NL1022159C2 - Kabelconnector en methode voor het vervaardigen van een kabelconnector. - Google Patents

Kabelconnector en methode voor het vervaardigen van een kabelconnector. Download PDF

Info

Publication number
NL1022159C2
NL1022159C2 NL1022159A NL1022159A NL1022159C2 NL 1022159 C2 NL1022159 C2 NL 1022159C2 NL 1022159 A NL1022159 A NL 1022159A NL 1022159 A NL1022159 A NL 1022159A NL 1022159 C2 NL1022159 C2 NL 1022159C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
ferrule
cable connector
holder
housing
cable
Prior art date
Application number
NL1022159A
Other languages
English (en)
Inventor
Gert Droesbeke
Sandra Van Humbeeck
Original Assignee
Framatome Connectors Int
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Framatome Connectors Int filed Critical Framatome Connectors Int
Priority to NL1022159A priority Critical patent/NL1022159C2/nl
Priority to EP03796098A priority patent/EP1573859A1/en
Priority to AU2003298357A priority patent/AU2003298357A1/en
Priority to KR1020057010500A priority patent/KR20050084235A/ko
Priority to US10/538,535 priority patent/US7476129B2/en
Priority to CNB2003801055891A priority patent/CN100367567C/zh
Priority to PCT/EP2003/050995 priority patent/WO2004055942A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1022159C2 publication Critical patent/NL1022159C2/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01RELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
    • H01R9/00Structural associations of a plurality of mutually-insulated electrical connecting elements, e.g. terminal strips or terminal blocks; Terminals or binding posts mounted upon a base or in a case; Bases therefor
    • H01R9/03Connectors arranged to contact a plurality of the conductors of a multiconductor cable, e.g. tapping connections
    • H01R9/05Connectors arranged to contact a plurality of the conductors of a multiconductor cable, e.g. tapping connections for coaxial cables
    • H01R9/0527Connection to outer conductor by action of a resilient member, e.g. spring
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01RELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
    • H01R9/00Structural associations of a plurality of mutually-insulated electrical connecting elements, e.g. terminal strips or terminal blocks; Terminals or binding posts mounted upon a base or in a case; Bases therefor
    • H01R9/03Connectors arranged to contact a plurality of the conductors of a multiconductor cable, e.g. tapping connections
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01RELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
    • H01R9/00Structural associations of a plurality of mutually-insulated electrical connecting elements, e.g. terminal strips or terminal blocks; Terminals or binding posts mounted upon a base or in a case; Bases therefor
    • H01R9/03Connectors arranged to contact a plurality of the conductors of a multiconductor cable, e.g. tapping connections
    • H01R9/05Connectors arranged to contact a plurality of the conductors of a multiconductor cable, e.g. tapping connections for coaxial cables
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01RELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
    • H01R13/00Details of coupling devices of the kinds covered by groups H01R12/70 or H01R24/00 - H01R33/00
    • H01R13/648Protective earth or shield arrangements on coupling devices, e.g. anti-static shielding  
    • H01R13/658High frequency shielding arrangements, e.g. against EMI [Electro-Magnetic Interference] or EMP [Electro-Magnetic Pulse]
    • H01R13/6591Specific features or arrangements of connection of shield to conductive members
    • H01R13/65912Specific features or arrangements of connection of shield to conductive members for shielded multiconductor cable

Landscapes

  • Details Of Connecting Devices For Male And Female Coupling (AREA)
  • Mechanical Coupling Of Light Guides (AREA)

Description

Kabelconnector en methode voor het vervaardigen van een kabel-connector
De uitvinding heeft betrekking op een kabelconnector voor een aantal kabels waarbij ieder van de kabels ten minste een geleider en een afscherming omvat en waarbij de connector een behuizing en ten minste een verbindingsmiddel voor het 5 elektrisch verbinden van de afscherming en de behuizing omvat.
EP 1 024 561 openbaart een connector voor een kabel met ten minste een geleider en een afscherming, waarbij een verbindingsmiddel wordt verschaft om elektrisch contact te bewerkstelligen tussen de afscherming en de behuizing van de 10 connector. Het verbindingsmiddel omvat een binnenste ferrule en een buitenste ferrule die op de kabel zijn gekrompen.
De connector volgens de stand van de techniek biedt niet de mogelijkheid om een aantal kabels te herbergen terwijl een voldoende afscherming van de kabels wordt gehandhaafd.
15 Het is een doelstelling van de uitvinding om een ka belconnector te verschaffen voor een aantal kabels die relatief eenvoudig te vervaardigen is en die verbeterde afscher-mingsprestaties bezit.
Deze doelstelling wordt bereikt door een kabelconnec-20 tor te verschaffen gekenmerkt door een houder voor ten minste het verbindingsmiddel en ten minste een drukmiddel ingericht om een contactdruk te ontwikkelen tussen het verbindingsmiddel en de behuizing.
De houder verschaft de mogelijkheid voor het positio-25 neren en vasthouden van het verbindingsmiddel gerelateerd met de kabels. De drukmiddelen verschaffen de mogelijkheid voor het gelijktijdig uitoefenen van een contactdruk tussen de behuizing en verschillende verbindingsmiddelen gerelateerd met de verschillende kabels in de connector zodanig dat goed elek-30 trisch contact tussen het verbindingsmiddel en de behuizing wordt bewerkstelligd. Hierdoor verschaft de connector volgens de uitvinding goede afschermingsprestaties. De drukmiddelen 1022159 H zijn relatief eenvoudig te vervaardigen. De drukmiddelen kun- nen mechanische middelen voor het uitoefenen van de contact- I druk zijn. De drukmiddelen hebben bij voorkeur betrekking op flexibele mechanische middelen. De mechanische middelen kunnen 5 geschikt zijn om een contactdruk uit te oefenen tussen de be- huizing en het verbindingsmiddel zonder hiermee en/of met een I andere component van de connector sterk verbonden te zijn. De- I ze mechanische middelen kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben I op een klem en/of clip en/of veer en/of een hefboom. De mecha- 10 nische middelen kunnen ook betrekking hebben op een component die aan de connector is vastgemaakt.
In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding omvat de houder middelen voor het opnemen van ten minste een van de drukmiddelen. Op deze wijze kan het drukmiddel eenvou- I 15 dig in de houder worden geschoven. De houder kan ingericht I zijn voor het opnemen van meerdere drukmiddelen. In een voor- keursuitvoeringsvorm omvat het verbindingsmiddel een ferrule I en omvat de houder een uitsparing voor de ferrule. Een derge- I lijke uitsparing is een te prefereren optie voor het opnemen 20 van het drukmiddel teneinde eenvoudige opneming te verschaf- fen.
In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding I omvat de ferrule een binnenste ferrule en een buitenste ferru- I le en is de afscherming van de kabels ten minste ten dele ge- H 25 legen tussen de binnenste ferrule en de buitenste ferrule. De binnenste en buitenste ferrule kunnen gekrompen zijn op ten minste een deel van de kabel. Een dergelijk ferrule systeem I verschaft een adequate trek-, buig- en twistontlasting voor de kabelconnector volgens de uitvinding. De binnenste en buiten- 30 ste ferrule kunnen goedkope, rechte buisachtige ferrules zijn.
Twistontlasting wordt verschaft door een niet-cirkelvormige buitenste ferrule waarvan de vorm wordt verkregen tijdens het I krimpproces. De contactdruk wordt bij voorkeur ontwikkeld tus- I sen de buitenste ferrule van het verbindingsmiddel en de be- 35 huizing van de kabelconnector. In dat geval heeft de houder bij voorkeur een opening die direct contact toelaat tussen de buitenste ferrule en de connectorbehuizing.
Λ Λ Λ ί - 3
In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding omvat de behuizing ten minste twee losmaakbare delen waarvan ten minste één van de delen is ingericht voor het opnemen van de houder. Een tweedelige houder maakt de kabelconnector ge-5 schikt voor eenvoudige installatie van de kabels en het drukmiddel in de kabelconnector.
Het zal duidelijk zijn dat de hierboven beschreven uitvoeringsvorm, of aspecten daarvan, kunnen worden gecombineerd.
10 De uitvinding heeft ook betrekking op een ferrulehou- der voor een aantal ferrules en daaraan gerelateerde kabels in een kabelconnector waarbij de ferrulehouder een uitsparing omvat voor het opnemen van drukmiddelen voor het ontwikkelen van contactdruk tussen ten minste één van de ferrules en de behui-15 zing van de kabelconnector. De ferrulehouder heeft bij voorkeur een opening die direct elektrisch contact tussen ten minste één van de ferrules en de behuizing van de kabelconnector toestaat.
De uitvinding heeft ook betrekking op een methode 20 voor het vervaardigen van een kabelconnector als hierboven beschreven omvattende de stappen van: - het positioneren van ten minste het drukmiddel in de houder zodanig dat het verbindingsmiddel in een eerste richting wordt geduwd; 25 - het samenvoegen van de behuizing met de houder zo danig dat het verbindingsmiddel wordt geduwd in een tweede richting, in hoofdzaak tegengesteld aan de eerste richting, zodanig dat zich een contactdruk ontwikkelt tussen het verbindingsmiddel en de behuizing.
30 EP 0 583 934 openbaart een hoogfrequente kabelconnec tor waarin een voor aarding bedoelde verende clip wordt verschaft die is gepositioneerd tussen twee afgeschermde subon-derdelen voor het verenigen van afschermingsdelen en het verschaffen van contactdelen voor aan te sluiten pinnen. De voor 35 aarding bedoelde verende clip is echter niet ingericht voor het ontwikkelen van een contactdruk tussen verbindingsmiddelen en een behuizing van de connector.
' '' 2 2 1 5 δ I De uitvinding zal verder worden geïllustreerd aan de I hand van de bijgevoegde tekening, welke voorkeursuitvoerings- vormen volgen de uitvinding toont. Het zal duidelijk zijn dat I de kabelconnector volgens de uitvinding op geen enkele wijze I 5 wordt beperkt door deze specifieke en geprefereerde uitvoe- I ringsvorm.
I Figs. 1A-1C tonen een geassembleerde kabelconnector en deeldoorsneden van de kabelconnector volgens een uitvoe- ringsvorm van de uitvinding; I 10 Figs. 2A-2E tonen specifieke delen van de kabelcon- I nector als getoond in Figs. 1A-1C; I Fig. 3A en 3B tonen respectievelijk schematische il- I lustraties van de kabelconnector getoond in Fig. 1 en een al- I ternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding.
15 Fig. IA toont een kabelconnector 1 omvattende een be- huizing 2 met twee behuizingshelften 3 en 4. De behuizing 2 is gewoonlijk van metaal, zoals zink, om elektromagnetische af- scheming en robuustheid voor de connector 1 te verschaffen.
De bouten 5 en 6 worden gebruikt om de connector 1 te verbin- 20 den met een tegenstuk. Fig. 1 toont een kabelconnector 1 inge- H richt voor twee kabels 7 en 8 welke uitvoering hieronder ver- der in detail zal worden beschreven. Het zal duidelijk zijn dat de kabelconnector voor meer dan twee kabels kan zijn inge- richt zonder afbreuk te doen aan de geest van de uitvinding.
25 Verdere componenten van de kabelconnector 1 die zichtbaar zijn in Fig. 1 omvatten terminalblokken 9 die soldeereilanden ver- schaffen voor de draden van de kabels 7, 8 en een isolerende omhulling 10 voor het positioneren en vasthouden van de termi- nalblokken 9 en het verschaffen van polarisatie en geleiding.
H 30 De omhulling 10 voorkomt verdere buiging tussen de terminal- H blokken 9 en de behuizingshelften 3, 4.
H Fig. 1B toont de kabelconnector van Fig. IA zonder de H behuizingshelft 3 om een aanzicht te tonen van het inwendige van de kabelconnector 1. Geleidingspinnen 20, 21 worden ver-35 schaft op de behuizingshelft 4 voor het vereenvoudigen en uit-voeren van de bevestiging tussen de behuizingshelften 3, 4 door de geleidingspinnen 20, 21 te passen in corresponderende gaten 22, 23 van de behuizingshelft 3 (getoond in Figs. IA en 5 2A). De kabelconnector 1 omvat een houder 24, welke hierna ook als ferrulehouder 24 zal worden aangeduid. De ferrulehouder 24 kan uit één deel zijn vervaardigd of kan meerdere delen 25, 26 omvatten, als getoond in Fig. 1B. Een voordeel van een derge-5 lijke ferrulehouder is dat deze een geschikte referentie verschaft voor het positioneren van de terminalblokken 9 opdat een goede kwaliteitscontrole wordt verkregen ten aanzien van het beëindigen van de individuele draden van de kabels 7, 8 in de terminalblokken 9. De ferrulehouder 24 omvat middelen voor 10 het opnemen van het drukmiddel 27, zoals een uitsparing 28.
Het drukmiddel 27 heeft bij voorkeur betrekking op een flexibele mechanisch middel, zoals een clip 27. De delen 29 en 30 zijn bij voorkeur aluminium folies aanwezig onder de geleidende afscherming of braid van de kabel, maar kunnen ook verwij-15 zen naar de isolatie rond de geleiders. Een meer gedetailleerd aanzicht van de ferrulehouder 24 en de flexibele clip 27 wordt respectievelijk verschaft in Fig. 2B en 2E.
In Fig. 1C wordt de kabelconnector 1 getoond zonder de behuizing 2. Het is duidelijk zichtbaar dat de ferrulehou-20 der 24 in deze uitvoeringsvorm de delen 25, 26 omvat. De delen 25, 26 verschaffen een opening 31 waardoor het verbindingsmiddel 32 in staat wordt gesteld direct elektrisch contact met de behuizing 2, als getoond in de Figs. IA en 1B, te maken. Het verschaffen van het drukmiddel 27 drukt het verbindingsmiddel 25 32 naar deze behuizing 2. Dit mechanisme is duidelijker geïl lustreerd in Fig. 2D en Fig. 3A. Het verbindingsmiddel 32 zal hierna ook worden aangeduid als ferrule 32. Ferrule 32 wordt verder beschreven onder referentie aan Figs. 3A en 3B. Het zal echter duidelijk zijn dat het verbindingsmiddel 32 ook kan re-30 fereren aan de afscherming van de kabel 8 zelf, zodat het drukmiddel 27 een contactdruk ontwikkeld tussen deze afscherming en de behuizing 2. In dat geval vallen de afscherming van de kabel 8 en het verbindingsmiddel 32 samen.
De kabelconnector 1, getoond in Fig. 1C, wordt weer-35 gegeven als een symmetrische kabelconnector, d.w.z. een enkele flexibele clip 27 is axiaal gepositioneerd en ontwikkelt een contactdruk tussen de ferrules 32 van beide kabels 7 en 8 en de behuizing 2. De behuizingshelften 3, 4 van de behuizing 2 1022159 I dragen beide op gelijke wijze bij aan het oppervlak van de
I opening 31 aan beide zijden van de ferrulehouder (in Fig. 1C
I wordt de opening '31 slechts van één kant getoond) . Het zal I echter duidelijk zijn dat een dergelijke symmetrische uitvoe- I 5 ring, hoewel geschikt, niet essentieel is voor de uitvinding.
I Voorstelbaar is bijvoorbeeld dat de delen 25, 26 van de ferru- I lehouder 24 op niet-gelijke wijze bijdragen aan het oppervlak van de openingen 31. Verder kan de flexibele clip 27 worden I vervaardigd in een niet-symmetrische vorm, zodat deze kan wor- I 10 den gepositioneerd op een andere plaats in de kabelconnector 1 I en/of de ferrulehouder 24. Alternatieve niet-symmetrische uit- I voeringen met inbegrip van uitvoeringen met meer dan twee ka- beis of meer dan één ferrulehouder 24 vallen binnen de be- I schermingsomvang van de uitvinding. Het zal duidelijk zijn dat I 15 in het geval van meerdere ferrulehouders 24 een symmetrische uitvoering van de kabelhouder 1 kan worden bewerkstelligd.
I Fig. 2A toont gedetailleerde aanzichten van de behui- I zingshelften 3 en 4 van de behuizing 2 van de kabelconnector I 1. De behuizingshelften 3 en 4 omvatten corresponderende delen 20 40, 41 voor de opname van de bouten 5, 6. Verder omvatten de behuizingshelften 3 en 4 geleidingspinnen 20, 21 en correspon- derende gaten 22, 23 om de vervaardiging van de kabelconnector I 1 te vereenvoudigen. De behuizingshelften 3 en 4 bepalen een kabelingang 43 en een rib of wand 44. De kabelingang 43 en het 25 rib 44 zijn samen met de zijwanden van de behuizingshelften 3 en 4 ingericht om plaats te bieden aan of bij voorkeur het be- vestigen van de ferrulehouder 24 in de behuizing 2, als ge- toond in Fig. 1B. Het bevestigen van de houder 24 in de behui- H zing 2 wordt vereenvoudigd door uitsparingen 45 in de behui- 30 zingshelften 3, 4 welke zijn ingericht om samen te vallen met H corresponderende uitsteeksels 46 van de houder 24 (getoond in
Figs. 1B en 2B, 2C).
Figs. 2B en 2C tonen respectievelijk een gedetail- leerd aanzicht van het houderdeel 26 met en zonder de kabel 8.
35 Het ferrulehouderdeel 26 is voorzien van verscheidene uitspa- ringen en uitsteeksels voor het ontvangen en vasthouden van het ferrulehouderdeel 25.
7
In Fig. 2B wordt getoond dat het houderdeel 26 sleuven 50 voor delen van de kabels 7, 8 van de kabelconnector 1 omvat. Verder toont het houderdeel 26 een opening 31 voor direct elektrisch contact tussen de ferrule 32 (getoond in Fig.
5 2C) en de behuizing 2. Tenslotte is het houderdeel 26 inge richt om de flexibele clip 27 op te nemen bijvoorbeeld door het verschaffen van de rand 51 en de haken 52, waarbij de laatste de clip 27 in staat stellen om te worden samengedrukt wanneer de ferrules 32 in het ferrulehouderdeel 25 worden 10 aangebracht.
In Fig. 2C zijn de sleuven 50 getoond met kabels 7, 8. De sleuven 50 van de ferrulehouder 24 verschaffen voldoende geleiding voor de kabels 7, 8, zodanig dat een goede kwaliteitscontrole bij het afbreken van de draden van de kabel 8 in 15 de terminalblokken 9 wordt verkregen. Het verbindingsmiddel of ferrule 32 gerelateerd met de kabels 7, 8 wordt opgesloten in het ferrulehouderdeel 26. Deze opsluiting van de ferrule 32 in de ferrulehouder 24 verschaft voldoende trek-, buig- en twistontlasting voor de kabel. De clip 27 wordt getoond als 20 uitoefenende een uitwaartse kracht op de ferrule 61.
Fig. 2D toont een voorkeursuitvoeringsvorm van de ferrule 32. De ferrule 32 heeft bij voorkeur betrekking op een combinatie van een binnenste ferrule 60 en een buitenste ferrule 61 die kunnen worden vervaardigd op de kabel 8 door mid-25 del van een krimpproces als bijvoorbeeld beschreven in EP 0 987 790 van de aanvrager, die in de huidige aanvrage is begrepen met betrekking tot het krimpproces bij wege van referentie. Kortweg omvat de kabel 8 een buitenste isolerende huls en een geleidende afscherming of braid. De binnenste ferrule 60 30 wordt geplaatst onder de geleidende afscherming van de kabel 8. Vervolgens wordt de buitenste ferrule 61 over de afscherming geschoven die is gelegen over de binnenste ferrule 60 zodanig dat dit deel van de afscherming tussen de binnenste ferrule 60 en de buitenste ferrule 61 komt te liggen. Tenslotte 35 wordt de buitenste ferrule gekrompen zodanig dat een goede elektrische verbinding wordt verkregen tussen de binnenste ferrule 60, de afscherming en de buitenste ferrule 61. Tege-lijktijdig wordt de buitenste ferrule deels gekrompen op de 4 n o O 1 rft H buitenste huls van de kabel 8 om buigontlasting voor de kabel te verkrijgen. Tijdens het krimpen van de buitenste ferrule 61 H wordt de niet-cirkelvormige vorm, aangegeven door de rand 62, verkregen. Deze rand 62 verschaft twistontlasting voor de ka- 5 bel 8 wanneer de buitenste ferrule 61 is opgesloten in de fer- rulehouder 24 zoals getoond in Fig. 2C. Zowel de binnenste ferrule 60 als de buitenste ferrule 61 kunnen rechte goedkope hulzen zijn.
Fig. 2E toont een gedetailleerd aanzicht van de 10 flexibele clip 27. De clip 27 is zodanig gevormd dat wanneer deze wordt ingebracht in de uitsparing 28 van de ferrulehouder 24, een contactdruk ontwikkelt op de buitenste ferrule 61 ten- gevolge waarvan ten minste een deel van de buitenste ferrule 61 door het deel 63 van de clip 27 door de opening 31 wordt 15 gedrukt. De flexibele clip 27 als zodanig is een reeds be- I staande en goedkope component. De clip 27 kan van isolerend materiaal zijn vervaardigd. Echter wanneer de clip 27 elek- trisch geleidend is kan deze bijdrage aan de elektromagneti- I sche afschermingsprestaties van de kabelconnector 1. Verder I 20 kan de flexibele clip 27 zodanig gevormd zijn dat deze bij- I draagt in het samenhouden van de delen 25, 26 van de ferrule- I houder 24 en in het opsluiten van de ferrule 32 in de ferrule- houder 24.
I De kabelconnector 1 wordt bij voorkeur als volgt ver- 25 vaardigd. Eerst worden de gekrompen ferrules 32 gepositioneerd I in het ferrulehouderdeel 26 en vervolgens wordt het ferrule- houderdeel 25 hier bovenop geplaatst, zodanig dat de gekrompen I ferrule 32 wordt opgesloten in de ferrulehouder 24. Opgemerkt I wordt dat de gekrompen ferrules in de ferrulehouder 24 moeten I 30 worden geduwd of getrokken wanneer de ferrulehouder 24 is ge- I vormd als een integraal deel. Vervolgens wordt de flexibele I clip 27 gepositioneerd, bijvoorbeeld in de uitsparing 28 van de ferrulehouder 24. Wanneer de flexibele clip 27 in de juiste I positie is zal deze de ferrule 32 in een eerste richting du- I 35 wen, zodanig dat de ferrule 32 ten minste ten dele door de I opening 31 in de ferrulehouder 24 wordt gedrukt. Vervolgens I wordt het samenstel geplaatst in de behuizingshelft 4 onder toepassing van de uitsparingen 45 en de overeenkomstige uit- 9 steeksels 4 6, zodanig dat de ferrule 32 in een tweede richting wordt gedrukt welke in hoofdzaak tegengesteld is aan de eerste richting, d.w.z. dat een kracht wordt uitgeoefend op de ferrule 32 welke kracht de ferrule 32 terug de opening 31 induwt.
5 Hierdoor ontwikkelt zich een contactdruk tussen de ferrule 32 en de behuizingshelft 4 zodanig dat een goed elektrisch contact wordt verkregen tussen de ferrule 32 en de behuizingshelft 4. Omdat de afscherming van de kabel 8 tussen de binnenste ferrule 60 en de buitenste ferrule 61 is gelegen wordt een 10 goed elektrisch contact verkregen tussen de afscherming en de behuizingshelft 4, d.w.z. dat een geschikte afscherming is verkregen. Tenslotte wordt de behuizingshelft 3 op de behuizingshelft 4 geplaatst onder toepassing van de geleidingspin-nen 20, 21 en de corresponderende gaten 22, 23.
15 Fig. 3A toont een schematische illustratie van de functie van de flexibele clip 27 in het ontwikkelen van een contactdruk tussen de ferrule 32 en de behuizing 2 zoals hierboven in detail beschreven.
Fig. 3B toont een schematische illustratie van een 20 alternatieve uitvoeringsvorm waarbij de drukmiddelen 27 zijn gepositioneerd tussen de ferrule 32 en de behuizing 2. Omdat de ferrule 32 is opgesloten in de ferrulehouder 24 kan zich ook een contactdruk ontwikkelen tussen de behuizing 2 en de ferrule 32 in een dergelijke uitvoering, hoewel de drukmidde-25 len 27 de behuizing en de ferrule 32 uit elkaar drukken. In deze uitvoering moeten de drukmiddelen 27 echter van elektrisch geleidend materiaal zijn om een effectieve afscherming van de kabelconnector 1 te verkrijgen.
Tenslotte wordt opgemerkt dat de kabelconnector 1 en, 30 meer specifiek, de ferrulehouder 24 ook kunnen worden toegepast met meer dan twee ferrules en kabels of met meerdere fer-rulehouders zonder afbreuk te doen aan de geest van de uitvinding.
' '' ? 2 1 5 9 -

Claims (12)

  1. 2. Kabelconnector (1) volgens conclusie 1, waarbij de houder (24) middelen (28) omvat voor het opnemen van ten min- ste een van de drukmiddelen (27).
  2. 3. Kabelconnector (1) volgens conclusie 1 of 2, waar- bij het verbindingsmiddel (32) een ferrule (60,61) omvat en de houder (24) een uitsparing (28) voor de ferrule (60,61) omvat.
  3. 4. Kabelconnector (1) volgens conclusie 3, waarbij de ferrule een binnenste ferrule (60) en een buitenste ferrule 20 (61) omvat en de afscherming van de kabels (7,8) ten minste H ten dele in gelegen tussen de binnenste ferrule (60) en de buitenste ferrule (61).
  4. 5. Kabelconnector (1) volgens conclusie 4, waarbij de H binnenste ferrule (60) en de buitenste ferrule (61) ten minste 25 ten dele zijn gekrompen op de kabel (7,8).
  5. 6. Kabelconnector (1) volgens conclusie 4 of 5, waar- H bij de houder (24) en/of het drukmiddel (27) zijn ingericht om H de buitenste ferrule (61) in de houder (24) op te sluiten.
  6. 7. Kabelconnector (1) volgens elk van de conclusies 4- 30 6, waarbij de contactdruk wordt ontwikkeld tussen de buitenste H ferrule (61) en de behuizing (2).
  7. 8. Kabelconnector (1) volgens elk van de conclusies 4- H 7, waarbij de houder (24) ten minste een opening (31) omvat H ten einde elektrisch contact tussen de buitenste ferrule (61) H 35 en de behuizing (2) te kunnen verschaffen.
  8. 9. Kabelconnector (1) volgens elk van de voorgaande conclusies, waarbij het drukmiddel (27) ten minste een flexibele klip (27) omvat. 10. 'Kabelconnector (1) volgens elk van de voorgaande 5 conclusies, waarbij de houder (24) ten minste twee losmaakbare delen (25,26) omvat, waarbij ten minste een van de delen (25,26) is ingericht om het drukmiddel (27) op te nemen.
  9. 11. Kabelconnector (1) volgens elk van de voorgaande conclusies, waarbij het drukmiddel (27) in ingericht om ge- 10 lijktijdig contactdruk te ontwikkelen tussen de behuizing (2) en ten minste het eerste en het tweede verbindingsmiddel (32) gerelateerd aan de eerste (7) en de tweede (8) kabel van het aantal kabels (7,8).
  10. 12. Ferrulehouder (24) voor een aantal ferrules (32) 15 van gerelateerde kabels (7,8) in een kabelconnector (1), waarbij de ferrulehouder (24) een uitsparing (28) omvat voor het opnemen van drukmiddelen (27) voor het ontwikkelen van contactdruk tussen ten minste een van de ferrules (32) en een behuizing 2) van de kabelconnector (32).
  11. 13. Ferrulehouder (24) volgens conclusie 11, waarbij de ferrulehouder (24) een opening (31) omvat ten einde elektrisch contact tussen de ten minste een van de ferrules (32) en de behuizing (2) te kunnen verschaffen.
  12. 14. Methode voor het vervaardigen van een kabelconnec- 25 tor (1) volgens elk van de conclusies 1-11, omvattende de stappen van: - het positioneren van ten minste het drukmiddel (27) in de houder (24) zodanig dat het verbindingsmiddel (32) in een eerste richting wordt geduwd; 30. het samenvoegen van de behuizing (2) met de houder (24) zo danig dat het verbindingsmiddel (32) wordt geduwd in een tweede richting, in hoofdzaak tegengesteld aan de eerste richting, zodanig dat zich een contactdruk ontwikkeld tussen het verbindingsmiddel (32) en de behuizing (2). 35 1022159
NL1022159A 2002-12-13 2002-12-13 Kabelconnector en methode voor het vervaardigen van een kabelconnector. NL1022159C2 (nl)

Priority Applications (7)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1022159A NL1022159C2 (nl) 2002-12-13 2002-12-13 Kabelconnector en methode voor het vervaardigen van een kabelconnector.
EP03796098A EP1573859A1 (en) 2002-12-13 2003-12-12 Cable connector and method for assembling such a connector
AU2003298357A AU2003298357A1 (en) 2002-12-13 2003-12-12 Cable connector and method for assembling such a connector
KR1020057010500A KR20050084235A (ko) 2002-12-13 2003-12-12 케이블 커넥터 및 이러한 커넥터를 조합하기 위한 방법
US10/538,535 US7476129B2 (en) 2002-12-13 2003-12-12 Cable connector and method for assembling such a connector
CNB2003801055891A CN100367567C (zh) 2002-12-13 2003-12-12 电缆连接器和用于组装该连接器的方法
PCT/EP2003/050995 WO2004055942A1 (en) 2002-12-13 2003-12-12 Cable connector and method for assembling such a connector

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1022159A NL1022159C2 (nl) 2002-12-13 2002-12-13 Kabelconnector en methode voor het vervaardigen van een kabelconnector.
NL1022159 2002-12-13

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1022159C2 true NL1022159C2 (nl) 2004-06-15

Family

ID=32589146

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1022159A NL1022159C2 (nl) 2002-12-13 2002-12-13 Kabelconnector en methode voor het vervaardigen van een kabelconnector.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US7476129B2 (nl)
EP (1) EP1573859A1 (nl)
KR (1) KR20050084235A (nl)
CN (1) CN100367567C (nl)
AU (1) AU2003298357A1 (nl)
NL (1) NL1022159C2 (nl)
WO (1) WO2004055942A1 (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JP5608461B2 (ja) * 2010-07-27 2014-10-15 矢崎総業株式会社 端子金具対
US8992263B2 (en) * 2012-08-01 2015-03-31 National Instruments Corporation Serial bus receptacle with exterior socket clamping
JP6042728B2 (ja) * 2013-01-11 2016-12-14 矢崎総業株式会社 端子接続構造
US9039450B2 (en) * 2013-01-15 2015-05-26 Delphi Technologies, Inc. Termination arrangement for a cable bundle
US11374611B2 (en) * 2020-09-04 2022-06-28 Motorola Solutions, Inc. Universal SMA and ferrule antenna interface for communication devices

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3280246A (en) * 1965-02-02 1966-10-18 Thomas & Betts Corp Ground sheath connector
US4744769A (en) * 1984-12-20 1988-05-17 Amp Incorporated Closed loop connector
EP0583934A2 (en) * 1992-08-18 1994-02-23 The Whitaker Corporation High frequency cable connector
EP0874420A2 (en) * 1997-04-25 1998-10-28 AMPHENOL-TUCHEL ELECTRONICS GmbH Shield connection system and connector using the same
EP0987790A1 (en) * 1998-09-14 2000-03-22 Framatome Connectors International Shielded cable connector and method for connecting a shielded cable to it
US6045389A (en) * 1998-06-30 2000-04-04 The Whitaker Corporation Contact and connector for terminating a pair of individually insulated wires
EP1024561A2 (en) * 1999-01-29 2000-08-02 FCI Katrineholm A.B. A connector and a method for assembling the connector

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3435126A (en) * 1967-01-04 1969-03-25 Douglas L P Hamilton Means securing a cable sheath to a grounding and supporting member
JPS60121277U (ja) * 1984-01-23 1985-08-15 ヒロセ電機株式会社 カバ−ケ−スを有する電気コネクタ
DE3587573T2 (de) * 1984-12-18 1994-03-24 Kanto Kagaku Apatit vom kalzium-phosphor-typ mit neuen eigenschaften und herstellungsverfahren.
US4747785A (en) * 1987-03-17 1988-05-31 Global Equipment Company, Div. Of Continental Dynamics Shielding for connector hood
US4822304A (en) * 1987-09-24 1989-04-18 Minnesota Mining And Manufacturing Company EMI shielded electrical connector and cable assembly
JP2602548B2 (ja) * 1989-05-17 1997-04-23 山一電機工業 株式会社 複芯形光ファイバーケーブルコネクタにおけるケーブル固定機構
US5195909A (en) * 1992-03-05 1993-03-23 Amp Incorporated Insulative backshell system providing strain relief and shield continuity
CN1071946C (zh) * 1995-08-17 2001-09-26 塞格勒克公司 用于连接多个屏蔽电缆的接线盒

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3280246A (en) * 1965-02-02 1966-10-18 Thomas & Betts Corp Ground sheath connector
US4744769A (en) * 1984-12-20 1988-05-17 Amp Incorporated Closed loop connector
EP0583934A2 (en) * 1992-08-18 1994-02-23 The Whitaker Corporation High frequency cable connector
EP0874420A2 (en) * 1997-04-25 1998-10-28 AMPHENOL-TUCHEL ELECTRONICS GmbH Shield connection system and connector using the same
US6045389A (en) * 1998-06-30 2000-04-04 The Whitaker Corporation Contact and connector for terminating a pair of individually insulated wires
EP0987790A1 (en) * 1998-09-14 2000-03-22 Framatome Connectors International Shielded cable connector and method for connecting a shielded cable to it
EP1024561A2 (en) * 1999-01-29 2000-08-02 FCI Katrineholm A.B. A connector and a method for assembling the connector

Also Published As

Publication number Publication date
CN1723589A (zh) 2006-01-18
US20060134988A1 (en) 2006-06-22
AU2003298357A1 (en) 2004-07-09
US7476129B2 (en) 2009-01-13
EP1573859A1 (en) 2005-09-14
CN100367567C (zh) 2008-02-06
WO2004055942A1 (en) 2004-07-01
KR20050084235A (ko) 2005-08-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP1003250B1 (en) A shield connector, a set of shielded connectors and method for connecting a shielded connector with a shielded cable
US4533199A (en) IDC termination for coaxial cable
EP0907221B1 (en) Cable interconnection
US5823825A (en) System for terminating the shield of a high speed cable
US5718607A (en) System for terminating the shield of a high speed cable
US5716236A (en) System for terminating the shield of a high speed cable
EP1003249B1 (en) A shielding terminal
EP1050932B1 (en) A shielding terminal and method for connecting a shielding terminal
US5725387A (en) System for terminating the shield of a high speed cable
US5785555A (en) System for terminating the shield of a high speed cable
EP0163726A1 (en) Idc termination having means to adapt to various conductor sizes
US6485335B1 (en) Electrical connection
JPH1032051A (ja) 高速伝送線のシールド終端装置
JPH05275129A (ja) ケーブルクランプ装置
US5768771A (en) System for terminating the shield of a high speed cable
EP0125760A1 (en) Connector plug having shielding enclosure
US6364701B1 (en) System for terminating the shield of a high speed cable
US6309250B1 (en) Coaxial connector termination
NL1022159C2 (nl) Kabelconnector en methode voor het vervaardigen van een kabelconnector.
EP0525249B1 (en) Electrical connector and method of connecting shielded cable to same
US7113149B2 (en) Apparatus and method for clamping cables in an antenna
US5238428A (en) Round-to-flat shielded connector assembly
US6056597A (en) Electrical assembly with spring clips connecting to cable screens
EP1003244B1 (en) A shielded connector and a method for connecting a shielded connector with a shielded cable
GB2109173A (en) Connecting insulated conductors to electrical contacts

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20070701