NL1022969C1

NL1022969C1 - Verbindingssamenstel voor bouwhekken.

Info

Publication number: NL1022969C1
Application number: NL1022969A
Authority: NL
Inventors: Aloysius Jaques Gera Spierings
Original assignee: C R H Fencing & Security Group
Priority date: 2003-03-19
Filing date: 2003-03-19
Publication date: 2004-09-21
Also published as: EP1483469A1; DE602004000187T2; DE602004000187D1; ES2248789T3; ATE310873T1; WO2004083572A1; EP1483469B1

Description

VERBINDINGSSAMENSTEL VOOR BOUWHEKKEN

De uitvinding heeft betrekking op een verbindingssamenstel voor het onderling losmaakbaar koppelen 5 van naast elkaar staande bouwhekken, elk tenminste bestaande uit een tweetal stijlen en een daartussen aangebracht draadrooster, welk samenstel bestaat uit een tweetal samen te brengen gewelfde profielvleugels, zodanig dat de vleugeleinden tegen de zijden van een staander komen te 10 liggen, waarbij de middens van de profielvleugels door middel van een schroefbout of dergelijke naar elkaar toe te spannen zijn.

Dergelijke bouwhekken worden veelal naast elkaar staand om een bouwplaats aangebracht, waarbij de hekken onderling 15 dienen te worden verbonden met een koppelingsmiddel. Het is bekend om dit met een tweetal profielvleugels te doen, waarbij deze onderling worden gekoppeld door middel van een boutconstructie. Deze constructie is toegankelijk en kan gemakkelijk door onbevoegden worden verwijderd.

20 De uitvinding beoogt een samenstel te verschaffen waarbij dit niet meer mogelijk is en slechts alleen bevoegde personen de koppeling kunnen losmaken.

Daartoe verschaft de uitvinding een verbindingssamenstel, welke zich onderscheidt doordat ten minste de ene 25 profielvleugel in het midden is voorzien van een doorgaand gat, voor het opnemen van de vooraf aan de andere vleugel onverdraaibaar verbonden bout, waarbij een rond het gat bevestigde beschermingsorgaan met een ruimte voor het verzonken opnemen van een op de bout te draaien moerlichaam 30 is aangebracht, en waarbij de hoogte van het beschermingsorgaan groter is dan de hoogte van het moerlichaam.

1 O O O Λ Λ λ 2

Doordat het moerlichaam thans geheel verzonken ligt in het beschermingsorgaan, kan het moerlichaam niet meer door een willekeurige moersleutel·worden aangepakt. Door bovendien het moerlichaam uit te voeren met een bijzonder patroon aan 5 uitsparingen dat samenwerkt met een bijzonder stuk gereedschap, dat daarop passend is gevormd, kan dit gereedschap door verdraaiing door bijvoorbeeld een elektrische schroevendraaier of ander soort handgereedschap, is bovendien verzekerd dat het moerlichaam gemakkelijk kan 10 worden gemonteerd, respectievelijk gedemonteerd, echter alleen door bevoegde personen.

In een verdere uitvoeringsvorm kan het beschermingsorgaan komvormig zijn uitgevoerd, waarbij de bodem van de kom aan één der profielvleugels kan worden gelast.

15 In een voorkeursuitvoeringsvorm is de bout voorzien van een verbrede kop, die is uitgevoerd met een onronde ondersnijding., waarbij het gat in de andere profielvleugel overeenkomstig onrond is. Hiermee wordt bewerkstelligt dat de schroefschacht van de bout niet mee draait bij het aandraaien 20 van het moerlichaam.

In een andere uitvoeringsvorm kan de schroefschaft van de bout direct op de andere profielvleugel zijn bevestigd, bijvoorbeeld door middel van een lasbewerking.

De uitvinding zal nader worden toegelicht in de hieronder 25 staande figuurbeschrijving van een aantal uitvoeringsvoorbeelden.

In de tekening toont: fig. 1 een perspectivisch schematisch aanzicht van twee bouwhekken welke door middel van het samenstel volgens de 30 uitvinding onderling zijn gekoppeld; fig. 2 een perspectief van de twee profielvleugels met een daardoor heen te steken profielbout met lichaam; 3 fig. 3 een variant van de bevestiging van de schacht op de profielvleugel.

In de figuren is het ene bouwhek met A en het andere bouwhek met B aangegeven, welke op gebruikelijke wijze zijn 5 opgebouwd uit een tweetal stijlen (1) met daartussen aangebracht draadrooster (2). Elke stijl (1) kan van willekeurige aard zijn en bestaat uit gewoonlijk uit een buisprofiel. Ook de draadroosters kunnen willekeurig zijn opgebouwd, bijvoorbeeld uit horizontale en verticale draden 10 die onderling in een roosterpatroon aan elkaar zijn vast gelast waarbij in het vlak zettingen kunnen zijn aangebracht ter verhoging van de buigstijfheid. Dit wordt in het algemeen als bekend veronderstelt.

Elke stijl (1) kan met een voet worden gestoken in een 15 gat of sparing van een betonblok of dergelijke, teneinde elk bouwhek rechtop te kunnen plaatsen, en tezamen met andere bouwhekken tot een willkeurige omheining samen te stellen.

Teneinde de stevigheid te vergroten en het weren van indringers succesvol tegen te gaan, kunnen de naast elkaar 20 zich uitstrekkende stijlen (1) onderling worden verbonden door een verbindingssamenstel S volgens de uitvinding.

Het verbindingssamenstel is getoond in figuur 2 en bestaat uit een tweetal profielvleugels (3,4), die zijn opgebouwd uit plaatmateriaal en zodanig zijn gezet dat er een 25 golfvormige gestalte wordt verkregen, waarbij de einden ter weerszijde van de stijlen (1) komen te liggen.

De twee profielvleugels worden onderling met elkaar verbonden door een klemconstructie, bestaande uit een bout (6) met een samenwerkend moerlichaam (7).

30 In het midden van de profielvleugels is een doorgaand gat (8) aangebracht, voor het opnemen van de schacht (9) van de bout (6).

i η o o η o λ I Rond het gat (8) aan de voorzijde van de profielvleugel I (3) in figuur (2) is een komvormig beschermingsorgaan (10) I aangebracht, waarvan het bovenste gedeelte gedeeltelijk ter I verduidelijking is weggesneden. Het is echter een rondlopende I 5 kom, die een zodanige hoogte H heeft dat deze groter is dan I de hoogte h van het moerlichaam (7). Na montage, dat wil zeggen na het doorvoeren van de schacht (9) door de opening in (8) en het aanbrengen van het moerlichaam (7) op de I schacht (9) van de bout (6), komt deze geheel verzonken in I 10 het komvormige beschermingsorgaan (10) te liggen. Het I moerlichaam (7) is uitgevoerd met sparingen (11) welke op een I willekeurig patroon langs de omtrek kunnen zijn aangebracht, en waarmee een gereedschap met passende uitsteeksels in de I sparingen (11) kunnen worden gestoken.

I 15 Met dit gereedschap is het moerlichaam (7) vast te draaien op de schacht van de bout (6), respectievelijk los te I draaien voor montagedoeleinden.

I Ten einde het draaien van de bout (6) in het gat van de I profielvleugel (4) te voorkomen, is een ondersnijding (12) I 20 aangebracht welke een vierkante vorm vertoont. Deze vierkante I ondersnijding (12) past in het corresponderende vierkante gat I (8') van de profielvleugel (4) teneinde het ronddraaien van I de schacht te voorkomen.

I In een andere uitvoeringsvorm is de schacht (9') direct I 25 aan de profielvleugel vast te lassen, zie figuur 3.

I De uitvinding is niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen.

I 30

Claims

1. Verbindingssamenstel voor het onderling losmaakbaar koppelen van naast elkaar staande bouwhekken, elk tenminste 5 bestaande uit een tweetal stijlen en een daartussen aangebracht draadrooster, welk samenstel bestaat uit een tweetal samen te brengen gewelfde profielvleugels, zodanig dat de vleugeleenden tegen de zijden van een staander komen te liggen, waarbij de middens van de profielvleugels door 10 middel van een schroefbout of dergelijke naar elkaar toe te spannen zijn, met het kenmerk, dat ten minste de ene profielvleugel in het midden is voorzien van een doorgaand gat, voor het opnemen van de vooraf aan de andere vleugel onverdraaibaar verbonden bout, waarbij een rond het gat 15 bevestigde beschermingsorgaan met een ruimte voor het verzonken opnemen van een op de bout te draaien moerlichaam is aangebracht, en waarbij de hoogte van het beschermingsorgaan groter is dan de hoogte van het moerlichaam.

2. Verbindingssamenstel volgens conclusie l,met het kenmerk, dat het beschermingsorgaan komvormig is.

3. Verbindingssamenstel volgens conclusie 1 of 2,met het kenmerk, dat het moerlichaam een bovenvlak met sparingen heeft dat samenwerkt met een met de sparingen vormsluitend 25 draaigereedschap.

4. Verbindingssamenstel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bout is voorzien van een verbrede kop, die is uitgevoerd met een onronde ondersnijding, waarbij het gat in de andere profielvleugel 30 overeenkomstig onrond is.

5. Verbindingssamenstel volgens conclusie 1 - 3, met het kenmerk, dat de boutschacht direct op de andere i λ o o n r» λ profielvleugel is bevestigd, bijvoorbeeld door een lasbewerking.