NL1025975C1 - Elektriciteitsdistributiesysteem voor het verschaffen van elektriciteit buitenshuis, alsmede hoofdverdeelkast en verdeelstation. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Elektriciteitsdistributiesysteem voor het verschaffen van elektriciteit buitenshuis, alsmede hoofdverdeelkast en verdeelstation.

5 BESCHRIJVING

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een elektriciteitsdistributiesysteem, in het bijzonder buitenverlichtings-Systeem, voor het verschaffen van elektriciteit buitenshuis, omvattende middelen voor het aansluiten van het systeem op een lichtnet van een 10 gebouw.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een hoofdverdeelkast, alsmede op een verdeelstation voor gebruik in een dergelijk elektriciteitsdistributiesysteem.

Dergelijke systemen zijn bekend en omvatten veelal een 15 schakelaar welke bijvoorbeeld in een woning of gebouw kan worden opgehangen en êên of meer lampen of contactdozen welke elektrlschzijn verbonden met de schakelaar. De gebruiker kan door middel van het bedienen van de schakelaar de verlichting en stroomvoorziening in de tuin in- en uitschakelen.

20 Een nadeel van dergelijke systemen is dat zij weinig flexibiliteit leveren ten aanzien van het bedienen van de elektriciteitsvoorziening in de tuin. De voorziening kan ofwel in- ofwel uitgeschakeld zijn, afhankelijk van de toestand waarin de schakelaar zich bevindt. Indien de gebruiker bijvoorbeeld in zijn of haar tuin één of meer lampen 25 onafhankelijk wil kunnen bedienen van de andere in de tuin aanwezige lampen, dan dient daarvoor een additionele schakelaar in de woning te worden opgehangen, en dient een aparte toevoer naar de desbetreffende lamp te worden verschaft.

Bij meer gecompliceerde wensen van de gebruiker ten aanzien 30 van zijn buitenverlichting en distributie van elektriciteit, kan het aantal te leggen kabels en te installeren schakelaars al snel uit de hand 1025975 2 lopen. Niet alleen wordt daarmee het installatieproces van een dergelijk elektriciteitsdistributiesysteëm gecompliceerder, maar zal het ook steeds moeilijker worden om in een later stadium bijvoorbeeld storingen opsporen.

5 Het is een doel van de onderhavige uitvinding een elektriciteitsdistributiesysteem te verschaffen dat relatief eenvoudig is en dat een grote flexibiliteit en veel bedieningsgemak aan de gebruiker biedt.

Daartoe verschaft de uitvinding een elektriciteits-10 distributiesysteem, in het bijzonder een buitenverlichtlngssysteem, voor het verschaffen van elektriciteit buitenshuis omvattende middelen voor het aansluiten van het systeem op een lichtnet van een gebouw, een hoofdverdeelkast en ten minste één met de hoofdverdeelkast verbindbaar verdeelstation, verder omvattende een veelheid groepen tegelijk 15 geschakelde contactdozen, waarbij het ten minste ene verdeelstation één of meer contactdozen omvat behorend tot ten minste één groep van de groepen tegelijk geschakelde contactdozen, en waarbij het systeem verder schakelmiddelen omvat voor het voor het met elektriciteit uit het lichtnet bekrachtigen van contactdozen behorend tot ten minste één groep 20 van de groepen tegelijk geschakelde contactdozen.

Met een dergelijk systeem kunnen eenvoudigweg een veelheid op verschillende locaties in de tuin te plaatsen verdeelstations worden aangesloten op de hoofdverdeelkast, en kunnen de verschillende contactdozen behorend tot dezelfde groep, al dan niet verspreid over meerdere 25 verdeelstations, tegelijk met behulp van de schakelmiddelen van elektriciteit worden voorzien. Aangezien er in het systeem meerdere groepen tegelijk geschakelde contactdozen zijn, kunnen met dit systeem vele mogelijke verschillende en gecompliceerde bedieningsschema's worden verschaft, zonder dat dit ten koste van de eenvoud van het systeem gaat. 30 In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het ten minste ene verdeelstation ten minste één contactdoos van elke groep van de groepen 1025975 3 tegelijk geschakelde contactdozen. Zodoende heeft de gebruiker ter plaatse van elk verdeelstation de beschikking over elk van de groepen tegelijk geschakelde contactdozen, en kan hij eenvoudig zijn bedieningsschema wijzigen, door bijvoorbeeld buitenverlichting in de 5 buurt van een verdeelstation op een andere contactdoos aan te sluiten. Het is dan niet meer nodig structurele wijzigingen aan te brengen in het ontwerp en de bedrading van het systeem.

In een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding is het ten minste erie verdeelstation werkzaam verbindbaar met een verder verdeel -10 station. Hiermee wordt bedoeld dat bijvoorbeeld een veelheid verdeelstations eenvoudig met elkaar kan worden verbonden door vanuit het ene verdeelstation een verbinding door te trekken naar het volgende verdeelstation en het volgende verdeelstation weer te verbinden met het daaropvolgende verdeelstation, etc. Op deze wijze hoeft niet ieder verdeel-15 station rechtstreeks te worden verbonden met de hoofdverdeelkast, maar kan een soort keten van verdeelstations worden verschaft welke slechts op één punt 1s verbonden met de hoofdverdeelkast. De hoofdverdeelkast kan bijvoorbeeld aan één van de uiteinden van de keten zijn verbonden met één van de verdeelstations of kan eenvoudigweg deel van de keten uitmaken. 20 Het dient te worden begrepen dat volgens een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding deze werkzame verbinding tussen het ten minste ene verdeelstation en het verdere verdeelstation wordt gevormd door één kabel.

Volgens een verdere uitvoeringsvorm omvatten de 25 verbindingen tussen elementen van het systeem, zoals tussen de hoofdverdeelkast en het ten minste ene verdeelstation of tussen het ten minste ene verdeelstation en een verder verdeelstation, ten minste één meerpolige kabel. Met het gebruik van een dergelijke meerpolige kabel kunnen vele voordelen worden behaald. Zo kunnen bijvoorbeeld bij het 30 aansluiten van het systeem op het lichtnet, de nul- en de aardedraad worden gedeeld door de verschillende groepen van tégelijk geschakelde 1025975 4 contactdozen. Ook kunnen de bovengenoemde voordelen ten aanzien van het gebruik van een enkele kabel voor het vormen van verbindingen eveneens eenvoudig worden behaald met behulp van het gebruik van een meerpolige kabel. Een systeem dat bijvoorbeeld vier schakel bare groepen van tegelijk 5 geschakelde contactdozen omvat, kan bijvoorbeeld eenvoudigweg worden uitgevoerd met behulp van een 7-polige kabel. Binnen de 7-polige kabel kunnen dan bijvoorbeeld een nuldraad en één aarddraad aanwezig zijn en vier fasedraden. Dé overgebleven zevende draad kan bijvoorbeeld worden gebruikt als extra schakel draad bijvoorbeeld voor het aansluiten van 10 dimmers, extra schakelaars, lichtgevoelige schakelaars, tijdschakelaars, etc.

Overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm omvatten de schakel middel en ten minste één element uit een groep omvattende lichtgevoelige schakelmiddelen, tijdgestuurde schakelmiddelen en een dimmer. 15 De schakelmiddelen kunnen, overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm bestaan uit één of meer op de hoofdverdeelkast aangebrachte schakelaars. Indien deze hoofdverdeelkast in de woning of in het gebouw wordt geplaatst, kan de gebruiker eenvoudigweg vanuit zijn woning de verlichting 1n bijvoorbeeld de tuin bedienen.

20 Overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm omvatten de schakelmiddelen ten minste één schakelaar aangebracht op het ten minste ene verdeelstation. Met een dergelijke schakelaar kan de gebruiker ook vanuit de tuin de verlichting bedienen, Indien de gebruiker bijvoorbeeld op een warme zomeravond bij het vallen van de schemering vanuit zijn luie 25 stoel op het terras de terrasverlichting wenst te bedienen.

Overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat deze ten minste één aardlekschakelaar. Het gebruik van een aardlekschakelaar biedt grote voordelen. Aangezien het elektriciteitsdistributiesysteem veelal buitenshuis zal worden gebruikt, 30 en daarbij bloot wordt gesteld aan allerlei weersinvloeden, is het niet ondenkbaar dat er storingen kunnen ontstaan. Mogelijk gaat daarbij een 1025975 5 lekstroom lopen vanuit het punt waar de storing optreedt naar aarde. D1t kan gevaarlijke situaties opleveren. Door het systeem overeenkomstig de uitvinding uit te voeren met een aardlekschakelaar, zal bij het optreden van een aardlek niet de aardlekschakelaar van het lichtnet van de woning 5 reageren, maar de aardlekschakelaar van het systeem overeenkomstig de uitvinding. Het voordeel is dat daardoor niet de elektriciteitsvoorziening in het lichtnet van de woning uitvalt, maar slecht de elektriciteit in het elektriciteitsdistributiesysteem overeenkomstig de uitvinding. Deze aardlekschakelaar is bij voorkeur 10 geplaatst tussen de hoofdverdeelkast en de middelen voor het aansluiten van het systeem op het lichtnet.

Het elektriciteitsdistributiesysteem kan verder zijn uitgevoerd met één of meer kortsluitingsbeveillgingen, zoals een zekering of een automatische stop. Hierdoor zal bij het optreden van een interne 15 kortsluiting in bijvoorbeeld de buitenverlichting, door het doorbranden van de zekering of het afslaan van de automatische stop, het lichtnet van de woning of het gebouw niet overbelast worden.

Overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding verschaft deze een elektriciteitsdistributiesysteem waarbij de 20. ten minste ene kortsluitingsbeveiliging 1s ingericht voor het, bij optreden van een kortsluiting, uitschakelen van ten minste één groep van de groepen tegelijk geschakelde contactdozen. Op dergelijke wijze kan elke afzonderlijke groep contactdozen wórden uitgevoerd met een dergelijke kortsluitingsbeveiliging, zodat bij het optreden van 25 kortsluiting bij één van de contactdozen uit een groep niet alle contactdozen uit alle andere groepen zullen worden uitgeschakeld.

In een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn de schakelmiddelen door middel van een bedieningspaneel te bedienen. Een dergelijk bedieningspaneel kan bijvoorbeeld zijn verbonden met de hoofd-30 verdeelkast en kan tevens deel uitmaken van de hoofdverdeelkast.

Overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm kan het bedieningspaneel 1025975 6 zendmiddelen omvatten voor het op afstand verschaffen van een signaal, en kan het systeem ontvangstmiddelen omvatten voor het ontvangen van het signaal en kan bijvoorbeeld de hoofdverdeelkast ingericht zijn voor het in reactie op het signaal regelen van de schakelmiddelen. Met een 5 dergelijk systeem kan de gebruiker eenvoudig met een afstandsbediening de elektriciteitstoevóer in het systeem regelen.

Een verder nadeel van conventionele systemen is dat dergelijke systemen vaak worden geïnstalleerd als verlengstuk van het bestaande in het gebouw of het huis aanwezige lichtnet. Om 10 veiligheidsredenen dient een dergelijk lichtnet veelal aan strenge vóorwaarden te voldoen, welke bijvoorbeeld in Nederland zijn beschreven in de NEN 1010-standaard. Aangezien het bui tenverlichtingssysteem een verlengstuk is van het lichtnet in het gebouw of in de woning, is de installateur bij het aanleggen van het systeem beperkt in zijn 15 materiaalkeuze door de geldende strenge veiligheidseisen.

Overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn daarom de middelen voor het aansluiten van het systeem op het lichtnet ingericht om losneembaar te worden verbonden met het lichtnet. Deze middelen kunnen daarom bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als 20 steker-verbinding. Een groot voordeel van een dergelijke stekerverbinding is het feit dat het elektriciteitsdistributiesysteem overeenkomstig de uitvinding niet hoeft te voldoen aan allerhande aan het lichtnet gestelde strenge veiligheidseisen, omdat het systeem als zodanig geen deel uitmaakt van het lichtnet, maar daar losneembaar op kan worden 25 aangesloten.

Overeenkomstig een tweede aspect van de uitvinding verschaft deze een hoofdverdeelkast voor gebruik in een elektriciteitsdistributiesysteem zoals hierboven is omschreven.

Overeenkomstig een derde aspect verschaft de uitvinding een 30 verdeelstation voor gebruik in een elektriciteitsdistributiesysteem volgens de uitvinding.

1025975 7

De uitvinding zal verder worden beschreven aan de hand van niet als beperkend bedoelde uitvoeringsvormen daarvan, onder verwijzing naar de bijgevoegde tekeningen, waarin: figuur 1 schematisch een uitvoeringsvorm van de uitvinding 5 toont, omvattende een hoofdverdeelkast en een daarmee verbonden verdeelstation; figuur 2 een uitvoeringsvorm van de uitvinding toont zoals deze bijvoorbeeld kan zijn geïnstalleerd in de tuin van een woning; figuur 3 een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding 10 toont omvattende een vanuit een verdeelstation te bedienen schakelmechanisme.

In figuur 1 wordt een elektriciteitsdistributiesysteem 1 getoond omvattende een hoofdverdeelkast 2 en een verdeelstation 3. De hoofdverdeelkast 2 is met verdeelkast 3 werkzaam verbonden door middel 15 van een meerpolige kabel 7, welke bijvoorbeeld een 6-polige kabel kan zijn zoals hier getoond. De kabel 7 is door middel van stekerverbindingen 5 en 6 verbonden met respectievelijk het verdeelstation en de hoofdverdeelkast. Verdeelstation 3 kan met stekerverbinding 8 worden verbonden met een verder verdeelstation (niet getoond), met behulp van 20 bijvoorbeeld eenzelfde kabel als kabel 7.

Hoofdverdeelkast 2 is Ingericht om te worden verbonden met bijvoorbeeld het lichtnet van een woning, en omvat daartoe een drietal ingangen 10, 11 en 12. Ingang 10 dient te worden verbonden met het fase-signaal, ingang 11 dient te worden verbonden met het nulsignaal en ingang 25 12 jdient te worden geaard (bijvoorbeeld door deze te verbinden met de aarddraad uit het lichtnet).

Een differentiaal schakel aar of aardlekschakelaar 24 zorgt ervoor dat het gehele elektriciteitsdistributiesysteem volgens de uitvinding wordt uitgeschakeld bij het optreden van een lekstroom. D1t 30 zorgt er niet alleen voor dat bij het optreden van een dergelijke lekstroom het elektriciteitsdlstributiesysteem zichzelf uitschakelt in 1025975 8 plaats van het gehele lichtnet van de woning, maar het vergroot tevens de veiligheid van het gebruik van een systeem volgens de uitvinding. De vakman zal begrijpen dat aangezien het elektriciteitsdistributiesysteem veelal gebruikt zal worden als buitenverlichtingssysteem, het optreden 5 van storingen niet ondenkbaar is aangezien het elektriciteits-distributiesysteem wordt blootgesteld aan alle weersomstandigheden.

Zowel de aarddraad 9, de nul draad 13 als de fasedraad 14 worden met behulp van kabel 7 doorgevoerd naar de verdeelkast 3. Daarnaast vertakt de fasedraad 14 zich in de hoofdverdeelkast 2 in drie 10 groepen 21, 22 en 23. Deze drie groepen zijn afzonderlijk van elkaar in-en uit te schakelen door middel van schakelaars 15, 16 en 17. Voorts is elk van de groepen uitgevoerd met een kortsluitingsbeveiliging, zoals in het getoonde geval zekeringen 18, 19 en 20. Fasedraad 14 is eveneens uitgevoerd met een zekering 4. Elk van de groepen 21, 22 en 23 wordt 15 vervolgens met behulp van kabel 7 naar verdeelstation 3 geleid.

Verdeelstation 3 omvat een viertal contactdozen 25, 26, 27 en 28. Elk van de contactdozen 25, 26, 27 en 28 is geaard met behulp van aarddraad 9. Contactdoos 25 is aangesloten op nul draad 13 en fasedraad 14, en verschaft derhalve een continu netspanningssignaal (230 VAC /110 20 VAC). Contactdoos 26 is verder verbonden met nul draad 13 en het signaal uit groep 21. Contactdoos 26 kan derhalve met behulp van schakelaar 15 worden in- of uitgeschakeld, en is bovendien beveiligd met zekering 18. Op gelijke wijze als contactdoos 26, is contactdoos 27 verder verbonden met nul draad 13 en het signaal uit groep 22. Derhalve kan contactdoos 27 25 in- of uit worden geschakeld met schakelaar 16 en is contactdoos 27 voorts beveiligd tegen kortsluiting met zekering 19. Contactdoos 28 Is verder verbonden met nul draad 13 en het signaal uit groep 23, en kan derhalve worden bediend met schakelaar 17 en is beveiligd met zekering 20. Derhalve verschaft het elektriciteitsdistributiesysteem volgens de 30 uitvinding in de in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm drie schakel bare groepen 21, 22 en 23, en een groep waarop doorlopend netspanning aanwezig 1025975 9 is (zoals de groep waartoe contactdoos 25 behoort).

Zoals In figuur 1 wellicht wordt gesuggereerd 1s het elektriciteitsdistributiesysteem volgens de uitvinding direct met een vaste verbinding aangesloten op het lichtnet van een woning of een 5 gebouw. Het dient echter te worden begrepen dat de ingangen 10, 11 en 12 bijvoorbeeld kunnen zijn uitgevoerd als stekerverbindingen, waarbij het elektriciteitsdistributiesysteem volgens de uitvinding eenvoudig met behulp van een stekker in een wandcontactdoos welke is aangesloten op het lichtnet in bedrijf kan worden gesteld.

10 Voorts kan het elektriciteitsdistributiesysteem volgens de uitvinding verder zijn uitgevoerd met bijvoorbeeld een hoofdschakelaar· welke het mogelijk maakt het gehele systeem naar keuze van de gebruiker in te schakelen of buiten bedrijf te stellen.

In figuur 2 wordt een uitvoeringsvorm van de uitvinding 15 getoond, zoals deze bijvoorbeeld kan zijn geïnstalleerd in de tuin van een woning. Het systeem omvat een hoofdverdeelkast 30, en een zestal verdeelstations 31, 32, 33, 34, 35 en 36. Een aansluiting van het systeem op het lichtnet is schematisch weergegeven door middel van ingang 60. Het dient te worden begrepen dat ingang 60 op soortgelijke wijze kan zijn 20 uitgevoerd als de lichtnetaansluitingen 10, 11 en 12 uit figuur 1. De lichtnetaansluiting 30 in figuur 2 is slechts schematisch door een enkele lijn weergegeven. De hoofdverdeelkast 30 omvat schakelmiddelen 38 voor het bedienen van een veelheid groepen (niet getoond) van tegelijk geschakelde Contactdozen aanwezig op de verdeelstations 31, 32, 33, 34, 25 35 en 36. De schakelmiddelen 38 zijn verbonden met ontvangstmiddelen 39 op een zodanige wijze dat de schakelmiddelen 38 door ontvangstmiddelen 39 worden gestuurd, bijvoorbeeld doordat ontvangstmiddelen 39 een microprocessor omvatten. Ontvangstmiddelen 39 omvatten antenne 42 voor het ontvangen van signalen 43. Signalen 43 kunnen worden verschaft met 30 behulp van een afstandsbediening 40 welke eveneens een antenne 41 omvat voor het uitzenden van de signalen 43. Het dient te worden begrepen dat 1025975 10 de uitvinding niet beperkt is tot het gebruik van antennes, maar dat eveneens andere middelen voor het op afstand overbrengen van signalen kunnen worden toegepast, zoals infrarode zenders en ontvangers, een draadverbinding, ultrasone zenders en ontvangers, etc.

5 De hoofdverdeelkast 30 is met de verdeelstations 31, 32, 33, 34, 35 en 36 verbonden door middel van een kabel 45, welke bijvoorbeeld kan bestaan uit kabel del en die met stekerverbindingen aan elk van de elementen 30, 31, 32, 33, 34, 35 en 36 wordt verbonden. De kabel kan bijvoorbeeld een meerpolige kabel omvatten welke is 10 gedimensioneerd op basis van het aantal te verschaffen groepen. In geval er drie schakelbare groepen en één niet-schakelbare groep wordt verschaft, kan bijvoorbeeld worden volstaan met een zes- of zeven-aderige kabel. In een dergelijke kabel is dan plaats voor een viertal signaal-draden, een nuldraad, een aarddraad, en eventueel een zevende extra draad 15 welke als schakel draad gebruikt zou kunnen worden (zoals hieronder zal worden beschreven ten aanzien van figuur 3).

Aangenomen dat in de uitvoeringsvorm getoond in figuur 2, net als in de uitvoeringsvorm getoond in figuur 1, het elektriciteitsdistributiesysteem drie schakelbare groepen en één niet- 20 schakelbare groep welke een doorlopende netspanning verschaft aanwezig is, kunnen de op het elektriciteitsdistributiesysteem aangesloten inrichtingen 50, 51, 52, 53, 54, 55, 56, 57 en 58 bijvoorbeeld als volgt zijn aangesloten. Op de eerste groep, groep A, zijn de lampen 51, 52 en 55 aangesloten. Op de tweede schakelbare groep, groep B, zijn de lampen 25 50 en 53 aangesloten. Op de derde schakelbare groep, groep C, zijn de lampen 54 en 56 aangesloten. De vierde, niet-schakelbare groep, welke een doorlopende netspanning (230 VAC / 110 VAC) levert, groep D, is een pompinstallatie 58 voor een vijver aangesloten, en kan de gebruiker bijvoorbeeld tijdelijk een heggenschaar 57 of ander elektrisch 30 tuingereedschap aansluiten.

Groep A verschaft bijvoorbeeld op deze wijze elektriciteit 1025975 11 aan lampen welke geplaatst zijn op het terras van de gebruiker en ter plaatse van bijvoorbeeld een schuurtje. Groep B is bijvoorbeeld een groep waaróp uitsluitend sierverlichting in de buurt van de vijver van de gebruiker is aangesloten. Groep C is een groep waarop de verlichting van 5 ingangen van de tuin (tuinpaden) is aangesloten.

De gebruiker kan met het systeem overeenkomstig de uitvinding eenvoudig de verlichting in de tuin naar behoefte bedienen. Indien de gebruiker op een warme zomeravond een boek wenst te lezen op zijn terras, kan hij groep A inschakelen, zodat het terras in de tuin 10 verlicht wordt. De verlichting in de tuin kan hij vervolgens bedienen met behulp van de afstandsbediening 40. Eventueel kan elk van de groepen zijn uitgevoerd met een dimmerschakeling, zodat de gebruiker bijvoorbeeld met behulp van de afstandsbediening 40, zittend op zijn terras de lichtsterkte kan regelen. Indien de gebruiker echter in verband met de 15 weersomstandigheden geen gebruik wenst te maken van zijn terras, maar in plaats daarvan bezoek verwacht, kan hij in plaats van groep A, groep C inschakelen welke de ingangen van de tuin belicht. Door middel van de afstandsbediening 40 kan de gebruiker vanuit ieder punt in zijn huis de verlichting bedienen.

20 Stel dat op enig moment de gebruiker besluit zijn tuin ontwerp radicaal te wijzigen, en het terras naar een geheel andere plaats in de tuin verplaatst, bijvoorbeeld ter plaatse van verdeelstation 34. De gebruiker kan nu eenvoudigweg de verlichtingsbehoefte en elektriciteitsvoorzienlngsbehoefte in zijn tuin aanpassen, door 25 bijvoorbeeld lamp 54 om te pluggen van groep C naar groep A, en bijvoorbeeld lamp 51 te verplaatsen naar verdeelstation 34 en eveneens aan te sluiten op groep A. De gebruiker kan derhalve zeer eenvoudig de elektriciteitsvoorzieningsbehoefte en verlichtingsbehoefte in zijn tuin aanpassen aan de nieuwe omstandigheden door het eenvoudigweg ompluggen 30 van op het elektriciteitsdistributiesysteem aangesloten inrichtingen (zoals lampen, pompen, etc.). Het is derhalve niet meer nodig kabels in 1025975 12 de tuin te verplaatsen of eventueel extra bekabeling en schakelmiddelen aan te leggen.

Figuur 3 toont een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarin een mogelijk schakelschema geïmplementeerd is waarmee 5 één pf meer groepen door middel van een schakelaar op een verdeelstation kunnen worden bediend. Het systeem omvat een hoofdverdeelkast 70 en een verdeelstation 71. Hoofdverdeelkast 70 is aangesloten op het lichtnet van een woning met behulp van ingangen 85, 86 en 87. Ingang 85 verschaft het fasesignaal aan het systeem, terwijl ingangen 86 en 87 respectievelijk 10 het nul signaal en aarde verschaffen. Wederom is hoofdverdeelkast 70 uitgevoerd met een differentiaal schakel aar 106, welke in het geval van een lekstroom het gehele elektriciteitsdistributiesysteem zal uitschakelen. Omwille van eenvoud zijn een aantal elementen in de tekening weggelaten, zoals de kortsluitingsbeveiligingen en de 15 handbediende schakelaars getoond in figuur 1 (verwijzingscijfers 4, 18, 19, 20 en 15, 16 en 17). Het dient te worden begrepen dat de in figuur 3 getoonde uitvoeringsvorm eveneens kan zijn uitgevoerd met dergelijke schakel middelen en kortsluitingsbevei11gingen.

In hoofdverdeelkast 70 vertakt de fasedraad zich wederom in 20 drie schakel bare groepen 82, 83 en 84 en een niet-schakelbare groep 88 waarop doorlopend netspanning verschaft wordt. Elk van deze groepen kan zijn uitgevoerd met een kortsluitingsbevei liging, zoals een zekering. De hoofdverdeelkast 70 is door middel van zeven-aderige kabel 72 verbonden met verdeelstation 71. Op soortgelijke wijze als in figuur 1, kan kabel 25 72 zijn verbonden met elk van de elementen (hoofdverdeelkast, verdeel station) in het elektriciteltsdistributiesysteem met behulp van steker-verbindingen, zoals stekerverbinding 105 in figuur 3 (merk op dat omwille van eenvoud geen stekerverbindingen zijn getoond tussen hoofdverdeelkast 70 en verdeelstation 71). zeven-aderige kabel 72 omvat aarddraad 76, 30 nuldraad 77, fasedraad 78 waarop doorlopend netspanning wordt aangeboden, signaal draad 79 van groep 84, signaal draad 80 van groep 83 en signaal- 1025975 13 draad 81 van groep 82.

Op soortgelijke wijze als 1n figuur 1, omvat verdeelstation 71 een viertal contactdozén 100, 101, 102 en 103. Contactdozen 100, 102 en 102 zijn respectievelijk verbonden met groep 84, 83 en 82. Contactdoos 5 103 is verbonden met groep 88 welke een doorlopend netspanningssignaal verschaft.

De zevende draad 75 in zeven-aderige kabel 72 wordt in de getoonde uitvoeringsvorm gebruikt als schakel draad waarop signalen vanuit verdeelstation 71 naar hoofdverdeelkast 70 worden teruggeleid voor het 10 bedienen van elk van de relais 90, 91 en 92 van respectievelijk groepen 82, 83 en 84. Daartoe omvat verdeelkast 71 een stekerverbinding 99 waarop een schakelaar 98 kan worden aangesloten. Schakelaar 98 kan een eenvoudige schakelaar zijn, maar kan eveneens een lichtgevoelige schakelaar, een tijdgestuurde schakelaar of tijdklok, een dimmer of een 15 andersoortige schakelaar zijn.

In hoofdverdeelkast 70 bevindt zich bijvoorbeeld een gelljkrichter 96 (welke in figuur 3 schematisch is weergegeven) en

’ I

schakelmiddelen 95, waarmee de gebruiker kan bepalen welk van de groepen 82, 83 en 84 mét behulp van de schakelaar 98 verbonden met het verdeel-20 station kan worden bediend. Elk van de groepen 82 , 83 en 84 omvat respectievelijk een relais 90, 91, 92, welke naar keuze met behulp van schakelaar 95 kan zijn verbonden met de schakelaar 98 verbonden met het verdeelstation.

De schakelaar 98 aangesloten op de stekerverbinding 99 van 25 het verdeelstation 71 staat in verbinding met schakel draad 75 en fasedraad 98. Indien de schakelaar 98 door de gebruiker gesloten wordt zal met behulp van gelijkrichterschakeling 96 een gelijkstroom verschaft worden aan één van de relais 90, 91 of 92 in de hoofdverdeelkast 70. In het getoonde voorbeeld, waarin schakelaar 95 relais 90 verbindt met de 30 schakelmiddelen 98, zal de gelijkstroom verschaft door gelljkrichter 96 worden doorgegeven aan relais 90 waardoor relais 90 in geleiding wordt 1025975 14 gebracht. Groep 82 is derhalve in- en uit te schakelen met behulp van schakelaar 98 welke is verbonden met verdeelstation 71.

Figuur 3 toont slechts een uitvoeringsvoorbeeld waarin met behulp van schakelmiddelen die zijn verbonden met verdeelstation 71, en 5 een extra schakeldraad in de meerpolige kabel 72, de schakelmogelijkheden van het eiektriciteitsdistributiesysteem overeenkomstig de uitvinding kunnen worden uitgébreid. Het dient te worden begrepen dat er vele andere mogelijkheden voor de hand liggen waarmee dergelijke extra schakelmogelijkheden met behulp van de extra schakeldraad 75 kunnen worden 10 uitgevoerd. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan meer gecompliceerde systemen, waarin op schakeldraad 75 bijvoorbeeld een schakel signaal kan worden geplaatst, dat door een eventueel in de hoofdverdeelkast aanwezige microprocessorschakeling kan worden omgezet 1n een stuursignaal voor in de hoofdverdeelkast aanwezige schakelmiddelen 15 voor het bedienen van de groepen 82, 83 en 84. De uitvinding is niet beperkt tót de in figuur 3 getoonde uitvoeringsvorm, welke slechts als voorbeeld dient.

De in de figuren getoonde uitvoeringsvormen zijn uitsluitend bedoeld ter illustratie van het in de uitvinding beschreven 20 systeem. De context van de hier beschreven uitvinding wordt slechts beperkt door de navolgende conclusies. Begrepen zal worden dat de getoonde en beschreven uitvoeringsvormen derhalve niet als beperkend voor de uitvinding bedoeld zijn.

1025975

Claims (19)

1. Eléktriciteitsdistributiesysteem, in het bijzonder een buitenverlichtingssysteem, voor het verschaffen van elektriciteit 5 buitenshuis, omvattende middelen voor het aansluiten van het systeem op een lichtnet van een gebouw, een hoofdverdeelkast en ten minste één met de hoofdverdeelkast verbindbaar verdeelstation, verder omvattende een veelheid groepen tegelijk geschakelde contactdozen, waarbij het ten minste ene verdeelstation één of meer contactdozen omvat behorend tot ten 10 minste één groep van de groepen tegelijk geschakelde contactdozen, en waarbij het systeem verder schakelmiddelen omvat voor het met elektriciteit uit het lichtnet bekrachtigen van contactdozen behorend tot ten minste één groep van de groepen tegelijk geschakelde contactdozen.

2. Elektrlciteitsdistrlbutiesysteem volgens conclusie 1, 15 waarbij het ten minste ene verdeelstation ten minste één contactdoos van elke groep van de groepen tegelijk geschakelde contactdozen omvat.

3. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarin het ten minste ene verdeelstation werkzaam verbindbaar 1s met een verder verdeelstation.

4. Elektriciteitsd1str1butiesysteem volgens conclusie 3, waarbij de werkzame verbinding tussen het ten minste ene verdeelstation en het verdere verdeelstation wordt gevormd door één kabel.

5. Elektriciteitsdistrlbutiesysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij verbindingen tussen elementen van het systeem, zoals 25 tussen de hoofdverdeelkast en het ten minste ene verdeelstation of tussen het ten minste ene verdeelstation en een verder verdeelstation, ten minste één meerpolige kabel omvatten.

6. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de schakelmiddelen ten minste één element omvatten 30 uit een groep omvattende lichtgevoelige schakelmiddelen, tijdgestuurde schakelmiddelen en een dimmer. 1025975

7. Elektric1teitsdistributiesysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de schakelmiddel en ten minste één op de hoofdverdeelkast aangebrachte schakelaar omvatten.

8. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens één der voorgaande 5 conclusies, waarbij de schakelmiddelen ten minste één schakelaar aangebracht op het ten minste ene verdeelstation omvatten.

9. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens één der voorgaande conclusies, verder omvattende ten minste één aardlekschakelaar.

10. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens conclusie 9, 10 waarbij de ten minste ene aardlekschakelaar tussen de hoofdverdeelkast en de middelen voor het aansluiten van het systeem op het lichtnet 1s aangebracht.

11. Elektri citeitsdistributiesysteem volgens één der voorgaande conclusies, verder omvattende ten minste één kortsluitingsbevelliging, 15 zoals een zekering of automatische stop.

12. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens conclusie 11, waarbij de ten minste ene kortsluitingsbevelliging is ingericht voor het bij optreden van een kortsluiting uitschakelen van ten minste één groep van de groepen tegelijk geschakelde contactdozen.

13. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de schakelmiddelen door middel van een bedieningspaneel te bedienen zijn.

14. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens conclusie 13, waarbij het bedieningspaneel 1s verbonden met de hoofdverdeelkast.

15. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens conclusie 13, waarbij de hoofdverdeelkast het bedieningspaneel omvat.

16. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens conclusie 13, waarbij het bedieningspaneel zendmiddëlen omvat voor het op afstand verschaffen van een signaal, en waarbij de hoofdverdeelkast 30 ontvangstmiddelen omvat voor het ontvangen van het signaal, en dat de hoofdverdeelkast is ingericht voor het in reactie op het signaal regelen 1025975 van de schakelmiddelen.

17. Elektriciteitsdistributiesysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de middelen voor het aansluiten van het systeem op het lichtnet zijn ingericht om losneembaar te worden verbonden met het 5 lichtnet.

18. Hoofdverdeelkast voor gebruik in een elektricltelts-distributiesysteem volgens één der voorgaande conclusies.

19. Verdeelstation voor gebruik in een elektriciteits- distributiesysteem volgens één der conclusies 1-17. 1025975