NL1030201C2 - Ophanging voor een dartboard. - Google Patents
Ophanging voor een dartboard. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1030201C2 NL1030201C2 NL1030201A NL1030201A NL1030201C2 NL 1030201 C2 NL1030201 C2 NL 1030201C2 NL 1030201 A NL1030201 A NL 1030201A NL 1030201 A NL1030201 A NL 1030201A NL 1030201 C2 NL1030201 C2 NL 1030201C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- suspension
- positioning element
- support means
- dartboard
- dart board
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F41—WEAPONS
- F41J—TARGETS; TARGET RANGES; BULLET CATCHERS
- F41J3/00—Targets for arrows or darts, e.g. for sporting or amusement purposes
- F41J3/0009—Dartboards
- F41J3/0014—Dartboard holders
- F41J3/0019—Stands or wall mountings especially adapted for dartboards
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47G—HOUSEHOLD OR TABLE EQUIPMENT
- A47G1/00—Mirrors; Picture frames or the like, e.g. provided with heating, lighting or ventilating means
- A47G1/16—Devices for hanging or supporting pictures, mirrors, or the like
- A47G1/1606—Devices for hanging or supporting pictures, mirrors, or the like comprising a wall member cooperating with a corresponding picture member
- A47G1/1613—Devices for hanging or supporting pictures, mirrors, or the like comprising a wall member cooperating with a corresponding picture member and being adjustable
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F41—WEAPONS
- F41J—TARGETS; TARGET RANGES; BULLET CATCHERS
- F41J1/00—Targets; Target stands; Target holders
- F41J1/10—Target stands; Target holders
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Supports Or Holders For Household Use (AREA)
Description
« \
Ophanging voor een dartboard
De uitvinding heeft betrekking op een ophanging voor een dartboard, omvattende steunmiddelen die aan een achtergrond, zoals een muur en dergelijke, bevestigbaar zijn 5 alsmede een drager die aan het dartboard is bevestigd en die onverdraaibaar ten opzichte van de hartlijn van het dartboard ondersteund kan worden door de steunmiddelen.
Een dergelijke ophanging voor een dartboard is bekend. Bij deze bekende ophanging is gewoonlijk aan de achterzijde van het dartboard een metaalplaat 10 bevestigd, die is voorzien van een naar beneden toe open sleuf. In de betreffende achtergrond waar aan het dartboard moet worden opgehangen, wordt gewoonlijk een spijker geslagen of een schroef aangebracht. Door nu de metaalplaat met zijn naar beneden toe open sleuf over de spijker of schroef te schuiven, wordt met het dartboard vastgehaakt over de kop van die spijker of schroef. Het gaat daarbij dus om een vrij 15 simpele ophanging, waarvoor ook nog enige handigheid is vereist om die tot stand te brengen.
Een nadeel van deze bekende, eenvoudige ophanging is dat deze geen stabilisatie biedt voor het dartboard in omtreksrichting. Dit betekent dat de gebruiker de juiste stand van het dartboard op het oog moet instellen door daar aan te draaien. Pas daarna 20 kan enigszins met zekerheid worden vastgesteld of de bovenkant van het dartboard inderdaad ook op de juiste plaats zit. Dit is van groot belang voor het juiste verloop van wedstrijden, aangezien wedstrijdspelers slechts tot goede resultaten kunnen komen indien het dartboard op de juiste wijze georiënteerd is. Mocht dat niet het geval zijn, dan kan de geoefende wedstrijdspeler een systematische afwijking in zijn resultaten 25 opdoen, die natuurlijk afbreuk doet aan zijn prestaties.
Dit probleem wordt nog verergerd door het feit dat de wedstrijdspelers het dartboard af en toe moeten aanraken, om de geworpen darts daaruit te verwijderen.
' Afhankelijk van de stevigheid van de ophanging wordt het dartboard daarbij enigszins in draairichting bewogen, hetgeen kan betekenen dat gedurende de wedstrijd de 30 oriëntatie van het dartboard voortdurend veranderd wordt. Ook de wijze waarop de speler de darts uit het dartboard trekt, is van belang. Sommige spelers trekken de darts enigszins scheefweg uit het dartboard, waardoor het dartboard ook verdraaid kan worden zonder dat de volgende speler daar aanvankelijk iets van merkt.
1 0302 01 _ t 2
In de praktijk blijkt bovendien dat het dartboard op bepaalde plaatsen sneller verslijt dan op andere plaatsen. Dit hangt samen met de spelregels, die immers bepaalde scores opleveren wanneer met darts bepaalde velden van het dartboard worden getroffen. Teneinde de nuttige levensduur van het dartboard te verlengen, zonder 5 afbreuk te doen aan de kwaliteit van het spel, gaat men ertoe over om de nummering die zich op de plaat van het dartboard bevindt, verdraaid aan te brengen over de sectorvelden. Dit is een vrij eenvoudige techniek, die mogelijk gemaakt wordt door het feit dat de nummering zich bevindt op een metalen, cirkelvormige rooster. Door dit rooster in discrete stappen, die tenminste gelijk moeten zijn aan de hoekafstand tussen ÏO twee sectorvelden, te verdraaien, kan men vervolgens relatief weinig gebruikte velden presenteren in die gebieden waar de spelregels hoge scores voorschrijven.
Om die reden is het ook van belang dat de ophanging van het dartboard stabiel opgehangen moet kunnen worden in meerdere ten opzichte van elkaar verdraaide posities. Het zal duidelijk zijn dat dit met de huidige, hiervoor beschreven eenvoudige 15 ophangingen niet kan worden gerealiseerd.
Uit de stand van de techniek zijn verder ophangingen voor dartboards bekend waarmee de stabiliteit van het dartboard kan worden verbeterd. Verwezen wordt naar de Britse octrooiaanvrage 2.094.133. Daaruit is een driearmige drager bekend, aan de uiteinden waarvan haken zijn voorzien die om de omtrek van een dartboard moeten 20 grijpen. Een der haken is onder verende voorspanning uitgevoerd, zodat een zekere greep van de drager op het dartboard kan worden verzekerd. Nadeel van deze bekende drager is echter dat het dartboard in elke willekeurige verdraaide positie kan worden bevestigd. Dat wil zeggen dat het aantal mogelijke posities in draairichting van het dartboard feitelijk oneindig is. Er zijn geen vooraf bepaalde, geïndexeerde posities die 25 een vaste instelling in draairichting van het dartboard bieden.
Ook de uit de Britse octrooiaanvrage 2.122.879 bekende ophanging bezit ditzelfde nadeel. Deze bekende ophanging bezit een drietal losse haken, die elk afzonderlijk aan een ondergrond of achterwand moeten worden bevestigd. Een der haken is verende uitgevoerd, zodanig dat deze een zekere verende voorspanning kan 30 uitoefenen op het dartboard. Er zijn echter geen vaste, geïndexeerde posities in draairichting mogelijk.
Doel van de uitvinding is daarom een ophanging van het hiervoor beschreven type voor een dartboard te verschaffen, die een stabiele ophanging van het dartboard 1Q3Q20Ï-_ η t 3 mogelijk maakt, bij voorkeur in verschillende verdraaide posities. Dat doel wordt bereikt doordat de steunmiddelen en de drager in elkaar grijpende vormen bezitten, welke in elkaar grijpende vormen met elkaar in samenwerking brengbaar zijn in meerdere ten opzichte van elkaar rond de hartlijn verdraaide posities en onderlinge 5 rotaties van de steunmiddelen en de drager ten opzichte van de hartlijn van het dartboard verhinderen.
De ophanging volgens de uitvinding voor een dartboard heeft het voordeel dat, wanneer het dartboard eenmaal is opgehangen, de positie daarvan in rotatierichting vastligt. Dit betekent dat het dartboard niet meer kan verdraaien, ook niet wanneer 10 daarop krachten worden uitgeoefend zoals bij het verwijderen van de geworpen darts. Ook is steeds verzekerd dat de juiste, nominale positie in draairichting van het dartboard aan de spelers gepresenteerd kan worden.
Zoals reeds vermeld biedt de ophanging volgens de uitvinding niet alleen het voordeel dat uit het dartboard in een gefixeerde, correcte positie kan worden 15 opgehangen en gehandhaafd, doch ook dat meerdere van dergelijke posities, die in hoekrichting ten opzichte van elkaar zijn verdraaid, kunnen worden ingesteld. Dat is van belang wanneer bepaalde plaatsen of velden te veel door de darts, in het bijzonder de scherpe punten daarvan, zijn aangetast. In dat geval kan het metalen rooster dat de nummering draagt over discrete stappen van een of meer velden worden verdraaid. De 20 velden met de hoogste scores, waarin om die redenen ook de meeste darts terechtkomen, zijn dan nog relatief onaangetast omdat deze in de vorige positie van het rooster behoorden bij velden die het minst aantrekkelijk waren voor spelers omdat deze lage scores vertegenwoordigden.
Volgens de uitvinding is om die reden voorzien dat de hoekposities van de 25 ophanging over 36 graden of een veelvoud daarvan van elkaar verschillen. In het bijzonder kunnen daarbij 10 verschillende hoekposities zijn voorzien die in omtreksrichting regelmatig zijn verspreid. Deze 10 verschillende hoekposities komen overeen met de velden die op het bord zijn aangebracht, in het bijzonder de 10 verschillende sectoren die daarbij een rol spelen.
30 De ophanging volgens de uitvinding kan op vele verschillende manieren worden uitgevoerd. Van belang daarbij is steeds dat het dartboard op vaste, vooraf bepaalde onverdraaibare posities kan worden vastgehouden. Volgens de uitvinding kan dat worden bereikt in een uitvoeringsvorm waarbij een van de steunmiddelen en de drager 1030201- ( 4 een in omtreksrichting symmetrisch positioneringselement omvat met regelmatige verdeelde uitsteeksels, en de andere van de steunmiddelen en de drager een opneemorgaan met een holte omvat die ten hoogste een gelijk aantal regelmatige verdeelde uitsparingen bezit waarin telkens een uitsteeksel past.
5 Een dergelijk positioneringselement een opneemorgaan kunnen wederom op vele verschillende manieren zijn uitgevoerd, onder de voorwaarde dat zij een positieve blokkering van het dartboard ten opzichte van de steunmiddelen kunnen garanderen. Dat wil zeggen dat het positioneringselement en het opneemorgaan in bepaalde discrete stappen stabiel ten opzichte van elkaar blokkeerbaar zijn, en in verdraaide posities die 10 tussen die discrete stappen zich bevinden, niet stabiel blokkeerbaar zijn. Zo zou het reeds voldoende kunnen zijn, in verband met een stabiele ophanging, indien bijvoorbeeld het positioneringselement toppen vertoont die opneembaar zijn in overeenkomstig geplaatste en gevormde dalen van het opneemorgaan, of omgekeerd. Volgens een eerste mogelijke uitvoeringsvorm kan dat bereikt worden doordat de 15 uitsteeksels en uitsparingen radiaal ten opzichte van de hartlijn van het dartboard zijn gericht.
Volgens een voorkeursvariant kunnen de uitsteeksels uitsteken ten opzichte van de omtreksrand van het positioneringselement, en de uitsparingen zich radiaal ten opzichte van de holte uitstrekken. Volgens weer een andere variant, die ook kan 20 worden toegepast in combinatie met de vorige varianten, kunnen de uitsteeksels uitsteken ten opzichte van een vlak loodrecht op de hartlijn van het dartboard, en kunnen de uitsparingen zich axiaal ten opzichte van de holte uitstrekken.
Bij voorkeur is bij deze uitvoeringsvormen voorzien dat het positioneringselement en het opneemorgaan in axiale richting in en uit samenwerking 25 met elkaar brengbaar zijn. In dat geval kunnen tevens voorspanmiddelen zijn voorzien zodanig dat het positioneringselement en het opneemorgaan onder verende voorspanning in samenwerking met elkaar gehouden kunnen worden.
Volgens een verdere voorkeuruitvoeringsvorm is het positioneringselement door middel van een centrale pen bevestigd met de steunmiddelen of met de drager, en 30 omvat het opneemorgaan een aan een rand uitmondende groef waarin de pen zodanig schuifbaar is dat het positioneringselement achter het opneemorgaan kan worden gehaakt.
103 02 01- % 5
Vanwege het feit dat het opneemorgaan een aan de rand uitmondende groef bezit, is het aantal uitsparingen in een dergelijk opneemorgaan kleiner dan het aantal uitsteeksels van het positioneringselement. Dit wordt voor zaak door het feit dat de uitsparingen, die zich bij gesloten opneemorgaan over de volle 360 graden zouden 5 uitstrekken, bij de sleuf een onderbreking vertonen. Ter plaatste van de sleuf kunnen immers geen uitsparingen worden aangebracht. Dit gaat echter geenszins ten koste van een stabiele positionering van het positioneringselement ten opzichte van het opneemorgaan, omdat een groot aantal van de uitsteeksels niettemin is opgenomen in de andere, wel aanwezige uitsparingen.
10 In verband met het aanbrengen en losnemen van het dartboard heeft de holte van het opneemorgaan een diepte die groter is dan de dikte van het positioneringselement. Daarbij kan het positioneringelement ten opzichte van het opneemorgaan verplaatsbaar zijn tussen een vrijgeefpositie, waarin het positioneringselement dwars ten opzichte van de hartlijn van het dartboard verplaatsbaar is ten opzichte van het opneemorgaan, en 15 een grendelpositie waarin het positioneringselement onverdraaibaar is vergrendeld ten opzichte van het opneemorgaan.
De steunmiddelen kunnen verder tenminste drie radiaal ten opzichte van de hartlijn van het dartboard zich uitstrekkende armen omvatten waarvan de uiteinden zijn afgesteund tegen de achterzijde van het dartboard in de toestand waarin het dartboard is 20 bevestigd aan het steunorgaan. In een voorkeuruitvoeringsvorm bezitten de steunmiddelen vier regelmatig in omtreksrichting verspreidt aangebrachte armen. Deze armen zijn bij voorkeur elastisch uitgevoerd, zodanig dat zij in de toestand waarin het dartboard is bevestigd aan het steunorgaan, een verende voorspanning uitoefenen op het dartboard. Door middel van deze verende voorspanning kunnen ook het 25 positioneringselement en het opneemorgaan in samenwerking met elkaar aangedrukt gehouden worden.
Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.
Figuur 1 toont een vooraanzicht van een dartboard.
30 Figuur 2 toont een zijaanzicht van een dartboard volgens de uitvinding
Figuur 3 toont een zijaanzicht van een dartboard met een ophanging volgens de uitvinding.
103 02 01- 6
Figuur 4 toont een aanzicht op het positioneringselement van de ophanging volgens de uitvinding.
Figuur 5 toont een aanzicht op de steunmiddelen van de ophanging volgens de uitvinding.
5 Figuur 6 toont een achteraanzicht op het opneemorgaan met positioneringselement.
Het in Figuur 1 weergegeven dartboard is in zijn algemeenheid aangeduid met verwijzingscijfer 1. Dit dartboard 1 omvat een plaat 2 uit een relatief dik en zacht materiaal, zodanig dat daarin de punten kunnen dringen van darts. Op de plaat 2 is een 10 cirkelvormige rooster 3 aangebracht, dat een cirkelvormig roosterelement 4 omvat en een aantal radiale roosterelementen 5 die elkaar kruisen in het roostermiddelpunt 6 en aan de uiteinden zijn bevestigd aan het cirkelvormige roosterelement 4.
Het voorvlak 7 van de plaat 2 is verdeeld in een tiental sectorvormige velden 8, waarvan de grenzen gemarkeerd worden door de radiale roosterelementen 5. De 15 waardering of scores worden afgelezen door middel van de getallen 9 die per sectorvormig veld 8 zijn toegekend en die zijn bevestigd aan het cirkelvormige roosterelement 4. Zoals weergegeven in het zijaanzicht van Figuur 2 is het rooster 3 voorzien van pootjes 10, die in de plaat 2 zijn gestoken.
Het dartboard 1 volgens de uitvinding is aan een achterwand, zoals een muur 11, 20 bevestigd door middel van de in zijn geheel met 12 aangeduide ophanging. Deze ophanging omvat een aan het dartboard bevestigde drager 13, alsmede de aan de muur 11 bevestigde steunmiddelen 14. Deze steunmiddelen 14, die in Figuur 5 in vooraanzicht te zijn weergegeven, omvatten een viertal armen 15 waarvan een vlak gedeelte 17 tegen de muur 11 aanligt. De armen 15 omvat een verder elk een naar 25 voren wijzend tipgedeelte 18, dat zoals weergegeven in iiguur 3 tegen het achtervlak 19 van het dartboard 1 steunt.
De drager 13 omvat een pen 20, alsmede een positioneringselement 21 dat ook in vooraanzicht in Figuur 4 is weergegeven. Het positioneringselement 21 omvat in het onderhavige voorbeeld een tiental uitsteeksels 22, die regelmatig verdeeld over 30 onderlinge hoeken van 36 graden over de omtrek van het positioneringselement 21 uitsteken in radiale richting. De steunmiddelen 14 bezitten, afgezien van die hiervoor genoemde armen 15, een opneemorgaan 23 voorzien van gaten 27 waardoorheen de bevestigingsschroeven 16 kunnen worden gestoken. Verder is het opneemorgaan 23 103 02 01-_ 7 voorzien van een holte 24 met in omtreksrichting regelmatig verdeelde uitsparingen 25. Deze uitsparingen 25 sluiten eveneens hoeken in van 36 graden, en zijn overeenkomstig de uitsteeksels 22 van het positioneringselement gevormd. Het aantal uitsparingen 25 is echter kleiner dan 10, omdat het opneemorgaan is voorzien van een 5 sleuf 26.
Het dartboard 1 kan nu aan de steunmiddelen 13 worden opgehangen door de pen 20 van de drager 13 in de sleuf 26 van het opneemorgaan 23 te schuiven. Het positioneringselement 21 moet daartoe enigszins naar achteren in de richting van de muur 11 worden verschoven, teneinde het opneemorgaan 23 te kunnen passeren. Deze 10 verschuiving en van het positioneringselement 21, en van de gehele plaat 2 van het dartboard 1 is mogelijk omdat de tipgedeelten 18 van de armen 15 elastisch weggebogen kunnen worden.
Zodra de pen 20 geheel in de sleuf 26 is verschoven, bevindt het positioneringselement 21 zich axiaal direct tegenover de holte 24 van het 15 opneemorgaan 23. Door de uitsteeksels 22 van het positioneringselement 21 te positioneren overeenkomstig de uitsparingen 25 van de holte 24 van het opneemorgaan 23, kan het positioneringselement 21 in de holte 24 van het opneemorgaan 23 worden verschoven. Die beweging wordt bevorderd door de elastische verende voorspanning ! die door de tipgedeelten 18 van de armen 15 op het dartboard 1 wordt uitgeoefend. Het 20 dartboard 1 bevindt zich nu stabiel bevestigd aan de muur 11, in de gewenste hoekoriëntatie die is verzekerd door de samenwerking van de uitsteeksels 21 met de uitsparingen 25.
Omdat zowel de uitsteeksels 22 als de uitsparingen 25 een regelmatige steekhoek van 36 graden bezitten, kan het dartboard in 10 verschillende verdraaide posities stabiel 25 worden opgehangen. Daarvan kan gebruik worden gemaakt wanneer het dartboard op bepaalde plaatsen versleten raakt door de vele inslagen van de punten van de darts, omdat het betreffende veld een hoge score kent. Door het rooster 3 te verdraaien, worden vervolgens aan andere velden hoge scores toegekend. Het dartboard moet dan echter eveneens verdraaid worden, zodat dit weer in de juiste positie hangt. Gezien de 30 hiervoor genoemde steekhoek van 36 graden is dat bij de ophanging volgens de uitvinding op stabiele wijze zonder meer mogelijk.
i 03 n? 01-_
Claims (20)
1. Ophanging (12) voor een dartboard (1), omvattende steunmiddelen (14) die aan een achtergrond, zoals een muur (11) en dergelijke, bevestigbaar zijn alsmede een 5 drager (13) die aan het dartboard (1) is bevestigd en die onverdraaibaar ten opzichte van de hartlijn van het dartboard (1) ondersteund kan worden door de steunmiddelen (14), met het kenmerk dat de steunmiddelen (14) en de drager (13) in elkaar grijpende vormen (22, 25) bezitten, welke in elkaar grijpende vormen (22, 25) met elkaar in samenwerking brengbaar zijn in meerdere ten opzichte van elkaar rond die hartlijn 10 verdraaide posities en onderlinge rotaties van de steunmiddelen (14) en de drager (13) ten opzichte van de hartlijn van het dartboard (1) verhinderen.
2. Ophanging volgens conclusie 1, waarbij de hoekposities over 36 graden of een veelvoud daarvan van elkaar verschillen. 15
3. Ophanging volgens conclusie 1 of 2, waarbij 10 verschillende hoekposities zijn voorzien die in omtreksrichting regelmatig zijn verspreid.
4. Ophanging volgens een der voorgaande conclusies, waarbij een van de 20 steunmiddelen (14) en de drager (13) een in omtreksrichting symmetrisch positioneringselement (21) omvat met regelmatige verdeelde uitsteeksels (22), en de andere van de steunmiddelen (14) en de drager (13) een opneemorgaan (23) met een holte (24) omvat die ten hoogste een gelijk aantal regelmatige verdeelde uitsparingen (25) bezit waarin telkens een uitsteeksel (22) past. 25
5. Ophanging volgens conclusie 4, waarbij de uitsteeksels (22) en uitsparingen (25) radiaal ten opzichte van de hartlijn van het dartboard (1) zijn gericht.
6. Ophanging volgens conclusie 4 of 5, waarbij de uitsteeksels (22) uitsteken ten 30 opzichte van de omtreksrand van het positioneringselement (21), en de uitsparingen (25) zich radiaal ten opzichte van de holte (24) uitstrekken. J 10302 01- *
7. Ophanging volgens conclusie 4, 5 of 6, waarbij de uitsteeksels uitsteken ten opzichte van een vlak loodrecht op de hartlijn van het dartboard, en de uitsparingen zich axiaal ten opzichte van de holte uitstrekken.
8. Ophanging volgens een der conclusies 4-7, waarbij het positioneringselement (21) en het opneemorgaan (23) in axiale richting in en uit samenwerking met elkaar brengbaar zijn.
9. Ophanging volgens conclusie 8, waarbij voorspanmiddelen (17, 18) zijn 10 voorzien zodanig dat het positioneringselement (21) en het opneemorgaan (23) onder verende voorspanning in samenwerking met elkaar gehouden kunnen worden.
10. Ophanging volgens een der conclusies 4-9, waarbij het positioneringselement (21) door middel van een centrale pen (20) bevestigd is met een van de steunmiddelen 15 (14) en de drager (13), en het opneemorgaan (23) een aan een rand uitmondende groef (26) omvat waarin de pen (20) zodanig schuifbaar is dat het positioneringselement (21) achter het opneemorgaan (23) kan worden gehaakt.
11. Ophanging volgens conclusie 10, waarbij het opneemorgaan (23) een aantal 20 uitsparingen (25) bezit, welk aantal uitsparingen (25) kleiner is dan het aantal uitsteeksels (22) van het positioneringselement (21).
12. Ophanging volgens conclusie 10 of 11, waarbij de holte (24) van het opneemorgaan (23) een diepte heeft die groter is dan de dikte van het 25 positioneringselement (21).
13. Ophanging volgens conclusie 12, waarbij het positioneringelement (21) ten opzichte van het opneemorgaan (23) verplaatsbaar is tussen een vrijgeefpositie, waarin het positioneringselement (21) dwars ten opzichte van de hartlijn van het dartboard (1) 30 verplaatsbaar is ten opzichte van het opneemorgaan (23), en een grendelpositie waarin het positioneringselement (21) onverdraaibaar is vergrendeld ten opzichte van het opneemorgaan (23). 10302 01-
14. Ophanging volgens een der conclusies 10-13, waarbij het opneemorgaan (23) een ondersneden holte (24) omvat.
15. Ophanging volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de in elkaar 5 grijpende vormen (22, 25) van de steunmiddelen (14) en de drager (13) niet omwentelingssymmetrisch zijn ten opzichte van de hartlijn van het dartboard (1).
16. Ophanging volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de steunmiddelen (14) tenminste drie radiaal ten opzichte van de hartlijn van het dartboard (1) zich 10 uitstrekkende armen (15) omvat waarvan de uiteinden (18) zijn afgesteund tegen de achterzijde (19) van het dartboard (1) in de toestand waarin het dartboard (1) is bevestigd aan de steunmiddelen (14).
17. Ophanging volgens conclusie 16, waarbij de armen (15) elastisch zijn 15 uitgevoerd, en in de toestand waarin het dartboard (1) is bevestigd aan de steunmiddelen (14), een verende voorspanning uitoefenen op het dartboard (1).
18. Ophanging volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de in elkaar grijpende vormen (22, 25) van de steunmiddelen (14) en de drager (13) een eindig 20 aantal stabiele posities bepalen, alsmede andere posities die instabiel zijn.
19. Ophanging volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de in elkaar grijpende vormen (22, 25) van de steunmiddelen (14) en de drager (13) een indexeermechanisme bepalen. 25
20. Ophanging volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de steunmiddelen (14) zijn voorzien van gaten (27) voor bevestigingsmiddelen, zoals schroeven (16), ter bevestiging van de steunmiddelen aan een muur en dergelijke. 10302 01-
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1030201A NL1030201C2 (nl) | 2005-10-14 | 2005-10-14 | Ophanging voor een dartboard. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1030201A NL1030201C2 (nl) | 2005-10-14 | 2005-10-14 | Ophanging voor een dartboard. |
NL1030201 | 2005-10-14 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1030201C2 true NL1030201C2 (nl) | 2007-04-17 |
Family
ID=35601699
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1030201A NL1030201C2 (nl) | 2005-10-14 | 2005-10-14 | Ophanging voor een dartboard. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL1030201C2 (nl) |
Cited By (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1033617C2 (nl) * | 2007-03-30 | 2008-10-02 | Dartboardfix B V | Inrichting voor het ophangen van een speelbord. |
WO2013068706A1 (en) * | 2011-11-10 | 2013-05-16 | Bbs Sales Limited | Fixing apparatus for games board or games board cabinet |
FR3044055A1 (fr) * | 2015-11-23 | 2017-05-26 | Verelec | Systeme de fixation d'un article sur un support |
Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB503045A (en) * | 1938-02-17 | 1939-03-30 | John Arthur Ellam | Improvements in or relating to dart boards |
US3529799A (en) * | 1968-10-30 | 1970-09-22 | Robert G Schaefer | Locking hanger assembly |
GB2149649A (en) * | 1983-11-17 | 1985-06-19 | Target Sports Ltd | Support and stabilising device for a dart-board or the like |
-
2005
- 2005-10-14 NL NL1030201A patent/NL1030201C2/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB503045A (en) * | 1938-02-17 | 1939-03-30 | John Arthur Ellam | Improvements in or relating to dart boards |
US3529799A (en) * | 1968-10-30 | 1970-09-22 | Robert G Schaefer | Locking hanger assembly |
GB2149649A (en) * | 1983-11-17 | 1985-06-19 | Target Sports Ltd | Support and stabilising device for a dart-board or the like |
Cited By (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1033617C2 (nl) * | 2007-03-30 | 2008-10-02 | Dartboardfix B V | Inrichting voor het ophangen van een speelbord. |
WO2013068706A1 (en) * | 2011-11-10 | 2013-05-16 | Bbs Sales Limited | Fixing apparatus for games board or games board cabinet |
FR3044055A1 (fr) * | 2015-11-23 | 2017-05-26 | Verelec | Systeme de fixation d'un article sur un support |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1030201C2 (nl) | Ophanging voor een dartboard. | |
US4686956A (en) | Rest device | |
US10330437B2 (en) | Rotational sighting apparatus | |
US4543728A (en) | Archery bow sight | |
CA2089926A1 (en) | Hockey practice apparatus kit | |
US4827895A (en) | Archery box arrow rest | |
US9706836B1 (en) | Adjustable shelving structure | |
US3641950A (en) | Rotatable display stand | |
US8910944B2 (en) | Target practice device | |
US5102082A (en) | Tiltable and rotatable base for a monitor | |
US2155391A (en) | Sight for toy guns | |
US9784539B1 (en) | Reactive target retention devices | |
US5419051A (en) | Bowsight | |
US2339723A (en) | Firearm sight | |
US20050006848A1 (en) | Target holding device | |
US3685661A (en) | Revolving gun cabinet | |
US2506602A (en) | Shelf construction | |
US3593955A (en) | Book holder | |
US2938291A (en) | Display device | |
CN111108340B (zh) | 箭台 | |
US3974586A (en) | Firearms accessories | |
JP5331522B2 (ja) | パチンコ遊技機の打球発射用ハンドル | |
US4193512A (en) | Device for arranging playing elements | |
US2665916A (en) | Card holder | |
WO2010048663A1 (en) | An apparatus for mounting a game board |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
SD | Assignments of patents |
Owner name: EMBASSY BENELUX B.V. Effective date: 20091110 |
|
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20110501 |