NL1021700C2 - Werkwijze voor vervaardiging van vloerplanken. - Google Patents

Description

Werkwijze voor vervaardiging van vloerplanken

De uitvinding heeft betrekking op vloerplanken en op een werkwi j ze voor het vervaardigen van houten vloerplanken met een antiek of langer gebruikt uiterlijk.

Veel bewoners wensen een woning met een antieke 5 of nostalgische inrichting. Ook in de horeca bestaat er behoefte aan dergelijke inrichtingen. Daarbij zal naast antieke meubelen ter vervolmaking van een antieke sfeer een oude houten vloerbekleding gewenst zijn. Dergelijke vloeren zijn echter zeer beperkt, nog minder dan antieke 10 meubelen, beschikbaar, zodat een echt antieke inrichting veelal niet mogelijk is. Om bewoners en/of horeca-exploitanten in staat te stellen hun woning toch een oud of antiek voorkomen te verschaffen worden houten vloerplanken aangeboden, die van nieuw hout zijn maar onderworpen zijn 15 geweest aan een mechanische verouderingsbehandeling.

Een doel van de uitvinding is vloerplanken te verschaffen met een bijzonder, gebruikt uiterlijk.

Een verder doel van de uitvinding is een werkwijze te verschaffen voor het maken van dergelijke vloer-20 planken.

Een verder doel van de uitvinding is een werkwijze van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, waarmee vloerplanken kunnen worden verkregen die de aanblik hebben van oude vloerplanken, zowel in samengevoegde, 25 gelegde toestand als in separate toestand.

1021700 2

Vanuit een aspect verschaft de uitvinding hiertoe in een werkwijze voor het vervaardigen van vloerplan-ken met een zichtzij de, waarbij de planken in geschaafde en droge toestand aan de zichtzij de aangegrepen worden met 5 een persend werktuig, waarmee de zichtzij de voorzien wordt van een reeks langgerekte indrukkingen, die met een rich-tingcomponent dwars op de langsrichting van de plank aangebracht worden.

Hiermee wordt het oppervlak aan de zichtzijde 10 een dwarsgerichte lijntekening gegeven met ondiepe kanaaltjes/facetten.

De werkwijze volgens de uitvinding is eenvoudig en goedkoop uit te voeren. De gebruikte planken kunnen 4-zijdig geschaafd zijn, dus glad/gaaf, en eventueel reeds 15 voorzien zijn van veilingen of messing/groefdelen. De van profileringen voorziene zichtzijde vormt daarbij een contrasterende zijde in de behandelde plank. De verkregen vloerplanken kunnen in verband gelegd worden en kunnen een "Western" voorkomen hebben. Zij vormen een aantrekkelijk 2 0 alternatief voor tot nu toe in de handel aangeboden "antieke" vloerplanken.

Opgemerkt wordt dat het van vroegere tijden op zich bekend "Western" stijl planken te maken, maar daarbij wordt uitgegaan van vers, zogenoemd nat hout, dat na het 25 "bruut" zagen van de planken geschaafd wordt en van mes-sing/groef wordt voorzien.

In een mogelijke uitvoering wordt de zichtzijde voorzien van een reeks in hoofdzaak dwars op de lengte van de plank gerichte profileringen.

30 In een alternatieve uitvoering wordt de zichtzijde voorzien van een reeks gebogen of althans deels onder een hoek op de lengte van de plank gerichte profileringen.

De planken kunnen aan de zichtzijde van indruk-35 kingen worden voorzien door ponsen/stansen. De indrukkingen kunnen ook worden gevormd door walsen, waarbij met een of meer van indrukprofielen voorziene walsen gebruikt 1021700 3 worden, die onder doorgaand transport van de plank daarin de indrukkingen maken.

Bij voorkeur zijn de profileringen parallel aan elkaar.

5 Bij voorkeur worden de indrukkingen doorlopend aangebracht, zodat de kanaaltjes continu over het zicht-vlak lopen. In een uitvoering worden de profileringen over hun lengte ononderbroken aangebracht.

In een alternatieve uitvoering worden de 10 profileringen over hun lengte onderbroken aangebracht. Hierdoor wordt een onregelmatig uiterlijk versterkt. Het onregelmatig effect wordt verder versterkt indien de opeenvolgende profileringen op onderling versprongen gelegen plaatsen onderbroken worden aangebracht.

15 In een uitvoering waarbij gebruik wordt gemaakt van voornoemde wals kan deze voorzien zijn van indrukking-makende uitsteeksels, die voorzien zijn van scherpe randen en van daarop aansluitende schuine kanten. Hiermee wordt de plank eerste aangegrepen met de scherpe, in het hout 20 snijdende rand, waarna de schuine kant een schuine indruk-king maakt, die toont als een facet. Bij voorkeur is de schuine kant recht.

De vloerplank kan aan de onderzijde voorzien zijn van langsgroeven om krimp op te vangen in het geval 25 zij massief verlijmd worden.

Vanuit een verder aspect voorziet de uitvinding in een vloerplank met een tegengesteld aan de zichtzijde gelegen ondervlak, dat ongeruwd is.

Vanuit een verder aspect voorziet de uitvinding 30 in een vloerplank verkregen met de werkwijze de uitvinding.

Vanuit een volgend aspect voorziet de uitvinding in een vloer samengesteld uit dergelijke vloerplanken.

De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand 35 van een aantal in de bijgevoegde tekeningen weergegeven voorbeelduitvoering. Getoond wordt in:

Figuur 1 een doorsnede door een plank te behan- 1021700 4 delen met een werkwijze volgens de uitvinding; figuren 2A en 2B respectievelijk een schematisch bovenaanzicht en schematisch zij-aanzicht in een opstelling voor uitvoering van een werkwijze volgens de uitvin-5 ding; figuren 3A en 3B respectievelijk een zij-aanzicht en een eindaanzicht van een wals te gebruiken in de opstelling van de figuren 2A en 2B; figuur 4 een schematisch aanzicht in perspectief 10 op een gedeelte van een uit de opstelling van figuren 2A en 2B behandelde plank; figuur 5 een schematische weergave van een geprofileerde tekening op een plank verkregen met een werkwijze volgens de uitvinding; 15 figuur 6 een schematisch aanzicht op een plank verkregen met een alternatieve uitvoering van een werkwijze volgens de uitvinding; en figuur 7 een zij-aanzicht op een alternatieve uitvoering van een wals voor gebruik in de opstelling 20 volgens de figuren 2A en 2B.

In figuur 1 is een nieuwe (droge) plank 1 weergegeven, die 4-zijdig geschaafd is en reeds voorzien is van een messing 4 en een groef 5. De plank 1 bezit derhalve geschaafde platte hoofdzijden 2 en 3. Aan de 25 toekomstige zichtzijde vormende hoofdzijde 2 is aan de langsrand veiling 14 aangebracht. De plank kan zijn van eiken of grenen hout, of elke andere gewenste houtsoort zijn, en bijvoorbeeld een dikte bezitten van 20 mm.

De opstelling 10 weergegeven in figuren 2A en 2B 30 omvat een steun-/transporttafel 11, waarin aandrijfrollen 12 geplaatst zijn die aangeleverd worden in de richting B. Hierdoor zal de plank 1 in de richting A worden aangedreven. De plank 1 is met de zichtzijde 2 naar boven gekeerd.

Benedenstrooms van de transporttafel 11 bevindt 35 zich een paar walsen 15, 20, die respectievelijk aangedreven worden in de richtingen C en D. Zij klemmen de plank 1 tussen zich in, om deze door te transporteren in de rich- 1021700.

5 ting A, en de plank 1 af te geven aan steuntafel 13, waar de plank afgenomen kan worden of verder getransporteerd kan worden.

De wals 15 is geplaatst om stevig in de zicht-5 zijde 2 van de plank 1 te drukken, om de zichtzijde te vervormen tot geprofileerde zichtzijde 2'. De wals 15 is daartoe voorzien van een geprofileerd manteloppervlak 16, dat nader weergegeven is in figuren 3A en 3B. De wals 20 is hierbij tegenrol.

10 De wals 15 van de figuren 3A en 3B is voorzien van een reeks evenwijdige, zich vrijwel aan de walsas uitstrekkende ribben 17, die in omtreksrichting op elkaar aansluiten en elk voorzien zijn van een scherpe rand 18 en een schuine kant 19. Hiermee wordt een soort van shed-dak 15 profiel gevormd. Gezien in rotatierichting liggen de scherpe randen 18 voor op de schuine kanten 19. Hiermee wordt de plank 1 omgevormd tot de in figuur 4 weergegeven plank 1' , die in de zichtzijde 2' voorzien is van een reeks dwars op de langsrichting staande, aan elkaar even-20 wijdige profileringen 7, met smalle kanten 8 en brede kanten 9, welke een soort facettenbeeld verschaffen aan de plank 1'.

In figuur 5 is de plank 1' nog eens in bovenaanzicht op de zichtzijde 2' weergegeven.

25 De profileringen kunnen ook op andere wijze, of in andere vorm worden aangebracht. Een voorbeeld daarvan is weergegeven in figuur 6 waarbij de plank 101 is weergegeven met zichtzijde 102, groefkant 104 en messingkant 105, waarbij de zichtzijde 102 voorzien is van een reeks 30 evenwijdig gebogen profileringen 107. Hiervoor zal gebruik gemaakt kunnen worden van een wals met aan het oppervlak gebogen profileringen.

Het is ook mogelijk om rechte profileringen te maken met de wals 15, waarbij de planken 1 dan schuin in 35 de richting A worden gelegd en doorgevoerd worden door de kneep tussen de wals 15 en de steunrol 20.

De stalen wals 15 kan ook voorzien worden van 1021700 6 onderbroken ribben 17', zoals weergegeven is in figuur 7. Op versprongen wijze zijn hierbij op het manteloppervlak 16' een aantal ribben 17' aangebracht, elk voorzien van een scherpe rand 18' en een schuine kant 19'.

1021700

Claims (18)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van vloerplanken met een zichtzijde, waarbij de planken in geschaafde en droge toestand aan de zichtzijde aangegrepen worden met een persend werktuig, waarmee de zichtzijde 5 voorzien wordt van een reeks langgerekte indrukkingen, die met een richtingcomponent dwars op de langsrichting van de plank aangebracht worden.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de zichtzijde voorzien wordt van een reeks in hoofdzaak dwars 10 op de lengte van de plank gerichte profileringen.

3. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de zichtzijde voorzien wordt van een reeks gebogen of althans deels onder een hoek op de lengte van de plank gerichte profileringen.

4. Werkwijze volgens conclusie 1, 2 of 3, waar bij de planken aan de zichtzijde van indrukkingen worden voorzien door ponsen/stansen.

5. Werkwijze volgens conclusie 1, 2 of 3, waar bij de indrukkingen worden gevormd door walsen, waarbij 20 met een of meer van indrukprof ielen voorziene walsen gebruikt worden, die onder doorgaand transport van de plank daarin de indrukkingen maken.

6. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de profileringen parallel aan elkaar 25 zijn.

7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de indrukkingen doorlopend aangebracht worden, zodat de kanaaltjes continu over het zichtvlak lopen.

8. Werkwijze volgens een der conclusies 1-7, waarbij de profileringen over hun lengte ononderbroken aangebracht worden.

9. Werkwijze volgens conclusie 8, waarbij de 1021700 ft opeenvolgende profileringen op onderling versprongen gelegen plaatsen onderbroken worden aangebracht.

10. Werkwijze volgens conclusie 5 of volgens een daarvan afhankelijke conclusie, waarbij de wals voorzien 5 is van indrukking-makende uitsteeksels, die voorzien zijn van scherpe randen en van daarop aansluitende schuine kanten.

11. Werkwijze volgens conclusie 10, waarbij de schuine kant recht is.

12. Werkwijze volgens een der voorgaande conclu sies, waarbij gebruik wordt gemaakt van 4-zijdig geschaafde planken.

13. Vloerplank verkregen met de werkwijze volgens een der voorgaande conclusies.

14. Vloerplank volgens conclusie 13, met een tegengesteld aan de zichtzij de gelegen ondervlak, dat ongeruwd is.

15. Vloerplank volgens conclusie 14, waarbij het ondervlak voorzien is van langsgroeven.

16. Vloer samengesteld van vloerplanken volgens conclusie 13, 14 of 15.

17. Werkwijze omvattend een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bi j-gevoegde tekeningen getoonde kenmerkende stappen.

18. Vloerplank voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bij-gevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen. -o-o-o-o-o-o-o-o- AF/MB 1021700