NL1030367C1 - Werkwijze en inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur en draagbare elektronische apparatuur voorzien van een dergelijke inrichting. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur en draagbare elektronische apparatuur voorzien van een dergelijke inrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1030367C1
NL1030367C1 NL1030367A NL1030367A NL1030367C1 NL 1030367 C1 NL1030367 C1 NL 1030367C1 NL 1030367 A NL1030367 A NL 1030367A NL 1030367 A NL1030367 A NL 1030367A NL 1030367 C1 NL1030367 C1 NL 1030367C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
equipment
current conductor
impedance
ribbon
portable electronic
Prior art date
Application number
NL1030367A
Other languages
English (en)
Inventor
Johannes Leonardus Henr Ceelen
Original Assignee
Johannes Leonardus Henr Ceelen
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Johannes Leonardus Henr Ceelen filed Critical Johannes Leonardus Henr Ceelen
Priority to NL1030367A priority Critical patent/NL1030367C1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1030367C1 publication Critical patent/NL1030367C1/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G08SIGNALLING
    • G08BSIGNALLING OR CALLING SYSTEMS; ORDER TELEGRAPHS; ALARM SYSTEMS
    • G08B13/00Burglar, theft or intruder alarms
    • G08B13/02Mechanical actuation
    • G08B13/14Mechanical actuation by lifting or attempted removal of hand-portable articles
    • G08B13/1445Mechanical actuation by lifting or attempted removal of hand-portable articles with detection of interference with a cable tethering an article, e.g. alarm activated by detecting detachment of article, breaking or stretching of cable
    • G08B13/1463Physical arrangements, e.g. housings

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Burglar Alarm Systems (AREA)

Description

Werkwijze en inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur en draagbare elektronische apparatuur voorzien van een dergelijke inrichting ACHTERGROND VAN DE UITVINDING 5
De uitvinding betreft een werkwijze voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur door middel van bet aanbrengen van een lintvormige stroomgeleider die op een uitwendige elektrische voeding wordt aangesloten, zulks verder volgens de aanhef van Conclusie 1. Zulke elektronische apparatuur, werkend zowel 10 analoog als digitaal, is zeer gewild. Ze kan de functie hebben van telefoon, organizer, routevinder, muziek-(MP-3)speler, camera, radio, en vele andere. Bijna steeds heeft zulke apparatuur een zijde waarop het grootste deel van de user interface aanwezig is, zoals (de meeste) bedieningsknoppen en een display.
In verkoopruimten wordt een allengs groter aantal van zulke apparaten opgesteld, 15 waarbij tegenstrijdige eisen worden gesteld. Aan de ene kant wenst dat de klant dat het apparaat in werking is, zodat het user interface een natuurgetrouw resultaat geeft, waarbij het apparaat verder op zo natuurlijk mogelijke manier in de hand genomen moet kunnen worden. Aan de andere kant moet de apparatuur zo goed mogelijk tegen diefstal bevestigd zijn, waarbij de daartoe te treffen voorzieningen gemakkelijk aangebracht en weer 20 weggenomen moeten kunnen worden. Ook moeten deze voorzieningen op zich zelf goedkoop zijn en weinig aanleiding geven tot vals alarm. Opgemerkt wordt in dit verband dat in deze aanvrage onder diefstal elk ongewenst mede nemen begrepen wordt.
De uitvinder heeft zich gerealiseerd dat zulke apparatuur aan de achterzijde veelal voorzien is van een wegneembaar, schuivend, of opklapbaar (tezamen hierna genoemd 25 “losmaakbaar”) deksel en dat het aanbrengen van een eigenlijk detectie- of signaleer- element achter dat weer tot de oorspronkelijke positie teruggebrachte deksel het probleem van vals alarm goeddeels oplost. Er wordt dan verondersteld dat ook een bepaalde ongewenste mate van openen van het deksel een “echt” alarm zou moeten geven.
30 SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
j
Dientengevolge is volgens één aspect van de uitvinding deze gekenmerkt doordat genoemde stroomgeleider wordt aangebracht door het losmaken van een deksel aan de achterkant van de apparatuur, waarbij eerste hechtwerking plaats vindt op een inwendig 1030367___ 2 vlak van de apparatuur in de richting van de voorkant van de apparatuur, en dat door verdere hechtmiddelen de stroomgeleider aan een verder losmaakbaar deel van de apparatuur gehecht wordt door een tweede hechtwerking waardoor een relatieve beweging van het losmaakbaar deel ten opzichte van de rest van de apparatuur detecteerbaar is.
5 Een lintvormige stroomgeleider kan een stroomvoerend lint zijn, bijvoorbeeld een lint van koper of aluminium, of bijvoorbeeld een papieren of kunststof- drager waarop het eigenlijke stroomgeleidende materiaal is aangebracht. Dit laatste kan dan in de vorm van een meer of minder brede of dikke strook zijn, die op zich een draad zou kunnen vormen. De lintvorm behoeft echter geen uniforme doorsnede te hebben.
10 Bij voorkeur wordt de stroomgeleider inwendig aangebracht tussen een wegneembaar eerste deel van de apparatuur en een vast in het huis aanwezig tweede deel van de apparatuur. Op die manier is ook tegen het verwijderen van dit tweede deel beveiligd. Dat tweede deel kan bijvoorbeeld een relatief dure (oplaadbare) batterij of een geheugenmodule betreffen.
15 Bij voorkeur wordt de stroomgeleider om het weer gesloten deksel rondgewikkeld en wordt het detectiesysteem aangesloten nabij een achtervlak het deksel van de apparatuur, alwaar ook genoemde tweede hechtwerking wordt geëffectueerd. Dit levert voor allerlei configuraties van de apparatuur en van een detectieconnector een voordelige realisatie. De tweede hechtwerking kan direct op de stroomgeleider werken en/of indirect, 20 bijvoorbeeld doordat daarvoor een extra voorziening wordt aangebracht.
Bij voorkeur bevat de stroomgeleider een drager met enkelzijdig aangebrachte hechtelementen waarbij losmaken van de drager tegen de hechtwerking in de impedantie vergroot, en waarbij genoemde drager in dwarsrichting wordt omgevouwen om genoemde hechtelementen zowel in de richting van de voorkant als in de richting van een achterkant 25 van de apparatuur zich aan onderdelen van de apparatuur te doen hechten. Op zichzelf is een dergelijke lintvormige stroomgeleider bekend uit het Amerikaanse Octrooischrift 5,936,525. De uitvinder heeft echter als het ware een dubbele beveiliging gerealiseerd, namelijk zowel van de apparatuur als geheel, als van inwendige elementen van apparatuur, die op zichzelf het doelwit van diefstal kunnen vormen.
30 De uitvinding betreft verder een inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur bevattende een op een lintvormige stroomgeleider die op een uitwendige elektrische voeding kan worden aangesloten enzovoorts als verder gereciteerd in Conclusie 5, en een tegen diefstal beveiligde draagbare elektronische apparatuur bevattende een dergelijke inrichting.
1030367 3
Hij voorkviir ss dv stroomgeleider in hoofdzaak belichaamd in een iintvormig shOompad. Zo’n lintvorm, bijvoorbeeld gemaakt van latoenkoper, is gemakkelijk aan te brengen en weer te verwijderen.
Bij voorkeur heeft genoemde impedantie een weerstandskarakter. Een goede 5 waarde voor een speciaal weerstandselement is bijvoorbeeld in het gebied van 1000 ohm: zowel het totaal verbreken van het contact (de weerstand) als het kortsluiten daarvan zijn gemakkelijk en goed te detecteren. De weerstand kan een “gewone” weerstand zijn, of een als weerstand geschakelde transistor. Andere waarden, bijvoorbeeld tussen 100 ohm en 10 kohm zijn evenzeer toepasbaar. Bij het gebruik van een lintvormig stroompad kan de 10 standaardimpedantie ook verwaarloosbaar zijn. Door het activeren van de detectie, bijvoorbeeld door scheuren van het stroompad, wordt de weerstand dan quasi-oneindig.
Bij voorkeur is ter plaatse van genoemde impedantie een hechtelement voorzien dat in tegengestelde richting werkt ten opzichte van genoemde hechtwerking. Het verwijderen van de basis van dit hechtelement geeft een verdere mogelijkheid om pogingen tot diefstal 15 te detecteren.
Bij voorkeur is genoemde stroombaan geschikt is voor aansluiting op een door verdere hechtwerking op een achtervlak van de apparatuur aan te brengen detectie-connector. Anderzijds kan ook de connector van hechting voorzien zijn. Weer een andere oplossing is dat de connector door één of meer zuignappen aan de achterkant wordt 20 gehecht.
Verdere voordelige aspecten van de uitvinding zijn gereciteerd in verdere afhankelijke conclusies.
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENING
j 25
Deze en verdere eigenschappen, aspecten en voordelen van de uitvinding zullen hierna in meer detail besproken worden in de beschrijving van de voorkeursuitvoering van de uitvinding, en meer in het bijzonder aan de hand van de bijgevoegde Figuren, waarbij overeenkomstige verwijzingscijfers overeenkomstige onderdelen aangeven, en welke 30 Figuren illustreren:
Figuur 1, een algemeen vooraanzicht van een te beveiligen elektronische apparatuur;
Figuur 2, een algemeen achteraanzicht daarvan, waarbij de uitvinding operationeel is; 1030367 4
Figuur 3, een connector voor aansluiting van een detectiesysteem op de apparatuur;
Figuur 4, een doorsnede van de apparatuur, met de uitvinding werkzaam aangebracht;
Figuren 5a-5c, het rondwikkelen van een stroomgeleider; 5 Figuur 6a-6c, verschillende aspecten van een detectieconnector;
Figuren 7a, 7b, verschillende uitvoeringen van een stroomgeleider.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE VOORKEURSUITVOERING
10 Figuur 1 illustreert een algemeen vooraanzicht van een te beveiligen elektronische apparatuur. Daarbij zijn in/op het huis 20 aangebracht een afbeeldingsscherm 22 en een raster van toetsen 24. Andere I/O kan voorzien zijn, evenals andere gebruikers-aansluitelementen, zoals een muis, een floppy-disk, spraakvoorzieningen, een externe lijnaansluiting en andere, wat echter geen directe betrekking heeft op de uitvinding.
15 Figuur 2 illustreert een algemeen achteraanzicht van een te beveiligen elektronische apparatuur, waarbij de uitvinding operationeel is. Daarbij bevat het huis 20 een deksel 28, waarachter bijvoorbeeld (oplaadbare) batterijen kunnen zijn ingebracht, of andere relatief dure elementen zoals geheugen-modules die gemakkelijk elders gebruikt moeten kunnen worden. Met de uitvinding aangebracht is aan de voorkant van de apparatuur nauwelijks 20 iets te zien, aan de achterkant slechts de om de deksel omgevouwen uiteinden 30,32 van de later uitgebreider te bespreken stroomgeleider. Op zichzelf kan de apparatuur als getoond geheel los werkzaam zijn. Het is ook mogelijk om een externe voeding voor de apparatuur te voorzien, bij voorbeeld via een aansluiting op een zijkant. In de beschreven configuratie kan een potentiële klant allerlei bedieningen en dergelijke, van de apparatuur 25 uitvoeren.
Figuur 3 illustreert een connector voor aansluiting van een detectiesysteem op de apparatuur. De connector is min of meer gevormd als een conventionele stekkerplug, en bevat een huis 36 waarin een externe twee- of meer-aderige kabel 38 is ingelaten. Aan de voorkant van de connector zijn twee elektroden 33,34 voorzien die op eindstandige 30 elementen van de stroombaan kunnen worden gefixeerd. Tezamen met de uiteinden 30,32 van de stroomgeleider wordt alzo een detector gerealiseerd. Detectie is mogelijk door directe niveaumeting, door het meten van een RC-tijd of kringfrequentie, of op andere wijze. Als de impedantie buiten een normgebied komt, gaat een alarm af. De connector kan middels één of meer kopse hechtvlakken aan de apparatuur verbonden worden. Deze no Q R 7 5 vlakken kunnen bijvoorbeeld één tot enkele vierkante centimeters groot zijn. Het contact kan ook aan de zijkanten van de connector worden gerealiseerd.
Figuur 4 illustreert een doorsnede van de apparatuur volgens de uitvinding met de overige onderdelen daarvan werkzaam is aangebracht; elektrische verbindingen daarbij 5 zijn niet weergegeven. De stroomgeleider is gerealiseerd als een lint van latoenkoper dat wordt aangebracht terwijl deksel 28 (Figuur 2) is weggenomen. In de Figuur is de bovenzijde van de apparatuur (Figuur 1) naar boven gericht. De stroomgeleider 30, 32 met een breedte van enkele millimeters (bijvoorbeeld 2-10, maar dit is geen beperking) is voorzien van hechtelementen 42,44, die bij aanbrengen van de stroombaan aan de kant 10 van de pijlen P tegen een binnenvlak van de apparatuur zelfplakkend worden aangebracht. De dikte van de stoomgeleider is klein, vanaf bijvoorbeeld 25 micron tot 500 micron, maar dit is volstrekt geen beperking. De stroomgeleider 30/32 is tussen de twee hechtelementen 42, 44 functioneel onderbroken, waarbij de onderbreking feitelijk overbrugd wordt door een impedantie 56 die gerealiseerd kan zijn als een opgedampte weerstand, een 15 belastingstransistor, een andere geschikte bouwsteen, of zelfs als een als versmalling en dergelijke uitgevoerd “zwakke plek” in het materiaal van de stroomgeleider. Eenvoudshalve is de realisatie daarvan niet nader gedetailleerd.
Hechtelement 48 verzorgt op overeenkomstige manier als elementen 42,44 een hechtwerking aan de kant van de aldaar aangegeven pijl Q, bijvoorbeeld tegen een op 20 zichzelf wegneembare batterij 50. Verder zijn nog weergegeven het huis 20 van de apparatuur, een achterdeksel 28 van de apparatuur, een afstandsstukje 46 waardoor het stroomlint in de normale toestand goed vlak ligt, en de omgevouwen einden 30,32 van de stroomgeleider, waarbij aan het einde nog een onderbreking overblijft, zie ook Figuur 2.
De elementen 20,28 en 50 zijn op gebruikelijke manier slechts gedeeltelijk getoond.
25 De detectie-werking is nu als volgt. In ingeschakelde toestand trekt de stroombaan een stroom in het milli-ampère gebied. De connector is via een kabel verbonden met een fysiek ontoegankelijke voeding, bij voorbeeld doordat de kabel via een kleine opening in een tafel, kast, en dergelijke verdwijnt. Als nu de connector 36 wordt verwijderd van de apparatuur, dan gaat de weerstand van de stroombaan naar oneindig en dit is gemakkelijk 30 detecteerbaar. Als het deksel te samen met de connector wordt verwijderd is de hechtwerking van elementen 42,44, en/of 48 voldoende groot om de omgeving van de impedantie 56 zoveel te vervormen, dat de impedantie voldoende verandert om een alarm af te geven, bijvoorbeeld doordat deze oneindig wordt. Hiertoe kan lokaal de stroombaan van een verzwakking zijn voorzien, bij voorbeeld een speciale inkeping. Het daarbij snel 1030367 6 door een geleider overbruggen (kortsluiten) van de niet meer werkzame impedantie heft het alarm niet op, omdat dan de bedriegelijke impedantie juist veel te laag is. In principe kan een schaduw-impedantie voor het overbruggen gebruikt worden. Door echter voor verschillende apparatuur de impedantie telkens verschillend te kiezen kan deze slechts met 5 een kleine waarschijnlijkheid voldoende goed worden nagebootst. Deze spreiding kan in de productiefase van de stroombaan-elementen gemakkelijk batch-gewijze worden gerealiseerd. Een verschil van bijvoorbeeld 10% is gemakkelijk waarneembaar, en met een keuze uit bijvoorbeeld 5 waarden wordt de beveiliging tegen namaakweerstanden nog beter. Het bepalen van de actuele impedantiewaarde kan dan automatisch in een testfase 10 van de overkoepelende besturing worden gerealiseerd. Door het hechtelement 48 kan zelfs bij geopend deksel het onderdeel 50 niet worden weggenomen zonder dat het alarm actief wordt, omdat ook dan een voldoende vervorming optreedt in de omgeving van de impedantie.
Figuren 5a-5c illustreren het rondwikkelen van een stroomgeleider.Figuur 5a toont 15 de apparatuur met weggenomen deksel en aangebrachte stroomgeleider. Duidelijk zijn er vier hechtelementen te zien. Figuur 5b toont het deksel teruggeplaatst. Figuur 5c toont de rondgewikkelde uiteinden 30,32 van de stroomgeleider.
Figuur 6a-6c illustreren verschillende aspecten van een detectieconnector. Figuur 6a toont de apparatuur met rondgewikkelde stroomgeleider, waarbij in tegenstelling tot 20 Figuur 5c een dubbel werkend hechtelement 60 is aangebracht; de uiteinden 30, 32 zijn daaraan gehecht. Figuur 6b toont de detectie-connector, waarbij de actieve kant naar boven is gekeerd. Er zijn twee connector-aansluitingen zichtbaar in de vorm van “boogjes”.
Figuur 6c toont de connector geplaatst, waarbij deze aan hechtelement 60 en dus indirect aan de apparatuur blijft plakken. Daarna kan de detectie-spanning worden aangelegd.
25 Figuren 7a, 7b illustreren twee verschillende uitvoeringen van een stroomgeleider.
Figuur 7a geeft een stroomgeleider die hoofdzakelijk is uitgevoerd als een stroomvoerend lint met een versmalling 66 die een breuklocatie vormt. Er zijn vier hechtelementen 64 aangegeven. Figuur 7b geeft een uitvoering als beschreven in het US Patent 5,936,525, waarbij het eigenlijke geleidermateriaal is aangebracht als twee dunne geleiders 68,70, die 30 aan het einde 72 zijn kortgesloten. Voorts zijn verscheidene hechtvlakken 74 aangegeven. Als eerst een hechting wordt gerealiseerd op een daartoe dienend vlak, zal bij verwijdering van de stroomgeleider de hechtwerking zo groot zijn dat het hechtelement van de drager wordt verwijderd, tezamen met een deel van de geleiders 68,70. Daardoor wordt de effectieve weerstand van de geleider praktisch oneindig. Detectie van de impedantie vindt 1030367 7 piaats op de voetplaten (pads) 76. In werking wordt de stroomgeleider dubbelgevouwen, waarbij aan beide buitenkanten een deel van de hechtvlakken aanwezig is. De zo gevormde “haarspeld” wordt dan aangebracht in een configuratie als Figuur 4, tussen deel 20 en deel 50. De detectie kan dan plaats vinden doordat het uiteinde met de detectie aansluitingen 76 5 om het deksel 28 wordt gebogen. De aansluiting op de eigenlijke detectie kan dan weer op dezelfde manier plaatsvinden als in Figuren 6a-6c.
De onderhavige uitvinding is hierboven beschreven aan de hand van een voorkeursuitvoering daarvan. Zij die deskundig zijn in de techniek zullen zich echter realiseren dat talrijke wijzigingen en veranderingen daarin kunnen worden aangebracht 10 zonder de omvang van de bijgevoegde conclusies te buiten te gaan. Dientengevolge moeten de uitvoeringen beschouwd worden als illustratief en mogen daaruit geen beperkingen worden afgeleid, anders dan zulke die in de conclusies zijn opgenomen.
1030367

Claims (12)

1. Een werkwijze voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur door middel van het aanbrengen van een lintvormige 5 stroomgeleider die op een uitwendige elektrische voeding wordt aangesloten en door hechtwerking aan de apparatuur wordt bevestigd, waarbij door verwijderen van de apparatuur bij tenminste gedeeltelijk bewaard blijven van de hechtwerking een impedantie van de stroomgeleider verandert, wat door een op de stroomgeleider aangesloten detectiesysteem wordt gedetecteerd, 10 met het kenmerk dat genoemde stroomgeleider wordt aangebracht door het losmaken van een deksel aan de achterkant van de apparatuur, waarbij eerste hechtwerking plaats vindt op een inwendig vlak van de apparatuur in de richting van de voorkant van de apparatuur, en dat door verdere hechtmiddelen de stroomgeleider aan een verder losmaakbaar deel van de apparatuur gehecht wordt door een tweede hechtwerking 15 waardoor een relatieve beweging van het losmaakbaar deel ten opzichte van de rest van de apparatuur detecteerbaar is.
2. Een werkwijze volgens Conclusie 1, waarbij de stroomgeleider inwendig wordt aangebracht tussen een wegneembaar eerste deel van de apparatuur en een 20 wegneembaar in een huis aanwezig tweede deel van de apparatuur.
3. Een werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de stroomgeleider om het weer gesloten deksel wordt rondgewikkeld en waarbij het detectiesysteem aangesloten wordt nabij een achtervlak het deksel van de apparatuur, alwaar ook genoemde tweede 25 hechtwerking wordt geëffectueerd.
4. Een werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de stroomgeleider is aangebracht op een drager met enkelzijdig aangebrachte hechtelementen en waarbij losmaken van de drager tegen de hechtwerking in de impedantie vergroot, en waarbij 30 genoemde drager in dwarsrichting wordt omgevouwen om genoemde hechtelementen zowel in de richting van de voorkant als in de richting van een achterkant van de apparatuur zich aan onderdelen van de apparatuur te doen hechten. 1030367
5. Een inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur volgens een werkwijze als gereciteerd in Conclusie 1, welke inrichting bevat een lintvormige stroomgeleider die op een uitwendige elektrische voeding kan worden aangesloten en door hechtwerking aan de apparatuur bevestigd, waarbij door 5 verwijderen van de apparatuur bij tenminste gedeeltelijk bewaard blijven van de hechtwerking een impedantie van de stroomgeleider verandert, wat door een op de stroomgeleider aangesloten detectiesysteem wordt gedetecteerd, met het kenmerk dat genoemde stroomgeleider geschikt is om door het losmaken van een deksel aan de achterkant van de apparatuur aangebracht te worden, waarbij eerste 10 hechtwerking plaats vindt op een inwendig vlak van de apparatuur in de richting van de voorkant van de apparatuur, en dat verder hechtmiddelen voorzien zijn om de stroomgeleider aan een verder losmaakbaar deel van de apparatuur te hechten door een tweede hechtwerking waardoor een relatieve beweging van het losmaakbaar deel ten opzichte van de rest van de apparatuur detecteerbaar is. 15
6. Een inrichting volgens Conclusie 5, waarbij de stroomgeleider inwendig aangebracht kan worden tussen een wegneembaar eerste deel van de apparatuur en een wegneembaar in een huis aanwezig tweede deel van de apparatuur.
7. Een inrichting volgens Conclusie 5, waarbij de stroomgeleider in hoofdzaak belichaamd is in een lintvormig stroompad.
8. Een inrichting volgens Conclusie 5, waarbij genoemde impedantie tenminste in hoofdzaak een weerstandskarakter heeft. 25
8 ! i
9. Een inrichting volgens Conclusie 6, waarbij een veranderbaar deel van genoemde impedantie gerealiseerd wordt door een specifiek impedantie-element, en dat ter plaatse een hechtelement is voorzien dat in tegengestelde richting werkt ten opzicht van genoemde eerste hechtwerking. 30
10. Een inrichting volgens Conclusie 5, waarbij genoemde stroomgeleider geschikt is voor aansluiting op een door verdere hechtwerking op een achtervlak van de apparatuur aan te brengen detectie-connector. 1030367
11. Een inrichting volgens Conclusie 10, waarbij de detectie-connector op tenminste twee detektie-aansluitingen van de rondgewikkelde stroomgeleider contact maakt.
12. Een tegen diefstal beveiligde draagbare elektronische apparatuur die is voorzien van een inrichting volgens Conclusie 5. i i j j 1030367 ____i ______.__i
NL1030367A 2005-11-07 2005-11-07 Werkwijze en inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur en draagbare elektronische apparatuur voorzien van een dergelijke inrichting. NL1030367C1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030367A NL1030367C1 (nl) 2005-11-07 2005-11-07 Werkwijze en inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur en draagbare elektronische apparatuur voorzien van een dergelijke inrichting.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030367 2005-11-07
NL1030367A NL1030367C1 (nl) 2005-11-07 2005-11-07 Werkwijze en inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur en draagbare elektronische apparatuur voorzien van een dergelijke inrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1030367C1 true NL1030367C1 (nl) 2007-05-08

Family

ID=38255588

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1030367A NL1030367C1 (nl) 2005-11-07 2005-11-07 Werkwijze en inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur en draagbare elektronische apparatuur voorzien van een dergelijke inrichting.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1030367C1 (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4772878A (en) Merchandise theft deterrent sensor
US5508568A (en) Receptacle safety deenergizer
US20060208921A1 (en) Sensor element for a monitoring device
US20090079566A1 (en) Security device including sensor having an extension
FR2549233A1 (fr) Dispositif de controle de la continuite de liaison de mise a la terre
ATE298831T1 (de) Diebstahlschutz, insbesondere für verkaufsstellenauslagen
BRPI0710413A2 (pt) anticorpos anti-dll4, isolados, polinucleotìdeo, vetor, célular hospedeira, método para produção de um anticorpo anti-dll4, método para produção de um imunoconjugado anti-dll4, método para a detecção de dll4, metodo para diagnosticar um distúrbio, composições, método para tratar um tumor, cáncer e/ou disturbio da proliferação celular e método para melhorar a eficácia de um agente anti-angiogênico
WO2000058740A3 (en) Static charge warning device
EP2220916B8 (fr) Dispositif de protection des broches d'un composant electronique
US20040105538A1 (en) Telephone with a capacitive environment sensor
NL1030367C1 (nl) Werkwijze en inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van draagbare elektronische apparatuur en draagbare elektronische apparatuur voorzien van een dergelijke inrichting.
EP1346384B1 (fr) Clavier securise
US2446794A (en) Portable fire alarm
JP3384702B2 (ja) 盗難防止装置
US4583405A (en) Testing device
CN209591018U (zh) 一种用于商品安全的感应装置
FR3056370B1 (fr) Piece de support d'un composant d'un dispositif electronique securise
EP1750235A1 (fr) Dispositif de protection antivol d'appareils électroniques
JPH1027285A (ja) 展示品の盗難警報装置
JP3333147B2 (ja) 盗難防止警報装置のセンサ
FR2460484A1 (fr) Capteur de deplacement magneto-electrique d'une piece en mouvement, et systeme de detection muni d'un tel capteur
CN108898770A (zh) 无线防拆声光报警装置
KR102490903B1 (ko) 정전기 제거기구
BE854653A (fr) Detecteur de faux rond pour turbines a gaz
US20050094564A1 (en) ATM alarm and tracking system

Legal Events

Date Code Title Description
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20090601