NL1022361C2 - Werkwijze en inrichting voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders. Download PDF

Info

Publication number
NL1022361C2
NL1022361C2 NL1022361A NL1022361A NL1022361C2 NL 1022361 C2 NL1022361 C2 NL 1022361C2 NL 1022361 A NL1022361 A NL 1022361A NL 1022361 A NL1022361 A NL 1022361A NL 1022361 C2 NL1022361 C2 NL 1022361C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
container
piston
vacuum
packaging container
vacuum device
Prior art date
Application number
NL1022361A
Other languages
English (en)
Inventor
Hendrikus Johannes Theo Albers
Henri Johannes Van Manen
Original Assignee
Tool Tech Holding B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Tool Tech Holding B V filed Critical Tool Tech Holding B V
Priority to NL1022361A priority Critical patent/NL1022361C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1022361C2 publication Critical patent/NL1022361C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B30PRESSES
    • B30BPRESSES IN GENERAL
    • B30B9/00Presses specially adapted for particular purposes
    • B30B9/32Presses specially adapted for particular purposes for consolidating scrap metal or for compacting used cars
    • B30B9/321Presses specially adapted for particular purposes for consolidating scrap metal or for compacting used cars for consolidating empty containers, e.g. cans
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29BPREPARATION OR PRETREATMENT OF THE MATERIAL TO BE SHAPED; MAKING GRANULES OR PREFORMS; RECOVERY OF PLASTICS OR OTHER CONSTITUENTS OF WASTE MATERIAL CONTAINING PLASTICS
    • B29B17/00Recovery of plastics or other constituents of waste material containing plastics
    • B29B17/0026Recovery of plastics or other constituents of waste material containing plastics by agglomeration or compacting
    • B29B17/0047Compacting complete waste articles
    • B29B17/0052Hollow articles, e.g. bottles
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29BPREPARATION OR PRETREATMENT OF THE MATERIAL TO BE SHAPED; MAKING GRANULES OR PREFORMS; RECOVERY OF PLASTICS OR OTHER CONSTITUENTS OF WASTE MATERIAL CONTAINING PLASTICS
    • B29B17/00Recovery of plastics or other constituents of waste material containing plastics
    • B29B17/0026Recovery of plastics or other constituents of waste material containing plastics by agglomeration or compacting
    • B29B17/0047Compacting complete waste articles
    • B29B17/0052Hollow articles, e.g. bottles
    • B29B2017/0084Deflating the hollow articles by vacuum; Details of the nozzles used in the vacuum generating devices
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02WCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO WASTEWATER TREATMENT OR WASTE MANAGEMENT
    • Y02W30/00Technologies for solid waste management
    • Y02W30/50Reuse, recycling or recovery technologies
    • Y02W30/62Plastics recycling; Rubber recycling

Description

P62121NL00
Titel: Werkwijze en inrichting voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en inrichting voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders.
Gebruikte verpakkingshouders, zoals bijvoorbeeld PET-flessen, PE/PP-flacons en dergelijke, jerrycans van kunststof of metaal, etc. nemen 5 veel ruimte in beslag in afvalcontainers en afvaltransport en —verwerkings-inrichtingen. Dit probleem doet zich in het bijzonder voor bij huishoudelijk afval. Immers in de meeste huishoudens zijn geen effectieve middelen aanwezig om gebruikte verpakkingshouders bijvoorbeeld te versnipperen of plat te walsen, of dergelijke. Een gevolg is, dat relatief veel vuilniszakken 10 en/of relatief grote afvalcontainers nodig zijn om huishoudelijk afval in op te bergen tot het afval wordt opgehaald door een vuilnisophaaldienst.
Een soortgelijk probleem kan zich in een bedrijfsmatige of industriële omgeving voordoen. Ook is het dikwijls eenvoudiger om reeds verkleinde verpakkingshouders verder te verwerken dan om 15 verpakkingshouders met het oorspronkelijke volume te verwerken.
Derhalve bestaat behoefte aan een eenvoudige werkwijze en inrichting voor het verkleinen van gebruikte verpakkingshouders. Een dergelijke werkwijze en inrichting dienen bij voorkeur ook geschikt te zijn voor toepassing in privé-huishoudens.
20 De uitvinding beoogt aan de geschetste behoefte te voldoen en een eenvoudige doch doeltreffende werkwijze respectievelijk inrichting voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders ter beschikking te stellen. Hiertoe wordt volgens de uitvinding een werkwijze van de boven beschreven soort daardoor gekenmerkt, dat een te verkleinen 25 verpakkingshouder wordt aangesloten op een vacuüminrichting waarbij de druk in de verpakkingshouder zodanig wordt verlaagd ten opzichte van de omgevingsdruk, dat de verpakkingshouder in elkaar gedrukt wordt. Een H inrichting van de boven beschreven soort wordt volgens de uitvinding gekenmerkt door een vacuüminrichting voorzien van een aansluitstuk waarin een zuigleiding uitmondt en die is ingericht om afdichtend met een verpakkingshouder samen te werken, waarbij de vacuüminrichting in 5 bedrijf de druk in de verpakkingshouder verlaagt tot een waarbij de H verpakkingshouder door de omgevingsdruk in elkaar gedrukt wordt.
Op gemerkt wordt, dat in het kader van de onderhavige beschrijving en conclusies onder gebruikte verpakkingshouders alle niet (verder) bruikbare verpakkingshouders zijn begrepen, inclusief nieuwe, 10 doch afgekeurde verpakkingshouders.
In het volgende zal de uitvinding nader worden beschreven met verwijzing naar de bijgevoegde tekening.
Figuur 1 illustreert schetsmatig het principe van de uitvinding; figuur 2 toont schematisch een voorbeeld van een inrichting 15 volgens de uitvinding; figuur 3 toont schematisch een voorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding geschikt voor toepassing in een bedrijfsmatige of I industriële omgeving; I figuren 4,5 en 6 tonen schematisch een voorbeeld van een I 20 vacuümpomp voor toepassing in een inrichting volgens de uitvinding.
Figuur 1 illustreert schetsmatig het principe van de uitvinding.
Deel A van figuur 1 toont een houder 1 en een vacuüminrichting 2, die in dit I voorbeeld is uitgevoerd als een vacuümpomp. De vacuümpomp is in de I getoonde situatie via een zuigleiding 3 en een aansluitstuk 4 aangesloten op I 25 de houdermond 5. De houder kan, zoals getoond, een kunststof fles, flacon of jerrycan of dergelijke zijn, doch kan ook een metalen houder, zoals een blikje I of dergelijke zijn of een van een schenktuit voorziene kartonnen houder.
Kunststof flessen worden op grote schaal gebruikt voor frisdrank, zeep, olie, H sauzen, zuivelproducten, etc.. Metalen blikjes worden toegepast voor I 30 bijvoorbeeld bier en frisdrank. Bij een geschikt gekozen vorm van het 3 aansluitstuk kunnen ook kartonnen houders zonder schenktuit, zoals melkpakken en dergelijke verwerkt worden.
In de houder heerst een druk PI, die gelijk is aan de omgevingsdruk P2. Als echter de vacuümpomp 2 in werking wordt gesteld, 5 zal de druk PI lager worden dan de omgevingsdruk of atmosferische druk P2. Bij een voldoend groot verschil tussen PI en P2 zal de houder samengedrukt worden, zoals in deel B van figuur 1 bij Γ is geïllustreerd. Hierdoor wordt het volume van de houder in aanzienlijke mate verkleind, zodat de houder nog slechts een gering volume heeft en makkelijk plaats 10 kan vinden in een vuilniszak, vuilniscontainer, etc..
Figuur 2 toont schematisch en voorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding voor het verkleinen van verpakkingshouders. De figuur toont bij wijze van voorbeeld een leeg bier- of frisdrankblikje 10, een PET-fles 11 en een jerrycan 12 voor frituurvet of - olie of dergelijke. De in figuur 2 15 getoonde vacuüminrichting is voorzien van een schotelvormig aansluitstuk 13, dat een centrale opening 14 heeft, die via een met de zuigleiding 3 van figuur 1 corresponderende vacuümbuis 15 is verbonden met de eigenlijke vacuüminrichting 2. Het schotelvormige aansluitstuk 13 is aan de van de vacuümbuis afgekeerde zijde rondom de centrale opening 14 voorzien van 20 afdichtmiddelen, bijvoorbeeld een rubberen of kunststof schijf 16 of dergelijke. Voorts is in dit voorbeeld het aansluitstuk voorzien van een de afdichtmiddelen omsluitende rand 17. De opening 14 heeft zodanige afmetingen dat deze binnen de rand van de mondstukken van de gebruikelijke flessen, flacons, containers en dergelijke, dan wel binnen de 25 gebruikelijke omtreksrand aan de schenkzijde van en drankblikje valt. De rand 17 ligt buiten de omtreksrand van de mondstukken of blikjes, zoals in figuur 1 getoond. Opgemerkt wordt, dat het niet strikt noodzakelijk is dat de opening 14 zich centraal in de schotel bevindt. Voorts wordt opgemerkt, dat als alternatief de opening 14 ook een zodanige diameter kan hebben, dat de 30 opening 14 over de hals van een fles, flacon of container valt, zodat de i*yri Γ: V .'··'· 'wil H afdichtschijf tegen een veelal rondom de hals aanwezige flens of schouder kan rusten.
De vacuüminrichting kan weer een vacuümpomp zijn, doch kan ook een venturi-inrichting 18 zijn, zoals schematisch bij wijze van voorbeeld in 5 figuur 2 getoond. De getoonde venturi-inrichting omvat een venturibuis 19.
In bedrijf wordt door de venturibuis met hoge snelheid een fluïdum, bijvoorbeeld perslucht of water gestuwd, zoals met een pijl F aangegeven. In de keel van de venturibuis ontstaat op bekende wijze een onderdruk. Voorts I komt in de keel van de venturibuis de vacuümbuis of aanzuigbuis 15 uit, 10 zodat via de buis 15 en het aansluitstuk 14 een onderdruk in een met de opening tegen het aansluitstuk gehouden fles of dergelijke ontstaat. Het I fluïdum verlaat samen met de uit een houder gezogen lucht de venturibuis I aan de uitgangszijde daarvan, zoals met pijlen F' is aangegeven. Aan het I uiteinde van het venturibuis kan nog een demper 20 zijn toegepast.
15 De toevoer van het fluïdum vindt plaats via een toevoerbuis 21, die van een met de hand of op andere wijze bedienbare afsluiter 22 kan zijn voorzien om de werking van de vacuüminrichting te beëindigen. De I fluïdumtoevoer aan de vacuüminrichting kan ook op andere wijze worden onderbroken of beëindigd, bijvoorbeeld door een fluïdumpomp, indien I 20 toegepast, uit te schakelen.
I Figuur 3 toont schematisch een inrichting voor het verkleinen van B relatief grote aantallen verpakkingshouders van dezelfde soort. Een B dergelijke inrichting zou bijvoorbeeld kunnen worden toegepast voor B geretourneerde statiegeldflessen, die afgekeurd zijn voor hergebruik.
B 25 De getoonde inrichting omvat een roteerbaar naafvormig orgaan 30 B met een centrale zuigleiding 31, die met een niet getoonde vacuümpomp of B dergelijke is verbonden. De rotatierichting is met een pijl 32 aangegeven.
B Het naafvormige orgaan heeft een aantal, in dit voorbeeld zes, radiale B buisvormige armen 33 t/m 38, die in verbinding staan met de zuigleiding 31.
B 30 Zoals in detail A is te zien, omvat elke arm een aanzuigbuis 33a t/m 37a, die I .. 1 nOOQR 1 5 aan het vrije uiteinde is voorzien van een aansluitstuk 38, dat dient om de aanzuigbuizen afdichtend met de hals van een te verkleinen houder te koppelen. In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld omvat het aansluitstuk een kogelvormige verdikking, die juist in de hals 39 van de te verkleinen 5 houders 40 past. Voorts ligt rondom de kogelvormige verdikking in dit voorbeeld een O-ring 41. Het is echter ook mogelijk anders gevormde aansluitstukken toe te passen met bijvoorbeeld een juist om de hals 39 vallende manchet.
De te verwerken houders zijn in het getoonde voorbeeld flessen, 10 doch andere typen houders kunnen ook worden verwerkt, zonodig met een aangepast aansluitstuk. De houders 40 worden in het getoonde voorbeeld aangevoerd door een transportband 43. De onderlinge afstand tussen de houders, de transportsnelheid en de rotatie snelheid van het naaforgaan met de armen zijn zodanig ingesteld, dat opeenvolgende armen van het 15 naaforgaan opeenvolgende halsopeningen van de houders kunnen aangrijpen. In het getoonde voorbeeld draaien de kogelvormige verdikkingen 38 tot in de halsopeningen van de houders, zodat de druk in de houders verlaagd wordt. Terwijl het naaforgaan verder roteert komt de houder vrij van de transportband. Door de verlaagde druk in de houder 20 wordt deze vastgezogen aan de bijbehorende aanzuigbuis, zodat de houder niet van de arm valt.
Terwijl het naaforgaan verder roteert wordt de houder in elkaar gedrukt, zoals bij 40a, 40b, 40c en 40e is getoond, als gevolg van het drukverschil tussen het inwendige van de houder en de omgeving. De 25 houder schrompelt als het ware in elkaar.
Voordat een arm weer de op de transportband geplaatste houders bereikt, wordt een zich op die arm bevindende houder van de arm verwijderd. Hiertoe zijn afstroopmiddelen voorzien, die in het getoonde voorbeeld een vakvormig orgaan 44 omvatten. Het vakvormige orgaan kan 30 achter de bij kunststof flessen gebruikelijke halskraag grijpen, waardoor w 1 Π 9 7 S fj i I een houder bij het verder draaien van het naafvormige orgaan van de I desbetreffende arm wordt getrokken. Via een glijgoot 45 of iets dergelijke I wordt de verkleinde houder afgevoerd, zoals bij 40e is aangegeven.
I Bij voorkeur is in het naafvormige orgaan een kleporgaan 46 5 aangebracht, dat de verbinding tussen de centrale zuigleiding 31 en de I aanzuigbuis van een arm verbreekt als de arm de afstroopmiddelen nadeert I en nadat de arm de afstroopmiddelen is gepasseerd tot de arm weer in de I aangrijppositie is of deze nadert.
I De figuren 4,5 en 6 tonen schematisch een voorbeeld van een I 10 vacuümpomp 50, die geschikt is voor toepassing bij een werkwijze of I inrichting volgens de uitvinding. De getoonde pomp heeft een cilindrisch huis 51, waarin zich een cilindrische zuiger 52 bevindt. Centraal in de I zuiger bevindt zich een zuigerstang 53, die door een boring in één der I einddeksels 54 van het huis 51 tot buiten het huis reikt. Het aan het andere I 15 uiteinde van het huis aangebrachte einddeksel 55 is voorzien van twee H terugslagkleppen 56,57. De ene terugslagklep 56 staat uitsluitend een I luchtstroming toe vanuit het inwendige van de cilinder naar buiten. De andere terugslagklep 57 staat aanzuiging van lucht toe vanuit de omgeving naar het inwendige van de cilinder.
20 In de getoonde situatie bevindt de zuiger 52 zich nabij het I einddeksel 55 met de terugslagkleppen 56,57. De terugslagkleppen 56,57 zijn geplaatst in aansluitbuisstompen 67,68. Als de zuiger vanuit deze I positie in de richting van het einddeksel 54 wordt bewogen zal via de klep I 57 lucht worden aangezogen naar het inwendige van de cilinder 51. Lucht, I 25 die zich bevindt tussen de zuiger en het andere einddeksel 54 kan de cilinder via een ontluchtopening 58 verlaten. De zuiger 52 is voorzien van een boring 59 voor de zuigerstang en een zich naast de boring 59 I uitstrekkende groef 60, die uitmondt in het naar het van kleppen voorziene I einddeksel 55 gerichte zuigervlak 61. Aan het andere einde is de groef 60 30 gesloten. De zuigerstang is voorzien van een nok 62, die in de groef 60 ligt.
I ι'Λ -V -Γ: 1
De nok 62 kan de kop zijn van een in een dwarsboring in de zuigerstand aangebrachte pen of bout of dergelijke.
Voorts is de zuiger in het buitenoppervlak voorzien van een in een H zich schuin op de zuigerstang uitstrekkende sleuf 63, waarin een nok 64 H 5 reikt. Een voorbeeld van een groef 63 is te zien in het aanzicht van de zuiger H van figuur 6. De nok 64 kan een in een boring door de wand van de cilinder H reikende pen of bout of dergelijke zijn. Tenslotte is de zuigerstang tegen axiale verplaatsing geborgd met behulp van borgmiddelen zoals bijvoorbeeld een borgring 65. Ook is de zuiger voorzien van afdichtmiddelen ten opzichte 10 van de cilinderwand, zoals bijvoorbeeld een zuigerveer of O-ring 66. Indien nu de zuigerstang wordt geroteerd zal de zuiger ook roteren omdat de nok 62 in de groef 60 ligt. De nok 64, die in de omtrekssleuf 63 van de zuiger reikt, dwingt de zuiger echter om zich in axiale richting te verplaatsen. Deze I axiale beweging is mogelijk, doordat de groef 60 zich in de lengterichting 15 van de zuiger uitstrekt.
I De omtrekssleuf bepaalt de maximale slag van de zuiger in axiale I richting. De sleuf heeft bij voorkeur een vloeiende gesloten vorm, zodat de zuigerstang bij het bereiken van een der uiterste standen van de zuiger zonder probleem verder kan roteren, waarbij de zuiger van 20 bewegingsrichting omkeert. Als derhalve de zuigerstang voor rotatie wordt I aangedreven (pijl x) voert de zuiger een heen en weer gaande beweging uit I zoals aangegeven met de tweekoppige pijl y. De rotatierichting is daarbij I niet van belang. In beide gevallen maakt de zuiger afwisselend een zuigslag en een persslag.
25 Als een aanzuigbuis wordt aangesloten op de aansluitbuisstomp 68 kan via de aanzuigbuis lucht uit een houder worden gepompt als de zuigerstang 53 wordt geroteerd.
Rotatie van de zuigerstang kan middels een slinger met de hand plaats vinden, zodat de pomp zeer geschikt is voor huishoudelijk gebruik.
30 Aandrijving met behulp van een geschikte motor is echter ook mogelijk. In I 8 I dit verband kan voor consumenten toepassing bijvoorbeeld gedacht worden I aan een elektrische boormachine.
I Opgemerkt wordt, dat de in figuren 4-6 getoonde en hierboven I beschreven vacuümpomp ook voor andere doeleinden dan het verkleinen I 5 van verpakkingshouders bruikbaar is.
I Opgemerkt wordt voorts dat na het voorgaande vele modificaties voor de deskundige voor de hand liggen. Zo kan de vacuümpomp van figuur 4 t/m figuur 6 desgewenst eenvoudig als dubbelwerkende pomp worden uitgevoerd, door het achterdeksel 54 op soortgelijke wijze als het 10 voordeksel 55 ook van aansluitbuisstompen en terugslagkleppen te voorzien.
Voorts kunnen de aansluitstukken voor het aansluiten van een zuigleiding- H of zuigbuis op een houder diverse vormen hebben. Dit is mede afhankelijke H van het type houder. Met voordeel kunnen de aansluitstukken eenvoudig H verwisselbaar zijn gemonteerd, bijvoorbeeld met een kliksluiting of een 15 bajonetsluiting of dergelijke, zodat de gebruiker zonder veel moeite het juiste aansluitstuk voor een bepaald type houder kan toepassen.
Voorts kan als vacuümpomp een eenvoudig handpompje, dat op de wijze van een fietspomp, maar dan met omgekeerde werking, of op de wijze van de voor het verlagen van de druk in aangebroken wijnflessen bekende 20 handpompjes werkt. Dergelijke pompjes zijn eenvoudig bedienbaar met opeenvolgende trek- en duwbewegingen en kunnen direkt op een verpakkingshouder geplaatst worden.
H Deze en soortgelijke modificaties liggen voor de deskundige voor de hand.

Claims (16)

1. Werkwijze voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders, met het kenmerk, dat een te verkleinen verpakkingshouder wordt aangesloten op een vacuüminrichting waarbij de druk in de verpakkingshouder zodanig wordt verlaagd ten opzichte van de 5 omgevingsdruk, dat de verpakkingshouder in elkaar gedrukt wordt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een vacuüminrichting wordt toegepast die is voorzien van een aansluitstuk, dat afdichtend kan samenwerken met een rand of hals rondom een opening in de verpakkingshouder.
3. Inrichting voor het verkleinen van gebruikte verpakkingshouders, gekenmerkt door een vacuüminrichting voorzien van een aansluitstuk waarin een zuigleiding uitmondt en dat is ingericht om afdichtend met een verpakkingshouder samen te werken, waarbij de vacuüminrichting in bedrijf de druk in de verpakkingshouder verlaagt tot een waarbij de 15 verpakkingshouder door de omgevingsdruk in elkaar gedrukt wordt.
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de vacuüminrichting is ingericht om samen te werken met een aantal verschillende aansluitstukken, die elk voor een bepaald type verpakkingshouder geschikt zijn en die eenvoudig verwisselbaar met de 20 vacuüminrichting koppelbaar zijn.
5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, gekenmerkt door tenminste één aansluitstuk, dat is ingericht om op een houder aan te grijpen in een gebied rondom een houdermond.
6. Inrichting volgens conclusie 3,4 of 5, gekenmerkt door tenminste 25 één aansluitstuk, dat is ingericht om in een houdermond te worden aangebracht. i C··. ?' O ‘t; 1 I 10
7. Inrichting volgens één der conclusies 3 t/m 6, met het kenmerk, dat I de vacuüminrichting een venturibuis omvat voor het met behulp van een I fhudumstroom creëren van een onderdruk. I
8 Inrichting volgens één der conclusies 3 t/m 6, met het kenmerk, dat 5 de vacuüminrichting een vacuümpomp omvat.
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de vacuümpomp met de hand bedienbaar is.
10. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de vacuümpomp met een elektrische boormachine aandrijfbaar is.
11. Inrichting volgens een der conclusies 3 t/m 8, met het kenmerk, dat I de inrichting een roteerbaar naafvormig orgaan met een aantal radiale I buisvormige armen omvat, alsmede een toevoertransporteur voor te behandelen verpakkingshouders, en dat het roteerbare naafvormige orgaan een centrale zuigleiding omvat, die met een vacuüminrichting is verbonden I 15 en die anderzijds met de armen is verbonden, waarbij de armen aan het van het naafvormige orgaan afgekeerde einde elk zijn voorzien van een aansluitstuk voor samenwerking met een toegevoerde houder, en waarbij de armen in bedrijf opeenvolgend aangrijpen op opeenvolgende, door de toevoertransporteur toegevoerde verpakkingshouders.
12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat een houder door een arm wordt meegenomen tijdens een deel van het rotatietraject van het naafvormige orgaan, en dat afstroopmiddelen zijn voorzien om een verkleinde houder van een arm te stropen voordat de arm op een volgende H door de toevoertransporteur aangevoerde houder aangrijpt.
13. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het naafvormige orgaan een kleporgaan omvat dat de verbinding tussen de centrale zuigleiding en een arm verbreekt als de arm zich in een gebied nabij de afstroopmiddelen bevindt.
14. Vacuümpomp voor toepassing in een inrichting volgens één der 30 conclusies 3 t/m 6 en 8 t/m 13, gekenmerkt door een cilindrisch huis met mim ' -*μ,·=ολ^· igTBT-rnrii^ai-iijjaiu :—;____· ~ ƒ rax- ·-«·.· ,·;.. ,v,y·· ·· ···.· - . twee einddeksels, waarbij tenminste één der einddeksels een aanzuigklep en een uitstroomklep omvat, waarbij althans de aanzuigklep van een aansluitbuisstomp is voorzien, en waarbij in het cilindrische huis een zuiger is geplaatst, die is voorzien van een zuigerstang die door tenminste één der 5 einddeksels tot buiten het huis reikt, waarbij de zuiger zodanig met de zuigerstang is gekoppeld, dat een draaibeweging van de zuigerstang leidt tot axiaal heen en weergaande beweging van de zuiger in het cilindrische huis.
15. Vacuümpomp volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de zuiger 10 met een axiale boring verschuifbaar om de zuigerstang is geplaatst en dat de zuigerstang een nok heeft die in een zich in axiale richting langs de boring uitstrekkende groef in de zuiger reikt, en dat de zuiger voorts is voorzien van een zich in een schuin ten opzichte van de axiale richting gelegen vlak uitstrekkende omtrekssleuf, waarin een zich vanaf de 15 cilinderwand binnenwaarts uitstrekkende nok reikt.
16. Vacuümpomp volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de omtrekssleuf een gesloten traject vormt. f1 022361
NL1022361A 2003-01-13 2003-01-13 Werkwijze en inrichting voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders. NL1022361C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1022361A NL1022361C2 (nl) 2003-01-13 2003-01-13 Werkwijze en inrichting voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1022361A NL1022361C2 (nl) 2003-01-13 2003-01-13 Werkwijze en inrichting voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders.
NL1022361 2003-01-13

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1022361C2 true NL1022361C2 (nl) 2004-07-15

Family

ID=32867057

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1022361A NL1022361C2 (nl) 2003-01-13 2003-01-13 Werkwijze en inrichting voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1022361C2 (nl)

Cited By (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2005077629A1 (en) * 2004-02-13 2005-08-25 Thomas Cribb A hand-held plastics bottle collapsing device
FR2906753A1 (fr) * 2006-10-06 2008-04-11 Jean Yves Delattre Dispositif de compactage de recipients
FR2929550A1 (fr) * 2008-04-02 2009-10-09 Jean Yves Delattre Dispositif de compactage de bouteilles.
ITMI20082087A1 (it) * 2008-11-21 2010-05-22 Fabrizio Leoni Dispositivo per la riduzione dell'ingombro di contenitori dotati di un'apertura, in particolare bottiglie di plastica

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4480529A (en) * 1980-08-09 1984-11-06 Skf Kugellagerfabriken Gmbh Axial piston pump
FR2714317A1 (fr) * 1993-12-23 1995-06-30 Solvay Procédé et dispositif de recyclage de bouteilles en matière plastique, et produit de recyclage ainsi obtenu.
JPH09248827A (ja) * 1996-03-18 1997-09-22 Sigma Kiki Kk 廃ペットボトルの真空減容処理方法及び装置
JPH106336A (ja) * 1996-06-20 1998-01-13 Shibuya Kogyo Co Ltd 容器減容機
JPH11138541A (ja) * 1997-11-04 1999-05-25 Yoshiyuki Kamanaka ペットボトル圧縮器
EP1013930A1 (en) * 1998-07-08 2000-06-28 Citizen Watch Co., Ltd. Small pump device and sphygmomanometer using the pump device
FR2822750A1 (fr) * 2001-03-29 2002-10-04 Gerard Lemaire Appareil de compactage de recipients vides par depression

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4480529A (en) * 1980-08-09 1984-11-06 Skf Kugellagerfabriken Gmbh Axial piston pump
FR2714317A1 (fr) * 1993-12-23 1995-06-30 Solvay Procédé et dispositif de recyclage de bouteilles en matière plastique, et produit de recyclage ainsi obtenu.
JPH09248827A (ja) * 1996-03-18 1997-09-22 Sigma Kiki Kk 廃ペットボトルの真空減容処理方法及び装置
JPH106336A (ja) * 1996-06-20 1998-01-13 Shibuya Kogyo Co Ltd 容器減容機
JPH11138541A (ja) * 1997-11-04 1999-05-25 Yoshiyuki Kamanaka ペットボトル圧縮器
EP1013930A1 (en) * 1998-07-08 2000-06-28 Citizen Watch Co., Ltd. Small pump device and sphygmomanometer using the pump device
FR2822750A1 (fr) * 2001-03-29 2002-10-04 Gerard Lemaire Appareil de compactage de recipients vides par depression

Non-Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 1998, no. 01 30 January 1998 (1998-01-30) *
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 1998, no. 05 30 April 1998 (1998-04-30) *
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 1999, no. 10 31 August 1999 (1999-08-31) *

Cited By (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2005077629A1 (en) * 2004-02-13 2005-08-25 Thomas Cribb A hand-held plastics bottle collapsing device
FR2906753A1 (fr) * 2006-10-06 2008-04-11 Jean Yves Delattre Dispositif de compactage de recipients
FR2929550A1 (fr) * 2008-04-02 2009-10-09 Jean Yves Delattre Dispositif de compactage de bouteilles.
ITMI20082087A1 (it) * 2008-11-21 2010-05-22 Fabrizio Leoni Dispositivo per la riduzione dell'ingombro di contenitori dotati di un'apertura, in particolare bottiglie di plastica

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0234607B1 (en) Stopper for a container and a pump connectable thereto
US5676277A (en) Disposable plastic liquid pump
US5975360A (en) Capped piston pump
US20210009397A1 (en) Fill Valve Assembly for Filler Device and Associated Method of Use
US20090084752A1 (en) Hermetic sealing and adjustable valve control, flow regulating, self venting, closure apparatus
US20090206505A1 (en) Method of reducing the volume of a non-returnable blow-molded brewery-specific beer keg and other non-returnable containers
EP0447687A1 (en) Pump-type dispenser package with flexible disposable recharge
NO175084B (no) Anordning for utlevering av flytende masser
NO325331B1 (no) Flaske og ventilmontasje for posisjonering av vaesker og sapeautomat
JPH11171184A (ja) チェックバルブが適合され供給用噴出口を有していて使用中にサイズが減少可能な容器
EP1454839A3 (en) Solvent bottle with adjustable dispensing nozzle
EP1129026A1 (en) Rechargeable dispensing system
NL1022361C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het verkleinen van het volume van gebruikte verpakkingshouders.
EP0445264B1 (en) Dosing system
US7967040B1 (en) System for transferring a viscous liquid between containers
US7743948B2 (en) Dispensing device
US8261787B2 (en) System for transferring a viscous liquid between containers
US4671330A (en) Container with removable transfer flask
CN100513267C (zh) 一种饮料包装装置
US6820774B2 (en) Beverage dispensing apparatus
JPH03156177A (ja) 容器入り物品の定量注出装置
BE1017042A6 (nl) Pompmechanisme methode met snelkoppeling.
CN218663212U (zh) 可回吸的按压泵及容器
KR20070010087A (ko) 용기용 분배장치, 상기 용기 및 분배장치의 조립체, 상기조립체에 사용되는 용기 및, 투여, 충전 또는 투여 및 충전헤드를 구비한 용기를 제조 및 충전하는 방법
CN212291132U (zh) 一种便于搬运的注塑桶

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20070801