NL1026010C2 - Inrichting voor het tillen van objecten. - Google Patents
Inrichting voor het tillen van objecten. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1026010C2 NL1026010C2 NL1026010A NL1026010A NL1026010C2 NL 1026010 C2 NL1026010 C2 NL 1026010C2 NL 1026010 A NL1026010 A NL 1026010A NL 1026010 A NL1026010 A NL 1026010A NL 1026010 C2 NL1026010 C2 NL 1026010C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- transmission
- wheels
- segment
- suspension
- segments
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B66—HOISTING; LIFTING; HAULING
- B66C—CRANES; LOAD-ENGAGING ELEMENTS OR DEVICES FOR CRANES, CAPSTANS, WINCHES, OR TACKLES
- B66C23/00—Cranes comprising essentially a beam, boom, or triangular structure acting as a cantilever and mounted for translatory of swinging movements in vertical or horizontal planes or a combination of such movements, e.g. jib-cranes, derricks, tower cranes
- B66C23/02—Cranes comprising essentially a beam, boom, or triangular structure acting as a cantilever and mounted for translatory of swinging movements in vertical or horizontal planes or a combination of such movements, e.g. jib-cranes, derricks, tower cranes with non-adjustable and non-inclinable jibs mounted solely for slewing movements
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B66—HOISTING; LIFTING; HAULING
- B66C—CRANES; LOAD-ENGAGING ELEMENTS OR DEVICES FOR CRANES, CAPSTANS, WINCHES, OR TACKLES
- B66C23/00—Cranes comprising essentially a beam, boom, or triangular structure acting as a cantilever and mounted for translatory of swinging movements in vertical or horizontal planes or a combination of such movements, e.g. jib-cranes, derricks, tower cranes
- B66C23/02—Cranes comprising essentially a beam, boom, or triangular structure acting as a cantilever and mounted for translatory of swinging movements in vertical or horizontal planes or a combination of such movements, e.g. jib-cranes, derricks, tower cranes with non-adjustable and non-inclinable jibs mounted solely for slewing movements
- B66C23/022—Pivot axis common with column
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B66—HOISTING; LIFTING; HAULING
- B66C—CRANES; LOAD-ENGAGING ELEMENTS OR DEVICES FOR CRANES, CAPSTANS, WINCHES, OR TACKLES
- B66C23/00—Cranes comprising essentially a beam, boom, or triangular structure acting as a cantilever and mounted for translatory of swinging movements in vertical or horizontal planes or a combination of such movements, e.g. jib-cranes, derricks, tower cranes
- B66C23/02—Cranes comprising essentially a beam, boom, or triangular structure acting as a cantilever and mounted for translatory of swinging movements in vertical or horizontal planes or a combination of such movements, e.g. jib-cranes, derricks, tower cranes with non-adjustable and non-inclinable jibs mounted solely for slewing movements
- B66C23/027—Pivot axis separated from column axis
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B66—HOISTING; LIFTING; HAULING
- B66C—CRANES; LOAD-ENGAGING ELEMENTS OR DEVICES FOR CRANES, CAPSTANS, WINCHES, OR TACKLES
- B66C23/00—Cranes comprising essentially a beam, boom, or triangular structure acting as a cantilever and mounted for translatory of swinging movements in vertical or horizontal planes or a combination of such movements, e.g. jib-cranes, derricks, tower cranes
- B66C23/04—Cranes comprising essentially a beam, boom, or triangular structure acting as a cantilever and mounted for translatory of swinging movements in vertical or horizontal planes or a combination of such movements, e.g. jib-cranes, derricks, tower cranes with jibs the effective length of which is variable in operation, e.g. longitudinally displaceable, extensible
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Handcart (AREA)
Description
* »
INRICHTING VOOR HET TILLEN VAN OBJECTEN
5 De onderhavige uitvinding betreft een inrichting voor het tillen van objecten, in hoofdzaak omvattende: een ophanging, zoals een staander of een muurkoppeling of een plafond-ophanging en een armconstructie, welke enerzijds met een scharnierverbinding aan de ophanging is aangebracht en zich 10 in hoofdzaak vanaf de ophanging uitstrekt, en waaraan anderzijds een grijpmechanisme voor aangrijping van de te tillen objecten is aangebracht.
Dergelijke inrichtingen zijn algemeen bekend en worden in het bijzonder door de rechthebbende op de onderhavige 15 uitvinding op de markt gebracht. Daarbij is in het algemeen de ophanging een paalvormige constructie, die vast of mobiel kan zijn en zich tot enige hoogte ten opzichte van een gebruiker uitstrekt. De ophanging kan echter ook een koppeling met een muur of plafond vormen. De armconstructie omvat ten 20 minste twee segmenten, die onderling door een scharnierverbinding zijn gekoppeld. Daarbij is de hele armconstructie ook middels een scharnierverbinding draaibaar aan de ophanging aangebracht. De onderverdeling van de armconstructie in segmenten dient bijvoorbeeld voor het op een ruimte besparen-25 de wijze kunnen inklappen van de armconstructie, wanneer beweging van het grijpmechanisme vlak langs de ophanging gewenst is, en de armconstructie kan worden uitgeklapt om getilde of te tillen objecten op grotere afstand van de ophanging aan te kunnen grijpen of neer te kunnen zetten.
30 Daarbij zijn volgens de bekende techniek de schar- nierverbindingen tussen de ophanging en de armconstructie en tussen de segmenten van de armconstructie onderling vrij roteerbaar. Het is zelfs gebruikelijk, dat de armconstructie 1026010 2 t / drie segmenten omvat, waarvan de middelste, gezien vanaf de ophanging, bijvoorbeeld vrij kort wordt verwezenlijkt ten opzichte van de scharnierend daarmee gekoppelde andere twee segmenten.
5 Dergelijke bekende inrichtingen vertonen een aanzien lijk nadeel met betrekking tot het bedieningsgemak daarvan. Omdat de scharnierverbinding tussen de ophanging en de arm-constructie en tussen de ten minste twee segmenten van de armconstructie vrij draaibaar zijn, kunnen er situaties op-10 treden, waarin een gebruiker de armconstructie door een dood punt heen moet helpen, bijvoorbeeld door kracht uit te oefenen op de last, bijvoorbeeld via een stuur of besturing of iets dergelijks als component en onderdeel van de aangrijpingsmiddelen. Bovendien heeft een dergelijke bekende 15 inrichting de neiging om zwaaien te vertonen ten opzichte van een gewenste rechtlijnige beweging, waardoor het verplaatsen van een te tillen object lastig is en gepaard gaat met continue correcties van de beweging, die door het te verplaatsen object in een door het aangrijpingsmechanisme 20 aangegrepen toestand wordt doorlopen. Dergelijke correcties moeten derhalve door middel van het stuur of de besturing door een gebruiker worden overgebracht op de inrichting, hetgeen het bedieningsgemak verlaagt en zelfs kan leiden tot klachten, wanneer een gebruiker dergelijke zwaaien niet voor 25 lief neemt maar extra kracht uitoefent om een gewenst traject met de te tillen objecten gedurende verplaatsing daarvan te doorlopen.
De onderhavige uitvinding heeft als doel het verhelpen of althans verminderen van de bovengenoemde nadelen van 30 de bekende techniek. Hiertoe wordt een inrichting volgens de onderhavige uitvinding verschaft, die zich onderscheidt doordat de armconstructie ten minste twee onderling middels ten minste één scharnierverbinding verbonden segmenten omvat en 1028010 3 t ten minste twee van de scharnierverbindingen middels een overbrenging zijn gekoppeld. Een inrichting volgens de onderhavige uitvinding reageert veel minder weerbarstig op het inzetten van een gewenste beweging langs een traject, 5 hetgeen het gebruiksgemak ten goede komt. Het bedieningsgemak is bovendien ook verhoogd. De overbrenging zorgt in hoofdzaak, dat de segmenten van de armconstructie onder goed gedefinieerde hoekstandrelaties komen te staan bij het doorlopen van een beweging langs een traject. Daardoor wordt ver-10 zekerd, dat rechte lijnen langs een gewenst traject mogelijk zijn, zonder hinderlijke zwaaien van de armconstructie, die gecorrigeerd zouden moeten kunnen worden.
Diverse voorkeursuitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding zijn gedefinieerd in de afhankelijke conclusies.
15 In een uitvoeringsvorm, waarbij de armconstructie ten minste drie segmenten omvat, waarvan het eerste aan de ophanging is aangebracht en het grijpmechanisme aan het derde segment is aangebracht, is het volgens de onderhavige uitvinding zeer gunstig, wanneer de overbrenging is aangebracht bij de schar-20 nierverbinding tussen het eerste segment en die bij het derde segment. Aangezien inrichtingen met drie segmenten in de armconstructie thans het meest gebruikelijk zijn, kan het aanpassen van bestaande inrichtingen met een overbrenging volgens de onderhavige uitvinding eenvoudig en gemakkelijk wor-25 den verwezenlijkt, waarbij de overige voordelen en effecten van de onderhavige uitvinding gelijktijdig ook worden verwezenlijkt.
Bij voorkeur omvat de overbrenging ten minste twee gekoppelde wielen, zoals tandwielen. Dit is een zeer een-30 voudig te verwezenlijken en elegante vormgeving voor een overbrenging, maar ook hier geldt, dat de uitvinding daar niet toe is beperkt. Als alternatief kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van een parallellogramconstructie of een 1026010 4 soortgelijke vormgeving, die hoekstandrelaties tussen de ten minste drie segmenten van de armconstructie een onderlinge samenhang geeft om aldus gewenste bewegingspatronen zonder zwaaien te kunnen verwezenlijken. In een uitvoeringsvorm met 5 wielen kan een inrichting volgens de uitvinding verder een in een eindloze lus om de aldus omkeerwielen vormende wielen geslagen plooibaar element omvatten. Aldus kan de uitvoeringsvorm compact worden gehouden en kunnen de omkeerwielen klein zijn vormgegeven, waarbij de daadwerkelijke over-10 brenging wordt gevormd door het samenspel tussen de omkeerwielen en het daaromheen geslagen plooibare element. Het plooibare element kan daarbij zijn geselecteerd uit een groep, die omvat: een ketting; een band; een kabel, etc. In een uitvoeringsvorm met wielen, tandwielen of omkeerwielen 15 kunnen de wielen een zodanig gekozen overbrengingsverhouding definiëren, dat een beoogde inklap- en uitklap karakteristiek van de segmenten in de armconstructie is verwezenlijkt. De overbrengingsverhouding, die wordt gedefinieerd door de omtrek of diameter van de wielen, is daarbij bepalend voor de 20 hoekstandverhoudingen tussen de afzonderlijke segmenten van de armconstructie bij het doorlopen van een beweging. Het is ruim binnen het bereik van de gemiddelde vakman gelegen om dergelijke overbrengingsverhoudingen te bepalen met het genoemde doel als oogmerk.
25 Hieronder zal, aan de hand van de bijgevoegde teke ningen, een uitvoeringsvoorbeeld van de onderhavige uitvinding worden beschreven, waarbij in de diverse aanzichten gelijke of dezelfde componenten zijn aangeduid met dezelfde referentienummers, en waarbij in de tekeningen: 30 fig. 1 een perspectivisch aanzicht toont van een inrichting volgens de onderhavige uitvinding; fig. 2 een gedeeltelijk uiteengenomen aanzicht toont van de in fig. 1 weergegeven inrichting; en 1026010 5 fig. 3a tot en met 3c aanzichten tonen van bewegings-trajecten, zoals die volgens de bekende techniek en volgens de onderhavige uitvinding worden doorlopen.
In fig. 1 en 2 zijn afzonderlijke perspectivische 5 aanzichten getoond van respectievelijk een gehele inrichting 1 volgens de onderhavige uitvinding en een gedeelte daarvan in uiteengenomen toestand.
De hier getoonde uitvoeringsvorm omvat een als staander 2 vormgegeven ophanging op een voet 3, die in de hier 10 getoonde uitvoeringsvorm een vaste voet is, die vast op een ondergrond is gemonteerd. In een (niet getoonde) uitvoeringsvorm kan echter de inrichting 1 ook op een mobiele voet van bijvoorbeeld een verplaatsbaar gestel zijn aangebracht, of aan een muur of plafond hangen.
15 Aan de bovenzijde van de staander 2 is een scharnier- verbinding 4 aangebracht welke de verbinding vormt tussen de ophanging 2 en een armconstructie 5. De armconstructie 5 omvat een eerste segment 6, een tweede segment 7 en een derde segment 8. Aan het vrije uiteinde van de derde segment 8 is 20 een grijpmechanisme 9 aangebracht, dat is voorzien van een stuur 10 met een dubbele functie. Het stuur 10 dient enerzijds voor het bekrachtigen en vrijgeven van een klem 11 als onderdeel van het grijpmechanisme voor het oppakken en manipuleren van op te tillen objecten 12. Anderzijds dient het 25 stuur 10 voor het uitlijnen van de klem 11 en het op te tillen object 12, hetgeen door een gebruiker moet worden verwezenlijkt, en om de armconstructie 5 een zo efficiënt mogelijk traject te laten doorlopen met een object 12 in de klem 11 of zonder object, om verplaatsing van op te tillen 30 objecten 12 zo efficiënt mogelijk te laten verlopen.
Het voor de klem 11 benodigde vermogen kan worden geleverd door een motor, die tevens zorg kan dragen voor op en neergaande beweging van het grijpmechanisme 9, bijvoor- 1026010 ♦ 6 beeld via een kabel, die over de armconstructie 5 heen is gespannen van de scharnierverbinding 4 en de motor naar het vrije uiteinde van het derde segment 8 van de armconstructie 5. Een dergelijke kabel kan worden verlengd en ingekort om 5 het op te tillen object 12 te pakken met de klem 11 en op te tillen.
In de in fig. 1 en 2 getoonde uitvoeringsvorm wordt daarentegen gebruik gemaakt van een pneumatische besturing van de inrichting volgens de onderhavige uitvinding. Dit 10 blijkt bijvoorbeeld uit de aanwezigheid van een luchtslang 23, die van de armconstructie 5 omlaag loopt naar het grijp-mechanisme 9, zich om kabel 24 heen uitstrekkend. Met het stuur 10 kunnen kleppen worden bediend voor het besturen van pneumatische energie eri het bekrachtigen of ontkrachtigen van 15 de klem 11. Ook kan op soortgelijke wijze de op of neergaande beweging van het grijpmechanisme 9 aan de kabel 24 worden bestuurd. Dit is allemaal op zich bekend uit de voorheen door de uitvinders van de onderhavige uitvinding op de markt gebrachte inrichtingen. In een bijzonder gunstige uitvoerings-20 vorm wordt gebruik gemaakt van een balanceereenheid 13, die het inzetten van een op of neergaande beweging van het grijpmechanisme 9 detecteert en versterkt, wanneer zo'n beweging door een gebruiker wordt ingezet, die het stuur 10 vastheeft. Aldus kan worden verwezenlijkt, dat een gebruiker aan het 25 stuur 10 een op of neergaande beweging inzet en daarbij nooit een hoger gewicht dan een drempelwaarde hoeft te tillen. Een dergelijke drempelwaarde is bijvoorbeeld 3 kilo, 5 kilo of 10 kilo. Dit kan afhankelijk zijn van plaatselijk geldende wetgeving met betrekking tot arbeidsomstandigheden, en andere 30 wenselijke parameters. Mogelijk is dit zelfs door een gebruiker of door zijn werkgever in te stellen, afhankelijk van de betreffende persoon.
102SQ10 4 7
De bewegingen, die worden doorlopen door de afzonderlijke segmenten 6, 7, 8 van de armconstructie 5 zijn niet vrij maar gekoppeld. Daartoe is een overbrenging 14 verschaft. De overbrenging 14 strekt zich uit tussen het eerste 5 segment 6 en het tweede segment 8. Om de rotatieassen 17, 18 tussen respectievelijk het eerste segment 6 en het tweede segment 7, en tussen het tweede segment 7 en het derde segment 8 zijn omkeerwielen respectievelijk 15, 16 aangebracht. De scharnierassen 17, 18 zijn vrij draaibaar verboh-10 den met het tweede segment 7 en de vast met de scharnierassen 17, 18 verbonden wielen, respectievelijk 15, 16 zijn middels een pen- gatkoppeling gekoppeld of te koppelen met de eerste en derde segmenten 6, 8. Dit is in het bijzonder duidelijk getoond in fig. 2, waar de pennen 19 te steken of gestoken 15 zijn in gaten 20 in de eerste en derde segmenten 6, 8 van de armconstructie 5.
Om de wielen 15, 16 is een band 21 geslagen, welke band 21 een uitvoeringsvorm is van een in een eindloze lus om de wielen 15, 16 geslagen plooibaar element. De band 21 kan 20 worden vervangen door een geschikte ketting, kabel of een soortgelijke component.
Met de overbrenging 14 in een gemonteerde toestand, zoals die in fig. 1 is getoond en door het aanbrengen van de overbrenging 14 in de met pijl A in fig. 2 aangeduide rich-25 ting, zijn de hoekstandverhoudingen tussen de eerste, tweede en derde segmenten 6, 7 en 8 vastgelegd en bepaald door de overbrengingsverhouding tussen de wielen 15 en 16, die vrij te kiezen zijn door de vakman, in afhankelijkheid van de beoogde werkzaamheid van de armconstructie 5 in een gebruiks-30 situatie.
Het zal tevens duidelijk zijn, dat het aanbrengen van een overbrenging 14, zoals schematisch in fig. 2 is weergegeven, volstaat om de onderhavige uitvinding te verwezen- 1026010 8 lijken. Het aanpassen van bestaande inrichtingen is aldus relatief eenvoudig te verwezenlijken.
Verder is weergegeven, dat de scharnierverbindingen tussen het eerste segment 6 en het tweede segment 7, respec-5 tievelijk tussen het tweede segment 7 en het derde segment 8 elk een laterale extensie 22 omvatten waar de scharnieras 17, 18 is aangebracht. Daardoor is het mogelijk, dat het derde segment 8 kan roteren tot tegen het tweede segment 7 en het tweede segment 7 kan scharnieren tot tegen het eerste segment 10 6. Door het samenstel van eigenschappen en maatregelen van de inrichting, zoals die in fig. 1 en in fig. 2 is getoond, zal het nagenoeg of met zekerheid niet voorkomen, dat de armcon-structie in een zogenaamd "dood punt" terecht komt, waarbij van de gebruiker veel kracht wordt gevraagd om de armcon-15 structie 5 door een dergelijk dood punt heen te bewegen.
Enkele voorbeelden van bewegingstrajecten, zoals die met een inrichting volgens de onderhavige uitvinding en ook met een inrichting volgens de bekende techniek te verwezenlijken zijn, zijn weergegeven in fig. 3A tot en met 3C.
20 In fig. 3A wordt een te tillen object 12 in de rich ting van pijl B verplaatst naar een eindpositie, die schematisch is aangeduid als 12'. Duidelijk is, dat daarbij een rechte lijn kan worden doorlopen langs het beoogde traject.
In fig. 3B is met streeplijnen weergegeven, dat bij de beken-25 de techniek zonder overbrenging 14 in het eerste gedeelte van het beoogde traject ten opzichte daarvan een afwijking optreedt, waarvan een gebruiker continu de behoefte zal hebben om deze te willen corrigeren, hetgeen een extra belasting voor de gebruiker oplevert. In fig. 3C is getoond, dat een 30 soortgelijke afwijking, maar dan naar de andere zijde ten opzichte van het beoogde traject, in het tweede gedeelte van het traject zal voorkomen bij de bekende techniek, hetgeen 1025010 t 9 ook weer is voorkomen, net als bij fig. 3B, met de maatregelen en eigenschappen volgens de onderhavige uitvinding.
Na kennisneming van het voorgaande zullen zich vele alternatieve en aanvullende uitvoeringsvormen en vormgevingen 5 opdringen aan de vakman, die echter alle zijn gelegen binnen het bereik van de onderhavige uitvinding zoals dat is gedefinieerd in de bijgevoegde conclusies, tenzij dergelijke uitvoeringsvormen afwijken van de letter en/of de geest van die conclusies. Zo is het binnen het kader van de onderhavige 10 uitvinding mogelijk, dat een ander element om de wielen 15, 16 kan worden geslagen, zoals een ketting, kabel of iets dergelijks. De staander 2 kan op een mobiel gestel zijn gemonteerd om de gehele inrichting 1 verplaatsbaar te maken of zijn (worden) vervangen door een koppeling met een muur of 15 plafond. Een uitvoeringsvorm met twee segmenten als componenten van de armconstructie 5 is eveneens mogelijk, waarbij een overbrenging kan zijn aangebracht tussen de scharnier-verbinding die de overgang vormt tussen de ophanging en het eerste segment, en de scharnierverbinding tussen de beide 20 segmenten, die de componenten van de armconstructie vormen. Een dergelijke uitvoeringsvorm zal wellicht een lagere mate van flexibiliteit vertonen, maar dan nog altijd als een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding moeten worden beschouwd. De motor kan hydraulisch of elektrisch of anders 25 aangedreven zijn of er wordt gebruik gemaakt van pneumatiek, en hetzelfde geldt voor de klem of het grijpmechanisme in het algemeen, waarbij zelfs kan worden gedacht aan hydraulische of pneumatische besturingssystemen. In een bijzonder relevante uitvoeringsvorm kan in de plaats van een op wielen zoals 30 tandwielen of omkeerwielen gebaseerd systeem ook worden gedacht, binnen het kader van de onderhavige uitvinding, aan een parallellogram configuratie, die dan feitelijk twee parallelle segmenten, bijvoorbeeld als middelste of tweede 1026010 * 10 « segment omvat. Daarmee kunnen ook de onderlinge hoekstandver-houdingen bij het doorlopen van een traject worden bepaald en kunnen eveneens zwaaien of variaties ten opzichte van het gewenste traject worden voorkomen of althans verminderd.
1028Üi 0
Claims (9)
1. Inrichting voor het tillen van objecten# omvattende: een ophanging; een armconstructie, welke enerzijds mid-5 dels een scharnierverbinding aan de ophanging is aangebracht en zich in hoofdzaak van de ophanging uitstrekt, en waaraan anderzijds een grijpmechanisme voor aangrijping van de te tillen objecten is aangebracht, waarbij de armconstructie ten minste twee onderling middels ten minste één scharnierver-10 binding verbonden segmenten omvat en ten minste twee van de scharnierverbindingen middels een overbrenging zijn gekoppeld.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de armconstructie ten minste drie segmenten omvat, waarvan het eerste 15 aan de ophanging is aangebracht en het grijpmechanisme aan het derde segment is aangebracht.
3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de overbrenging is aangebracht tussen het eerste segment en het derde segment.
4. Inrichting volgens ten minste één van de voor gaande conclusies, waarbij de overbrenging ten minste twee wielen, zoals tand- of omkeerwielen, omvat.
5. Inrichting volgens conclusie 4, verder omvattende een in een eindloze lus om de wielen geslagen plooibaar 25 element.
6. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij het element is geselecteerd uit een groep, welke omvat: een ketting; een band; etc.
7. Inrichting volgens conclusie 4, 5 of 6, waarbij de 30 wielen een zodanig gekozen overbrengingsverhouding definiëren, dat een beoogde inklap- en uitklapkarakteristiek van de segmenten in de armconstructie is verwezenlijkt. 1026010 ψ t
8. Inrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies/ waarbij de overbrenging een parallellogramcon-structie omvat.
9. Inrichting volgens ten minste één van de voor- 5 gaande conclusies, waarbij ten minste één van de scharnier-verbindingen een laterale extensie omvat, waarmee met de scharnierverbinding gekoppelde segmenten tegen elkaar te roteren zijn. 1026biö
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1026010A NL1026010C2 (nl) | 2004-03-25 | 2004-04-22 | Inrichting voor het tillen van objecten. |
Applications Claiming Priority (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1025814 | 2004-03-25 | ||
NL1025814 | 2004-03-25 | ||
NL1026010 | 2004-04-22 | ||
NL1026010A NL1026010C2 (nl) | 2004-03-25 | 2004-04-22 | Inrichting voor het tillen van objecten. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1026010C2 true NL1026010C2 (nl) | 2005-09-27 |
Family
ID=34973721
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1026010A NL1026010C2 (nl) | 2004-03-25 | 2004-04-22 | Inrichting voor het tillen van objecten. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL1026010C2 (nl) |
Cited By (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CN104444876A (zh) * | 2014-07-25 | 2015-03-25 | 西安联纵航空精密制造有限公司 | 高精度柔性提升机械手 |
US10354900B2 (en) * | 2015-12-18 | 2019-07-16 | Ebara Corporation | Substrate transfer apparatus and substrate transfer method |
Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR1176464A (fr) * | 1956-06-05 | 1959-04-10 | Grue à flèche | |
FR2136918A1 (nl) * | 1971-05-07 | 1972-12-29 | Thibault Paul | |
DE2555676A1 (de) * | 1975-12-11 | 1977-06-16 | Fehr Gmbh Hans | Hebezeug |
DE2802738A1 (de) * | 1978-01-23 | 1979-07-26 | Felss Geb | Handhabungsgeraet |
FR2610859A1 (fr) * | 1987-02-16 | 1988-08-19 | Cdf Ingenierie Etr Sa | Robot a plusieurs bras, equipes de mecanismes de coordination des mouvements de ces bras |
DE29508758U1 (de) * | 1995-05-26 | 1995-08-10 | Lissmac Maschinenbau und Diamantwerkzeuge GmbH, 88410 Bad Wurzach | Kran für Hubarbeitsbühne mit Knickauslegearm |
US5534761A (en) * | 1991-05-21 | 1996-07-09 | Crippa; Ugo | Mechanism for movements of prefixed path, referable as of elliptical shape |
-
2004
- 2004-04-22 NL NL1026010A patent/NL1026010C2/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR1176464A (fr) * | 1956-06-05 | 1959-04-10 | Grue à flèche | |
FR2136918A1 (nl) * | 1971-05-07 | 1972-12-29 | Thibault Paul | |
DE2555676A1 (de) * | 1975-12-11 | 1977-06-16 | Fehr Gmbh Hans | Hebezeug |
DE2802738A1 (de) * | 1978-01-23 | 1979-07-26 | Felss Geb | Handhabungsgeraet |
FR2610859A1 (fr) * | 1987-02-16 | 1988-08-19 | Cdf Ingenierie Etr Sa | Robot a plusieurs bras, equipes de mecanismes de coordination des mouvements de ces bras |
US5534761A (en) * | 1991-05-21 | 1996-07-09 | Crippa; Ugo | Mechanism for movements of prefixed path, referable as of elliptical shape |
DE29508758U1 (de) * | 1995-05-26 | 1995-08-10 | Lissmac Maschinenbau und Diamantwerkzeuge GmbH, 88410 Bad Wurzach | Kran für Hubarbeitsbühne mit Knickauslegearm |
Cited By (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CN104444876A (zh) * | 2014-07-25 | 2015-03-25 | 西安联纵航空精密制造有限公司 | 高精度柔性提升机械手 |
US10354900B2 (en) * | 2015-12-18 | 2019-07-16 | Ebara Corporation | Substrate transfer apparatus and substrate transfer method |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US7169093B2 (en) | Cable crossover exercise apparatus | |
US6592498B1 (en) | Exercise devices | |
US8317663B2 (en) | Exercise apparatus with flexible element | |
EP2855103B1 (fr) | Bras d'exosquelette a un actionneur | |
US20040033868A1 (en) | Exercise machine | |
TW550231B (en) | Crane apparatus | |
US20140336006A1 (en) | Elliptical exercise device | |
NL1026010C2 (nl) | Inrichting voor het tillen van objecten. | |
EP3962700B1 (fr) | Dispositif d'assistance physique non motorise de type exosquelette pour le transport manuel de charges | |
FI64052B (fi) | Lyftanordning | |
CA2967852C (en) | Coupled spreader bar assembly for patient lift | |
JP2011067612A5 (nl) | ||
JP2001180888A (ja) | 自動釣合わせ機能を備えた長さ可変クレーンジブ | |
AU2018204652A1 (en) | Apparatus for converting motion | |
NL1005797C2 (nl) | Inrichting geschikt voor translatie van een voorwerp in de translatierichting alsmede een patiëntentafel. | |
BE1026327A1 (nl) | Stalift met handgreep | |
WO2008062625A1 (fr) | Main de robot à doigts multiples | |
JP2002211890A5 (nl) | ||
TWI577583B (zh) | 車用的快速型抬腳裝置 | |
JP2002205898A (ja) | 高所作業装置のブーム構造 | |
JP6745502B2 (ja) | 介護用リフト装置 | |
US363476A (en) | Third to hugh p | |
JP2009119529A (ja) | ケーブル支持装置 | |
NL2001848C2 (nl) | Robotarm. | |
US967243A (en) | Straw stacker and elevator. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20200501 |