NL1023225C2 - Trekband voor een ritssluiting. - Google Patents

Description

Trekband voor een ritssluiting

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een trekband voor een ritssluiting, in het bijzonder voor wetsuits.

Wetsuits zijn pakken die worden gebruikt om de drager te beschermen tegen koude in het algemeen en in het bijzonder om 5 te voorkomen dat de drager teveel afkoelt wanneer deze gedurende langere tijd in koud water vertoeft. Typische gebruikers zijn duikers, windsurfers, zeilers van open boten, lange afstandzwemmers en dergelijke.

Wetsuits zijn gemaakt van een elastisch, enigszins po-10 reus materiaal. Zij dienen nauw om het lichaam te sluiten. Wanneer de drager met water in aanraking komt, dringt een kleine hoeveelheid water door in de poriën van het wetsuit en vult het poreuze materiaal. Deze laag wordt door het lichaam verwarmd en omdat het water in het poreuze pak stationair is, 15 vormt dit een goede isolerende laag. Voorwaarde is wel dat het pak dan nauw op het lichaam aansluit. Indien er ruimte mogelijk is tussen het pak en het lichaam dan kan deze ruimte zich steeds vullen met water en daardoor wordt de isolerende werking tenietgedaan. Derhalve functioneert een wetsuit uit-20 sluitend wanneer dit strak om het lichaam zit.

Omdat binnen de grenzen van een maat een wetsuit verschillende dragers moet passen, en dus nauw moet aansluiten aan verschillende lichaamsvormen, worden wetsuits gemaakt van elastisch materiaal. Om het aan- en uittrekken van een derge-25 lijk wetsuit te vereenvoudigen zijn deze vrijwel altijd voorzien van een ritssluiting.

Deze ritssluiting brengt bij het sluiten het elastisch materiaal in meerdere of in mindere mate onder spanning, om het pak nauw aan het lichaam te laten aansluiten. Deze span-30 ning maakt het openen en sluiten van de ritssluiting lastiger. Hiervoor is een grotere kracht benodigd dan wanneer de ritssluiting niet onder spanning zou staan. Het trekorgaan, de lip, waarmee een ritssluiting is uitgerust geeft onvoldoende houvast om deze kracht uit te oefenen. Daarom worden 35 ritssluiting in toepassingen die meer kracht vergen voor de

, Λ C

-.'CL· 3 2 bediening van de ritssluiting vaak voorzien van een korte trekband.

Bij wetsuits zit de ritssluiting vanwege functionele redenen vaak aan de rugzijde. De ritssluiting loopt dan vanaf 5 de nek naar beneden, midden over de rug. Dit maakt het openen en sluiten van de rits lastiger, omdat de plaats met de hand lastiger te bereiken is. Bovendien is het in deze moeilijk bereikbare plaats extra moeilijk om de voor het openen en sluiten benodigde hoeveelheid kracht uit te oefenen.

10 Het is om deze redenen dat bij wetsuits de ritssluiting veelal is voorzien van een langere trekband, zodat de drager in staat is om het uiteinde van de trekband naar een zodanige positie te verplaatsen dat deze er wel kracht op kan uitoefenen en er wel krachtig aan kan trekken, wat noodzakelijk is 15 om de ritssluiting, die onder elastische, zijwaarts ten opzichte van de openings- of sluitrichting gerichte, spanning staat te openen en/of te sluiten.

Het nadeel van een lange trekband is echter dat deze onaangenaam kan zijn of zelfs gevaar kan opleveren indien deze rond-20 slingert. Daarom wordt een dergelijke trekband, wanneer de ritssluiting eenmaal is gesloten, vaak weggewerkt in de flappen van het wetsuit die over de ritssluiting vallen en aan het losse uiteinde bevestigd, bijvoorbeeld met klittenband aan het wetsuit. Dit beperkt echter de lengte van de trekband 25 tot maximaal de lengte van de rits.

Er is een trend waarin wetsuits steeds kortere ritssluitingen behoeven. Dit betekent dat de bijbehorende trekbanden ook steeds korter worden, omdat deze na gebruik over de rits worden weggewerkt en vastgezet.

30 Afgezien van deze ontwikkelingen is er een inherente te genstelling in de eisen die aan de lengte van een trekband worden gesteld wanneer deze wordt gebruikt voor het openen en sluiten van de rits en wanneer de trekband niet wordt gebruikt. Wanneer er aan wordt getrokken moet deze zo lang mo-35 gelijk zijn. Op elk ander moment zit de trekband alleen maar in de weg en zou deze zo klein mogelijk moeten zijn, in elk geval niet langer dan de rits zelf, zodat de trekband nog op de gebruikelijke wijze kan worden weggewerkt en vastgezet.

• * 3

Het probleem om een trekband te verschaffen voor een ritssluiting van voldoende lengte om een ritssluiting die op een moeilijk toegankelijke plaats zit, op eenvoudige wijze te kunnen openen en sluiten, maar die toch zo kort is dat deze 5 eenvoudig is weg te werken en vast te zetten, wordt opge.lost door een trekband zoals is beschreven in conclusie 1 van de onderhavige uitvinding.

Deze zal nu worden beschreven aan de hand van de tekening, die toont in: 10 Fig. 1 Trekband voor een ritssluiting volgens de onder havige uitvinding in uitgerekte toestand,

Fig. 2 Trekband van fig. 1 in ontspannen toestand.

De trekband 1 voor een ritssluiting volgens de onderhavige uitvinding bestaat uit een holle mantel 2 van in hoofdzaak 15 onelastisch materiaal. In deze mantel 2 is een kern 3 aangebracht van elastisch materiaal. In ongerekte toestand is de lengte" van de kern 3 kleiner dan de lengte van de mantel 2.

De holle mantel 2 en de kern 3 zijn op twee op een vooraf bepaalde afstand liggende plaatsen 4 aan elkaar bevestigd, en 20 wel zodanig dat de lengte tussen de twee bevestigingsplaat-sen 4 van de elastische kern 3 in gestrekte maar ongerekte vorm kleiner is dan de lengte tussen de twee bevestigings-plaatsen 4van de holle mantel 2. Tevens is de lengte van de kern 3 zo gekozen dat de elastische kern 3 tussen de twee be-25 vestigingsplaatsen 4 rekbaar is tot dezelfde lengte als het overeenkomstig deel van de holle mantel 2 tussen de twee be-vestigingsplaatsen 4.

Wanneer nu niet aan deze band 1 wordt getrokken, dan zal de kern 3 samentrekken tot de ongerekte lengte en dan zal het 30 materiaal van de holle mantel 2 zich om de kern rimpelen, zodat de lengte van de trekband 1 tussen de bevestigingspunten 4 wordt bepaald door de-lengte van de kern 3.

Wanneer aan de trekband 1 wordt getrokken zal de kern 3 uitrekken totdat deze dezelfde lengte heeft bereikt als de 35 holle mantel 2. Hierna neemt de holle mantel 2 de trekkracht groter dan wat is vereist voor het uitrekken van de kern 3 over, zodat in feite een trekband 1 ontstaat van de oorspronkelijke lengte van de holle mantel 2.

Hierdoor kan een trekband 1 worden verkregen die tijdens '.j* 4 het openen en sluiten van de rits voldoende lengte heeft om. vanaf een positie te trekken van waaruit voldoende trekkracht kan worden ontwikkeld. Tevens kan deze trekband 1 zich samen trekken, wanneer er niet aan wordt getrokken, tot een aan-5 zienlijk kleinere lengte, zodat deze bijvoorbeeld bij een wetsuit op de gebruikelijke wijze, onder de flappen over de ritssluiting kan worden opgeborgen. Desgewenst wordt de trekband aan het vrije uiteinde voorzien van een bevestigingsmiddel, zoals bijvoorbeeld klittenband, waarmee het uiteinde kan 10 worden vastgezet aan het wetsuit, onderaan de ritssluiting.

Het is voordelig om de twee bevestigingspunten zover mogelijk uit elkaar te plaatsen. Echter wel zodanig dat een uiteinde van de trekband aan het trekorgaan 5 van de ritssluiting kan worden bevestigd. Eveneens heeft het voordelen 15 om aan het andere uiteinde, het vrije uiteinde 6 wat ruimte te laten voor een bevestigingsmiddel. In een uitvoeringsvorm kan tevens aan het vrije uiteinde 6 wat ruimte worden gelaten zodat een eind ontstaat dat niet samentrekt, waaraan getrokken kan worden.

20 Het is nu met een trekband 1 volgens de onderhavige uit vinding echter ook mogelijk om de-trekband 1 op een andere plaats op het wetsuit vast te zetten. Deze plaats kan een willekeurig gekozen plaats zijn, maar wel zodat de trekband 1 enigermate is uitgerekt. Wanneer deze dan is bevestigd door 25 middel van een gebruikelijk bevestigingsmiddel, bijvoorbeeld klittenband, dan zal de elastische kern 3 de band 1 strak trekken zodat deze dan niet rondslingert. Dit heeft het voordeel dat de plaats waar het vrije uiteinde 6 wordt vastgezet zo kan worden gekozen dat het voor de drager makkelijk toe-30 gankelijk is wanneer deze de ritssluiting wil bedienen.

Tevens is het voor toepassing van de trekband 1 bij bijvoorbeeld een wetsuit voordelig om zowel de holle mantel 2 als de kern 3 te vervaardigen van materiaal dat bestendig is tegen zowel zoet als tegen zout water.

35 De trekband 1 volgens de onderhavige uitvinding is be schreven aan de hand van voorbeelden die voornamelijk betrekking hebben op wetsuits. Vanzelfsprekend kan de onderhavige uitvinding op voordelige wijze eveneens worden toegepast bij andere ritssluitingen die minder toegankelijk zijn. Tevens • « 5 kunnen wijzigingen en veranderingen worden aangebracht zonder dat dit afbreuk doet aan de reikwijdte van de onderhavige uitvinding.

1023225

Claims (3)

1. Trekband (1) voor een ritssluiting, in het bijzonder bij wetsuits, die aan een uiteinde wordt bevestigd aan het trekorgaan (5)van een ritssluiting, met het kenmerk, dat de band (1) is voorzien van een holle mantel (2) van in hoofd- 5 zaak onelastisch materiaal, waarbinnen een kern (3) van elastisch materiaal is aangebracht, en dat de holle mantel (2) en de kern (3) op tenminste twee op een vooraf bepaalde afstand liggende plaatsen (4) aan elkaar zijn bevestigd, waarbij de afstand tussen de twee bevestigingsplaatsen (4) 10 van de elastische kern (3) in gestrekte maar ongerekte vorm kleiner is dan de lengte tussen de twee bevestigingsplaatsen (4)van de holle mantel (2) en waarbij de elastische kern (3) tussen de twee bevestigingsplaatsen (4) rekbaar is tot dezelfde lengte als het overeenkomstig deel van de holle mantel 15 (2) tussen de twee bevestigingsplaatsen (4).

2. Trekband (1) voor een ritssluiting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de holle mantel (2) en de kern (3) zijn gemaakt van waterbestendig materiaal.

3. Trekband (1) voor een ritssluiting volgens conclusie 20 1, met het kenmerk, dat de trekband (1) aan het vrije uitein de (6) is voorzien van bevestigingsmiddelen, zodat dat uiteinde (6) van de trekband (1) op een vooraf bepaalde plaats bevestigbaar is, in het bijzonder aan het wetsuit.