NL1028900C2 - Uit verschillende, door een koffersluiting koppelbare meubeldelen samenstelbaar kantoormeubel. - Google Patents

Description

t

Uit verschillende, door een koffersluiting koppelbare meubeldelen samenstelbaar kantoormeubel

De onderhavige uitvinding betreft een kantoormeubel, in het bijzonder een 5 kantoormeubel, omvattende tenminste een eerste meubeldeel en een tweede meubeldeel, welke meubeldelen door tenminste een losmaakbaar verbindingelement met elkaar verbindbaar zijn.

Dergelijke kantoormeubelen zijn algemeen bekend. Kantoormeubelen, in het bijzonder 10 bureaus, werktafels en ook wel stoelen, zijn, om opslag en transport te vereenvoudigen, veelal uit losse onderdelen samengesteld. Dergelijke losse onderdelen moeten op de plaats waar zij worden gebruikt, worden opgebouwd. Bij bekende kantoormeubelen vereist dit opbouwen vaak specialistische kennis en vaardigheden. Zo komt het wel voor dat de onderdelen van dergelijke meubelen in onderdelen worden afgeleverd en dat 15 gewacht moet worden totdat een montageploeg beschikbaar is voor het monteren van de meubelen.

Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een dergelijk systeem dat met minimale kennis en vaardigheden kan worden opgebouwd, zodat geen 20 specialistische kennis of vaardigheden benodigd zijn en de meubelen gemakkelijk, zonder gebruik van gereedschap door de gebruikers kunnen worden opgebouwd en geen monteurs van de fabrikant noodzakelijk zijn.

Dit doel wordt bereikt doordat het tenminste ene verbindingselement een koffersluiting 25 is.

Een koffersluiting is een type verbinding dat zonder enig gereedschap kan worden gesloten en waarbij geen bijzondere vaardigheden vereist zijn. Door toepassing van dergelijke sluitingen kunnen kantoormeubelen gemakkelijk door de gebruikers zelf 30 worden gemonteerd.

Volgens een eerste uitvoeringsvorm omvat het eerste meubeldeel een eerste fixatie-element, omvat het tweede meubeldeel een tweede fixatie-element, zijn de fixatie-elementen ingericht om elkaar bij verbonden toestand van de meubeldelen in twee 1028900 2 richtingen te fixeren en is de tenminste ene koffersluiting ingericht voor het onderling fixeren van de fixatie-elementen in een derde richting.

Een koffersluiting is een type verbinding dat is ingericht om slechts hoofdzakelijk in 5 een richting krachten op te nemen. Door de krachten in de andere richtingen op te laten j vangen door de fixatie-elementen zelf, wordt voorkomen dat de koffersluitingen worden belast op een wijze waarvoor zij niet zijn ingericht hetgeen zou kunnen leiden tot bezwijking of tot beschadiging.

10 Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de fixatie-elementen door geleidemiddelen in de derde richting glijdbaar met elkaar verbonden. Hierdoor word het positioneren van de fixatie-elementen en daarmee van de te verbinden meubelelementen gemakkelijker omdat de fixatie-elementen glijdbaar met elkaar in contact kunnen | worden gebracht.

15

Veelal omvatten de fixatie-elementen kokerprofielen of andere onderdelen waarbij het voor het overdragen van krachten tussen het beide fixatie-elementen, en het wegnemen van speling tussen de fixatie-elementen van belang is een mate van symmetrie te handhaven. Hiertoe verschaft een verdere uitvoeringsvorm de maatregel dat het eerste

20 en het tweede fixatie-element in de verbonden toestand van de meubeldelen door I

! tenminste twee koffersluitingen worden verbonden en dat de koffersluitingen aan weerszijden van de fixatie-elementen zijn geplaatst.

Onder een koffersluiting wordt in de context van de onderhavige octrooiaanvrage een 25 sluiting verstaan welke een met een eerste fixatie-element verbonden anker, een met het tweede fixatie-element verbonden lager, een scharnierbaar met het lager verbonden, bedienbare hefboom en een scharnierbaar met de hefboom verbonden haakelement omvat, waarbij het haakelement is ingericht om aan te grijpen op het anker en waarbij de hefboom is ingericht voor het bij bedienen veranderen van de afstand tussen het lager 30 en de haak van het haakelement.

Dergelijk koffersluitingen zijn als gevolg van hun constructie zelf arreterend. Omdat de huidige toepassing hoge eisen stelt aan de duurzaamheid van de door de sluiting 1028900 gehandhaafde fixatie, verschaft een verdere voorkeursuitvoeringsvorm de maatregel dat de koffersluiting een arreteerelement omvat.

3

Bij voorkeur is het arreteerelement zodanig uitgevoerd dat de arreteereinrichting een 5 met het anker verbonden gewelfde arreteerveer omvat, waarvan de welving is ingericht voor het arreteren van hefboom. Dit is immers een eenvoudige constructie.

Bij voorkeur strekt de arreteerveer zich door een in de hefboom aangebrachte opening heen uit. Dit levert immers een ruimte besparende constructie op.

10

Om tolerantieafwijkingen te compenseren omvat het haakelement een verstelinrichting voor het verstellen van de afstand tussen de verbinding van het haakelement en de hefboom en de haak van het haakelement.

15 Weer een andere voorkeursuitvoeringsvorm verschaft de maatregel dat beide fixatie-elementen holle cilindervormige, in elkaar passen elementen omvatten en dat stopmiddelen zijn aangebracht voor het beperken van de beweging in de axiale richting van de cilindervormige elementen. Veelal zijn dergelijke onderdelen al opgenomen in de meubelonderdelen voor het onderling positioneren van de meubelonderdelen. Het is 20 dan aantrekkelijke deze onderdelen een dubbele functie te geven.

Het voordeel van de bovenstaande uitvoeringsvorm komt in het bijzonder tot uiting wanneer tenminste een van de fixatie-elementen een deel vormt van een poot van het kantoormeubel. Andere toepassingen worden echter geenszins uitgesloten.

25

Weer een andere voorkeursuitvoeringsvorm verschaft de maatregel dat het kantoormeubel een van een zich hoofdzakelijk horizontaal uitstrekkend blad is voorzien, dat zich onder het blad een ondersteunende structuur uitstrekt en dat het ander fixatie-element deel uitmaakt van de ondersteunende structuur. Het aanbrengen van de 30 scheiding tussen de onderdelen van het kantoormeubel tussen poten enerzijds en blad met ondersteunende structuur heeft het voordeel van een grote bestaring aan verpakkingsvolume omdat slechts hoofdzakelijk platte onderdelen resteren. Veelal resulteert dit in een situatie waarbij de ondersteunende structuur is voorzien van 1028900 -- — _____ 4 tenminste twee fixatie-elementen die zijn ingericht om te worden gekoppeld met fixatie-elementen die deel uitmaken van het blad.

Overigens is de uitvinding eveneens van toepassing voor het verbinden van onderdelen 5 die met een meer driedimensionale structuur.

Tevens kan de uitvinding worden toegepast voor het onderling verbinden van op zichzelf bruikbare meubeldelen tot een geschakeld meubel.

10 Vervolgens zal de onderhavige uitvinding worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekeningen, waarin tonen:

Figuur 1: een zijaanzicht van een werktafel, waarvan de delen met elkaar zijn verbonden door een verbindingstechniek volgens de uitvinding;

Figuur 2: een doorsnede-aanzicht van een fixatie-elementen als onderdeel van de 15 in figuur 1 afgebeelde tafel;

Figuur 3: een gedeeltelijk weggebroken perspectivisch aanzicht van een koffersluiting zoals deze bij de onderhavige uitvinding wordt toegepast;

Figuur 4: een doorsnede-aanzicht van de in figuur 3 weergegeven koffersluiting.

20 In figuur 1 is in zijn geheel met 1 aangeduide tafel afgebeeld, welke een tafelblad 2, vier ; poten 3 en een H-vormig steunframe 4 omvat. De vier poten 3 zijn elk door middel van een verbindingsconstructie 5 volgens de uitvinding met het steunframe 4 verbonden.

Het tafelblad 2 is door middel van een aantal verbindingsconstructies 5 volgens de j uitvinding met het H-vormige steunframe 4 verbonden.

25

In het onderhavige geval is sprake van een tafel 1 met in hoogte verstelbare poten 3; de uitvinding is uiteraard eveneens van toepassing op tafels of bureaus met poten met een vaste pootlengte. De verbindingsconstructie volgens de uitvinding kan eveneens worden i toegepast bij tafels of bureaus waarbij de aan het H-vormige frame een ladeblok is j 30 bevestigd. Uiteraard is de uitvinding bovendien van toepassing op andere soorten kantoormeubelen, waarbij verschillende onderdelen met elkaar moeten worden verbonden. Het verbindingselement volgens de uitvinding kan dan ook gebruikt worden voor het met elkaar verbinden van losse meubeldelen die op zichzelf bruikbaar zijn.

Hierdoor worden de meubeldelen schakelbaar.

1ÖË830Ö 1—-— —--- 5 ,

Een verbindingsconstructie volgens de uitvinding is weergegeven in figuur 2. Figuur 2 toont een zich in horizontale richting uitstrekkend kokerprofiel 6, dat fungeert als deel het H-vormige frame 4. Aan het kokerprofiel 6 is een zich naar beneden toe 5 uitstrekkend stuk kokerprofiel 7 gelast. Aan weerszijden van het stuk kokerprofiel 7 is een verdikking 8 gelast, waarbij op elk van de verdikkingsstukken 8 een anker is bevestigd.

Een poot 3 wordt eveneens door een kokerprofiel gevormd, dat een zodanig afmeting 10 heeft dat het kokerprofiel van de poot 3 om het zich naar beneden uitstrekkende kokerstuk 7 schuifbaar is tot in aanslag met de verdikkingsstukken 8. Hierbij fungeert het bovenste deel van de poot als tweede fixatie-element. Op de poot 3 zijn twee koffersluitingen 10 aangebracht, die zodanig zijn gepositioneerd, dat uit de koffersluitingen 10 stekende haken 11 in aangrijping zijn met ankers 9.

15

In figuren 3 en 4 is een koffersluiting 10 meer in detail weergegeven. Deze koffersluiting omvat een lager 12, dat vast is bevestigd aan de als tweede fixatie-element fungerende poot 3. Een hefboom 13 is schamierbaar met het lager 12 verbonden, terwijl een haak 11 schamierbaar met de hefboom 13 is verbonden. Hierbij 20 is de geometrie van het lager 12, de hefboom 13 en de haak 11 en hun onderlinge roteerbare verbindingen zodanig, dat de afstand tussen het lager 12 en het aangrijpende einde van de haak 11 veranderbaar is door de hefboom 13 te bewegen. Bovendien is de geometrie zodanig dat de hefboom zelf-arreterend is in de actieve, aangrijpende positie van het aangrijpende einde van de haak 11. Een dergelijk mechanisme is op zichzelf 25 bekend als een ‘over-the-centre’-mechanisme.

i

De haak 11 omvat een aangrijpend deel 14 dat een geheel vormt met een draadeind 15.

i

Het draadeind 15 is geschroefd in een van inwendige schroefdraad voorziene opening in een basisdeel 16, dat schamierbaar is verbonden met de hefboom. Op het draadeind 15 30 is een moer 17 gedraaid voor het fixeren van het draadeind 15 in het basisdeel 16. Deze constructie maakt het mogelijk de lengte van de haak 11 aan te passen, bijvoorbeeld voor het vereffenen van toleranties.

1028900 6

De hefboom is arreteerbaar in de positie waarin de haak het dichtste bij het anker is, ten eerste door de geometrie van de onderdelen maar bovendien door de aanwezigheid van een arrteerelement in de vorm van een van een desbetreffend gebogen veer 18 die is ingericht om aan te grijpen op de hefboom 13. Hiertoe is de hefboom 13 van een 5 opening 19 voorzien.

Er kan op talloze wijzen worden afgeweken van de in de bovengenoemde uitvoeringsvoorbeelden weergegeven constructies en toepassingen zonder buiten de uitvinding te vallen.

10 1028900

Claims (14)

1. Kantoormeubel, omvattende tenminste een eerste meubeldeel en een tweede 5 meubeldeel, welke meubeldelen door tenminste een losmaakbaar verbindingelement met elkaar verbindbaar zijn, met het kenmerk, dat het tenminste ene verbindingselement een koffersluiting is.

2. Kantoormeubel volgens conclusie 1, met het kenmerk, 10 dat het eerste meubeldeel een eerste fixatie-element omvat, dat het tweede meubeldeel een tweede fixatie-element omvat, dat de fixatie-elementen zijn ingericht om elkaar bij verbonden toestand van de meubeldelen in twee richtingen te fixeren en dat de tenminste ene koffersluiting is ingericht voor onderling fixeren van de fixatie-elementen in een derde richting. 15

3. Kantoormeubel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de fixatie-elementen door een geleidemiddelen in de derde richting glijdbaar met elkaar zijn verbonden.

4. Kantoormeubel volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat het eerste en het 20 tweede fixatie-element in de verbonden toestand van de meubeldelen door tenminste twee koffersluitingen worden verbonden en dat de koffersluitingen aan weerszijden van de fixatie-elementen zijn geplaatst.

5. Kantoormeubel volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, 25 dat de koffersluiting een met een eerste fixatie-element verbonden anker, een met het tweede fixatie-element verbonden lager, een scharnierbaar met het lager verbonden, bedienbare hefboom en een scharnierbaar met de hefboom verbonden haakelement omvat, waarbij het haakelement voorzien is van een haak die is ingericht om aan te grijpen op het anker en waarbij de hefboom is ingericht voor het bij bedienen 30 veranderen van de afstand tussen het lager en de haak.

6. Kantoormeubel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de koffersluiting een arreteerelement omvat. 1028900 _ ____

7. Kantoormeubel volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de arreteereinrichting een met het anker verbonden gewelfde arreteerveer omvat, waarvan de welving is ingericht voor het arreteren van hefboom.

8. Kantoormeubel volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de arreteerveer zich door een in de hefboom aangebrachte opening heen uitstrekt.

9. Kantoormeubel volgens een van de conclusies 5-8, met het kenmerk, dat de haak een verstelinrichting omvat voor het verstellen van de afstand tussen de verbinding 10 van de haak met de hefboom en dat deel van de haak dat is ingericht om aan te grijpen op het anker.

10. Kantoormeubel volgens een van de conclusies 2-9, met het kenmerk, dat beide fixatie-elementen holle cilindervormige, in elkaar passen elementen omvatten, en dat 15 stopmiddelen zijn aangebracht voor het beperken van de beweging in de axiale richting van de cilindervormige elementen.

11. Kantoormeubel volgens een van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat tenminste een van de fixatie-elementen deel vormt van een poot van het 20 kantoormeubel.

12. Kantoormeubel volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het kantoormeubel een van een zich hoofdzakelijk horizontaal uitstrekkend blad is voorzien, dat zich onder het blad een ondersteunende structuur uitstrekt en dat het ander fixatie-element deel 25 uitmaakt van de ondersteunende structuur.

13. Kantoormeubel volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de ondersteunende structuur is voorzien van tenminste twee fixatie-elementen die zijn ingericht om te worden gekoppeld met fixatie-elementen die deel uitmaken van het blad. 30

14. Kantoormeubel volgens een van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk dat het kantoormeubel is samengesteld uit verscheidene op zichzelf bruikbare meubeldelen. 1028900