NL1023835C2

NL1023835C2 - Samenstel van een omvat met binnenhouder en werkwijze voor het gebruik daarvan.

Info

Publication number: NL1023835C2
Application number: NL1023835A
Authority: NL
Inventors: Johannes Arnoldus Petr Heijden; Alain Yves Marie Dirven
Original assignee: Wiva Bv
Priority date: 2003-07-07
Filing date: 2003-07-07
Publication date: 2005-01-10

Description

SAMEN STEL VAN EEN OMVAT MET BINNENHOUDER EN WERKWIJZE VOOR

HET GEBRUIK DAARVAN

De uitvinding heeft betrekking op een samenstel voor het 5 opslaan en transport van materiaal omvattende een omvat, een deksel, een in het omvat plaatsbare binnenhouder, en een aan het open einde daarvan verbindbare fixatiekraag, welk omvat in hoofdzaak bestaat uit een bodemdeel met één of meer daarop aansluitende ópstaande wanddelen,' waarbij tussen het deksel 10 en de kraag verbindingsmiddelen aangebracht zijn voor het tijdelijk sluiten en openenen van het deksel of voor het permanent sluiten ervan, welk deksel en kraag een subgestel vormen.

Een dergelijk samenstel is bijvoorbeeld bekend uit de 15 internationale aanvrage WO 0119705 van aanvraagster. Hierin wordt een samenstel beschreven bestaande uit een flexibele afvalhouder, een fixatiekraag die bevestigd is aan een open einde van de flexibele houder, en een deksel. De fixatiekraag heeft over de volledige omtrek ervan een sluitingsboord voor 20 hét opnemen van het deksel voor het tijdelijk of permanent afsluiten van de flexibele houder.

Deze binnenhouder met fixatiekraag kan opgenomen worden in een omvat om een verhoogde veiligheid voor de inhoud van de binnenhouder te verkrijgen.

25 Een nadeel van het hierboven beschreven samenstel is dat de binnenhouder en daarmee verbonden fixatiekraag gemakkelijk door het personeel uit het omvat kan verwijderd worden, waardoor bijvoorbeeld per vergissing afval in het omvat kan gedeponeerd worden, en dat bij transport de binnenhouder gemakke-30 lijk uit het omvat kan vallen, waarbij gevaarlijk afval kan vrijkomen.

Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een samenstel waarmee op een veilige en efficiënte manier 1023835·

I 2 I

I materiaal, zoals bijvoorbeeld afval of fraude gevoelig mate- I

I riaal (bijvoorbeeld besmette bloedmonsters), kan opgeslagen I

en getransporteerd worden. I

I Daartoe onderscheidt het samenstel van de uitvinding zich I

I 5 doordat de bovenrand van het omvat losmaakbaar vergrendelbaar I

is met het door kraag en deksel gevormde subgestel. I

I Door de vergrendeling van het subgestel op het omvat kan I

I het samenstel veilig getransporteerd worden, en vervolgens I

I kan deze verbinding bijvoorbeeld bij de materiaalverwerker I

I 10 ontgrendeld worden. I

Volgens een eerste variant van het samenstel van de uit- I

I vinding bestaat de losmaakbare verbinding tussen omvat en I

I subgestel in hoofdzaak uit tenminste twee flexibele benen elk I

waarvan voorzien is van een uitstekend deel, welke benen I

I 15 verbonden zijn met respectievelijk het omvat of het subge- I

I stel, en dat respectievelijk het subgestel of de bovenrand I

van het omvat, voor elk been voorzien is van een opening I

I waardoor het uitstekend deel past, waarbij elk been een eer- I

I ste vergrendelstand heeft waarbij het uitstekend deel samen- I

I 20 werkt met een nok op respectievelijk het subgestel of de I

bovenrand, welk been omwille van zijn flexibele aanbrenging I

I in een tweede stand is te brengen voor ontgrendeling. I

I Op die manier kan het subgestel tijdens het gebruik van I

I het samenstel voor materiaalopslag op de bovenrand van het I

I 25 omvat vergrendeld worden. Deze losmaakbare verbinding kan I

I gevormd zijn tussen de bovenrand en het deksel en/of tussen I

de bovenrand en de kraag. De ontgrendeling kan bijvoorbeeld I

I gebeuren door een daartoe aangepast middel voor het in de I

I tweede stand brengen van elk been. Dit middel kan bijvoor- I

30 beeld een pin zijn die doorheen een daartoe voorziene ont- I

I grendelopening voor elk been in respectievelijk de bovenrand I

I van het omvat of het subgestel tegen elk been kan geduwd I

worden om dit been in een tweede stand te brengen. I

I 1023835· 3

Volgens een mogelijke uitvoeringsvorm van het samenstel volgens de uitvinding hebben de fixatiekraag en het deksel hoofdzakelijk de vorm van een veelhoek, waarbij respectievelijk de fixatiekraag of het deksel voorzien is van openingen 5 hoofdzakelijk gelegen in de hoeken ervan, en dat respectievelijk het deksel of de fixatiekraag voorzien is van op die openingen plaatsbare en in die openingen steekbare hoofdzakelijk V-vormige vergrendellippen.

Hiermee wordt een goede verbinding tussen de kraag en het 10 deksel verzekerd. Uiteraard is het ook mogelijk om het samenstel rond uit te voeren. Men zou dan bijvoorbeeld de openingen en de bijbehorende vergrendellippen verspreid over de omtrek kunnen aanbrengen.

Volgens een verder ontwikkelde variant van het samenstel 15 volgens de uitvinding bestaan de verbindingsmiddelen tussen de kraag en het deksel hoofdzakelijk uit een scharnierverbin-ding en een sluitmiddel voor de permanente verbinding tussen de kraag en de binnenhouder, welk sluitmiddel de scharnier-werking verhindert.

20 Op die manier verkrijgt men een handige gebruiksstand van het samenstel waarbij het tijdelijk sluiten en openenen van het deksel mogelijk is; door de scharnierverbinding kan het deksel namelijk zoals een normale afvalbak geopend worden, waarbij deksel scharniert langs een zijde van de kraag.

25 Anderzijds kan het deksel ook permanent gesloten worden door het sluitmiddel dat de scharnierwerking verhindert.

Volgens een verder ontwikkelde uitvoeringsvorm van deze variant bestaat de scharnierverbinding hoofdzakelijk uit tenminste één op de rand van het deksel aangebrachte hoofdza-30 kelijk verticaal staande plaat waarop tenminste twee verdikkingen in twee boven elkaar gelegen niveaus aangebracht zijn, waarbij de fixatiekraag telkens voorzien is van een opening voor het tussen de twee verdikkingen in opnemen van deze 1023835· I plaat in de tijdelijke sluit/openstand, en elke verdikking van het bovenste niveau doorheen de opening duwbaar is tij- I dens het permanent verbinden van het deksel met de fixatie- I kraag. Volgens een triviale variant van deze uitvoering wordt I 5 de plaat op de kraag aangebracht, en de openingen op de dek- I selrand.

Wanneer de sluitmiddelen V-vormige met het deksel verbon- den vergrendellippen zijn, steunen deze lippen in de ge- bruiksstand van deze verder ontwikkelde uitvoering van het 10 samenstel af op openingen in de fixatiekraag, terwijl deze lippen wanneer ze doorheen deze openingen geduwd worden, ervoor zorgen dat de een of meer verdikkingen gelegen in het onderste niveau van de scharnierplaat doorheen de overeen- stemmende scharnieropeningen geduwd worden, zodat de schar- H 15 nierwerking wordt verhinderd.

Volgens een ander aspect van de uitvinding is de binnen- houder dicht op de fixatiekraag gelast. Het open uiteinde van de binnenhouder kan bijvoorbeeld door middel van vibratielas- sen of samensmelten in een blaasmatrijs lekdicht met de kraag H 20 worden verbonden.

H De afdichting van het subgestel op het omvat kan verder H worden verbeterd door een extra afdichtingsmiddel aan te H brengen tussen het omvat en het subgestel. Dit extra afdich- H tingsmiddel kan bijvoorbeeld een pakking zijn die tussen de H 25 fixatiekraag en het omvat is aangebracht.

H Volgens nog een ander aspect van de uitvinding wordt het H samenstel voorzien van een herkenningsmiddel, zoals een chip H aangebracht op het omvat. Op die manier kunnen bijvoorbeeld H de codes van de omvaten van elke klant in een gegevensbank H 30 bijgehouden worden, en kan een materiaalverwerker terugvinden H van welke producent de met materiaal gevulde binnenhouder H afkomstig is.

I 1023835· 5

De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het opslaan en in de richting van de materiaalverwerker transporteren van een samenstel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het met materiaal gevuld samenstel ver-5 grendeld wordt door het deksel in de permanente sluitstand op de kraag te plaatsen, welk vergrendeld samenstel getransporteerd wordt, en vervolgens bij een materiaalverwerker wordt afgeleverd, waar het omvat verwijderd wordt door ontgrende-lihg van"dè'verbindingsmiddelen tussen omvat en sübgestel, en 10 de binnenhouder met deksel worden verwerkt.

Door de vergrendeling van het sübgestel op het omvat, en de permanente lekdichte verbinding tussen kraag en deksel wordt een risicoloos transport gegarandeerd, zelfs al zou de binnenhouder gelekt hebben.

15 Volgens een verdere uitvoering van de werkwijze volgens de uitvinding, waarbij het gewicht van een ongebruikt omvat bekend is, wordt het verwijderde omvat gewogen voor het verkrijgen van een meetwaarde, waarna de verschilwaarde bepaald wordt tussen het gewicht van het ongebruikt omvat en deze 20 meetwaarde. Indien deze verschilwaarde verschillend is van 0, geeft dit aan dat het vat mogelijkerwijs heeft gelekt. Bij constatering van een lek kunnen dan maatregelen getroffen worden, zoals bijvoorbeeld het grondig reinigen of verbranden van het betreffend omvat. Bovendien kan wanneer op het omvat 25 een herkenningsteken is aangebracht, de materiaalproducent van de lekkende binnenhouder getraceerd worden, en kunnen de nodige maatregelen genomen worden om dergelijke lekken in de toekomst te vermijden.

De uitvinding zal nader toegelicht worden aan de hand van 30 de onderstaande figuurbeschrijving, en de tekening in bijlage, waarin een uitvoeringsvoorbéeld van de uitvinding beschreven wordt dat louter illustratief is en niet mag be- 1023835·

I 6 I

I schouwd worden als een beperking van de uitvinding. De teke- I

I ning toont: I

in figuur 1 een perspectivisch aanzicht van een samenstel I

I volgens de uitvinding; I

I 5 in figuur 2 een perspectivisch aanzicht van een fixatie- I

I kraag voor een samenstel volgens de uitvinding; I

I in figuur 3 een perspectivisch aanzicht, gezien van onder I

van een deksel voor een samenstel volgens de uitvinding; I

in figuur 4 een dwarsdoorsnede volgens lijn IV van res- I

I 10 pectievelijk het deksel en het omvat, ter illustratie van het I

I ver/ontgrendelen van de fixatiekraag op het omvat; I

I in figuur 5 een dwarsdoorsnede volgens Va en Vb van res- I

I pectievelijk de fixatiekraag en het deksel, ter illustratie I

I van de gebruiksstand en de permanent gesloten stand van het I

I 15 deksel op de fixatiekraag; I

I in figuur 6 een dwarsdoorsnede volgens lijn Vla en VIb I

I van respectievelijk de fixatiekraag en het deksel, ter illu- I

I stratie van de scharnierwerking van het deksel op de fixatie- I

I kraag; I

20 in figuur 7 een perspectivisch aanzicht van een aantal op , I

elkaar gestapelde vaten; I

in figuur 8 een perspectivisch aanzicht van een gesloten I

omvat waarop een inrichting voor het verwijderen van het I

I deksel is aangebracht; I

I 25 in figuur 9 een dwarsdoorsnede volgens lijn IX-IX in I figuur 8; I in figuur 10 een dwarsdoorsnede volgens lijn X-X in fi- I guur 8; I in figuur 11 A en B een dwarsdoorsnede analoog aan figuur 30 9, waarmee het verwijderen van het deksel wordt geïllus- I treerd; I in figuur 12 A en B een dwarsdoorsnede op twee plaatsen I langs de omtrek van een andere variant van het samenstel van I 1023835· 7 de uitvinding, waarbij tussen de fixatiekraag en het omvat een pakking is aangebracht.

Figuur 1 toont een samenstel 1 voor het opslaan van materiaal omvattende een omvat 2, een deksel 3, een niet zichtba-5 re binnenhouder, en een aan het open uiteinde daarvan verbindbare fixatiekraag 4. Het omvat 2 bestaat in hoofdzaak uit een bodemdeel met daarop aansluitende opstaande wandelen 5. Tussen het deksel 3 en de kraag 4 zijn verbindingsmiddelen aangebracht voor het tijdelijk sluiten en openenen van het 10 deksel 3 of voor het permanent sluiten ervan. De bovenrand van het omvat 2 is losmaakbaar met de kraag 4 vergrendelbaar is via vergrendelmiddelen 6, die hieronder in detail besproken zullen worden met verwijzing naar figuur 4.

Figuur 2 toont de fixatiekraag 4 waarmee aan twee tegen-15 over elkaar liggende zijden telkens twee flexibele benen 7 zijn verbonden elk waarvan voorzien is van een uitstekend deel 8, zoals getoond in dwarsdoorsnede in figuur 4.

In figuur 3 wordt het deksel 3 gezien van de onderkant weergegeven.

20 Figuur 4 illustreert de ver/ontgrendeling van de kraag 4 op het omvat 2 aan de hand van een dwarsdoorsnede van de vergrendelmiddelen in de verschillende standen. De bovenrand van het omvat 2 is voorzien van een opening 10 voor elk been 7 waardoor het uitstekend deel 8 past, waarbij elk been 7 een 25 eerste vergrendelstand heeft, zoals geïllustreerd in onderdeel (a) van figuur 4. In deze stand werkt het. uitstekend deel 8 samen met een nok 11 op de bovenrand. Dit been 7 kan dankzij zijn flexibele aanbrenging in een tweede stand is gebracht worden voor ontgrendeling, zoals weergegeven in 30 figuur 4(b). De ontgrendeling kan bijvoorbeeld gebeuren door een pin 9 die doorheen een daartoe voorziene ontgrendelope-ning 10 tegen elk been 7 kan geduwd worden om dit been 7 in 1023835·

I I

I een tweede stand te brengen (zie figuur 4(b)). De volledig I

ontkoppelde stand is getoond in figuur 4(c). I

I De fixatiekraag 4 is hoofdzakelijk rechthoekig en voor- I

I zien van openingen 12 onder andere gelegen aan weerskanten I

I 5 van elk hoek ervan (zie figuur 2), en het deksel 3 is voor- I

zien van op die openingen 12 plaatsbare en in die openingen I

I 12 steekbare hoofdzakelijk V-vormige vergrendellippen 13. I

I Figuur 5 illustreert het permanent verbinden van het I

I deksel 3 met de fixatiekraag"4 aan de hand van een dwarsdoor- I

I 10 snede van deze verbinding. In onderdeel (a) wordt de perma- I

I nente sluitstand getoond, waarbij de V-vormige vergrendellip I

I 13 doorheen de opening 12 steekt. Onderdeel (b) toont de I

I gebruiksstand waarbij de vergrendellip 13 op de overeenstem- I

mende opening is geplaatst. I

15 De scharnierverbinding tussen het deksel 3 en de fixatie- I

I kraag 4 bestaat hoofdzakelijk uit tenminste één op de rand I

van het deksel aangebrachte hoofdzakelijk verticaal staande I

I plaat 14 waarop drie verdikkingen 15, 16 in twee boven elkaar I

gelegen niveaus aangebracht zijn, waarbij elke in het boven- I

I 20 ste niveau gelegen verdikking 15 samendrukbaar is. I

I De werking van de scharnierverbinding wordt uitgelegd aan I

I de hand van figuur 6. De fixatiekraag 4 is voorzien van een I

I opening 17 voor het tussen de twee niveaus in opnemen van I

I deze plaat 14 in de tijdelijke sluit/openstand. De samendruk- I

I 25 bare verdikking 15 kan doorheen de opening 17 geduwd worden I

I tijdens het permanent verbinden van het deksel 3 met de fixa- I

I tiekraag 4, waarbij de lippen 13 doorheen de daarmee overeen- I

I stemmende openingen 12 geduwd worden, zodat de scharnierwer- I

I king wordt verhinderd. I

I 30 Figuur 7 illustreert dat de samenstellen op een handige I

I manier op elkaar gestapeld kunnen worden voor bijvoorbeeld I

I het transport van de samenstellen in de richting van een I

materiaalverwerker. I

I 1023835· 9

Figuur 8 toont een andere variant van het samenstel 1 volgens de uitvinding in de gesloten toestand. Het samenstel 1 omvat een omvat 2, een deksel 3, en een niet zichtbare binnenhouder met fixatiekraag. Het omvat 2 bestaat in hoofd-5 zaak uit een bodemdeel met daarop aansluitende opstaande wandelen 5. In deze variant is niet de kraag, maar het deksel 3 losmaakbaar vergrendeld op het omvat 2.

Wanneer het met materiaal gevuld samenstel zich bij de materiaalverwerker bevindt,' moet het op het omvat vergrendel-10 de subgestel met binnenhouder uit het omvat worden verwijderd. Hiervoor is een inrichting 20 voorzien die langs weerszijden ter hoogte van de vergrendeling tussen deksel 3 en omvat 2 inwerkt op het samenstel.

De ontgrendeling zal nu uitgelegd worden aan de hand van 15 de in figuur 9, en 11 getoonde dwarsdoorsnede volgens de lijn IX- IX. Het deksel is gevormd met twee flexibele benen 7 die elk voorzien zijn van een uitstekend deel 8. De bovenrand van het omvat 2 is voorzien van openingen 10 voor elk been 7 waardoor het uitstekend deel 8 past.

20 De inrichting 20 voor het verwijderen van het deksel is voorzien van twee zijstukken 21 met uitstekende pennen 9. Wanneer de inrichting 20 omhoog wordt bewogen, duwen de pennen 9 de benen 7 naar buiten, waardoor de uitstekend delen 8 van de nok 11 weg worden bewogen en door de openingen 10 25 kunnen bewegen, zoals getoond in figuur 11.

Tenslotte toont figuur 10 een dwarsdoorsnede volgens lijn X- X in figuur 8. Deze figuur toont in detail hoe het zijstuk 21 inwerkt op de dekselrand 3.

Figuur 12 A toont een dwarsdoorsnede analoog aan deze van 30 figuur 5A, waarbij enerzijds de vergrendeling tussen de fixatiekraag 4 en het deksel 3, en anderzijds de vergrendeling tussen fixatiekraag 4 en omvat 2 zichtbaar zijn. Verder is tussen de fixatiekraag 4 en het omvat 2 een extra pakking 23 1023835· I 10

I aangebracht ter verkrijging van een nog betere afdichting I

I tussen subgestel en omvat 2. I

I Figuur 12 B toont een dwarsdoorsnede van hetzelfde samen- I

I stel als figuur 12 A, maar langs een ander deel van de omtrek I

I 5 van het samenstel. Opnieuw merkt men de extra pakking 23 I

tussen omvat 2 en fixatiekraag 4 op. I

I Men zal begrijpen dat de uitvinding niet beperkt is tot I

I het hierboven beschreven uitvoeringsvoorbeeld, maar dat vele I

I variaties, zoals de omkering van de aanbrenging van vergren- I

I 10 delbeen/plaat/lip en overeenstemmende opening op respectieve- I

lijk kraag en omvat en omgekeerd, of op respectievelijk dek- I

I sel en omvat en omgekeerd. I

I 102383S·

Claims

1. Samenstel voor het opslaan en transport van materiaal omvattende een omvat, een deksel, een in het omvat plaatsbare 5 binnenhouder, en een aan een open einde daarvan verbindbare fixatiekraag, welk omvat in hoofdzaak bestaat uit een bodem-deel met daarop aansluitende opstaande wanddelen, waarbij tussen het deksel en de kraag verbindingsmiddelen aangebracht zijn voor het tijdelijk sluiten en openen van het deksel of 10 voor het permanent sluiten ervan, welk deksel en kraag een subgestel vormen, met het kenmerk, dat de bovenrand van het omvat losmaakbaar vergrendelbaar is met het door kraag en deksel gevormde subgestel.

2. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies, met 15 het kenmerk, dat de losmaakbare verbinding tussen omvat en subgestel in hoofdzaak bestaat uit tenminste twee flexibele benen elk waarvan voorzien is van een uitstekend deel, welke benen verbonden zijn met respectievelijk het omvat of het subgestel, en dat respectievelijk het subgestel of de boven-20 rand van het omvat voorzien is van een opening voor elk been waardoor het uitstekend deel past, waarbij elk been een eerste vergrendelstand heeft waarbij het uitstekend deel samenwerkt met een nok op respectievelijk het subgestel of de bovenrand, welk been omwille van zijn flexibele aanbrenging 25 in een tweede stand is te brengen voor ontgrendeling.

3. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de fixatiekraag en het deksel hoofdzakelijk de vorm hebben van een veelhoek, met het kenmerk, dat respectievelijk de fixatiekraag of het deksel voorzien is van openingen hoofdza- 30 kelijk gelegen in de hoeken ervan, en dat respectievelijk het deksel of de fixatiekraag voorzien is van op die openingen plaatsbare en in die openingen steekbare hoofdzakelijk V-vormige vergrendellippen. 1023835· I 12

4. Samenstel volgens een der conclusies 1-2, waarbij het I samenstel rond is.

5. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de verbindingsmiddelen tussen de kraag en 5 het deksel hoofdzakelijk bestaan uit een scharnierverbinding I en een sluitmiddel voor de permanente verbinding tussen de I kraag en de binnenhouder, welk sluitmiddel de scharnierwer- I king verhindert.

6. Samenstel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de I 10 scharnierverbinding hoofdzakelijk bestaat uit tenminste één op de rand van het deksel aangebrachte hoofdzakelijk vertica- H le plaat waarop tenminste twee verdikkingen in twee boven I elkaar gelegen niveaus aangebracht zijn, waarbij de fixatie- H kraag telkens voorzien is van een opening voor het tussen de I 15 twee verdikkingen in opnemen van deze plaat in de tijdelijke I sluit/openstand, en elke verdikking van het bovenste niveau H doorheen de opening duwbaar is tijdens het permanent verbin- den van het deksel met de fixatiekraag.

7. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies, met 20 het kenmerk, dat de binnenhouder dicht op de fixatiekraag is I gelast.

8. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tussen het subgestel en het omvat een extra I afdichtingsmiddel is voorzien.

9. Samenstel volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat het.extra afdichtingsmiddel bestaat uit een tussen fixatie- kraag en omvat aangebrachte pakking.

10. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies, met I het kenmerk, dat het samenstel voorzien is van een herken- 30 ningsmiddel, zoals een chip aangebracht op het omvat.

11. Fixatiekraag voor een samenstel volgens een der voor- I I gaande conclusies. I 102383S·

12. Deksel voor een samenstel volgens een der voorgaande conclusies.

13. Omvat voor een samenstel volgens een der voorgaande conclusies.

14. Werkwijze voor het opslaan en in de richting van de materiaalverwerker transporteren van een samenstel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het met materiaal gevuld samenstel vergrendeld wordt door het deksel in de permanente sluitstand op de kraag te plaatsen, welk 10 vergrendeld samenstel getransporteerd wordt, en vervolgens bij een materiaalverwerker wordt afgeleverd, waar het omvat verwijderd wordt door ontgrendeling van de verbindingsmiddelen tussen omvat en subgestel, en de binnenhouder met deksel worden verwerkt.

15. Werkwijze volgens conclusie 14, waarbij het gewicht van een ongebruikt omvat bekend is, met het kenmerk, dat het verwijderde omvat gewogen wordt voor het verkrijgen van een meetwaarde, waarna de verschilwaarde bepaald wordt tussen het gewicht van het ongebruikt omvat en deze meetwaarde, welke 20 verschilwaarde gebruikt wordt om het hergebruik van het omvat te bepalen. 1023835·