NL1029491C2

NL1029491C2 - Coded magnetomechanical lock, has code element rotatably mounted on movable shaft inside lock casing

Info

Publication number: NL1029491C2
Application number: NL1029491A
Authority: NL
Inventors: Rene Johan Van Geer
Original assignee: R J Van Geer Beheer B V
Priority date: 2005-07-11
Filing date: 2005-07-11
Publication date: 2007-01-12

Abstract

The code element is mounted on the movable inner body inside the lock casing. The code element is cylindrical and rotatably mounted on the body, which comprises at least one shaft extending at right angles to the body movement direction. The lock (60) is operated using an encoded magnetic key and includes at least one chamber and at least one code element with one or more cavities for receiving the magnetizable movable body, which can be moved into the chamber. The key is used to move the body into a position in front of the cavity so that it can move relative to the casing. An independent claimS is also included for a key for opening a magnetomechanical lock comprising a main body with at least one chamber and a movable body for introducing into the chamber. The movable body includes a magnet (94) in a defined location and can be introduced into the chamber in different ways so that the magnet adopts a unique position for each unique way.

Description

ί i I Codeerbaar magneto-mechanisch slot.ί i I Codable magneto-mechanical lock.

j jyy

De uitvinding heeft betrekking op een codeerbaar magneto-mechanisch slot.The invention relates to a codable magneto-mechanical lock.

5 Sloten en sleutels zijn bekend in vele vormen en uitvoeringen, voor een zeer breed scala aan toepassingen. Voor veel toepassingen worden slot en sleutel door de fabrikant in een één op één verhouding geleverd. De eindgebruiker koopt een slot plus sleutel met een bepaalde code en kan eventueel meerdere sleutels laten bij maken bij een gespecialiseerde sleutelmaker. Extra sloten met dezelfde code moeten specifiek 10 worden bijbesteld bij de fabrikant. Dit leidt tot een complexe logistiek aan de leverancierszijde en geringe flexibiliteit bij de eindgebruiker.5 Locks and keys are known in many forms and designs, for a very wide range of applications. For many applications, the lock and key are supplied by the manufacturer in a one-to-one ratio. The end user buys a lock plus key with a certain code and can possibly have several keys made at a specialized key maker. Additional locks with the same code must be specifically ordered from the manufacturer. This leads to complex logistics on the supplier side and limited flexibility for the end user.

In bepaalde toepassingen is het wenselijk dat met één sleutel meerdere sloten kunnen worden geopend. Bijvoorbeeld in winkels, waarbij op meerdere locaties in de winkel producten middels een slot worden beschermd tegen diefstal. In de winkel zal 15 een verkoper veel, of zelfs alle sloten met één sleutel willen openen. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor servicemedewerkers in openbare gebouwen, etc.In certain applications it is desirable that multiple locks can be opened with one key. For example in stores, where products are protected against theft at several locations in the store. In the store, a seller will want to open many, or even all, locks with one key. The same applies, for example, to service employees in public buildings, etc.

Voor al deze toepassingen is het wenselijk dat de eindgebruiker zelf vrij is om sloten in willekeurige aantallen (bij) te bestellen en te coderen. In dergelijke situaties zijn vaak meerdere sleutels met dezelfde code in gebruik, want in een winkel moeten 20 vaak meerdere personeelsleden dezelfde sloten kunnen openen. Daarbij bestaat het risico dat sleutels zoek raken of in de verkeerde handen terecht komen. Gelet op dit soort situaties is het wenselijk dat de slotcodes ook na het in gebruik nemen op ieder moment kunnen worden gewijzigd, en dat de eigenaar slechts de sleutels nieuw hoeft aan te schaffen.For all these applications, it is desirable that the end user is free to order and code locks in random numbers. In such situations, often multiple keys with the same code are in use, because in a store often several employees must be able to open the same locks. There is also the risk that keys will be lost or end up in the wrong hands. Given this type of situation, it is desirable that the lock codes can be changed at any time even after commissioning, and that the owner only needs to purchase the keys new.

25 In octrooipublicatie RU 2117128 Cl wordt een magneto-mechanisch slot beschreven waarbij zowel het slot als een bijbehorende sleutel door een gebruiker kan worden hergecodeerd. In het slot bevinden zich kogeltjes die, indien de sleutel niet is aangebracht, voorkomen dat een binnenlichaam zodanig ver kan worden bewogen dat het slot wordt geopend. Het slot bevat roteerbare cilinders met putjes. Indien een sleutel 30 wordt aangebracht, dan zorgen magneten in de sleutel voor een zodanige positionering van de kogeltjes dat deze tegenover de putjes van de cilinders liggen. Doordat de kogels op deze wijze het binnenlichaam meer ruimte geven, kan het binnenlichaam worden ingedrukt tot een stand die overeenkomt met een geopende toestand van het slot. Bij het slot van RU 2117128 Cl moet een gebruiker om het slot te openen, druk 1029491- 2 uitoefenen met de sleutel op het sleutelvlak. Dit stelt bepaalde mechanische eisen aan de uitvoering van de sleutel.Patent publication RU 2117128 C1 describes a magneto-mechanical lock in which both the lock and an associated key can be recoded by a user. There are balls in the lock which, if the key is not fitted, prevent an inner body from being moved so far that the lock is opened. The lock contains rotatable cylinders with pits. If a key 30 is provided, then magnets in the key ensure that the balls are positioned in such a way that they lie opposite the wells of the cylinders. Because the balls give the inner body more space in this way, the inner body can be compressed to a position corresponding to an open condition of the lock. At the lock of RU 2117128 C1, to open the lock, a user must apply pressure 1029491-2 with the key on the key face. This places certain mechanical requirements on the implementation of the key.

Het is een doel van onderhavige uitvinding, een hercodeerbaar slot te verschaffen waarbij het mogelijk is om het slot te ontgrendelen zonder uitoefening van een kracht 5 op het sleutelvlak.It is an object of the present invention to provide a recodible lock whereby it is possible to unlock the lock without exerting a force on the key face.

Dit doel wordt bereikt met het magneto-meachnische slot welke bedienbaar is met een gecodeerde magnetische sleutel, waarbij het slot omvat: - een behuizing met een daarin beweegbaar binnenlichaam; - ten minste een kamer met een daarin beweegbaar magnetiseerbaar lichaam; 10 - ten minste een coderingselement met ten minste een holte voor het ontvangen van het beweegbare magnetiseerbare lichaam, waarbij door aanbrengen van de sleutel het beweegbare magnetiseerbare lichaam op een zodanige positie voor de ten minste ene holte wordt gebracht dat daardoor het binnenlichaam ten opzichte van de behuizing kan bewegen, met het kenmerk 15 dat het ten minste ene coderingselement is aangebracht op het beweegbare binnenlichaam.This object is achieved with the magneto-magnetic lock which can be operated with a coded magnetic key, the lock comprising: - a housing with an inner body movable therein; - at least one chamber with a magnetizable body movable therein; - at least one coding element with at least one cavity for receiving the movable magnetizable body, wherein by arranging the key the movable magnetizable body is placed in such a position for the at least one cavity that thereby the inner body is positioned relative to the housing can move, characterized in that the at least one coding element is arranged on the movable inner body.

De kamer is bijvoorbeeld gevuld met een kogel. In een slot volgens de uitvinding beweegt het binnenlichaam en dus het coderingselement naar de kogels toe, waarbij een benodige kracht kan worden uitgeoefend op een drukvlak dat niet het sleutelvlak is. Er 20 hoeft dus geen druk te worden uitgeoefend op de sleutel. En extra voordeel is dat hierdoor de sleutel erg plat kan zijn omdat de dikte van de sleutel slechts wordt bepaald door de magneten die er in zitten en niet door een bewegende mechanische constructie.The chamber is, for example, filled with a bullet. In a lock according to the invention, the inner body and thus the coding element moves towards the balls, whereby a necessary force can be exerted on a pressure surface that is not the key surface. Thus, no pressure has to be exerted on the key. An additional advantage is that the key can hereby be very flat because the thickness of the key is only determined by the magnets that are in it and not by a moving mechanical construction.

In een uitvoeringsvorm staat een rotatieas van het coderingselement in hoofdzaak loodrecht staat op de bewegingsrichting van het binnenlichaam en is de holte 25 aangebracht in een wand van het coderingselement die parallel loopt aan de rotatieas. Door deze configuratie is het mogelijk dat het roteerbare coderingselement zo aangebracht kan worden dat een kopse kant hiervan bereikbaar aan een zijde van het slot die haaks staat op een zijde waarop de sleutel wordt aangebracht (d.w.z. het sleutelvlak). Hierdoor is het eenvoudig om met bijvoorbeeld een schroevendraaier, het 30 slot te hercoderen, ook als het reeds is aangebracht op een muur of wand of product.In one embodiment, an axis of rotation of the coding element is substantially perpendicular to the direction of movement of the inner body and the cavity 25 is arranged in a wall of the coding element that runs parallel to the axis of rotation. Due to this configuration, it is possible that the rotatable coding element can be arranged such that an end face thereof can be reached on a side of the lock which is perpendicular to a side on which the key is applied (i.e. the key face). This makes it easy to recode the lock with, for example, a screwdriver, even if it has already been mounted on a wall or wall or product.

In een verdere uitvoeringsvorm omvat de behuizing een eerste opening en omvat het binnenlichaam een drukvlak dat via de eerste opening van de behuizing bereikbaar is, waarbij het slot een veer omvat die is ingericht om het binnenlichaam naar een 10294 91 - 3 positie te drukken die overeenkomt met een gesloten toestand van het slot, en waarbij een gebruiker druk kan uitoefenen op het drukvlak van het binnenlichaam zodanig dat het binnenlichaam wordt bewogen naar een ontgrendelpositie. Hierdoor is het slot makkelijk met de hand in te drukken en dus te openen.In a further embodiment, the housing comprises a first opening and the inner body comprises a pressure surface which can be reached via the first opening of the housing, the lock comprising a spring adapted to press the inner body to a position corresponding to 10294 91-3 with a closed condition of the lock, and wherein a user can exert pressure on the pressure surface of the inner body such that the inner body is moved to an unlocking position. This makes the lock easy to push in by hand and therefore open.

5 In een speciale uitvoeringsvorm omvat het binnenlichaam een lip die ingrijpt op een irtsparing aan een binnenzijde van de behuizing in de ontgrendelpositie, en die vrijkomt wanneer een te vergrendelen element tegen de lip wordt geduwd. Deze functie wordt de ‘openstand-borging’ genoemd en deze leidt tot een vereenvoudiging van gebruikshandelingen: een gebruiker kan voor een andere persoon een slot openen en de 10 sleutel weer meenemen, waarna die andere persoon ook zonder sleutel het slot nog kan sluiten.In a special embodiment, the inner body comprises a lip which engages an inner slot on an inner side of the housing in the unlocking position, and which is released when an element to be locked is pushed against the lip. This function is called the "open position lock" and this leads to a simplification of user operations: a user can open a lock for another person and take the key again, after which the other person can still close the lock without a key.

De uitvinding heeft verder betrekking op een sleutel voor het openen van een magneto-mechanisch slot, omvattende een hoofdlichaam met ten minste een kamer en een in de kamer in te brengen lichaam, waarbij het in te brengen lichaam op een 15 gedefinieerde plek een magneet omvat, en waarbij het in te brengen lichaam op verschillende wijzes in de ten minste ene kamer kan worden ingebracht, zodanig dat de magneet bij elke unieke wijze van inbrenging op een unieke plaats komt.The invention further relates to a key for opening a magneto-mechanical lock, comprising a main body with at least one chamber and a body to be introduced into the chamber, the body to be inserted comprising a magnet at a defined location and wherein the body to be inserted can be introduced into the at least one chamber in different ways such that the magnet comes to a unique location with each unique method of insertion.

In een uitvoeringsvorm heeft de kamer een opening waardoor het in te brengen lichaam kan worden ingebracht, en waarbij de opening zodanig is ingericht dat na 20 inbrenging van het in te brengen lichaam deze niet meer uitneembaar is.In one embodiment the chamber has an opening through which the body to be inserted can be inserted, and wherein the opening is arranged such that after insertion of the body to be inserted it can no longer be removed.

Hierdoor is de sleutel slechts eenmalig instelbaar waardoor het risico wordt voorkomen dat een gestolen sleutel kan worden gebruikt als loper. Dit maakt een gevonden/ gestolen sleutel minder waardevol.As a result, the key can only be adjusted once, thus avoiding the risk that a stolen key can be used as a runner. This makes a found / stolen key less valuable.

25 Verdere voordelen en kenmerken van de onderhavige uitvinding zullen duidelijk worden aan de hand van een beschrijving van enkele uitvoeringsvormen als voorbeeld, waarbij gerefereerd wordt aan de bijgevoegde tekeningen, waarin tonen:Further advantages and features of the present invention will become clear on the basis of a description of some embodiments as an example, with reference to the accompanying drawings, in which:

Fig. 1 een aanzicht in perspectief van een behuizing van een slot volgens een 30 uitvoeringsvorm van de uitvinding;FIG. 1 is a perspective view of a housing of a lock according to an embodiment of the invention;

Fig. 2 een ander aanzicht in perspectief van de behuizing getoond in Figuur 1;FIG. 2 another perspective view of the housing shown in Figure 1;

Fig. 3 een aanzicht in perspectief van een binnenlichaam volgens een uitvoeringsvorm, die kan worden geplaatst in de behuizing getoond in Figuur 1; »029491- 4FIG. 3 is a perspective view of an inner body according to an embodiment that can be placed in the housing shown in FIG. 1; »029491-4

Fig. 4 een ander aanzicht in perspectief van het binnenlichaam getoond in Figuur 3;FIG. 4 another perspective view of the inner body shown in Figure 3;

Fig. 5 een aanzicht in perspectief van een coderingselement van een slot volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding; 5 Fig. 6 een opengewerkt zijaanzicht in perspectief van een slot volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding;FIG. 5 is a perspective view of a coding element of a lock according to an embodiment of the invention; FIG. 6 shows a cut-away side view in perspective of a lock according to an embodiment of the invention;

Fig. 7 een opengewerkt onderaanzicht van een kamer van van een slot volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding;FIG. 7 is a cut-away bottom view of a chamber of a lock according to an embodiment of the invention;

Fig. 8 een aanzicht in perspectief van een slot volgens een uitvoeringsvorm van 10 de uitvinding waarbij het slot op een U-vormige stang is aangebracht;FIG. 8 is a perspective view of a lock according to an embodiment of the invention wherein the lock is mounted on a U-shaped rod;

Fig. 9A, 9C, 9E dwarsdoorsnedes van een slot volgens een uitvoeringsvorm in drie toestanden;FIG. 9A, 9C, 9E cross-sections of a lock according to an embodiment in three states;

Fig. 9B, 9D, 9F bijbehorende aanzichten in perspectief van het slot in de drie toestanden; 15 Fig. 10 een schematische weergave van een uitvoeringsvorm waarbij het slot op de kop wordt gehouden;FIG. 9B, 9D, 9F corresponding perspective views of the lock in the three states; FIG. 10 is a schematic representation of an embodiment in which the lock is held upside down;

Fig. 11 een schematische weergave van een kamer met coderingselement volgens een tweede uitvoeringsvorm;FIG. 11 is a schematic representation of a chamber with coding element according to a second embodiment;

Fig. 12 een aanzicht in perspectief van een sleutel volgens een uitvoeringsvorm 20 van de uitvinding;FIG. 12 is a perspective view of a key according to an embodiment of the invention;

Fig. 13 een schematische weergave van een sleutel met drie holtes waarin drie magneethouders zijn geplaatst.FIG. 13 is a schematic representation of a key with three cavities in which three magnet holders are placed.

Figuur 1 toont een aanzicht in perspectief van een behuizing 10 van een slot 25 volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding. De behuizing 10 heeft een achterwand 11 waarin zich een opening 12 bevindt. In de achterwand 11 bevindt zich een holle uitsparing 13 die zodanig is gevormd dat hierin een deel van een veer (niet getoond) kan worden opgenomen. Verder is de behuizing 10 opgebouwd uit twee zijwanden 14, 15 die aan de achterwand 11 grenzen. Een typische grootte van de behuizing 10 is 40 x 30 50 x 25 mm.Figure 1 shows a perspective view of a housing 10 of a lock 25 according to an embodiment of the invention. The housing 10 has a rear wall 11 in which there is an opening 12. In the rear wall 11 there is a hollow recess 13 which is shaped such that a part of a spring (not shown) can be received therein. Furthermore, the housing 10 is made up of two side walls 14, 15 adjacent to the rear wall 11. A typical size of the housing 10 is 40 x 30 50 x 25 mm.

Figuur 2 toont een voorzijde van de behuizing 10 getoond in Figuur 1. Vanuit dit perspectivisch aanzicht is ook hier de opening 12 te zien. Verder toont figuur 2 dat de behuizing een ontvanglichaam 20 heeft dat zich uitstrekt in het binnenste van de 10294 91- j 5 behuizing 10. De behuizing 10 wordt aan een onderzijde afgesloten door een bodem 21. Op deze bodem 21 bevinden zich schotjes 22, 23 die samen met de achterwand 11 en de zijwanden 14,15 drie kamers onderin de behuizing 10 definiëren. In figuur 2 is ook te zien dat de bodem 21 aan de onderzijde een half open ruimte 25 heeft. De functie 5 van de ruimte wordt later besproken met referentie naar Figuur 8. Op twee plaatsen op het ontvanglichaam 20 bevinden zich openingen 26,27 die zijn ingericht voor het ontvangen van schroeven, niet getoond. Verder zijn aan de binnenzijde van de achterwand 11, twee sleuven 28, 29 aangebracht waarvan de diepte minder is dan de dikte van de achterwand 11. De sleuven vormen dus geen opening in de achterwand 11. 10 Figuur 3 toont een aanzicht in perspectief van achterzijde van een binnenlichaam 30 van een slot volgens een uitvoeringsvorm. Dit binnenlichaam 30 is zodanig ingericht dat deze in de behuizing 10 van Figuur 1 kan worden geplaatst en daarin beweegbaar is. In dit geval kan het binnenlichaam 30 schuiven in de behuizing 10. Het binnenlichaam 30 omvat twee blokkeerelementen 31, 32 en een lip 33. De twee 15 blokkeerelementen 31, 32 en de lip 33 zijn zo gepositioneerd op het binnenlichaam 30, dat hiertussen een U-vormige stang kan worden geplaatst. Figuur 3 toont ook nog een bovenvlak 36 waar hieronder naar wordt gerefereerd als drukvlak 36.Figure 2 shows a front side of the housing 10 shown in Figure 1. From this perspective view the opening 12 can also be seen here. Furthermore, Figure 2 shows that the housing has a receiving body 20 which extends into the interior of the housing 10. The housing 10 is closed at the bottom by a bottom 21. On this bottom 21 there are baffles 22, 23. which together with the rear wall 11 and the side walls 14,15 define three chambers at the bottom of the housing 10. Figure 2 also shows that the bottom 21 has a semi-open space 25 at the bottom. The function 5 of the space is discussed later with reference to Figure 8. At two locations on the receiving body 20 there are openings 26,27 which are adapted to receive screws, not shown. Furthermore, two slots 28, 29 are provided on the inside of the rear wall 11, the depth of which is less than the thickness of the rear wall 11. The slots therefore do not form an opening in the rear wall 11. Figure 3 shows a perspective view from the rear of an inner body 30 of a lock according to an embodiment. This inner body 30 is arranged such that it can be placed in the housing 10 of Figure 1 and is movable therein. In this case the inner body 30 can slide into the housing 10. The inner body 30 comprises two blocking elements 31, 32 and a lip 33. The two blocking elements 31, 32 and the lip 33 are positioned on the inner body 30 such that a U -shaped rod can be placed. Figure 3 also shows a top surface 36 which is referred to below as pressure surface 36.

Figuur 4 toont een achterzijde van het binnenlichaam 30 getoond in Figuur 3. Hierin is te zien dat in het binnenlichaam 30 een drietal bogen 40,41,42 zijn 20 aangebracht. Verder is te zien dat bij iedere boog 40,41,42 een achterwandsegment 43,44, 45 is ingericht waarin zich een aantal fixeerholtes 46 bevinden. Op ieder achterwandsegment 43,44,45 zijn respectievelijk pinnen 47,48,49 aangebracht.Figure 4 shows a rear side of the inner body 30 shown in Figure 3. It can be seen here that three arcs 40,41,42 are arranged in the inner body 30. It can further be seen that a rear wall segment 43,44, 45 is arranged at each arch 40,41,42, in which a number of fixing cavities 46 are arranged. Pins 47.48.49 are provided on each rear wall segment 43.44.45 respectively.

Iedere pin 47,48,49 staat loodrecht op een vooroppervlak van het corresponderende achterwandsegment 43,44, 45.Each pin 47.48.49 is perpendicular to a front surface of the corresponding rear wall segment 43.44, 45.

25 Figuur 5 toont in perspectief een coderingselement 50 volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding. Het coderingselement 50 omvat een cilindrische zijkant 51 waarin zich twee holtes bevinden waarvan in deze figuur er slechts een, zie holte 52 zichtbaar is. De andere holte, niet getoond, zit aan de achterzijde van het cilindrische coderingselement 50 en wordt denkbeeldig verkregen door holte 52 te 30 spiegelen in een zwaartepunt van het coderingselement 50. Het coderingselement 50 heeft een holle cilindrische opening 53 rond zijn hoofdas. Deze cilindrische opening 53 is zo gedimensioneerd dat deze één van de pinnen 47,48,49 kan ontvangen, zie ook Figuur 4. Op deze wijze kan het coderingselement 50 draaibaar worden bevestigd onder 1079491- 6 het binnenlichaam 30. In Figuur 5 is verder te zien dat het coderingselement 50 aan een kopse kant 54 een sleuf 55 omvat. Deze sleuf 55 is zo gedimensioneerd dat hierin een schroevendraaier (niet getoond) kan worden gezet, waarmee op het coderingselement 50 een rotatiekracht kan worden uitgeoefend. Aan de achterzijde van het 5 coderingselement 50 bevinden zich noppen, niet getoond, die in de fixeerholtes 46 dringen, zodanig dat het coderingselement 50 wel draaibaar is, maar in bepaalde posities enigszins gefixeerd is.Figure 5 shows in perspective a coding element 50 according to an embodiment of the invention. The coding element 50 comprises a cylindrical side 51 in which there are two cavities, of which only one, see cavity 52, is visible in this figure. The other cavity, not shown, sits at the rear of the cylindrical coding element 50 and is imaginatively obtained by mirroring cavity 52 in a center of gravity of the coding element 50. The coding element 50 has a hollow cylindrical opening 53 around its major axis. This cylindrical opening 53 is dimensioned such that it can receive one of the pins 47,48,49, see also Figure 4. In this way the coding element 50 can be rotatably mounted underneath 1079491-6 the inner body 30. In Figure 5 it is further possible to The encoding element 50 comprises a slot 55 on an end face 54. This slot 55 is dimensioned such that a screwdriver (not shown) can be placed therein, with which a rotational force can be exerted on the coding element 50. At the rear of the coding element 50 there are studs, not shown, which penetrate into the fixing cavities 46, such that the coding element 50 is rotatable, but is somewhat fixed in certain positions.

De werking van het slot wordt nu nader uitgelegd aan de hand van Figuur 6 waarin de hierboven besproken onderdelen zijn samengevoegd tot een slot 60. Het slot 10 60 bestaat uit de behuizing 10 en daarin aangebracht het binnenlichaam 30. Figuur 6 toont het slot 60 in een vergrendelde positie. Het slot 60 omvat een veer 62 die binnenin de behuizing 10 is geplaatst zodanig dat deze aan een bovenzijde afsteunt op de nok 34 van het binnenlichaam 30, zie ook Figuur 3. De veer 62 duwt het binnenlichaam 30 naar de vergrendelde positie zoals getoond in Figuur 6. Het 15 binnenlichaam 30 wordt door de veer 62 zover naar boven geduwd totdat de uitsparingen 37, 38 van het binnenlichaam 30 blokkeren in de sleuven 28,29 in de behuizing, zie Figuur 2. In deze uitvoeringsvorm omvat het slot 60 drie kogels 63,64, 65, die ieder vrij kunnen bewegen binnen hun eigen kamers 73, 74, 75. Boven iedere kamer is een coderingselement 83,84, 85 aanwezig die ieder in een bepaalde positie 20 gedraaid zijn waardoor een bepaalde code is ihgesteld. In figuur 6 is ook te zien dat twee schroeven 86,87 zijn aangebracht in respectievelijk de openingen 26,27. Kogels zijn door hun bolvorm voordelig, omdat ze daardoor goed kunnen rollen, maar het zal duidelijk zijn dat in plaats van kogels ook andere vormen gebruikt kunnen worden, zoals bijvoorbeeld een puck vorm.The operation of the lock will now be explained in more detail with reference to Figure 6, in which the components discussed above are combined into a lock 60. The lock 10 60 consists of the housing 10 and the inner body 30 arranged therein. Figure 6 shows the lock 60 in a locked position. The lock 60 comprises a spring 62 which is placed inside the housing 10 such that it rests on the top 34 of the cam 34 of the inner body 30, see also Figure 3. The spring 62 pushes the inner body 30 to the locked position as shown in Figure 6. The inner body 30 is pushed upwards by the spring 62 until the recesses 37, 38 of the inner body 30 block in the slots 28,29 in the housing, see Figure 2. In this embodiment, the lock 60 comprises three balls 63 64, 65, each of which can move freely within their own chambers 73, 74, 75. Above each chamber there is a coding element 83.84, 85 which are each rotated in a certain position, whereby a certain code is set. In figure 6 it can also be seen that two screws 86,87 are arranged in the openings 26,27 respectively. Because of their spherical shape, balls are advantageous because they can roll well, but it will be clear that instead of balls other forms can also be used, such as, for example, a puck shape.

25 De vloeren van de kamers 73, 74,75 liggen in een dusdanig vlak dat in gebruik, onder invloed van de zwaartekracht, de kogels 63, 64, 65 naar de achterwand 11 van de behuizing rollen. Indien de kogels tegen de achterwand 11 van de behuizing 10 liggen, liggen ze onder de achterwandsegmenten 43,44,45 van het binnenlichaam 30. Indien in deze situatie een gebruiker kracht uitoefent op het drukvlak 36, dan zullen de kogels 30 63,64,65 voorkomen dat het binnenlichaam 30 naar de ontgrendelde positie beweegt.The floors of the chambers 73, 74.75 lie in such a plane that, in use, under the influence of gravity, the balls 63, 64, 65 roll towards the rear wall 11 of the housing. If the balls rest against the rear wall 11 of the housing 10, they lie below the rear wall segments 43, 44.45 of the inner body 30. If in this situation a user exerts force on the pressure surface 36, the balls will be 63.64, 65 prevent the inner body 30 from moving to the unlocked position.

Met andere woorden, de kogels 63, 64,65 blokkeren/vergrendelen dan het slot 60. Dit wordt hieronder nader verduidelijkt met referentie naar Figuur 7. Het zal duidelijk zijn dat de kogels de juiste afmetingen moeten hebben. Het voordeel van een configuratie 10294 91 - 7 met cilindrische coderingselementen 83, 84, 85 en de bovengelegen bogen 40,41,42 is dat bij het indrukken van het slot in een vergrendelde situatie, de krachten die de kogels 73,74,75 op de bijbehorende coderingselementen 83, 84,85 uitoefenen, niet alleen op de pinnen 47,48,49 komen, maar ook worden opgevangen door de bogen 40,41,42.In other words, the balls 63, 64, 65 block / lock than the lock 60. This is further clarified below with reference to Figure 7. It will be clear that the balls must have the correct dimensions. The advantage of a configuration 10294 91 - 7 with cylindrical coding elements 83, 84, 85 and the upper arcs 40,41,42 is that when the lock is pressed in a locked situation, the forces which the balls 73,74,75 exert on exert the corresponding coding elements 83, 84.85, not only on the pins 47,48,49, but also be received by the arcs 40,41,42.

5 Dit verhoogt de kwaliteit van het slot.5 This increases the quality of the lock.

De behuizing 10 kan bijvoorbeeld worden gemaakt van spuitgegoten kunststof zoals PolyCarbonaat. Het binnenlichaam 30 idem dito, maar kan ook van een technische sterke kunststof met bijzonder goede glij-eigenschappen, zoals PA (nylon) of POM. De kogels 63,64,65 zijn van een magnetiseerbaar materiaal gemaakt, zoals 10 bijvoorbeeld staal.The housing 10 can, for example, be made of injection molded plastic such as poly carbonate. The inner body 30 is the same, but can also be made of a technically strong plastic with particularly good sliding properties, such as PA (nylon) or POM. The balls 63, 64, 65 are made of a magnetizable material, such as, for example, steel.

Figuur 7 is een opengewerkt onderaanzicht van de kamer 73 zoals getoond in Figuur 6. Indien het slot 60 gesloten is, zal het binnenlichaam 30 door de veer 62 naar boven zijn gedrukt. De kogel 63 zal vrij kunnen bewegen in de kamer 73. De vloer van kamer 73 ligt echter in een dusdanige vlak dat, in gebruik de kogel door de 15 zwaartekracht onder het achterwandsegment 43 rolt. In deze positie is het slot 60 vergrendeld. Pas wanneer een sleutel wordt aangebracht met de magneten op de juiste posities, kan de kogel 63 op de juiste positie komen en zal het slot 60 kunnen worden ontgrendeld.Figure 7 is a bottom plan view of the chamber 73 as shown in Figure 6. If the lock 60 is closed, the inner body 30 will be pushed upwards by the spring 62. The ball 63 will be able to move freely in the chamber 73. The floor of chamber 73, however, lies in such a plane that, in use, the ball rolls under the rear wall segment 43 by gravity. The lock 60 is locked in this position. Only when a key is applied with the magnets in the correct positions, can the ball 63 reach the correct position and the lock 60 can be unlocked.

Figuur 8 toont een aanzicht in perspectief van het slot 60 volgens een 20 uitvoeringsvorm van de uitvinding waarbij het slot 60 op een U-vormige stang 90 is aangebracht. In figuur 8 is ook te zien dat het slot een tussenschot 92 omvat die openingen heeft die zorgen voor toegang tot de kopse kanten van de coderingselementen 83, 84, 85. Het tussenschot wordt bevestigd met behulp van de twee schroeven 86, 87. Het tussenschot wordt afgedekt door een frontpaneel dat niet 25 getoond is in Figuur 8.Figure 8 shows a perspective view of the lock 60 according to an embodiment of the invention wherein the lock 60 is mounted on a U-shaped rod 90. In figure 8 it can also be seen that the lock comprises a partition 92 which has openings which provide access to the end faces of the coding elements 83, 84, 85. The partition is fixed with the aid of the two screws 86, 87. The partition is covered by a front panel that is not shown in Figure 8.

Indien het slot 60 open is, kan de stang 90 zover in het slot 60 worden gestoken totdat het gekromde uiteinde van de stang 60 tegen de lip 33 stoot. De stang 90 kan bijvoorbeeld een ophangbeugel zijn voor zogenaamde blister-verpakkingen die veel in winkels worden gebruikt. Op deze manier vormt het slot 60 een beveiliging tegen het 30 ongeoorloofd afnemen van blister-verpakkingen die aan de stang 90 hangen. Slechts het winkelpersoneel dat een juist gecodeerde sleutel heeft, kan het slot openen en een product, niet getoond, van de stang nemen. In plaats van een metalen stang kan het te vergrendelen element ook een platte lip zijn, met in het vlak een opening of op het vlak 10294 91- 8 een stevige rand. Deze platte lip kan onderdeel zijn van een doos waarin producten tegen diefstal zijn opgeborgen. Waarbij het slot dient ter afsluiting van deze doos.If the lock 60 is open, the rod 90 can be inserted into the lock 60 until the curved end of the rod 60 abuts the lip 33. The rod 90 can, for example, be a suspension bracket for so-called blister packs that are frequently used in shops. In this way, the lock 60 forms a protection against the unauthorized removal of blister packages hanging from the rod 90. Only shop staff who have a properly coded key can open the lock and take a product, not shown, off the bar. Instead of a metal rod, the element to be locked can also be a flat lip, with an opening in the plane or a solid edge on the plane 10294 91-8. This flat lip can be part of a box in which products against theft are stored. The lock serves to close this box.

Figuur 8 toont ook een sleutel 94 met magneten, niet getoond, die aan de onderzijde van het slot 60 (dat sleutelvlak wordt genoemd), is geplaatst. Indien de 5 sleutel op de juist wijze gecodeerd is zullen de kogels 63,64,65 door de magneten in de sleutel 94 op een zodanige positie komen te liggen dat deze precies onder de holtes 52 van de coderingselementen 83,84, 85 komen. In die situatie kan door het uitoefenen van druk op het drukvlak 36 het binnenlichaam 30 naar de ontgrendelpositie worden bewogen.Figure 8 also shows a key 94 with magnets, not shown, which is placed on the underside of the lock 60 (which is called the key face). If the key is correctly coded, the balls 63,64,65 will be positioned by the magnets in the key 94 in such a position that they come exactly below the cavities 52 of the coding elements 83,84, 85. In that situation the inner body 30 can be moved to the release position by exerting pressure on the pressure surface 36.

10 In een slot volgens deze uitvoeringsvorm is een kopse kant van de roteerbare coderingselement 83, 84, 85 bereikbaar aan een zijde van het slot die haaks staat op een zijde waarop de sleutel 94 wordt aangebracht (d.w.z. het sleutelvlak). Hierdoor is het eenvoudig om met bijvoorbeeld een schroevendraaier, het slot 60 te hercoderen.In a lock according to this embodiment, an end face of the rotatable coding element 83, 84, 85 is accessible on a side of the lock that is perpendicular to a side on which the key 94 is provided (i.e. the key face). This makes it easy to recode the lock 60 with, for example, a screwdriver.

Bijvoorkeur zijn op het tussenschot 92 tekens aangebraeht, zoals bijvoorbeeld 15 ‘A’,‘B’,‘C’,‘D’, die de in te stellen code representeren, zie Figuur 8.The partition is preferably provided with 92 characters, such as, for example, 15 "A", "B", "C", "D", which represent the code to be set, see Figure 8.

Nu wordt aan de hand van Figuren 9A-9F de werking van de lip 33 nader toegelicht. Figuren 9A en 9B tonen het slot 60 samen met de stang 90 waarbij de stang 90 nog niet is ingebracht in het slot 60. Het slot 60 is wel ontgrendeld door middel van de sleutel, niet getoond. Indien een gebruiker het slot 60 ontgrendelt door het 20 binnenlichaam 30, naar beneden te drukken, schiet een top van de lip 33 onder een gedeelte van het ontvanglichaam 20. Hierdoor wordt het binnenlichaam 30 vergrendeld in de openstand van het slot 60. Indien nu de stang 90 wordt ingebracht, zie figuren 9C en 9D, dan duwt de stang 90 de lip 33 in de richting van het tussenschot 92. Indien de stang 90 voldoende kracht uitoefent, dan zal de lip 33 losspringen en zal als gevolg van 25 de kracht van de veer 62, terugspringen in de vergrendelstand van het slot 60, zie figuren 9E en 9F. In de figuren 9A, 9C en 9E is ook het frontpaneel 93 zichtbaar.The operation of the lip 33 will now be explained in more detail with reference to Figures 9A-9F. Figures 9A and 9B show the lock 60 together with the rod 90 with the rod 90 not yet being inserted into the lock 60. The lock 60 is unlocked by means of the key, not shown. If a user unlocks the lock 60 by pressing down the inner body 30, a top of the lip 33 shoots beneath a portion of the receiving body 20. This locks the inner body 30 in the open position of the lock 60. If now the rod 90 is inserted, see figures 9C and 9D, the rod 90 pushes the lip 33 in the direction of the partition 92. If the rod 90 exerts sufficient force, the lip 33 will come loose and, as a result of the force of the spring 62, spring back into the locking position of the lock 60, see figures 9E and 9F. 9A, 9C and 9E also show the front panel 93.

Figuur 10 een schematische weergave van een uitvoeringsvorm waarbij het slot op de kop wordt gehouden. Indien het slot 60 als hangslot wordt gebruikt, of als het een onderdeel is van een kantelbaar object, dan zou een moedwillige persoon het slot 30 proberen te openen door het op de kop te houden. Om te voorkomen dat de kogels 63, 64, 65 in dat geval naar de holtes in de cilinders 83, 84, 85 komen te liggen, waardoor het slot te openen zou zijn, zijn in een uitvoeringsvorm in het binnenlichaam 30 geulen 99 aangebracht waarin de kogels terechtkomen, indien het slot op de kop wordt 10294 91 - 9 gehouden. Indien de kogels in de geulen 99 liggen, zal het binnenlichaam 30 ook blokkeren bij het indrukken van het slot.Figure 10 is a schematic representation of an embodiment in which the lock is held upside down. If the lock 60 is used as a padlock, or if it is part of a tiltable object, a willful person would try to open the lock 30 by holding it upside down. In order to prevent the balls 63, 64, 65 from coming in that case to the cavities in the cylinders 83, 84, 85, as a result of which the lock could be opened, trenches 99 are provided in the inner body 30 in which the bullets, if the lock is held upside down 10294 91 - 9. If the balls are in the channels 99, the inner body 30 will also block when the lock is pressed.

Figuur 11 een schematische weergave van een kamer met coderingselement volgens een verdere uitvoeringsvorm. Bij deze uitvoeringsvorm is een schijfvormig | 5 coderingselement 200 roteerbaar om een as 201 die op zijn positie wordt gehouden i j door een binnenlichaam 202. Het schijfVormige coderingslichaam 200 omvat een j opening of holte, waarin een zuiger 205 beweegbaar is en onder een voorspanning | staan van een veer 206. Indien een juiste sleutel wordt aangebracht dan zal een kogel 207 op een zodanige plaats komen te liggen dat het binnenlichaam 202 en dus ook het 10 coderingselement 200, kan worden bewogen. Deze beweging zorgt voor het ontgrendelen van het slot. Indien het slot op de kop wordt gehouden, zal de kogel 207 geen holte vinden. Hierdoor zal de kogel 207 niet zonder sleutel op de juiste plaats komen en zal het slot niet ontgrendeld kunnen worden.Figure 11 is a schematic representation of a chamber with coding element according to a further embodiment. In this embodiment, a disc is shaped Coding element 200 rotatable about an axis 201 which is held in position by an inner body 202. The disc-shaped coding body 200 comprises an opening or cavity in which a piston 205 is movable and under a bias. of a spring 206. If a correct key is provided, a ball 207 will be positioned in such a position that the inner body 202 and therefore also the coding element 200 can be moved. This movement causes the lock to be unlocked. If the lock is held upside down, the ball 207 will not find a cavity. As a result, the ball 207 will not come to the right place without a key and the lock will not be able to be unlocked.

Figuur 12 toont de sleutel 94 in perspectief. De sleutel 94 is globaal opgebouwd 15 uit twee segmenten 95,96. Het eerste segment 95 is een relatief plat segment waarop het tweede segment 96 is geplaatst. De sleutel 94 kan worden gemaakt van spuit-gegoten kunststof zoals PolyCarbonaat, waarbij bij voorkeur de twee segmenten in één enkele vorm worden gegoten. Het tweede segment 96 is kleiner dan het eerste segment 95, en heeft een dusdanige vorm dat deze in de opening 25 van de bodem 21 van de 20 behuizing 10 past. Op deze manier kan de sleutel 94 eenvoudig op het slot 60 worden aangebracht. Doordat de kogels 63, 64, 65 door de magneten in de sleutel worden aangetrokken zal de sleutel 94 aan het slot 60 blijven hangen. Dit is handig indien het slot 60 door een gebruiker wordt aangebracht op de stang 90.Figure 12 shows the key 94 in perspective. The key 94 is constructed globally from two segments 95.96. The first segment 95 is a relatively flat segment on which the second segment 96 is placed. The key 94 can be made of injection molded plastic such as poly carbonate, with the two segments preferably being cast in a single shape. The second segment 96 is smaller than the first segment 95, and has such a shape that it fits into the opening 25 of the bottom 21 of the housing 10. In this way the key 94 can easily be mounted on the lock 60. Because the balls 63, 64, 65 are attracted by the magnets in the key, the key 94 will remain attached to the lock 60. This is useful if the lock 60 is mounted on the rod 90 by a user.

Figuur 13 een schematische weergave van de sleutel 94 met drie holtes 101,102, 25 103 waarin respectievelijk drie magneethouders 111,112,113 zijn geplaatst. De magneethouders 111,112,113 bevatten ieder een magneet 121,122,123 die op een bepaalde positie binnen de magneethouders 111,112,113 gefixeerd zijn. In de uitvoeringsvorm van Figuur 13 zijn de holtes 101,102,103 vierkant alsook de magneethouders 111, 112, 113. De magneethouders 111,112,113 hebben een 30 dusdanige afmeting dat deze nagenoeg vast in de holtes 101, 102, 103 kunnen worden geschoven. Hierdoor ontstaat een bepaalde code op de sleutel. Het zal duidelijk zijn dat in plaats van een vierkante vorm, de holtes en de magneethouders ook een andere vorm 1029491? 10 kunnen hebben, waarbij de vorm zo gekozen is dat de magneethouders in de holtes niet kunnen draaien.Figure 13 shows a schematic representation of the key 94 with three cavities 101, 102, 103 in which three magnet holders 111, 112, 113 are respectively placed. The magnet holders 111,112,113 each contain a magnet 121,122,123 which are fixed at a certain position within the magnet holders 111,112,113. In the embodiment of Fig. 13, the cavities 101, 102, 103 are square as well as the magnet holders 111, 112, 113. The magnet holders 111, 112, 113 are of such a size that they can be pushed substantially firmly into the cavities 101, 102, 103. This creates a certain code on the key. It will be clear that instead of a square shape, the cavities and the magnet holders also have a different shape 1029491? 10, the shape being chosen so that the magnet holders cannot rotate in the cavities.

In een uitvoeringsvorm omvat de sleutel 94 voor iedere opening van de holtes 101, 102, 103 een klep die na inbrenging van de magneethouders 111, 112, 113 niet 5 meer te openen zijn. Hierdoor is een sleutel wel te coderen maar niet meer te hercoderen. Dit maakt een gestolen sleutel minder waardevol, omdat deze dan niet als een loper kan worden gebruikt. Indien een sleutel wordt gestolen, kan zeer eenvoudig een andere, relatief goedkope, sleutel worden gecodeerd op een code die niet overeenkomt met de oude code van de gestolen sleutel. Tegelijkertijd zullen dan ook de 10 sloten in bijvoorbeeld een winkel opnieuw gecodeerd moeten worden. De sloten volgens de uitvinding zijn gemakkelijk te hercoderen met behulp van bijvoorbeeld een schroevendraaier.In one embodiment, the key 94 comprises for each opening of the cavities 101, 102, 103 a valve which can no longer be opened after insertion of the magnet holders 111, 112, 113. This means that a key can be encrypted but cannot be re-encrypted. This makes a stolen key less valuable, because it cannot be used as a runner. If a key is stolen, another, relatively inexpensive, key can very easily be encrypted on a code that does not match the old code of the stolen key. At the same time, the 10 locks in a store, for example, will have to be re-coded. The locks according to the invention can easily be recoded with the aid of, for example, a screwdriver.

In deze bovenbeschreven uitvoeringsvorm is het coderingselement in hoofdzaak cilindrisch, maar het zal voor de vakman duidelijk zijn dat ook bijvoorbeeld een 15 blokvormig element kan worden gebruikt waarbij het blokvormige element rondom een as roteerbaar is. Ook is het mogelijk dat in plaats van de sleuf 55, zie Figuur 5, ook een andere inkeping gebruikt kan worden zodat bijvoor beeld een inbussleutel gebruikt kan worden op een slot te hercoderen.In this embodiment described above, the coding element is substantially cylindrical, but it will be clear to the skilled person that a block-shaped element can also be used, for example, wherein the block-shaped element is rotatable about an axis. It is also possible that instead of the slot 55, see Figure 5, another notch can also be used so that, for example, an Allen key can be used to recode a lock.

Bijvoorkeur zijn de afmetingen van de kamertjes 73,74,75 en de kogeltjes 63, 20 64, 65 beperkt, bijvoorbeeld 5 mm doorsnee. Dit is voordelig omdat daardoor de afmetingen van het slot beperkt blijven. Bovendien bepaalt de slag van het binnen lichaam die een kogeltje moet tegenhouden de minimale diameter van het kogeltje.The dimensions of the chambers 73,74.75 and the balls 63, 64, 65 are preferably limited, for example 5 mm in diameter. This is advantageous because the dimensions of the lock are thereby limited. In addition, the stroke of the inner body that a bullet must stop determines the minimum diameter of the bullet.

Daarmee wordt ook het aantal posities van het kogeltje in de praktijk bepaald. Het aantal codes op een relatief klein oppervlak kan worden vergroot door middel van het 25 gebruik van meerdere kleine kamertjes naast elkaar. In plaats van het bovengenoemde gebruik van drie kamertjes met ieder vier posities, waarbij er 4*4*4 = 64 sleutelcodes mogelijk zijn, kan ook gekozen met eenvoudige middelen en geringe meerkosten de code verder worden vergoot, bijvoorbeeld: ! 4 kamertjes met ieder 6 posities leiden tot 6*6*6*6 = 1296 codes j 30 6 kamertjes met ieder 6 posities leiden tot 6*6*6*6*6*6 = 46.656 codesThis also determines the number of positions of the ball in practice. The number of codes on a relatively small surface can be increased by using several small rooms next to each other. Instead of the aforementioned use of three chambers with four positions each, whereby 4 * 4 * 4 = 64 key codes are possible, the code can also be chosen with simple means and low additional costs, for example:! 4 rooms with 6 positions each lead to 6 * 6 * 6 * 6 = 1296 codes j 30 6 rooms with 6 positions each lead to 6 * 6 * 6 * 6 * 6 * 6 = 46,656 codes

Iedere magneet in de sleutel 94 mag alleen het kogeltje in het corresponderende kamertje beïnvloeden. Een kogeltje in een naastliggende kamer moet naar zijn ‘eigen’ 1029491.*: 11 magneet worden aangetrokken. Dit stelt ook eisen aan de afmetingen en onderlinge afstanden van kamertjes, kogeltjes en magneten.Each magnet in the key 94 may only affect the ball in the corresponding room. A bullet in an adjacent room must be attracted to its "own" 1029491. *: 11 magnet. This also imposes requirements on the dimensions and mutual distances of small rooms, balls and magnets.

Indien een gebruiker met één sleutel meerdere sloten wil kunnen openen, of na verloop van tijd het aantal sloten wenst uit te breiden, is de zelf-instelbaarheid van de 5 sloten volgens de uitvinding zeer waardevol. Op het gebied van winkelbeveiliging is vaak sprake van een paar honderd sloten plus enkele sleutels, allen op basis van één unieke code welke buiten de winkel niet bekend mag zijn.If a user wants to be able to open several locks with one key, or after some time wants to expand the number of locks, the self-adjustability of the locks according to the invention is very valuable. In the area of store security, there are often a few hundred locks plus a few keys, all based on one unique code that may not be known outside the store.

In het dagelijks gebruik zijn de coderingselementen 83, 84, 85 afgeschermd voor de buitenwereld door het fröntpaneel 93. Om de coderingselementen 83, 84, 85 te 10 kunnen instellen moet eerst het slot worden geopend en dat kan alleen indien het drukvlak 36 kan worden ingeduwd. Daarna kan het fröntpaneel 93 worden verwijderd. Dat betekent dus dat alleen een persoon met de juiste sleutel toegang heeft tot het codeergedeelte van het slot.In daily use, the coding elements 83, 84, 85 are shielded from the outside world by the front panel 93. To be able to adjust the coding elements 83, 84, 85, the lock must first be opened and that is only possible if the pressure surface 36 can be pushed in. . The front panel 93 can then be removed. This means that only a person with the correct key has access to the coding part of the lock.

Bij voorkeur worden de sloten vanuit de fabriek in de open-stand geleverd. De 15 gebruiker kan op deze wijze zelf de code instellen en vervolgens het slot in gebruik nemen. Het product kan met een waarschuwingssticker worden geleverd: ‘lees instructies alvorens het slot wordt gesloten’. Het instellen van de codes wordt bij voorkeur niet gerealiseerd dmv delen die uitneembaar zijn, omdat daarmee een opening ontstaat waardoor misschien de kogeltjes verloren kunnen gaan.The locks are preferably supplied from the factory in the open position. In this way the user can set the code himself and then use the lock. The product can be delivered with a warning sticker: "read instructions before closing the lock". The setting of the codes is preferably not realized by means of parts that are removable, because this creates an opening through which the balls may be lost.

20 In het slot volgens de uitvinding liggen de coderingelementen in een smalle lijn opstelling en ontstaat een platte rechthoekige constructie met de indrukrichting (de ontgrendelbeweging) in het platte vlak: dit is parallel aan een lange zijde van het slot en daardoor niet gevoelig voor schrank. Indien het slot bij een toename van het aantal codeercilinders extra breed wordt, zal schrank nog steeds geen probleem gaan vormen 25 omdat kan worden volstaan met een enkele centrale geleiderib tussen de beide delen die de beide delen in de breedste richting voor schrank behoedt. De platte vorm van het slot leidt tot ruime inbouw- en toepassingsmogelijkheden.In the lock according to the invention, the coding elements are arranged in a narrow line arrangement and a flat rectangular construction is formed with the pressing direction (the unlocking movement) in the flat surface: this is parallel to a long side of the lock and is therefore not sensitive to skid. If, with an increase in the number of coding cylinders, the lock becomes extra wide, skid will still not become a problem because a single central guide rib between the two parts is sufficient to protect the two parts from skid in the widest direction. The flat shape of the lock leads to ample installation and application options.

Begrepen zal worden dat bij het lezen van het bovenstaande bij de vakman dadelijk varianten opkomen. In plaats van roteerbare cilinders, kunnen ook blokjes 30 gebruikt worden die naar verschillende positie kunnen worden verschoven. Eveneens is het denkbaar dat het slot is ontworpen om een borgpin te vergrendelen. Dergelijke varianten worden geacht binnen het bereik van de bijgaande conclusies te liggen.It will be understood that upon reading the above, variations will immediately occur to those skilled in the art. Instead of rotatable cylinders, blocks 30 can also be used which can be moved to different positions. It is also conceivable that the lock is designed to lock a locking pin. Such variants are considered to lie within the scope of the appended claims.

1029491-1029491-

Claims

A magneto-mechanical lock which is operable with a coded magnetic key, the lock comprising: - a housing with an inner body movable therein; - at least one chamber with a magnetizable body movable therein; - at least one coding element with at least one cavity for receiving the movable magnetizable body, wherein by arranging the key the movable magnetizable body is brought in such a position for the at least one cavity that thereby the inner body is positioned relative to the housing can move, characterized in that the at least one coding element is arranged on the movable inner body. 15

A magneto-mechanical lock according to claim 1, wherein the coding element is rotatably mounted on the inner body.

3. A magneto-mechanical lock according to any one of the preceding claims, wherein an axis of rotation of the coding element is substantially perpendicular to the direction of movement of the inner body and that the at least one cavity is arranged in a wall of the coding element parallel to the axis of rotation.

4. A magneto-mechanical lock according to any one of the preceding claims, wherein the coding element has a slot on an end face that passes through the axis of rotation of the coding element.

A magneto-mechanical lock according to any one of the preceding claims, wherein the coding element is substantially cylindrical. 30

A magneto-mechanical lock according to any one of the preceding claims, wherein the housing comprises a first opening and the inner body comprises a pressure surface that can be reached via the first opening of the housing, the lock comprising a spring which is 10294 9] -> arranged to press the inner body to a position corresponding to a closed state of the lock, and wherein a user can exert pressure on the pressing surface of the inner body such that the inner body is moved to an unlocking position. 5

A magneto-mechanical lock as claimed in any one of the preceding claims, wherein the inner body comprises at least one axis perpendicular to the direction of movement of the inner body and wherein the coding element is rotatably mounted on the axis.

A magneto-mechanical lock according to any one of the preceding claims, wherein the inner body comprises at least one supporting surface for supporting the coding element on the inner body.

9. Magneto-mechanical lock as claimed in any of the foregoing claims, wherein the lock is adapted to receive an element to be locked, wherein the housing comprises at a rear side a second opening through which a part of the element to be locked can pass, and wherein the inner body comprises a blocking element which engages the locking element when the inner body is moved to a position corresponding to a closed state of the lock. 20

A magneto-mechanical lock as claimed in claim 9, wherein the inner body comprises a lip which engages a recess on an inner side of the housing in the unlocking position, and which is released when the element to be locked is pushed against the lip. 25

11. Key for opening a magneto-mechanical lock comprising a main body with at least one chamber and a body to be introduced into the chamber, wherein the body to be inserted comprises a magnet at a defined location, and wherein the to be inserted body can be inserted in different ways into the at least one chamber 30, such that the magnet arrives at a unique location in each unique manner of insertion. 1029491 - "*

12. Key as claimed in claim 11, wherein the at least one chamber has an opening through which the body to be inserted can be inserted, and wherein the opening is arranged such that after insertion of the body to be inserted it can no longer be removed. 5

The key according to claim 11 or 12, wherein the main body consists of a first and a second flat segment, the segments each having a narrow edge and a relatively large top and bottom surface, the second segment being smaller than the first segment and the bottom surface of the second segment adjoins the upper surface of the first segment, the second segment comprising the at least one chamber. 10294 91 -