NL1023361C2 - Inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek. - Google Patents

Inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek. Download PDF

Info

Publication number
NL1023361C2
NL1023361C2 NL1023361A NL1023361A NL1023361C2 NL 1023361 C2 NL1023361 C2 NL 1023361C2 NL 1023361 A NL1023361 A NL 1023361A NL 1023361 A NL1023361 A NL 1023361A NL 1023361 C2 NL1023361 C2 NL 1023361C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
tube
cloth
operating means
coupling
drive shaft
Prior art date
Application number
NL1023361A
Other languages
English (en)
Inventor
Marinus Henricus Mari Schoonen
Original Assignee
Holding Nutsbedrijf Westland N
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL1023361A priority Critical patent/NL1023361C2/nl
Application filed by Holding Nutsbedrijf Westland N filed Critical Holding Nutsbedrijf Westland N
Priority to CNA2004800182856A priority patent/CN1812709A/zh
Priority to JP2006507880A priority patent/JP2006525016A/ja
Priority to MXPA05011983A priority patent/MXPA05011983A/es
Priority to KR1020057021255A priority patent/KR20060031798A/ko
Priority to PCT/NL2004/000304 priority patent/WO2004098267A1/en
Priority to US10/556,039 priority patent/US20060243398A1/en
Priority to CA002525226A priority patent/CA2525226A1/en
Priority to RU2005138115/12A priority patent/RU2005138115A/ru
Priority to EP04731518A priority patent/EP1619939A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1023361C2 publication Critical patent/NL1023361C2/nl
Priority to NO20055821A priority patent/NO20055821L/no

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/22Shades or blinds for greenhouses, or the like
    • A01G9/227Shades or blinds for greenhouses, or the like rolled up during non-use
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/22Shades or blinds for greenhouses, or the like
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/14Greenhouses
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47HFURNISHINGS FOR WINDOWS OR DOORS
    • A47H2/00Pelmets or the like
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/25Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor

Description

♦ '
Inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek, omvattende een frameconstructie met een bovenste vaste 5 bevestiging voor dat doek en een in die frameconstructie naar en van die bevestiging verplaatsbare roteerbare buis voor het opnemen/afgeven van doek alsmede een aandrijving met aandrijfmotor voor rotatie van die buis en geleidingsmiddelen voor verplaatsing van die buis, welke aandrijfmotor star met dat frame verbonden is, tussen die aandrijfmotor en die buis een door die aandrijfmotor roteerbare aandrijfas aanwezig is, op 10 die aandrijfas in de richting van de hartlijn daarvan verplaatsbaar en cnverdraaibaar ten opzichte van dat frame een met die buis verbonden overbrenginrichting aanwezig is voor het overbrengen van de roterende beweging van die aandrijfas naar die buis, welke overbrenginrichting een elektrisch bedienbare koppeling omvat die overbrengbaar is tussen een ontkoppelde en een gekoppelde toestand.
15 Een dergelijke inrichting is beschreven in de niet vóórgepubliceerde internationa le octrooiaanvrage PCT/NL02/00792, en verschaft een oprolsysteem voor doek dat betrouwbaar werkt, waarmee nauwkeurig de begin- en eindpositie geregeld kan worden en dat gedurende lange tijd, dat wil zeggen vele jaren zonder haperen effectief kan zijn. Daartoe bezit de daarin beschreven inrichting een aandrijfmotor die star met dat frame 20 verbonden is. Tussen die aandrijfmotor en die buis is een door die aandrijfmotor roteerbare aandrijfas aanwezig, terwijl op die aandrijfas in de richting van de hartlijn daarvan verplaatsbaar en onverdraaibaar ten opzichte van dat frame een met die buis verbonden overbrenginrichting aanwezig is voor het overbrengen van de roterende beweging van die aandrijfas naar die buis.
25 De daardoor verkregen verbetering hangt samen met het feit dat niet langer een kwetsbare, moeilijk te monteren en kostbare buismotor behoeft te worden toegepast. In plaats daarvan wordt een eenvoudige motor die vast met het frame verbonden is toegepast. Via eventuele overbrengingen wordt in een aandrijfas voorzien die bij verticaal bewegend doek verticaal aangebracht zal zijn. De hierboven beschreven overbrengin-30 richting beweegt in verticale richting langs deze aandrijfas omhoog respectievelijk naar beneden. Deze verticale beweging wordt opgelegd door het oprollen respectievelijk afrollen van doek op de met de overbrenginrichting verbonden buis. Bij voorkeur strekt deze buis zich loodrecht op de aandrijfas uit.
1023361 I Doel van de uitvinding is de inrichting volgens de uitvinding zodanig te verbete- I ren dat een meer flexibele toepassing en besturing mogelijk wordt. Dat doel wordt be- I reikt doordat de bedieningsmiddelen een regeleenheid omvatten waaraan signalen kun- nen worden toegevoerd met betrekking tot omgevingsfactoren, zoals temperatuur, licht, I 5 vochtigheid, windsterkte, tijd en dergelijke, en/of met betrekking tot de toestand van I het scherm, zoals de afgerolde lengte en dergelijke, voor het regelen van de bedie- ningsmiddelen.
I Door middel van de regeleenheid kan het doek automatisch op de gewenste wijze I worden bestuurd. Daarbij kan zowel rekening worden gehouden met de omstandighe- I 10 den buiten als binnen de kas.
I Verder kunnen de bedieningsmiddelen geheugenmiddelen omvatten voor het op- slaan van gegevens met betrekking tot de positie van de buis en/of de lengte van het I afgerolde doek in afhankelijkheid van waarden die samenhangen met de omgevingsfac- I toren en/of met de toestand van het doek.
I 15 Door een bij overbelasting werkzame (instelbare) koppeling in de overbrengin- I richting aan te brengen, is het mogelijk bij voortdurend draaien van de aandrijfas het I maximale koppel per overbrenginrichting (instelbare max. oprolkracht) te begrenzen en I deze begrenzing door middel van een verstelbare aanslag (begin/eind) ook in werking te laten treden. In beide gevallen wordt de koppeling actief waardoor moment begrensd 20 ontkoppelen plaats vindt van de rolbuis ten opzichte van de aandrijfas. Door gebruik I van een remmende eigenschap in de aandiijflijn in combinatie met de instelbare slip- I koppeling wordt voorkomen dat in opgerolde positie dan wel in een tussenstand onge- I controleerd uitrollen van de oprolbuis plaats vindt. Een dergelijke remmende eigen- I schap kan bijvoorbeeld met een wormwiel verwezenlijkt worden in dé overbrenginrich- I 25 ting. Echter is het eveneens mogelijk de remmende eigenschap in de aandrijfinotor aan te brengen waardoor met een verhoudingsgewijs eenvoudige overbrenging in de over· I brenginrichting volstaan kan worden.
I Zo kan verder bijvoorbeeld besloten worden van drie boven elkaar liggende I schennen een niet of gedeeltelijk te sluiten terwijl de andere wel volledig gesloten wor- 30 den. Eveneens is het met de constructie volgens de onderhavige uitvinding mogelijk I periodiek het volledig gesloten zijn van schermen te waarborgen door het periodiek I bewegen van de aandrijfas waarbij een eventueel niet volledig gesloten scherm alsnog I volledig gesloten wordt. Dit geldt vanzelfsprekend eveneens voor het openen.
3
Indien de uitgaande as van de overbrenginrichting star gekoppeld is met de buis waarop het doek opgenomen wordt, is in principe geen geleiding van de oveibrengin-richting of afsteuning voor het opnemen van het draaimoment noodzakelijk. Deze krachten kunnen opgenomen worden door de buis. Vanzelfsprekend is het mogelijk de 5 overbrenging in andere gevallen langs het frame van de kas of dergelijke zelfstandig te geleiden.
De hierboven beschreven inrichting voor het oprollen en afrollen van doeken eveneens gebruikt worden bij een zogenaamd twinscherm, dat wil zeggen een buis waarop twee op elkaar liggende doeken gerold worden. Een van deze doeken is als 10 hierboven beschreven verbonden met een daarboven liggende vaste bevestiging terwijl het andere doek een verzwaard vrij uiteinde heeft en zich naar beneden hangend uitstrekt.
Verder kan de inrichting ten minste een verder doek met een verdere vaste bovenste bevestiging en een verdere in die frameconstructie naar en van die bevestiging 15 verplaatsbare roteerbare buis voor het opnemen/afgeven van dode alsmede een verdere op die aandrijfas in de richting van de hartlijn daarvan verplaatsbaar en onverdraaibaar ten opzichte van dat frame met die buis verbonden overbrenginrichting voor het overbrengen van de roterende beweging van die aandrijfas naar die verdere buis, welke verdere overbrenginrichting van een verdere koppeling voorzien is.
20 Met de uitvinding is het mogelijk met een aandrijfas een aantal, bijvoorbeeld bo ven elkaar gelegen, inrichtingen te bedienen. Tevens is het met deze uitvinding mogelijk met een aandrijfas gelijktijdig meerdere boven elkaar gelegen inrichtingen te bedienen die qua hoogte en/of benodigde koppel verschillen. Deze inrichtingen kunnen zich tussen horizontale spanten van bijvoorbeeld een kas bevinden. Door de hierboven 25 beschreven koppeling en daarvoor aan te brengen bedieningsmiddelen zoals aanslagen is het mogelijk bij het draaien van de aandrijfas elke overbrenginrichting en zo elk scherm precies de juiste verplaatsing te laten uitvoeren zonder dat overbelasting plaats vindt. Zo is het mogelijk met een enkele motor een groot aantal buizen waarop doek gewikkeld wordt, te bedienen.
30 Met de enkele motor kan bovendien ten minste een verdere aandrijfas bediend worden.
Het is niet alleen mogelijk verticaal bewegende schermen op deze wijze aan te drijven maar eveneens horizontaal aangebrachte schermen. Daarbij wordt de buis 1 n?33fi1 \ 4 waarop het doek gewikkeld wordt, strak gehouden met behulp van contragewichten of een ander (veer)mechanisme. Het is mogelijk met een aandrijfmotor zowel horizontale schermen, verticale schermen of onder een hoek geplaatste schermen gelijktijdig te bedienen.
5 De uitvinding betreft tevens een werkwijze voor het bedrijven van een inrichting volgens een der voorgaande conclusies, omvattende de stappen van: -het bepalen van de waarde van een omgevingsfactor zoals temperatuur, licht, vochtigheid, windsterkte, tijd en dergelijke, -het op basis van die waarde(n) selecteren van een positie van de buis en/of de 10 lengte van het afgerolde doek, -het bekrachtigen van de aandrijving voor het doen verdraaien van de buis in verband met het oprollen of afrollen van het doek, -het bekrachtigen van de bedieningsmiddelen voor het doen slippen van de slip-koppeling wanneer de gewenste positie van de buis, en/of de gewenste lengte van het 15 afgerolde doek is bereikt.
Tevens betreft deze werkwijze het bekrachtigen van de verdere bedieningsmiddelen voor het doen slippen van de verdere slipkoppeling wanneer de gewenste positie van de verdere buis, en/of de gewenste lengte van het afgerolde verdere doek is bereikt. Vooral indien meerdere schermen door één en dezelfde aandrijving worden be-20 dreven doen zich de voordelen van de uitvinding gelden. Zo kunnen dergelijke schermen op verschillende manieren worden bediend, terwijl toch maar één aandrijving nodig is. Die bediening kan plaatsvinden bijvoorbeeld op basis van energiebesparing. Bij kassen bevinden zich bijvoorbeeld vaak aandrijfbuizen aan de binnenzijde van de gevel, in het onderste gebied daarvan. In een dergelijk geval kan bijvoorbeeld het onder-25 ste scherm uitgerold blijven, om energieverlies naar buiten toe te voorkomen. De hoger gelegen schermen kunnen echter al geheel of gedeeltelijk worden opgerold, teneinde zoveel mogelijk licht door te laten. Een dergelijke bediening kan, afhankelijk van de gemeten buitentemperatuur, tijdstip van de dag en dergelijke zijn voorgeprogrammeerd in de regeleenheid.
30 De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van in de tekening afgebeelde uit- voeringsvoorbeelden verduidelijkt worden. Daarbij tonen: fig. 1 schematisch in aanzicht een deel van een kasconstructie voorzien van het samenstel zoals beschreven in PCT/NLQ2/00792.
5 fig. 2 een detail van de overbrenginrichting volgens fig. 1; fig. 3 een dwarsdoorsnede volgens de lijn ΙΠ-ΙΠ in fig. 2; en fig. 4 een variant van het scherm volgens de uitvinding schematisch afgebeeld.
fig. 5 een aanzicht op een inrichting volgens de uitvinding; 5 fig. 6 een bovenaanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, op een overbrenging zoals toegepast in de inrichting volgens fig. 5, en volgens lijn VI-VI in fig. 7; fig. 7 een vooraanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, van de overbrenging zoals weergegeven in fig. 6; fig. 8 een zijaanzicht van de overbrenging als geheel.
10 In fig. 1 is de inrichting zoals beschreven in PCT/NL02/00792 met 1 aangegeven.
Het frame van de kas is schematisch met 2 weergegeven. Het is goed mogelijk een apart frame voor de constructie volgens de uitvinding toe te passen maar bij een kas is dit niet noodzakelijk gebleken. Een motor 3 is vast bevestigd aan de frame constructie 2. De hulpas 4 is aanwezig en via een haakse overbrenging 5 wordt een zich in hoofd-15 zaak verticaal uitstrekkende aandrijfas 6 aangedreven. Deze aandrijfas 6 strekt zich uit door overbrenginrichtingen 7 respectievelijk 8 waarmee buizen 9 respectievelijk 10 aangedreven worden voor het bewegen van schermen 11 respectievelijk 12. Aanslagen 13 en 14 zijn aanwezig die samen kunnen werken met de in fig. 2 getoonde bedie-ningsmiddelen 25 respectievelijk 26. In fig. 1 zijn met doorgetrokken lijn rechts van het 20 verticale profiel 28 de hierboven genoemde schermen 11 en 12 getekend. Begrepen zal worden dat links daarvan eveneens schennen aanwezig kunnen zijn zoals gedeeltelijk aangegeven is.
In fig. 2 en 3 zijn details van de overbrenginrichting 7 respectievelijk 8 aangegeven. Daaruit blijkt dat as 6 voorzien is van een zich over de hele lengte daarvan uit-25 strekkende sleuf 15. De overbrenginrichting bestaat uit een kast 17 die via een geleiding 29 (zie fig. 3) verschuifbaar is langs zijn eigen aandrijving (as 6) en het verticale T-profiel 28 van de frameconstructie 2. Indien de uitgaande as van de overbrenginrichting star verbonden is met buis 9 of 10 kan de hierboven beschreven geleiding weggelaten worden. Indien de constructie en meer in het bijzonder de as 6 niet verticaal aange-30 bracht is, dient deze bovendien aan het benedenuiteinde van een lagering voorzien te zijn om de niet verticale positie te handhaven.
In kast 17 bevindt zich een zelfremmende tandwieloverbrenging 30, 31 welk as 19 aandrijft die op zijn beurt gekoppeld is met buis 10 (of 9). Deze zelfremmende ei- 10233 β1 I genschap kan alternatief aangebracht zijn in de aandrijfinotor 3 de eventuele reductie daarvan of haakse overbrenging 5. In het afgebeelde voorbeeld is een eenvoudige enke- I le tandwieloverbrenging in kast 17 getoond. Het is echter mogelijk een meervoudige I overbrenging aan te brengen waarmee een grotere vertraging verkregen worden. Een I 5 voorbeeld daarvan is een planeet-zonnewielstelsel. Bovendien is het mogelijk een zo- I danige overbrenging aan te brengen dat de buizen 9 en 10 zich (in het horizontale vlak) I op aanzienlijke afstand van de verticale aandrijfas 6 bevinden. Daarmee is het mogelijk I de in de figuren getoonde constructie en meer in het bijzonder de buizen 9 en 10 en het bijbehorende scherm tussen de horizontale liggers van de frameconstructie 2 aan te 10 brengen waardoor plaats bespaard wordt.
In het hier afgebeelde voorbeeld bevindt zich boven tandwielbus 16 een huls 21 I die zoals blijkt uit fig. 3 voorzien is van een spievormig uitsteeksel 18 waardoor huls I 21 onverdraaibaar maar verschuifbaar ten opzichte van aandrijfas 6 is. Huls 21 is voor- I zien van een (instelbare) slipkoppeling 23 overeenkomend met vertanding 24 aange- I 15 bracht op tandwielbus 16. Door middel van veer 22 wordt vertanding 23 naar vertan- I ding 24 gedreven zodat de roterende beweging opgebracht op huls 21 overgebracht kan I worden naar tandwielbus 16. Indien echter de belasting te groot wordt, zullen vertan- I dingen 23 en 24 langs elkaar bewegen en zal slip optreden. Door veervoorspanning te I verstellen kan het moment van slip geregeld worden. Begrepen dient te worden dat op I 20 andere wijze slip of ontkoppelen verwezenlijkt kan worden. De zo gevormde koppeling I is met 20 aangegeven. Begrepen zal worden dat in plaats van de in de tekening getoon- I de vormsluitende koppeling ook eenvoudige uitsluitend op frictie werkende koppelin- gen toegepast kunnen worden zoals (natte) plaatkoppelingen.
Bedieningspennen 25 en 26 zijn aanwezig die werken op lip 40 van schijf 27.
I 25 Bij het naar boven of naar beneden bewegen worden de pennen 25 respectievelijk 26 in de eindpositie in contact gebracht met aanslagen 13 respectievelijk 14. Daardoor I bewegen deze naar binnen en zal bij het roteren van schijf 27 lip 40 in contact komen I met de betreffende bedieningspen en daardoor slip optreden. Bij draaien in andere rich- ting van de aandrijfas zal schijf 27 eerst een (bijna) volledige omwenteling kunnen ma- I 30 ken alvorens lip 40 de betreffende pen zal raken, maar door het maken van deze (bijna) volledige omwenteling is kast 17 zo ver verplaatst van de betreffende aanslag dat de I betreffende bedieningspen weer terug bewogen is waardoor de beweging uitgevoerd kan worden. Ook voor de bediening van de koppeling kunnen andere mechanismes 7 gebruikt worden waarbij een naar buiten uitstekende bedieningshefboom door een op het frame aangebrachte aanslag bediend wordt en de koppeling vrijgegeven wordt. Dat wil zeggen constructies waarbij de koppeling actief ontkoppeld wordt en geen sliptoe-stand optreedt.
5 Uit fig. 1-3 blijkt dat bij rotatie van de motor 3 aandrijfas 6 geroteerd wordt.
Daardoor worden de buizen 9, 10 geroteerd waarbij het scherm 11, 12 opgewikkeld respectievelijk afgewikkeld wordt tot aanslag 13 respectievelijk 14 bereikt wordt. Op dat moment wordt de aandrijvende verbinding tussen aandrijfas 6 en buis 9 respectievelijk 10 verbroken. Dat wil zeggen de eindstanden van buis 9 respectievelijk 10 wordt 10 bepaald door de aanslagen 13 en 14 en niet door de het beëindigen van de rotatie van de aandrijfas 6. Daardoor is het mogelijk een aantal overbrenginrichtingen achter elkaar te schakelen op aandrijfas 6. Bovendien is in een veiligheid voorzien. Bij overbelasting zal de hierboven beschreven koppeling 20 eveneens functioneren zodat geen schade aan de schermen of aandrijving ontstaat. Tevens voorkomt de koppeling 20 door mid-15 del van de (instelbare) frictie verdere rotatie van buizen 9 en 10 indien buis 6 tot stilstand wordt gebracht in een positie tussen de twee eindposities.
In fig. 4 is schematisch een zogenaamd twinscherm afgebeeld. Een centrale buis 32 is aanwezig waarop een dubbel doek gewikkeld is. Dit is aangegeven met 33 en 34. Doek 33 strekt zich naar bovenuit en is vast bevestigd aan de frame constructie 2 zoals 20 de schennen 11 en 12. Doek 34 is voorzien van een verzwaard uiteinde dat met 35 aangegeven is dat vrij is, dat wil zeggen eventueel via een geleiding door zwaartekracht naar boven en naar beneden beweegt. Buis 32 kan op de plaats gebracht worden van buis 9 of 10. Daarmee kan dezelfde werking verkregen worden.
Bij de in fig. 5-8 weergegeven uitvoeringsvorm is de inrichting volgens de uit-25 vinding weergegeven. De onderdelen daarvan die overeenkomen met de uitvoeringsvorm van de fig. 1-4 zijn met overeenkomstige verwijzingstekens aangegeven. De motor 3 is nu direct verbonden met de haakse overbrenging 5, die op zijn beurt weer de zich in hoofdzaak verticaal uitstrekkende aandrijfas 6 aandrijft. De overbrengingen 7,8 bezitten elk een arm 40, die in de onderste stand van de buizen 9,10 aankomt tegen de 30 bijbehorende aanslag 14. De arm 40 kan draaien rond de pen 41, en daarmee de hefboom 42 doen kantelen. Deze hefboom 42 bezit twee hefboomdelen 43,44, die elk naar keuze in aanraking kunnen worden gebracht met één zijde van de nokken 45 die zijn aangebracht op het deel 46 van de slipkoppeling 23. Dit deel 46 is via de schuine tand- 1023361 I wielen 47, 48 en de riemoverbrenging 49, 50 verbonden met de asstompen 56. Het an- I dere deel 51 van de slipkoppeling is onverdraaibaar verbonden met de aandrijfas 6.
I Zodra de arm 40 in aanraking komt met een aanslag 14, dat wil zeggen de onder- I ste positie van de buizen 9,10 is bereikt, wordt één der hefboomdelen 43, 44 naar be- 5 neden bewogen zodanig dat de dan dichtstbijzijnde nok 45 daar tegenaan komt te lig- I gen. De aandrijfas 6 en het deel 51 van de slipkoppeling draaien daarbij door, waarbij I dat deel 51 slipt ten opzichte van het andere deel 46 van de slipkoppeling. De buis 9,10 I staat dan echter stil, zodanig dat het doek niet verder wordt afgerold of opgerold.
I Een dergelijke slipwerking van de slipkoppeling kan echter niet alleen verkregen I 10 worden bij het aankomen van de arm 40 tegen een aanslag 14. Ook op andere posities van de buizen 9,10 in hoogterichting kan de arm 40 worden bediend en wel door de I beide solenoïden 52, 53. Zoals weergegeven in fig. 7 en 8 bedienen deze solenoïden 52, I 53 een zich daartussen uitstrekkende as 54, die op zijn beurt is verbonden met de arm I 40. Door één of beide solenoïden 52, 53 te bedienen, wordt de as 54 en daarmede de I 15 arm 40 gekanteld. Aldus kan door een elektrisch signaal af te geven aan de solenoïden 52, 53 de buis 9,10 op elke gewenste hoogte worden stilgezet. De andere buizen 9,10 I kunnen daarbij verder bewegen, of eveneens worden stilgezet afhankelijk van het be- I sturingsprogramma. De buizen 9, 10 zijn axiaal verschuifbaar, doch onverdraaibaar I verbonden met de asstompen 56 ter compensatie van uitzettingsverschillen.
20 Deze besturing kan worden geregeld door de regeleenheid 55 zoals weergegeven in fig. 5. Aan deze regeleenheid 55 kunnen signalen worden toegevoerd die betrekking I hebben op de buitenomgeving danwel de externe danwel de interne omgeving van de I kas waarin de inrichting volgens de uitvinding is toegepast. Het kan daarbij gaan om I temperatuur, vochtigheid, windrichting, licht en dergelijke. Verder kunnen aan de rege- I 25 leenheid 55 signalen worden toegevoegd met betrekking tot de positie van de buizen 9, I 10, de toestand van de overbrengingen, dat wil zeggen in hoeverre zij in de slippende of I niet-slippende toestand verkeren, en dergelijke. Op basis van een voorgeprogrammeer- I de regeling kan vervolgens de regeleenheid de motor 3 besturen, en ook signalen afge- ven aan de solenoïden 52, 53. Op die manier kunnen de buizen 9,10 op elke gewenste 30 hoogte, onafhankelijk van elkaar, worden ingesteld. Daarmee samenhangend kunnen de I doeken 11,12 derhalve op elke gewenste lengte, ook onafhankelijk van elkaar, worden I afgerold danwel opgerold.
» 9
Met de onderhavige uitvinding is het mogelijk met een enkele motor verschillende buizen voor het opwikkelen, afwikkelen van een scherm te bedienen terwijl toch variatie in hoogte en/of toleranties gecompenseerd kunnen worden. Bovendien is het mogelijk verschillende aandrijfassen te koppelen met motor 2. Op deze wijze kunnen 5 aanzienlijke besparingen verkregen worden terwijl door de eenvoudige mechanische opbouw een langere levensduur dan bij buismotoren gegarandeerd is. De hierboven beschreven variant waarbij de schermen horizontaal verplaatst kunnen worden, kan bij kassen op bijzonder eenvoudige wijze uitgevoerd worden door ophanging aan de goten tussen de kapconstructies van de kassen. Eveneens is het mogelijk bij een gekromde 10 kapconstructie een aantal assen 6 via (kardanische) koppelingen met elkaar te verbinden en daartussen steeds een scherm te verplaatsen.
Hoewel de uitvinding hierboven aan de hand van een voorkeursuitvoering beschreven is, zal begrepen worden voor degene bekwaam in de stand der techniek dat talrijke wijzigingen aan te brengen zijn die direct opkomen na het lezen van het boven-15 staande die voor de hand liggend zijn voor degene bekwaam in de stand der techniek en liggen binnen het bereik van de bijgaande conclusies. Zo kunnen de aandrijfas en/of de schennen in een niet verticale positie aangebracht zijn, zijn er in de stand der techniek alternatieven beschikbaar voor het verkrijgen van een gelijk slipkoppelings effect en zijn er tal van mogelijkheden en alternatieven denkbaar op het al dan niet gebruiken en 20 vormgeven van het geleideprofiel 28.
4 n O O O «è

Claims (18)

1. Inrichting (1) voor het oprollen/afrollen van een doek (11, 12, 33, 34), omvattende een frameconstructie (2) met een bovenste vaste bevestiging voor dat doek en een 5 in die frameconstructie naar en van die bevestiging verplaatsbare roteerbare buis (9,10, 32) voor het opnemen/afgeven van doek alsmede een aandrijving met aandrijfmotor (3) voor rotatie van die buis en geleidingsmiddelen voor verplaatsing van die buis (9, 10, 32), welke aandrijfmotor (2) star met dat frame verbonden is, tussen die aandrijfmotor (2) en die buis (9, 10,32)een door die aandrijfmotor roteerbare aandrijfas (6) aanwezig 10 is, op die aandrijfas (6) in de richting van de hartlijn daarvan verplaatsbaar en onver-draaibaar ten opzichte van dat frame een met die buis verbonden overbrenginrichting aanwezig is voor het overbrengen van de roterende beweging van die aandrijfas naar die buis, welke overbrenginrichting een elektrisch bedienbare koppeling omvat die overbrengbaar is tussen een ontkoppelde en een gekoppelde toestand, met het kenmerk 15 dat de bedieningsmiddelen een regeleenheid (55) omvatten waaraan signalen kunnen worden toegevoerd met betrekking tot omgevingsfactoren, zoals temperatuur, licht, vochtigheid, windsterkte, tijd en dergelijke, en/of met betrekking tot de toestand van het doek, zoals de afgerolde lengte en dergelijke, voor het regelen van de bedieningsmiddelen. 20
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de bedieningsmiddelen geheugenmid-delen omvatten voor het opslaan van gegevens met betrekking tot de positie van de buis en/of de lengte van het afgerolde doek in afhankelijkheid van waarden die samenhangen met de omgevingsfactoren en/of met de toestand van het doek. 25
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de koppeling (20) een slipkoppe-ling is, en de bedieningsmiddelen zijn uitgevoerd voor het door slippen doen overbrengen van de slipkoppeling in de ontkoppelde toestand.
4. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij de slipkoppeling (20) in beide draai richtingen tot slippen kan worden gebracht. % )
5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, waarbij de slipkoppeling (20) tenminste twee slipkoppelingdelen (46, 51) omvat waar een slipkoppelingdeel (51) samenwerkt met de aandrijfas (6) en het andere slipkoppelingdeel (46) samenwerkt met de buis (9, 10. en tenminste een aanslagdeel (45) omvat, welk aanslagdeel (45) in samenwerking 5 brengbaar is met de bedieningsmiddelen voor het doen slippen van de slipkoppeling (20).
6. Inrichting volgens conclusie 4 en 5, waarbij de bedieningsmiddelen een blok-keermiddel (43, 44) omvatten dat, gezien in de omtreksrichting van de slipkoppeling 10 (20), naar keuze in samenwerking brengbaar is met de tegenoverliggende zijden van het aanslagdeel (45).
7. Inrichting volgens conclusie 6, waarbij het blokkeermiddel een dubbele hefboom omvat met twee onderling verbonden hefboomdelen (43,44) die telkens met een 15 van de zijden van het aanslagdeel (45) in samenwerking brengbaar zijn.
8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij tevens mechanische bedieningsmiddelen (14, 40) zijn voorzien voor het ontkoppelen/koppelen van de koppeling (20). 20
9. Inrichting volgens conclusie 8, waarbij de mechanische bedieningsmiddelen een arm (40) omvatten alsmede een met het frame verbonden aanslag (14) voor het bedienen van de arm (40).
10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de bedieningsmid delen tenminste een solenoide (52, 53), servomotor met schroefspindel en dergeiijke omvatten.
11. Inrichting volgens conclusie 9 en 10, waarbij de tenminste ene solenoïde (52, 30 53) aangrijpt op de arm (40).
12. Inrichting volgens conclusie 11, waarbij twee solenoTden (52, 53) zijn voorzien voor het in tegengestelde richtingen bedienen van de arm (40). 1 0233 ti i Η I 12
13. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, omvattende tenminste een I verder doek met een verdere vaste bovenste bevestiging en een verdere in die frame- I constructie naar en van die bevestiging verplaatsbare roteerbare buis (9, 10, 32) voor I 5 het opnemen/afgeven van doek alsmede een verdere op die aandrijfas in de richting van I de hartlijn daarvan verplaatsbaar en onverdraaibaar ten opzichte van dat frame met die I buis verbonden overbrenginrichting voor het overbrengen van de roterende beweging I van die aandrijfas naar die verdere buis, welke verdere overbrenginrichting van een I verdere koppeling voorzien is. I 10
14. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de overbrengin- richting ten minste een roteerbare asstomp (56) heeft, en de buis (9, 10) axiaal ver· I schuifbaar en onverdraaibaar is verbonden met de asstomp (56).
15. Werkwijze voor het bedrijven van een inrichting volgens een der voorgaande conclusies, omvattende de stappen van: -het bepalen van de waarde van een omgevingsfactor zoals temperatuur, licht, vochtigheid, windsterkte, tijd en dergelijke, I -het op basis van die waarde(n) selecteren van een positie van de buis (9, 10) I 20 en/of de lengte van het afgerolde doek, -het bekrachtigen van de aandrijving voor het doen verdraaien van de buis (9,10) I in verband met het oprollen of afrollen van het doek, I -het bekrachtigen van de bedieningsmiddelen voor het doen slippen van de slip- koppeling wanneer de gewenste positie van de buis, en/of de gewenste lengte van het I 25 afgerolde doek is bereikt.
16. Werkwijze volgens conclusie 15 voor het bedrijven van de inrichting volgens conclusie 13, omvattende de stappen van het bekrachtigen van de verdere bedienings- middelen voor het doen slippen van de verdere slipkoppeling (20) wanneer de gewenste I 30 positie van de verdere buis, en/of de gewenste lengte van het afgerolde verdere doek is I bereikt. t
17. Werkwijze volgens conclusie 16, waarbij de tijdstippen van het bekrachtigen van de verschillende bedieningsmiddelen verschillen.
18. Werkwijze volgens een der conclusies 15-17 voor het bedrijven van een in-5 richting volgens conclusie 5-7, omvattende de stap van het na het bereiken van de gewenste positie van de buis en/of de gewenste afgerolde lengte van het doek in tegengestelde richting doen verdraaien van de aandrijfas (6) voor het opheffen van de samenwerking tussen de bedieningsmiddelen en het aanslagdeel (45). 1 Π ? 3 3 ft 1
NL1023361A 2003-05-08 2003-05-08 Inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek. NL1023361C2 (nl)

Priority Applications (11)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1023361A NL1023361C2 (nl) 2003-05-08 2003-05-08 Inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek.
JP2006507880A JP2006525016A (ja) 2003-05-08 2004-05-06 シェードを巻き上げ/巻き降ろすための機器
MXPA05011983A MXPA05011983A (es) 2003-05-08 2004-05-06 Dispositivo para enrollar y desenrollar una persiana.
KR1020057021255A KR20060031798A (ko) 2003-05-08 2004-05-06 차양막을 롤링 업 및 롤링 다운시키는 장치
CNA2004800182856A CN1812709A (zh) 2003-05-08 2004-05-06 用来向上/向下卷动遮罩的装置
PCT/NL2004/000304 WO2004098267A1 (en) 2003-05-08 2004-05-06 Device for rolling up/rolling down a shade
US10/556,039 US20060243398A1 (en) 2003-05-08 2004-05-06 Device for rolling up/rolling down a shade
CA002525226A CA2525226A1 (en) 2003-05-08 2004-05-06 Device for rolling up/rolling down a shade
RU2005138115/12A RU2005138115A (ru) 2003-05-08 2004-05-06 Устройство для открывания и закрывания штор
EP04731518A EP1619939A1 (en) 2003-05-08 2004-05-06 Device for rolling up/rolling down a shade
NO20055821A NO20055821L (no) 2003-05-08 2005-12-08 Anordning for a rulle opp/rulle ned en skjerm

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1023361A NL1023361C2 (nl) 2003-05-08 2003-05-08 Inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek.
NL1023361 2003-05-08

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1023361C2 true NL1023361C2 (nl) 2004-11-09

Family

ID=33432523

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1023361A NL1023361C2 (nl) 2003-05-08 2003-05-08 Inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek.

Country Status (11)

Country Link
US (1) US20060243398A1 (nl)
EP (1) EP1619939A1 (nl)
JP (1) JP2006525016A (nl)
KR (1) KR20060031798A (nl)
CN (1) CN1812709A (nl)
CA (1) CA2525226A1 (nl)
MX (1) MXPA05011983A (nl)
NL (1) NL1023361C2 (nl)
NO (1) NO20055821L (nl)
RU (1) RU2005138115A (nl)
WO (1) WO2004098267A1 (nl)

Families Citing this family (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US8037922B2 (en) * 2005-11-18 2011-10-18 Automatic Technology (Australia) Pty Ltd Device for monitoring motion of a movable closure
JP6274944B2 (ja) * 2014-03-28 2018-02-07 芝浦メカトロニクス株式会社 基板搬送装置
CN104770246A (zh) * 2015-05-05 2015-07-15 万玉先 温室大棚卷帘机卷绳防伤人安全装置及使用其的卷帘装置
US9488253B1 (en) * 2015-10-07 2016-11-08 Midwest Industries, Inc. Retractable curtain
US10314283B2 (en) 2016-06-03 2019-06-11 Hog Slat, Inc. Curtain machine having sealed control enclosure
DE102018119624A1 (de) * 2017-10-11 2019-04-11 Lock Antriebstechnik Gmbh Überdachungsvorrichtung für Pflanzen
CN108575450B (zh) * 2018-04-28 2021-03-09 宫善龙 一种农业大棚自动调温保温设备
US11944227B1 (en) * 2023-01-12 2024-04-02 Aiden Green Curtain lowering apparatus and method

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL259847A (nl) *
EP0031884A1 (de) * 1979-11-15 1981-07-15 Hans Lang Schattiervorrichtung für Anlagen der Pflanzenzucht
EP0665360A1 (en) * 1994-02-01 1995-08-02 Galebreaker Products Division Of Farmplan Group Limited Movable closure for openings in buildings and like enclosures
US5810065A (en) * 1997-04-02 1998-09-22 Flexso S.R.L. Roller curtain for windows of moving vehicles
WO2000008918A1 (en) * 1998-08-11 2000-02-24 Henricus Wilhelmus Van Kouwen Apparatus and method for winding and unwinding cloth for a greenhouse, wherein the torque is limited

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
IT1204062B (it) * 1986-05-16 1989-03-01 Omero Campioni Dispositivo per comandare l'avvolgimento e lo svolgimento di un film plastico,reti ombreggianti e similari,in specie per l'apertura e la chiusura delle pareti laterali di serre e tunnels e per altri impieghi
GB8612854D0 (en) * 1986-05-27 1986-07-02 Machin Designs Ltd Roller blind assembly
US6388404B1 (en) * 1996-01-03 2002-05-14 Decotex 2000 Corporation Remote controlled window treatment and/or lighting system
US6155324A (en) * 1999-03-29 2000-12-05 The Cookson Company Apparatus and method for operating a door
NL1019492C2 (nl) * 2001-12-05 2003-06-13 Holding Nutsbedrijf Westland N Inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek.
US6612359B1 (en) * 2002-07-24 2003-09-02 Norbco, Inc. Slider curtain arrangement for controlling ventilation of a livestock barn
US6860310B2 (en) * 2002-11-14 2005-03-01 Larry J. Kubly Roll-up curtain assembly

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL259847A (nl) *
EP0031884A1 (de) * 1979-11-15 1981-07-15 Hans Lang Schattiervorrichtung für Anlagen der Pflanzenzucht
EP0665360A1 (en) * 1994-02-01 1995-08-02 Galebreaker Products Division Of Farmplan Group Limited Movable closure for openings in buildings and like enclosures
US5810065A (en) * 1997-04-02 1998-09-22 Flexso S.R.L. Roller curtain for windows of moving vehicles
WO2000008918A1 (en) * 1998-08-11 2000-02-24 Henricus Wilhelmus Van Kouwen Apparatus and method for winding and unwinding cloth for a greenhouse, wherein the torque is limited

Also Published As

Publication number Publication date
MXPA05011983A (es) 2006-02-03
WO2004098267A1 (en) 2004-11-18
CN1812709A (zh) 2006-08-02
NO20055821D0 (no) 2005-12-08
RU2005138115A (ru) 2006-06-10
CA2525226A1 (en) 2004-11-18
KR20060031798A (ko) 2006-04-13
NO20055821L (no) 2006-02-07
EP1619939A1 (en) 2006-02-01
US20060243398A1 (en) 2006-11-02
JP2006525016A (ja) 2006-11-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20080251220A1 (en) High-Speed Industrial Roller Gate
NL1019492C2 (nl) Inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek.
NL1023361C2 (nl) Inrichting voor het oprollen/afrollen van een doek.
US9279285B2 (en) Folding shutter arrangement
EP2436869B1 (en) Self-raising window covering
US20090255637A1 (en) Self-raising window covering
CN102556727B (zh) 记录装置及卷筒纸提升装置
EP2586956B1 (en) Venetian blind system
US10684542B2 (en) Projection screen system
US9573394B2 (en) Printing mechanism
CN103282594A (zh) 遮蔽物或日光防护设施及其实施方法
US9226458B2 (en) Winding apparatus for covering openings in wall portions
CA2572489C (en) Directional drive
CN101641487B (zh) 能够卷绕卷筒的百叶窗装置
EP1484112B1 (de) Höhenverstellbares Stativ und Verfahren zum Auspkuppeln der Haltervorrichtung in einem Stativ
NL1024498C2 (nl) Stelsel voor het bewegen van schermen.
EP1270361B1 (en) Lower locking mechanism for sliding covers of railway freight wagons
EP1063386B1 (en) Operating mechanism for shutters of the venetian type
EP1270362A1 (en) Lower shift mechanism in railway freight wagons
DE202006019829U1 (de) Rollo mit Seilzugsystem und Rolloantrieb

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20071201