 수신 장치
US20060252398A1 (en) * 2005-05-09 2006-11-09 Park Kyung H Receiver of RFID reader for eliminating leakage signal

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
KIM D ET AL: "MEASUREMENTS OF SMALL-SCALE FADING AND PATH LOSS FOR LONG RANGE RF TAGS", IEEE TRANSACTIONS ON ANTENNAS AND PROPAGATION, IEEE SERVICE CENTER, PISCATAWAY, NJ, US, vol. 51, no. 8, August 2003 (2003-08-01), pages 1740 - 1749, XP001169681, ISSN: 0018-926X *

Also Published As

Publication number Publication date
ES2374662T3 (es) 2012-02-20
WO2008033022A3 (en) 2008-05-08
WO2008033022A2 (en) 2008-03-20
ATE532084T1 (de) 2011-11-15
EP2069820A2 (en) 2009-06-17
EP2069820B1 (en) 2011-11-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JPS62135997A (ja) 電子式物品監視装置
US8774157B2 (en) Method and circuit intended for high-frequency communication between an interrogator and a smart tag
KR920003300A (ko) 전자 기기 접속 장치
NL1032507C2 (nl) Werkwijze en zend-/ontvangstinrichting voor het ontvangen van een full-duplex signaal.
CN102067450A (zh) 电容性接近性设备和包括电容性接近性设备的电子设备
JP2011244457A (ja) Rfidシステムの送信漏洩信号除去装置、rfidシステム
CN102763143A (zh) 用于使用相干传输信号进行接收器清空的方法和系统
US20030116699A1 (en) Photoelectric proximity switch
JP2004231403A (ja) 重送検知装置及び重送検知方法
JP2009273053A (ja) 送信装置、受信装置及び通信システム
CN1328702C (zh) 电子商品监视系统的固定标签响应消除器
JP2004513424A (ja) 電子棚札システムにおけるデータの送信のための方法及び装置
JP2011080893A (ja) 距離測定装置
US7483499B2 (en) Receiver circuit and a method for its operation
RU2336540C1 (ru) Радиодатчик высоты
JP2011244453A (ja) Rfidシステム及びその送信漏洩信号除去方法
WO1996029572A1 (en) Amplifying signals
US10051577B2 (en) Communication apparatus, control method, and storage medium
JPH1084316A (ja) 光受信方法および装置
JP2006170816A (ja) パルス諸元検出回路
CN102799843B (zh) 一种低频磁场信号检测装置、方法及读卡器
JPS58215837A (ja) 光受信回路
EP4362511A1 (en) Dynamic bba gain for near-field radio frequency signal processing
JP2000278173A (ja) 移動体の識別装置
JPH0340539A (ja) 光信号入力断検出装置

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20140401