NL1030548C2 - Ophanginrichting voor het ophangen van in het zicht te hangen voorwerpen. - Google Patents

Ophanginrichting voor het ophangen van in het zicht te hangen voorwerpen. Download PDF

Info

Publication number
NL1030548C2
NL1030548C2 NL1030548A NL1030548A NL1030548C2 NL 1030548 C2 NL1030548 C2 NL 1030548C2 NL 1030548 A NL1030548 A NL 1030548A NL 1030548 A NL1030548 A NL 1030548A NL 1030548 C2 NL1030548 C2 NL 1030548C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal
suspension
rail
suspension device
carrying
Prior art date
Application number
NL1030548A
Other languages
English (en)
Inventor
Marinus Barbara Arnoldus Stas
Original Assignee
Marinus Barbara Arnoldus Stas
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Marinus Barbara Arnoldus Stas filed Critical Marinus Barbara Arnoldus Stas
Priority to NL1030548A priority Critical patent/NL1030548C2/nl
Priority to PCT/NL2006/000597 priority patent/WO2007064195A1/en
Priority to EP06824283.3A priority patent/EP1955418B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1030548C2 publication Critical patent/NL1030548C2/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01RELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
    • H01R25/00Coupling parts adapted for simultaneous co-operation with two or more identical counterparts, e.g. for distributing energy to two or more circuits
    • H01R25/14Rails or bus-bars constructed so that the counterparts can be connected thereto at any point along their length
    • H01R25/145Details, e.g. end pieces or joints
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F21LIGHTING
    • F21YINDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBCLASSES F21K, F21L, F21S and F21V, RELATING TO THE FORM OR THE KIND OF THE LIGHT SOURCES OR OF THE COLOUR OF THE LIGHT EMITTED
    • F21Y2115/00Light-generating elements of semiconductor light sources
    • F21Y2115/10Light-emitting diodes [LED]

Landscapes

  • Train Traffic Observation, Control, And Security (AREA)
  • Connections Arranged To Contact A Plurality Of Conductors (AREA)
  • Mounting Components In General For Electric Apparatus (AREA)

Description

Korte aanduiding: Ophanginrichting voor het ophangen van in het zicht te hangen voorwerpen.
BESCHRIJVING
5 De uitvinding heeft betrekking op een ophanginrichting voor het ophangen van in het zicht te hangen voorwerpen omvattende tenminste één aan een wand of plafond bevestigbare ophangrail, waarin ophangelementen voor de op te hangen voorwerpen verplaatsbaar opneembaar zijn, alsmede tenminste één met de ophangrail een eenheid vormende elektrisch signaalvoerende geleidingsrail voor het, 10 naar tenminste één signaalverwerkend voorwerp voeren van een elektrisch signaal.
Een dergelijke inrichting wordt bijvoorbeeld geopenbaard in de Europese octrooiaanvrage nr. 0640309. Deze inrichting heeft als nadeel dat de ophangrail als één van de stroomvoerende geleiders fungeert voor het voeren van een elektrisch spanningssignaal naar bijvoorbeeld een verlichtingsarmatuur die met behulp 15 van elektrische connectoren in de ophangrail kan worden geklëmd. Zodoende staat de ophangrail altijd onder een spanningssignaal, hetgeen voor de omstanders een onveilige situatie creëert. Daarnaast wordt de bekende inrichting zoals geopenbaard in EP 0 640 309 gekenmerkt door onnodig veel losse onderdelen, die de bekende inrichting onnodig complex en duur maakt.
20 De uitvinding beoogt bovengenoemde bezwaren te ondervangen en een inrichting volgens bovengenoemde aanhef te verschaffen, die enerzijds eenvoudig van constructie is en minder onderdelen bezit, doch voorts voor de gebruiker elektrisch veilig is. Overeenkomstig de uitvinding omvat de signaalvoerende geleidingsrail een U-vormige elektrisch niet-geleidende drager, welke drager in de ophangrail opneembaar is 25 en waarbij de naar elkaar toegekeerde zijden van elk been van de U-vormige drager elk zijn voorzien van tenminste één over de lengte van de ophangrail uitstrekkende signaalvoerende geleider.
Met de aspecten zoals omschreven in de hoofdconclusie wordt allereerst een elektrisch veilige constructie gerealiseerd voor de gebruiker. De ophangrail 30 dient zelf niet als stroomgeleider, daar in de ophangrail twee of meer separate stroomvoerende geleiders zijn opgenomen in een elektrisch niet geleidende drager die in de ophangrail opneembaar is.
Volgens een functionele uitvoeringvorm is de ophangrail U-vormig en naar beneden gericht open uitgevoerd.
1 0305 4 8 2
Een bedrijfszeker gebruik van de ophanginrichting overeenkomstig de uitvinding kan worden gerealiseerd, indien overeenkomstig de uitvinding de U-vormige elektrisch niet-geleidende drager met beide benen verend klembaar in de ophangrail opneembaar is.
5 De bedrijfszekerheid wordt verder gewaarborgd indien voorts de ophangrail is voorzien van tenminste één over de lengte van de ophangrail uitstrekkende opsluitnok, waarachter elk been van de U-vormige drager opsluitbaar is.
Bovenstaande bedrijfszekerheid wordt verder nog eens versterkt, doordat overeenkomstig een verdere functionele uitvoeringsvorm overeenkomstig de 10 uitvinding de benen van de U-vormige drager elk zijn voorzien van tenminste één paar van twee op enige afstand van elkaar gelegen parallel verlopende klemnokken, waartussen een signaalvoerende geleider opneembaar is.
Bovengenoemde de bedrijfszekerheid bevorderende maatregelen zorgen voor zowel een goede mechanische als elektrische koppeling tussen de 15 ophangrail en de signaalvoerende geleidingsrail. Meer specifiek is elke signaalvoerende geleider uitgevoerd als een langgerekt element, waarbij de signaalvoerende geleider kan zijn uitgevoerd als een draad-, lint- of stripvormig element.
Voor het realiseren van een uitgebreid ophangsysteem overeenkomstig de uitvinding, dat ook toegepast kan worden in grote ruimtes c.q. gebouwen (zoals 20 musea) zijn de meerdere op elkaar aansluitende signaalvoerende geleidingsrails signaalvoerend met elkaar verbindbaar met behulp van een, ter plaatse van de j aansluiting, in de signaalvoerende geleidingsrails klemmend opneembaar | verbindingselement.
Daarbij is het verbindingselement opgebouwd uit een langgerekt 25 elektrisch niet-geleidende kern, waarin tenminste één paar van met de overeenkomende signaalvoerende geleiders van de op elkaar aansluitende geleidingsrails in signaalvoerend contact brengbare signaalvoerende strips zijn aangebracht.
Bij een functionele uitvoeringsvorm zich de opbouw van het ophangsysteem in complexe ruimtes mogelijk maakt, is het verbindingselement 30 uitgevoerd als een hoekvormig element. Daarbij kan het verbindingselement ter plaatse van de hoek flexibel zijn uitgevoerd, teneinde zo het ophangsysteem te kunnen aanpassen aan de bouwkundige omstandigheden.
Daarbij kan het hoekvormige verbindingselement opneembaar zijn in een hoekvormig railverbindingselement, teneinde zo een compacte constructie te 35 realiseren. Meer specifiek kan het hoekvormige verbindingselement daarbij zijn voorzien 1 0305 48 3 van een ter plaatse van de hoek uitstekende pin, dat opneembaar is in een in het hoekvormig railverbindingselement aangebrachte opening.
Ten behoeve van een goede elektrische doorvoer van het elektrische signaal naar de signaal verwerkende inrichting omvat bij een uitvoeringsvorm de 5 tenminste één signaalverwerkende inrichting tenminste twee in de signaalvoerende geleidingsrail opneembare koppelelementen, welke koppelelementen elk met één van de signaalvoerende geleiders koppelbaar zijn.
Een functionele isolatie c.q. afscherming tussen de twee signaalpolen kan worden gerealiseerd, doordat elk koppelelement een signaalvoerende kem omvat 10 samengesteld uit een in de signaalvoerende geleidingsrail klembaar deel en een uit de signaalvoerende geleidingsrail reikend koppeldeel, welke kern is althans gedeeltelijk omgeven door een elektrisch niet-geleidende mantel.
De mechanische koppeling tussen de ophangrail en het koppeldeel (en sec de signaalverwerkende inrichting) wordt bij een functionele uitvoeringsvorm 15 gewaarborgd, doordat de elektrisch niet-geleidende mantel ter plaatse van de overgang van het koppeldeel naar het klembare deel is voorzien van een langgerekte groef, welke groef klemmend samenwerkt met de ophangrail.
Verder kan elke koppeldeel zijn voorzien van tenminste één opnameopening, waarin een signaalgeleider opneembaar is. Daarbij kan elk koppeldeel zijn 20 voorzien van tenminste één in de opname-opening eindigende stelschroefopening voor het met behulp van een stelschroef vastklemmen van de in de opname-opening opgenomen signaalgeleider.
Bij een eerste functionele uitvoeringsvorm van de signaalverwerkende inrichting omvat deze een armatuur opgebouwd uit een tweetal door middel van een 25 elektrisch niet-geleidend tussenelement met elkaar verbonden elektrisch geleidende armatuurdelen, waarbij elk armatuurdeel enerzijds verbindbaar is met het vrije einde van een signaalgeleider en anderzijds verbindbaar is met een aansluitcontactpunt van een signaalverwerkend element.
Daarbij kan elk armatuurelement conisch zijn uitgevoerd.
30 Bij een andere functionele uitvoeringsvorm van de signaalverwerkende inrichting omvat deze een armatuur opgebouwd uit een tweetal met elkaar verbindbare armatuurdelen, waarbij tenminste één van de armatuurdelen is vervaardigd van een elektrisch niet-geleidend materiaal en is voorzien van een uitsparing, waarin een aansluitcontactpunt van een signaalverwerkende element alsmede het vrije einde van 35 een signaalgeleider klemmend draaibaar opneembaar is.
1 0305 48 4
Voor het realiseren van een betrouwbaar signaalvoerend contact is het vrije einde van de signaalgeleider voorzien van een rondgaande inkeping, welke inkeping klemmend samenwerkt met de uitsparing van het ene armatuurdeel.
Daarbij kan het andere armatuurdeel zijn vervaardigd van een warmte-5 geleidend materiaal en in warmte-geleidend contact met het signaalverwerkende element brengbaar is, waarbij optioneel tussen het andere armatuurdeel en het signaalverwerkende element een warmtegeleidende contactpasta opneembaar is.
Verder kan ten behoeve van het gebruiksgemak de signaalgeleider zijn opgebouwd uit tenminste twee telescopisch ten opzichte van elkaar verschuifbare 10 geleiderdelen.
Bij nog een andere uitvoeringsvorm overeenkomstig de uitvinding is de U-vormige ophangrail bovenmaats uitgevoerd ten behoeve van het tussen de benen van de U-vormige ophangrail opnemen van tenminste één ophangelement, waarbij de vrije einden van de benen enigszins naar elkaar toe zijn omgebogen en zijn voorzien van een 15 afgeschuinde eindrand. Zodoende wordt een correcte opname van het ophangelement in de ophangrail bewerkstelligd, zonder het probleem van een klemmende ophangelement en het risico op beschadigingen of een uit de ophangrail geraken van het ophangelement.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een dergelijke ophangrail als 20 ook op een verbindingselement voor het signaalvoerend met elkaar verbinden van twee op elkaar aansluitende signaalvoerende geleidingsrails overeenkomstig de uitvinding.
De uitvinding zal nu aan de hand van een tekening nader worden toegelicht, welke tekening achtereenvolgens toont in:
Figuren 1a en 1b twee verschillende uitvoeringsvormen van een rail 25 overeenkomstig de uitvinding;
Figuur 2 een uitvergroot aanzicht van een uitvoeringsvorm van het ophangsysteem overeenkomstig de uitvinding;
Figuur 3 een elektrische connector voor toepassing in de ophangrail overeenkomstig de uitvinding; 30 Figuren 4a en 4b twee uitvoeringsvormen van een elektrisch verbindingselement voor het elektrisch verbinden van twee ophangrails overeenkomstig de uitvinding;
Figuur 5a een derde uitvoeringsvorm van een elektrisch verbindingselement voor twee ophangrails; 35 Figuur 5b een hoekverbindingselement voor het mechanisch verbinden 1 0305 48 _ 5 van twee ophangrailselementen;
Figuur 6 een eerste uitvoeringsvorm van een armatuur voor een signaal verwerkende inrichting;
Figuur 7a t/m 7c verschillende aanzichten van een tweede 5 uitvoeringsvorm van een armatuur voor een elektrisch signaal verwerkende inrichting;
Figuur 8 een ander aspect van een ophangrail overeenkomstig de uitvinding;
Figuur 9 nog een andere uitvoeringsvorm van een ophangrail overeenkomstig de uitvinding.
10 Voor een beter begrip van de uitvinding worden in de navolgende figuurbeschrijving de in de verschillende figuren getoonde overeenkomende onderdelen met identieke referentiecijfers aangeduid.
In de figuren 1a en 1b worden twee doorsneden getoond van een ophangrails overeenkomstig de uitvinding. De ophangrails overeenkomstig de uitvinding 15 wordt gevormd door een kunststof of aluminium strip met een profieldoorsnede zoals getoond in de figuren 1a en 1b. De ophangrails 10 respectievelijk 10' zoals getoond in de figuren 1a respectievelijk 1b bezitten een aanzichtvlak 11 (11’) en een bovenflens 12 (12'). De bovenflens 12 (12’) is voorzien van een omgebogen rand 12a (12a’).
Voorts is het aanzichtvlak 11 (11') voorzien van een tussenribbe of 20 tussenflens 13 (13’) welke voorzien is van een opstaande rand 13a (13a’). Voorts is de tussenflens 13 (13’) voorzien van twee op enige afstand van elkaar geplaatste benen I 15a-15b (15a’-15b’) waarbij het been 15b (15b’) samenvalt met het aanzichtvlak 11 (11’).
De beide benen 15a-15b (15a’-15b’) zijn voorzien van omgebogen eindranden 16a-16b (16a'-16b’). De ophangrail 10 (10') bezit een langgerekte vorm zodat de beide benen 25 15a-15b (15a’-15b’) een langgerekte sleufvormige ruimte 20 (20') omsluiten, voorzien van een openingssleuf 18 (18').
Overeenkomstig de uitvinding en zoals getoond in figuur 2 is in de door de benen 15a-15b ingesloten ruimte 20 een signaalvoerende geleidingsrail 30 opneembaar. Deze signaalvoerende geleidingsrail is vervaardigd van een U-vormige 30 elektrisch niet-geleidende drager 30 die een langgerekte vorm bezit en derhalve in de langgerekte ruimte 20 tussen de benen 15a-15b opneembaar is. De drager 30 is voorzien van een tweetal benen 32a-32b die met elkaar zijn verbonden door middel van een tussenstuk 31 dat in deze uitvoeringsvorm aanligt tegen de tussenflens 13. De drager 30 is vervaardigd van een elektrisch niet-geleidend veerkrachtig materiaal, zodat 35 de benen 32a-32b verend aanliggen tegen de benen 15a-15b van de ophangrail 10. De 1 0305 48 6 benen 32a-32b van de drager 30 sluiten een ruimte 20" in, waarvan de functie verderop zal worden toegelicht.
Ten behoeve van een goede opsluiting van de drager 30 in de ruimte 20 tussen de benen 15a-15b van de ophangrail 10 is elk been 15a-15b voorzien van een 5 over de lengte van de ophangrail uitstrekkende opsluitnok 19a-19b, waarachter elk been 32a-32b van de U-vormige drager 30 omsluitbaar is.
Evenzo is elk been 32a-32b van de drager 30 voorzien van ten minste één paar 34a-35a respectievelijk 34b-35b waartussen een signaalvoerende geleider 40a-40b opneembaar is. De signaalvoerende geleider 40a-40b is bij voorkeur een 10 langgerekt element, bijvoorbeeld van een draad of lint of strip vervaardigd dat op een geschikte wijze kan zijn verbonden met een spannings- of stroombron (hier niet weergegeven).
Zoals reeds vermeld, maakt de ophangrail 10 (10’) deel uit van een ophanginrichting voor het in het zicht ophangen van schilderijen. Daarbij kan het 15 wenselijk zijn dat het op te hangen voorwerp verlicht wordt en hiertoe is overeenkomstig de uitvinding een koppelelement 50 voorzien, zoals getoond in figuur 3. Dit koppelelement 50 bestaat uit een signaalvoerende kern 52 die omgeven is door een elektrisch niet-geleidende mantel 51. De signaalvoerende kern 52 is voorzien van een deel 52b dat in de signaalvoerende geleidingsrail 30 klembaar opneembaar is en een uit 20 de signaalvoerende geleidingsrail 30 en de ophangrail 10 lijkend koppeldeel 52a dat op een hier verderop beschreven wijze verbindbaar is met een signaalvoerende geleider.
De signaalvoerende kem 52 is niet geheel omgeven door de elektrisch niet-geleidende mantel 51, daar het in de signaalvoerende geleidingsrail 30 klembare deel 52b is voorzien van een blootliggend gedeelte 52c waar een gedeelte van de 25 elektrisch niet-geleidende mantel 51 is weggenomen, aangeduid met referentiecijfer 51c. Het koppelelement 50 is via de sleufopening 18 in de ophangrail 10 en in de door de geleidingsrail 30 gevormde ruimte 20" opneembaar, zodanig dat het elektrisch geleidend deel 52b en het daaromheen aangebrachte elektrisch niet-geleidende manteldeel 51b zich klemmen tussen de beide signaalvoerende geleiders 40a en 40b.
30 Afhankelijk van de oriëntatie van het koppelelement 50 in de ruimte 20" maakt daarbij het blootliggende gedeelte 52c van het signaalvoerende deel 52b elektrisch contact met de signaalvoerende geleider 40a of 40b. De oriëntatie van het koppelelement 50 maakt derhalve een correcte elektrische aansluiting van een verlichtingsarmatuur of andersoortig elektrisch signaal verwerkend apparaat (een 35 luidsprekerbox) mogelijk.
1 0305 48 7
Ten behoeve van een goede klemming van het door het elektrisch niet-geleidende manteldeel omgeven signaalvoerend deel 52b in de ophangrail 10 te realiseren, zijn ter plaatse van de overgang van het klembare deel 52b naar het koppeldeel 52a de elektrisch niet-geleidende mantel voorzien van een langgerekte groef 5 54, welke groef klemmend samenwerkt met de ophangrail 10 en meer in het bijzonder de omgebogen einden 17a-17b van de benen 15a-15b van de rail 10. Zodoende wordt voorkomen dat het koppelelement 50 onverhoopt los raakt uit de ophangrail 10.
In figuur 4 wordt een ander aspect van de uitvinding overeenkomstig de uitvinding getoond, waarbij in figuur 4a een stripvormig verbindingselement wordt 10 getoond voor het signaalvoerend met elkaar verbinden van meerdere op elkaar aansluitende ophangrails 10 en de daarin opgenomen geleidingsrails 30.
Het in de figuur 4a getoonde verbindingselement 60 is daarbij opgebouwd uit een langgerekt elektrisch niet-geleidende kern 60a-60b, voorzien van aan weerszijden in langsrichting uitstrekkende sleuven 61a-61b, waarin signaalvoerende 15 strips 62a-62b klemmend opneembaar zijn. Hiertoe is elke uitsparing 61a-61b voorzien van een schuine rand 63a-63b waarachter de signaalvoerende strip 62a-62b klemmend kan worden aangebracht.
Het verbindingselement 60 dient ter plaatse van de aansluiting van twee naastgelegen ophangrails 10 geplaatst te worden in de ruimtes 20” van de 20 eveneens op elkaar aansluitende signaalvoerende geleidingsrails 30, zodanig dat de signaalvoerende strip 62a de beide signaalvoerende geleiders 40a en de signaalvoerende strip 62b de op elkaar aansluitende signaalvoerende geleiders 40b met elkaar verbindt. Op deze wijze kan derhalve een elektrisch signaal van de ene signaalvoerende geleider 40a (40b) worden doorgeleid naar de aansluitende 25 signaalvoerende geleider 40a (40b) van een andere ophangrail 10.
In de figuur 4b is een verbindingselement 60" getoond, welke een constructie bezit gelijk aan het verbindingselement 60 in figuur 4a. Hierbij is echter het verbindingselement 60” voorzien van een flexibel middengedeelte 66”, dat bijvoorbeeld van een flexibel rubber kan zijn vervaardigd. Door dit flexibel middengedeelte 66" kan 30 aan het verbindingselement 60" een (willekeurige) oriëntatie worden gegeven, bijvoorbeeld indien verschillende op elkaar aansluitende ophangrails 10 gemonteerd dienen te worden op onder een scherpe (of stompe) hoek staande muren dient te worden gemonteerd. In figuur 5a wordt een verbindingselement 60' getoond met een vaste hoek, met andere woorden uitgevoerd als een hoekvormig element.
35 Hierbij bezit het hoekvormige verbindingselement 60' een tweetal 1 0305 48 8 benen 65a-65b, maar voorts voorzien van een tweetal aan weerszijden van het verbindings-element 60' aangebrachte sleuven 61a-61b waarin een signaalvoerende strip 62a’ respectievelijk 62b’. Voorts is bij de uitvoeringsvorm zoals getoond in figuur 5a het hoekvormige verbindingselement 60' zijn voorzien van een ter plaatse van de hoek 5 uitstekende pin 64 die opneembaar is in een opening 74 van een hoekvormig railverbindingselement 70.
Dit hoekvormige railverbindingselement 70 wordt geopenbaard in figuur 5b en bezit eveneens een tweetal benen 75a-75b die voorzien zijn van een tweetal flenzen 71a-71b respectievelijk 72a-72b. Het hoekvormig railverbindingselement dient 10 voor het onder een rechte hoek (scherp dan wel stomp) met elkaar verbinden van twee onder een hoek op elkaar aansluitende muren gemonteerde ophangrails 10, waarbij elk been 75a respectievelijk 75b in de ruimte 14 (14') van de ophangrails 10 (10') kunnen worden opgenomen (zie figuur 1). Doordat de uitstekende pin 64 van het hoekvormige verbindingselement 60’ opgenomen wordt in de opening 74 van het hoekvormige 15 railverbindingselement 70, wordt een goede opsluiting van dit signaalvoerende verbindingselement gerealiseerd, waardoor tevens de signaalvoerende verbinding tussen de verschillende signaalvoerende onderdelen wordt gewaarborgd.
In figuur 6 wordt een uitvoeringsvorm getoond van een armatuur 80 die gebruikt kan worden voor een signaalverwerkende inrichting welke inrichting opgenomen 20 dient te worden in de ophanginrichting 10 overeenkomstig de uitvinding. Onder een signaalverwerkende inrichting kan bijvoorbeeld een lamp of andersoortige verlichting worden begrepen waar ook een luidsprekerbox of klok of andersoortig elektrisch apparaat.
De apparatuur 80 is opgebouwd uit een tweetal elektrisch geleidende 25 armatuurdelen 81a-81b welke door middel van een elektrisch niet-geleidend tussenelement 80 met elkaar verbonden zijn. Elk armatuurdeel 81a-81b is enerzijds verbindbaar met een vrij einde 91a’-91b’ van een signaalgeleider 91a-91b zoals getoond in figuur 7. Anderzijds is elk armatuurdeel 81a-81b signaalvoerend verbindbaar met een aansluitcontactpunt van een signaalverwerkend element, dat bijvoorbeeld een lamp kan 30 zijn of een luidsprekerbox of een klok en dergelijke.
Elk armatuurelement 81a-81b is conisch uitgevoerd, welke uitvoering optioneel is. Voorts is elk armatuurelement 81a-81b voorzien van een boring 83a-83b waarin het vrije einde 91a’-91b’ van de signaalgeleider 91a-91b uit figuur 7 opneembaar is. Daarbij kan elk armatuurdeel zijn voorzien van een in de boring 83a-83b reikende 35 opening 84a-84b, welke opening voorzien kan zijn van een schroefdraad voor het 1 0305 48 9 opnemen van een schroef waarmee het in de openingen 83a-83b reikende vrije einde 91a’-91b’ van de signaalgeleider 91a-91b klemmend vastgeschroefd kan worden.
Evenzo is elk armatuurdeel 81a-81b voorzien van een verdere opening 85a-85b waarin het aansluitcontactpunt van de signaalverwerkende inrichting in 5 opneembaar is, welk aansluitcontactpunt door middel van een in de van een schroefdraad voorziene andere opening 86a-86b en een bijbehorende schroef vastgezet kan worden. Zodoende kan een deugdelijk signaalvoerend contact worden bewerkstelligd tussen enerzijds het aansluitcontactpunt van een signaalverwerkende inrichting in de verdere opening 85a en het vrije einde 91a’-91b’ van een signaalgeleider 10 91a-91b die in de opening 83a-83b is opgenomen.
In figuur 7 wordt een andere uitvoeringsvorm van een armatuur geopenbaard, welke armatuur 90 eveneens is opgebouwd uit een tweetal met elkaar verbindbare armatuurdelen 90a-90b. Tenminste één van de armatuurdelen 90a is vervaardigd van een elektrisch niet-geleidend materiaal en is voorzien van opstaande 15 nokken 92a-92b welke een uitsparing 93a-93b vormen, waarin het vrije einde 91a’-91b’ van de signaalgeleider 91a-91b klembaar opneembaar is.
De opstaande nokken 92a-92b, welke de uitsparing 93a-93b insluiten, zijn voorts voorzien van een dwars op de uitsparing 93a-93b georiënteerde spleet 94a-94b, waarin een aansluitcontactpunt van een signaalverwerkend element door het vrije 20 einde 91a’-91b’ kan worden vastgeklemd. De klemming van een aansluitcontactpunt in de spleet 94a-94b door het in de uitsparing 93a-93b opgenomen vrije einde 91a’-91b’ maakt een draaien van het armatuurdeel 90a mogelijk.
Bij de uitvoeringsvorm zoals getoond in figuur 7 vormt de armatuur 90 een armatuur voor een verlichting, waarbij het armatuurdeel 90a is voorzien van een 25 opening 98 waarin een lamp 90c kan worden opgenomen, en in het bijzonder een LED. Evenzo is het armatuurdeel 90a voorzien van meerdere openingen 99 voor het afvoeren van eventuele warmte die door de lamp 90c wordt gegenereerd en aan de buitenomgeving wordt afgegeven.
In figuur 8 wordt een andere uitvoeringsvorm getoond van de 30 ophangrail 10 overeenkomstig de uitvinding, waarbij in de ruimte 20 van de geleidingsrail 10 via de openingssleuf 18 een haakvormig ophangelement 5. Het haakvormig ophangelement 5 is enerzijds voorzien van een haakvormig einde 6 dat tussen de benen 15a en 15b van het ophangprofiel 10 is opgenomen. Doordat in de ruimte 20 eveneens een signaalvoerende geleidingsrail 30 dient te worden opgenomen alsook 35 koppelelementen voor het elektrisch verbinden van verschillende signaalverwerkende 1 0305 48 10 inrichtingen met de signaalvoerende geleidingsrail 30, is deze ruimte te vinden tussen de beide benen 15a-15b overmaats uitgevoerd.
Dienovereenkomstig is het haakvormige deel 6 van het ophangelement 5 met enige speling in de ruimte 20 aangebracht. Teneinde te voorkomen dat het 5 haakvormige ophangelement 5 vastklemt in de ophangrail 10 of anderszins niet rechtstandig naar beneden hangt, is elke omgebogen eindrand 16a-16b van de benen 15a-15b voorzien van een afgeschuinde eindrand 17a-17b, waartegen de contactvlakken 17a respectievelijk 17b van het haakvormig deel 6 komen aan te liggen ! en zodoende voor een correct georiënteerde, dat wil zeggen naar beneden j 10 georiënteerde opname van het hangelement 5, te realiseren.
Het ophangelement 5 is voorts voorzien van een ophangdraad 7, die j bijvoorbeeld met het haakvormig ophangelement 5 kan zijn vastgeklonken.
In figuur 9 wordt een andere uitvoeringsvorm getoond van een ophangrail overeenkomstig de uitvinding. De ophangrail 10" bezit analoog aan de 15 uitvoeringsvormen in figuur 1a en 1b een aanzichtvlak 11", dat tevens één van de benen 15b” vormt. Ook hier is het aanzichtvlak 11" voorzien van een tussenribbe of tussenflens 13" welke voorzien is van een uitstekende rand 13a”. Voorts is de tussenflens 13" voorzien van twee op enige afstand van elkaar geplaatste benen 15a”-15b”. De beide benen 15a"-15b” zijn voorzien van omgebogen eindranden 16a”-16b”. De ophangrail 10" 20 bezit een langgerekte vorm, zodat de beide benen 15a”-15b" een langgerekte sleufvormige ruimte 20" omsluiten, voorzien van een openingssleuf 18".
Deze uitvoeringsvorm van de ophangrail overeenkomstig de uitvinding kan eenvoudig gebruikt worden tegen directe plaatsing/montage tegen het plafond, zodanig dat de tussenribbe 13" tegen het plafond of tegen een verlaagd systeemplafond 25 wordt gemonteerd. In de ruimte 20" kan een U-vormige signaalvoerende geleider worden geplaatst zoals hierboven beschreven en toelicht.
30 1 0305 48

Claims (28)

1. Ophanginrichting voor het ophangen van in het zicht te hangen voorwerpen omvattende tenminste één aan een wand of plafond bevestigbare 5 ophangrail, waarin ophangelementen voor de op te hangen voorwerpen verplaatsbaar opneembaar zijn, alsmede tenminste één met de ophangrail een eenheid vormende elektrisch signaalvoerende geleidingsrail voor het, naar tenminste één signaalverwerkend voorwerp voeren van een elektrisch signaal, met het kenmerk, dat de signaalvoerende geleidingsrail een U-vormige elektrisch niet-geleidende drager 10 omvat, welke drager in de ophangrail opneembaar is en waarbij de naar elkaar toegekeerde zijden van elk been van de U-vormige drager elk zijn voorzien van tenminste één over de lengte van de ophangrail uitstrekkende signaalvoerende geleider.
2. Ophanginrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ophangrail U-vormig en naar beneden gericht open is uitgevoerd.
3. Ophanginrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de U- vormige elektrisch niet-geleidende drager met beide benen verend klembaar in de ophangrail opneembaar is.
4. Ophanginrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ophangrail is voorzien van tenminste één over de lengte van 20 de ophangrail uitstrekkende opsluitnok, waarachter elk been van de U-vormige drager opsluitbaar is.
5. Ophanginrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de benen van de U-vormige drager elk zijn voorzien van tenminste één paar van twee op enige afstand van elkaar gelegen parallel verlopende 25 klemnokken, waartussen een signaalvoerende geleider opneembaar is.
6. Ophanginrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elke signaalvoerende geleider is uitgevoerd als een langgerekt element.
7. Ophanginrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de 30 signaalvoerende geleider is uitgevoerd als een draad-, lint- of stripvormig element.
8. Ophanginrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat meerdere op elkaar aansluitende signaalvoerende geleidingsrails signaalvoerend met elkaar verbindbaar zijn met behulp van een, ter plaatse van de aansluiting, in de signaalvoerende geleidingsrails klemmend opneembaar 1 0305 48 verbindingselement.
9. Ophanginrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat het verbindingselement is opgebouwd uit een langgerekt elektrisch niet-geleidende kern, waarin tenminste één paar van met de overeenkomende signaalvoerende geleiders van 5 de op elkaar aansluitende geleidingsrails in signaalvoerend contact brengbare signaalvoerende strips zijn aangebracht.
10. Ophanginrichting volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat het verbindingselement is is uitgevoerd als een hoekvormig element.
11. Ophanginrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat het 10 verbindingselement ter plaatse van de hoek flexibel is uitgevoerd.
12. Ophanginrichting volgens conclusie 10 of 11, met het kenmerk, dat het hoekvormige verbindingselement opneembaar is in een hoekvormig ! railverbindingselement.
13. Ophanginrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het 15 hoekvormige verbindingselement is voorzien van een ter plaatse van de hoek uitstekende pin, dat opneembaar is in een in het hoekvormig railverbindingselement aangebrachte opening. i
14. Ophanginrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de tenminste één signaalverwerkende inrichting tenminste twee in 20 de signaalvoerende geleidingsrail opneembare koppelelementen omvat, welke koppelelementen elk met één van de signaalvoerende geleiders koppelbaar zijn.
15. Ophanginrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat elk j koppelelement een signaalvoerende kern omvat samengesteld uit een in de j signaalvoerende geleidingsrail klembaar deel en een uit de signaalvoerende 25 geleidingsrail reikend koppeldeel, welke kern is althans gedeeltelijk omgeven door een elektrisch niet-geleidende mantel.
16. Ophanginrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de elektrisch niet-geleidende mantel ter plaatse van de overgang van het koppeldeel naar het klembare deel is voorzien van een langgerekte groef, welke groef klemmend 30 samenwerkt met de ophangrail.
17. Ophanginrichting volgens conclusie 15 of 16, met het kenmerk, dat elk koppeldeel is voorzien van tenminste één opname-opening, waarin een verlichtingsgeleider opneembaar is.
18. Ophanginrichting volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat elk i i i 1 0305 48 j koppeldeel is voorzien van tenminste één in de opname-opening eindigende stelschroefopening voor het met behulp van een stelschroef vastklemmen van de in de opname-opening opgenomen signaalgeleider.
19. Ophanginrichting volgens één of meer van de conclusies 14-18, met 5 het kenmerk, dat de tenminste één signaalverwerkende inrichting een armatuur omvat opgebouwd uit een tweetal door middel van een elektrisch niet-geleidend tussenelement met elkaar verbonden elektrisch geleidende armatuurdelen, waarbij elk armatuurdeel enerzijds verbindbaar is met het vrije einde van een signaalgeleider en anderzijds verbindbaar is met een aansluitcontactpunt van een signaalverwerkend element.
20. Ophanginrichting volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat elk armatuurdeel conisch is uitgevoerd.
21. Ophanginrichting volgens één of meer van de conclusies 14-18, met het kenmerk, dat de tenminste één signaalverwerkende inrichting een armatuur omvat opgebouwd uit een tweetal met elkaar verbindbare armatuurdelen, waarbij tenminste één 15 van de armatuurdelen is vervaardigd van een elektrisch niet-geleidend materiaal en is voorzien van een uitsparing, waarin een aansluitcontactpunt van een signaalverwerkende element alsmede het vrije einde van een signaalgeleider klemmend draaibaar opneembaar is.
22. Ophanginrichting volgens conclusie 21, met het kenmerk, dat het vrije 20 einde van de signaalgeleider is voorzien van een rondgaande inkeping, welke inkeping klemmend samenwerkt met de uitsparing van het ene armatuurdeel.
23. Ophanginrichting volgens conclusie 21 of 22, met het kenmerk, dat het andere armatuurdeel is vervaardigd van een warmte-geleidend materiaal en in warmte-geleidend contact met het signaalverwerkende element brengbaar is.
24. Ophanginrichting volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat tussen het andere armatuurdeel en het signaalverwerkende element een warmtegeleidende contactpasta opneembaar is.
25. Ophanginrichting volgens één of meer van de conclusies 17-24, met het kenmerk, dat de signaalgeleider is opgebouwd uit tenminste twee telescopisch ten 30 opzichte van elkaar verschuifbare geleiderdelen.
26. Ophanginrichting volgens één of meer van de conclusies 2-25, met het kenmerk, dat de U-vormige ophangrail bovenmaats is uitgevoerd ten behoeve van het tussen de benen van de U-vormige ophangrail opnemen van tenminste één ophangelement, waarbij de vrije einden van de benen enigszins naar elkaar toe zijn 1 0305 48 omgebogen en zijn voorzien van een afgeschuinde eindrand.
27. Ophangrail volgens conclusie 26.
28. Verbindingselement voor het signaalvoerend met elkaar verbinden van twee op elkaar aansluitende signaalvoerende geleidingsrails volgens één of mer van de 5 conclusies 8-13. 1 0305 48 _
NL1030548A 2005-11-29 2005-11-29 Ophanginrichting voor het ophangen van in het zicht te hangen voorwerpen. NL1030548C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030548A NL1030548C2 (nl) 2005-11-29 2005-11-29 Ophanginrichting voor het ophangen van in het zicht te hangen voorwerpen.
PCT/NL2006/000597 WO2007064195A1 (en) 2005-11-29 2006-11-29 Suspension device for suspending objects to be exposed to view
EP06824283.3A EP1955418B1 (en) 2005-11-29 2006-11-29 Suspension device for suspending objects to be exposed to view

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030548 2005-11-29
NL1030548A NL1030548C2 (nl) 2005-11-29 2005-11-29 Ophanginrichting voor het ophangen van in het zicht te hangen voorwerpen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1030548C2 true NL1030548C2 (nl) 2007-05-30

Family

ID=36384387

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1030548A NL1030548C2 (nl) 2005-11-29 2005-11-29 Ophanginrichting voor het ophangen van in het zicht te hangen voorwerpen.

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP1955418B1 (nl)
NL (1) NL1030548C2 (nl)
WO (1) WO2007064195A1 (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1038099C2 (nl) * 2010-07-13 2012-01-17 Marinus Barbara Arnoldus Maria Stas Railsysteem.
DK3259525T3 (da) 2015-02-17 2019-09-23 Chocolate Lighting Company Ltd Effektkontaktsamling til et lysskinnebelysningssystem
DE202015101171U1 (de) * 2015-03-09 2016-06-13 Rehau Ag & Co Bausatz für ein Stromschienensystem
DE202016105990U1 (de) * 2016-10-25 2018-01-26 Zumtobel Lighting Gmbh Stromschienensystem
EP3643209B1 (de) 2018-10-24 2020-08-19 Proline Systems GmbH Anordnung aus einem einhängeprofil und einem darin einhängbaren einhängeelement

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0640309A1 (en) 1993-08-19 1995-03-01 Jsi Art Fix Systems B.V. Suspension device for suspending and lighting objects to be exposed to view
US6093037A (en) * 1999-01-28 2000-07-25 Lin; Shan Chaing Track and connector arrangement
US6296498B1 (en) * 2000-01-25 2001-10-02 Universal Electric Corporation Busbar connector for plug-in busways
US20030003785A1 (en) * 2001-06-29 2003-01-02 Ross Steven L. Connection assembly for electrical busways
US6530791B1 (en) * 1999-07-30 2003-03-11 Andreas Hierzer Coupling for conductor bars
EP1577988A1 (en) * 2004-03-18 2005-09-21 Bazz Inc. Track lighting system

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH10225925A (ja) 1997-02-14 1998-08-25 Kioritz Corp 動力切断機及び該切断機用遠心クラッチ

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0640309A1 (en) 1993-08-19 1995-03-01 Jsi Art Fix Systems B.V. Suspension device for suspending and lighting objects to be exposed to view
US6093037A (en) * 1999-01-28 2000-07-25 Lin; Shan Chaing Track and connector arrangement
US6530791B1 (en) * 1999-07-30 2003-03-11 Andreas Hierzer Coupling for conductor bars
US6296498B1 (en) * 2000-01-25 2001-10-02 Universal Electric Corporation Busbar connector for plug-in busways
US20030003785A1 (en) * 2001-06-29 2003-01-02 Ross Steven L. Connection assembly for electrical busways
EP1577988A1 (en) * 2004-03-18 2005-09-21 Bazz Inc. Track lighting system

Also Published As

Publication number Publication date
EP1955418B1 (en) 2014-04-16
WO2007064195A1 (en) 2007-06-07
EP1955418A1 (en) 2008-08-13

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1030548C2 (nl) Ophanginrichting voor het ophangen van in het zicht te hangen voorwerpen.
EP2048746B1 (en) Busbar connection system
US20150201762A1 (en) Suspension Device For Presenting Goods, Having A Current-Carrying Profiled Rail And Primary Support Which Can Be Hung Therein
US7172332B2 (en) Field bendable line voltage track lighting system
US10378746B2 (en) Light device with an LED lighting module
KR101389625B1 (ko) 전자 부품의 접속 구조
US8480420B2 (en) Outlet and light assembly with internal wiring connection
US6093037A (en) Track and connector arrangement
KR20140010903A (ko) 커넥터 시스템을 위한 커넥터 조립체
US10683973B2 (en) Modular lightbar system and method
US20150349446A1 (en) Electrical connector for use with printed circuit boards
US20110170704A1 (en) Audio Speaker and Lighting Track Power Supply System
KR200481900Y1 (ko) 레이스웨이 조명 시스템
CN111509414B (zh) 导线连接接触件和电路板装置
JP3277334B2 (ja) 相選択電気プラグ−ソケツト装置
JP5212633B2 (ja) 端子台および照明器具
KR100746235B1 (ko) 레이스웨이 조명시스템용 전원공급장치
JP6698691B2 (ja) モジュラ壁システムおよびそのシステムに使用するためのパネル体
EP2822048A2 (en) Led lamp assembly and a cable organization device thereof
EP2765659B1 (en) Hinged connector for an illuminated signs
RU2698470C1 (ru) Усовершенствованный электрический соединитель
US8803007B2 (en) Cassu-guard
KR102199710B1 (ko) 천정형 조명기기의 회전 연결형 커넥터 장치
TWM383867U (en) Cable holder
KR200459492Y1 (ko) 케이블 트레이용 분기박스

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
SD Assignments of patents

Effective date: 20140402

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20140601