NL1020409C2 - Inrichting voor het opnemen van plantpotten. - Google Patents

Inrichting voor het opnemen van plantpotten. Download PDF

Info

Publication number
NL1020409C2
NL1020409C2 NL1020409A NL1020409A NL1020409C2 NL 1020409 C2 NL1020409 C2 NL 1020409C2 NL 1020409 A NL1020409 A NL 1020409A NL 1020409 A NL1020409 A NL 1020409A NL 1020409 C2 NL1020409 C2 NL 1020409C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
positioning means
plant
pots
rock wool
endless carriers
Prior art date
Application number
NL1020409A
Other languages
English (en)
Inventor
Peter Johannes Lodewijk Geurts
Original Assignee
Chr Coenders V O F
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Chr Coenders V O F filed Critical Chr Coenders V O F
Priority to NL1020409A priority Critical patent/NL1020409C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1020409C2 publication Critical patent/NL1020409C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/08Devices for filling-up flower-pots or pots for seedlings; Devices for setting plants or seeds in pots
    • A01G9/086Devices for repotting
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01CPLANTING; SOWING; FERTILISING
    • A01C11/00Transplanting machines
    • A01C11/02Transplanting machines for seedlings
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/08Devices for filling-up flower-pots or pots for seedlings; Devices for setting plants or seeds in pots
    • A01G9/088Handling or transferring pots

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Soil Sciences (AREA)
  • Cultivation Receptacles Or Flower-Pots, Or Pots For Seedlings (AREA)

Description

Korte aanduiding: Inrichting voor het opnemen van plantpotten.
BESCHRIJVING
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het 5 opnemen van plantpotten, omvattende een verrijdbaar gestel voorzien van opstelmiddelen, welke tenminste één aandrijfbaar overbrengorgaan omvatten voor het bij rijdende inrichting van de ondergrond opnemen van een rij plantpotten.
Bij het opkweken van planten in potten en meer in het 10 bijzonder in steenwol potten, worden deze steenwol potten elk voorzien van een plantzaadje in grote aantallen in rijen op een vaste ondergrond, zoals bijvoorbeeld een betonnen vloer of iets dergelijks in een kas opgesteld. Met behulp van een eb-en-vloed-bevloeiingssysteem wordt de vloer op geregelde tijdstippen onder water gezet, zodat de planten, 15 bijvoorbeeld paprika's, komkommers en dergelijke, zich kunnen ontwi kkelen.
Op het moment van oogsten van de volgroeide planten en/of groentes wordt veelal gebruik gemaakt van een in de inleiding genoemde inrichting, daar het met de hand opnemen van de grote aantal plantpotten 20 en het in verzamelbakken of op transportbanden plaatsen van deze plantpotten een arbeidsintensief en eentonig werk is. Hiertoe bezit de inrichting een groot aantal naast elkaar geplaatste opstelmiddelen, elk voorzien van ten minste één aandrijfbaar overbrengorgaan, waarmee tijdens rijdende inrichting de op de grond geplaatste plantpotten c.q. 25 steenwolpotten "opgeschept" en zo over het overbrengorgaan de inrichting worden opgenomen.
In verband met het hoogteverschil zijn bij het opnemen van de plantpotten vanaf de bodem of vloer de opstelmiddelen kantelbaar in de inrichting opgenomen, zodat ten behoeve van het opnemen de opstelmiddelen 30 schuin naar de vloer worden opgesteld, zodat bij rijdende inrichting de opstelmiddelen elk een rij plantpotten op de overbrengorganen kunnen 1 0204 09 2 "scheppen".
Op het moment dat een zekere hoeveelheid plantpotten c.q. steenwol potten zijn opgenomen, worden de opstelmiddelen in horizontale toestand gebracht, waarna de inrichting zich zelfstandig verplaatst naar 5 een afnameplaats alwaar de opgenomen plantpotten door middel van de opstelmiddelen uit de inrichting worden getransporteerd.
Een nadeel bij de huidige opneeminrichtingen is het feit, dat de aandrijfbare overbrengorganen uitgevoerd zijn als een horizontaal verlopende transportband, waarop de plantpotten opgesteld worden. Het 10 nadeel is met name gelegen in het feit dat bij het opnemen de opstelmiddelen schuin ten opzichte van de bodem zijn opgesteld in de inrichting, waardoor de vrij op de overbrengorganen geplaatste plantpotten als gevolg van een ongelijke gewichtsverdeling neigen tot kantelen. Deze ongelijke gewichtsverdeling wordt met name veroorzaakt 15 door het gewicht van het ontwikkelde loof van de volgroeide plant of groentegewas.
Om aan dit bezwaar tegemoet te komen wordt een inrichting voorgesteld, waarin een onverhoopt kantelen van de opgenomen plantpot/ steenwol pot ten alle tijden wordt vermeden.
20 Dienovereenkomstig wordt de inrichting voor het opnemen van plantpotten gekenmerkt doordat elk overbrengorgaan over de althans gehele lengte van het betreffende opstelmiddel is samengesteld uit twee evenwijdig ten opzichte van elkaar opgestelde eindloze dragers voor het vanaf de ondergrond inklemmen van een plantpot.
25 Door deze uitvoering van de opstelmiddelen wordt de opgenomen plantpot gedurende het hele opneemtransport in de inrichting ingeklemd door de twee eindloze dragers. Doordat de plantpot tijdens het opnemen niet langer vrij op het overbrengorgaan geplaatst wordt, wordt zodoende het optreden van kantelen volledig weggenomen.
30 Bij een bijzondere uitvoeringsvorm van de inrichting wordt deze gekenmerkt doordat de beide eindloze dragers althans in 1 0 204 n.q 3 lengterichting stijf zijn uitgevoerd. Het zal duidelijk zijn dat omdat de eindloze dragers over een langere lengte aangedreven worden, een zekere rek in de eindloze drager niet gewenst is, opdat zodoende het inklemmende effect van een plantpot teniet wordt gedaan.
5 Ter verbetering van het inklemmende effect kan de inrichting volgens de uitvinding bovendien gekenmerkt worden doordat de beide eindloze dragers althans in dwarsrichting stijf zijn uitgevoerd.
Bij de specifieke uitvoeringsvorm zijn de beide eindloze dragers als een ketting uitgevoerd, in het bijzonder als een side bow-10 ketting. Bij een andere uitvoeringsvorm zijn de beide eindloze dragers als een kunststof snaar uitgevoerd.
Meer in het bijzonder wordt de inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt doordat elk opstelmiddel zijn uitgevoerd als een U-profiel, waarin de beide eindloze dragers zijn opgenomen. Het U-profiel 15 voorkomt niet alleen een onverhoopt naar beneden en uit de inrichting vallen van een opgenomen plantpot c.q. steenwolblok, doch ook de naar boven gerichte plaatdelen van het U-profiel kunnen dienen als aanlegvlak voor de beide eindloze dragers, waardoor het inklemmen van de plantpot c.q. steenwolblok wordt verbeterd.
20 Bij een bijzondere uitvoeringsvorm zijn de opstelmiddelen ten opzichte van het gestel zijdelings verschuifbaar tussen een positie, waarin zij een minimale onderlinge afstand bezitten en een positie, waarin zij een maximale onderlinge afstand bezitten. Zodoende is het mogelijk om de afstand tussen de verschillende overbrengorganen aan te 25 passen aan de verschillende groei stadia van de plantpotten. Dit is met name van belang, omdat zo voorkomen kan worden dat het loof van een plantpot het opnemen van een in een direct ernaast gelegen rij gelegen plantpot kan belemmeren.
Bij de verdere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de 30 uitvinding bezit elk opstelmiddel nabij de ondergrond een gebogen einde. Dit gebogen einde fungeert min of meer als schep, zodat het opnemen van 1020409 4 de rij plantpotten wordt vereenvoudigd. Bovenal wordt hiermee de schuine opstelling van de opstelmiddelen in de inrichting enigszins gecompenseerd.
Teneinde het opnemen van de niet altijd in rechte lijnen op 5 de ondergrond geplaatst plantpotten te vereenvoudigen, is overeenkomstig de uitvinding elk opstel middel nabij de ondergrond van een verbredend einde voorzien. Dit verbredende einde fungeert zodoende als invangmiddel, zodat plantpotten welke enigszins uit lijn zijn geplaatst, alsnog door de eindloze dragers opgenomen kunnen worden.
10 Bij een specifieke uitvoeringsvorm is het verbredende einde van elk opstelmiddel samengesteld uit twee van en naar elkaar toe beweegbare einddelen, waarover de eindloze drager is aangebracht. Dit verschaft een meer flexibele invanging van de uit lijn staande plantpotten.
15 Meer specifiek zijn de einddelen van twee naast elkaar opgestelde opstelmiddelen met elkaar verbonden, bijvoorbeeld door een veer. Hierdoor wordt voorkomen dat bij het uit elkaar schuiven van de opstelmiddelen er een loze tussenruimte tussen de overbrengorganen ontstaat, waardoor eventuele plantpotten niet opgenomen worden maar 20 worden "gemist".
De uitvinding zal nu aan de hand van de tekening nader worden toegelicht, welke tekening achtereenvolgens toont:
Figuur 1 een zijaanzicht van een uitvoeringsvorm van een inrichting voor het opnemen van plantpotten; 25 Figuur 2 een bovenaanzicht in detail van de opstelmiddelen overeenkomstig de uitvinding.
De in fig. 1 weergegeven uitvoeringsvorm van een inrichting 1 voor het opnemen van plantpotten/steenwolpotten overeenkomstig de uitvinding wordt gevormd door een gestel 2 dat zelfstandig over een 30 ondergrond 4 verrijdbaar is op een aantal wielen 3a en 3b. Voorts bezit de inrichting een bestuurdersplaats 11 en een ruimte 10 waarin opgenomen . f U /:, L - 5 zijn de aandrijfapparatuur voor het verplaatsen van de inrichting over de ondergrond 4 en voor het aandrijven van de verderop in de aanvrage toe te lichten overbrengmiddelen.
De inrichting overeenkomstig de uitvinding wordt primair 5 ingezet voor het opnemen van grote aantallen plantpotten 5 met daarin volgroeide planten- of groentegewassen.
Tegenwoordig wordt in de tuinbouw c.q. sierteelt op grootschalige wijze planten- c.q. groentegewassen geteeld, waarbij plantpotten of steenwolblokjes, elk voorzien van een zaadje van het betreffende gewas 10 in een regelmatig patroon uitgezet worden op een betonnen ondervloer 4 van een kweekkas. Dit in regelmatige rijen uitzetten van plantpotten c.q. steenwol blokken kan handmatig geschieden, doch wordt tegenwoordig meer en meer geautomatiseerd verricht door middel van een zogenoemde plantenui tzetwagen, welke qua constructie grote overeenkomsten vertoont met de 15 inrichting volgens de uitvinding.
Een dergelijke plantenuitzetwagen bezit eveneens een verrijdbaar gestel met daarin opgenomen een groot aantal evenwijdig naast elkaar gelegen opstelmiddelen, welke elk een aandrijfbaar overbrengorgaan bezitten. Bij een uitgiftepunt wordt handmatig de opstelmiddelen gevuld 20 met de desbetreffende plantpotten c.q. steenwol potten 5, waarna de plantenuitzetwagen, zich over de betonnen ondervloer 4 verplaatsend, de plantpotten c.q. steenwol blokken in evenwijdige rijen en met gelijke identieke tussenruimten op de betonnen ondervloer plaatst. Hiertoe worden de opstelmiddelen schuin ten opzichte van de ondervloer opgesteld en 25 wordt door het aandrijven van de overbrengorganen (veelal met een snelheid welke gelijk is aan doch tegengesteld is aan de snelheid van de rijdende plantenuitzetwagen), worden de op de overbrengorganen opgestelde plantpotten c.q. steenwol potten 5 op de betonnen ondervloer 4 geplaatst.
Het opkweken van de planten- c.q. groente-gewassen 30 geschiedt door middel van een eb-en-vloed-bevloeiingssysteem, welk systeem op gezette tijden de betonnen ondervloer 4 onder water zet, zodat 1 0204 na 6 de planten c.q. groentegewassen zich kunnen ontwikkelen.
Het oogsten van de volgroeide planten- c.q. groentegewassen kan vooralsnog met de hand geschieden, echter gezien de enorme oppervlaktes van de huidige kweekkassen wordt ook het oogsten van de 5 gewassen geautomatiseerd uitgevoerd. Tot voor kort werden hiervoor dezelfde inrichtingen gebruikt, welke ook ingezet werden voor de allereerste keer op de betonnen ondervloer 4 plaatsen van de plantpotten c.q. steenwol potten. Deze, eerder reeds met de term plantenuitzetwagen aangeduide, inrichting wordt dan ingezet voor het opnemen van de plant-10 potten c.q. steenwol potten met de volgroeide gewassen. De huidige pl antenuitzetwagen bezitten voor de opstelmiddelen een aandrijfbaar overbrengorgaan, dat uitgevoerd is als een horizontale transportband.
Zowel bij het uitzetten als het opnemen van de plantpotten c.q. steenwolpotten worden deze los op de transportband opgesteld, en zo 15 hetzij op de betonnen ondervloer 4 geplaatst danwel van de betonnen ondervloer 4 op de transportband van de huidige opstelmiddelen van de thans bekende plantenuitzetwagen opgenomen.
Thans is gebleken dat deze uitvoering van de opstelmiddelen niet voldoet, doordat bij het volgroeide gewas de gewichts- 20 verdeling van de op de transportband geplaatste plantpot c.q. steenwol-blok dermate ongunstig is - en zeker bij een gekantelde opstelmiddelen zoals weergegeven in fig. 1 - dat de op de transportband opgenomen plantpotten c.q. steenwolblokken sterk de neiging hebben tot kantelen. Dit blokkeert niet alleen de inrichting, maar bovendien leidt dit 25 onverhoopt kantelen tot beschadiging aan de planten- c.q. groente gewassen (en dus uitval), hetgeen ongewenst is.
De inrichting volgens de onderhavige uitvinding beoogt dit nadeel te ondervangen. Gebleken is dat bij met name groentegewassen, zoals paprika en komkommer, welke hoofdzakelijk in kubusvormige steenwol-30 blokken worden opgekweekt, de inrichting volgens de onderhavige uitvinding bij uitstek geschikt is. De inrichting volgens de uitvinding 1 0204 09 < 7 voor het opnemen van een groot aantal plantpotten c.q. steenwol blokken bezit een aantal op een steunarm 6a geplaatste opstel middel en 6, welke opstel-middelen 6 via het scharnierpunt 6b scharnierbaar in de inrichting 1 zijn opgenomen. Zodoende kunnen de opstelmiddelen 6 niet alleen schuin 5 ten opzichte van een ondervloer 4 (zoals getoond in fig. 1) alsook horizontaal in de inrichting instelbaar zijn door middel van geschikte aandrijfmiddelen welke onderdeel vormen van de aandrijfapparatuur 10.
Overeenkomstig de uitvinding is het overbrengorgaan van elk opstelmiddel 6 - zulks om het onverhoopt kantelen van plantpotten c.q. 10 steenwolblokken op de schuin geplaatste opstelmiddelen te voorkomen - uitgevoerd uit twee evenwijdig ten opzichte van elkaar opgestelde eindloze dragers 7, waartussen een plantpot c.q. steenwolblok ingeklemd kan worden, indien deze vanaf de ondergrond opgenomen wordt. Om het kantelen van de betreffende opgenomen plantpot c.q. steenwolblok te voorkomen zijn 15 de twee evenwijdig ten opzichte van elkaar opgestelde eindloze dragers 7 over de gehele lengte van de opstelmiddelen 6 aangebracht.
Bij voorkeur zijn de beide eindloze dragers 7 althans in de lengterichting van de drager stijf uitgevoerd, zulks omdat een flexibele drager een minder werkzame inklemmend vermogen bezit dan een stijve 20 drager. Eventueel kan het inklemmend vermogen van de twee evenwijdig ten opzichte van elkaar opgestelde eindloze dragers 7 aanzienlijk worden verbeterd door de beide eindloze dragers eveneens in dwarsrichting stijf uit te voeren. Dit verzekert een volledig ingeklemd transport van de plantpot c.q. steenwolblok over de gehele lengte van de opstelmiddelen 6 25 vanaf de ondergrond 4 tot boven in de inrichting 1. In feite is elke eindloze drager, welke een geringe mate van rek vertoont, geschikt.
Als specifieke uitvoeringsvormen van de eindloze dragers, kunnen deze als ketting, zoals een side-bow ketting of als kunststof snaar worden uitgevoerd.
30 Een bijzonder kenmerk van de inrichting volgens de uitvinding kan gezien worden in de samenstelling van elk opstelmiddel, 1 0204 09 8 dat als een U-profiel kan zijn uitgevoerd, waarin de beide eindloze dragers 7 zijn opgenomen. Het U-profiel voorkomt niet alleen een onverhoopt naar beneden en uit de inrichting vallen van een opgenomen plantpot c.q. steenwol blok, doch ook de naar boven gerichte plaatdelen 5 van het U-profiel kunnen dienen als aanlegvlak voor de beide eindloze dragers 7, waardoor het inklemmen van de plantpot c.q. steenwol blok wordt verbeterd.
Elke eindloze drager 7 is in het desbetreffende opstel-middel 6 over een aantal geleiderollen 8a-8d aangebracht, welke geleide-10 rollen bij de uitvoeringsvorm van de eindloze dragers 7 als ketting als tandwielen zijn uitgevoerd. Door één van de geleiderol 1 en 8a-8d en meer in het bijzonder de geleiderol 8d door middel van een elektromotor 9 elk eindloze drager-paar van alle opstelmiddelen gelijktijdig aan te drijven, worden de tussen de beide dragers 7 van elk opstelmiddel 6 ingeklemde 15 plantpotten c.q. steenwolblokken ingeklemd en de inrichting ingevoerd.
Bij voorkeur is de snelheid van de beide eindloze dragers 7 gelijk doch tegengesteld aan de verplaatsingssnelheid van de zelf-rijdende inrichting 1 over de betonnen ondervloer 4.
Zo kunnen grote hoeveelheden in rijen op de ondervloer 4 20 opgestelde plantpotten/steenwolpotten 5 door meerdere opstelmiddelen 6 gelijktijdig geoogst worden.
Zoals getoond in fig. 1 bezit elk opstelmiddel nabij de ondergrond 4 een gebogen einde. Dit zorgt voor een geleidelijke opname en transport van de verschillende plantpotten c.q. steenwolblokken 5 door de 25 eindloze dragers 7 van elk opstelmiddel 6.
In fig. 2 wordt in detail een bijzondere eigenschap van de inrichting overeenkomstig de uitvinding getoond. Fig. 2 toont een bovenaanzicht van een drietal naast elkaar geplaatste opstelmiddelen 6', 6", 6'11 welke alle drie naast elkaar op het steunframe 6a (zie fig. 1) 30 in de inrichting overeenkomstig de uitvinding zijn opgenomen. Het bovenaanzicht toont ook de beide eindloze dragers 7a-7b welke voor elk 10 2 04 09 9
V
opstelmiddel 6’-6'’1 het aandrijfbare overbrengorgaan vormen waartussen de plantpotten 5a-5c ingeklemd kunnen worden.
Omdat de bij aanvang van het opkweekproces uitgezette plantpotten c.q. steenwolblokken nooit altijd in een rechte lijn op de 5 betonnen ondergrond 4 geplaatst worden, is er altijd een risico dat tijdens het opnemen van de volgroeide planten- c.q. groentegewassen een plantpot of steenwolblok wordt gemist, daar deze enigszins uit lijn staat ten opzichte van de andere plantpotten/steenwolblokken van zijn rij en het betreffende opstelmiddel 6-6'Om dit euvel te vermijden is elk 10 opstelmiddel 61-61'1 nabij de ondergrond 4 voorzien van een verbredend einde, dat fungeert als invanger voor de enigszins uit lijn staande plantpotten/steenwolblokken 5a-5c.
Bij deze specifieke uitvoeringsvorm is het verbredende einde van elk opstelmiddel samengesteld uit twee van en naar elkaar toe 15 beweegbare einddelen 12a-12b, waarover eventueel de eindloze drager 7a-7b is aangebracht. De beweegbare einddelen 12a en 12b zijn door middel van scharnieren 13 beweegbaar met het U-vormige profiel van elk opstelmiddel 6 verbonden.
Zodoende worden de enigszins uit lijn staande plantpotten/ 20 steenwolblokken teruggeleid naar de ideale lijn alvorens zij ingeklemd worden door de eindloze dragers 7a-7b en in het U-vormige opstelmiddel 6'-6'11 meegevoerd worden tot in de inrichting 1. Echter, doordat de eindloze dragers 7a-7b eveneens geleid zijn over de rol 8a, welke deel uitmaakt van elk bewegend einddeel 12a-12b, wordt van elke plantpot/ 25 steenwolblok dat een enigszins verdraaide positie ten opzichte van de andere plantpotten/steenwolblokken bezit, de verdraaide positie eerst gecorrigeerd ("recht gedraaid") door de eindloze snaren 7a. Vervolgens kan de betreffende plantpot/steenwolblok alsnog recht de inrichting 1 worden ingevoerd. Hiermee wordt een eventuele blokkering en derhalve 30 stilstand van de inrichting vermeden.
Het is bij het opkweken van bepaalde plantengewassen c.q.
10 groentegewassen gebruikelijk om de plantpotten/steenwolblokken tijdens het groeiproces telkens met een iets grotere tussenruimte tussen de rijen op de betonnen ondervloer 4 te herpositioneren. Dit betekent dat de uiteindelijke tussenruimte tussen de rijen plantpotten/steenwolblokken 5 niet meer overeenkomt met de initiële tussenruimte, waarmee zij met de plantuitzetwagen aan het begin van het kweekproces op de betonnen ondervloer 4 zijn geplaatst.
Om een dergelijk verbreed kweekbed alsnog geautomatiseerd te kunnen "oogsten" c.q. op te kunnen nemen zijn bij de inrichting voor 10 het opnemen van plantpotten overeenkomstig de uitvinding de opstelmiddelen 6'-6" etc. ten opzichte van de steunarm 6a en het gestel 2 van de inrichting 1 verschuifbaar tussen een positie, waarin zij een minimale onderlinge afstand bezitten en een positie waarin zij een maximale onderlinge afstand bezitten. Zodoende kan de tussenruimte van de 15 verschillende opstelmiddelen 6 aangepast worden aan de tussenruimte van de op de betonnen ondervloer 4 uitgezette rijen plantpotten/steenwolblokken.
Om met name bij een grote tussenruimte tussen de verschillende rijen en dienovereenkomstig ook een groot tussenruimte D' 20 tussen de opstelmiddelen 6 een onverhoopt niet op kunnen nemen van een plantpot/steenwolblok te voorkomen, zijn de beweegbare einddelen met elkaar verbonden bijvoorbeeld door middel van een veer 14. Een en ander is weergegeven in fig. 2 waarbij de tussenruimte D tussen de opstelmiddelen 6' en 6" minimaal is, terwijl de tussenruimte D' tussen de 25 opstelmiddelen 6" en 6'11 maximaal is. Zodoende vormen de invangmiddelen 12a-12b van alle opstelmiddelen 6'-6" etc. een volledig gesloten front, zodat tijdens het opnemen van alle in rijen opgestelde plantpotten/ steenwol blokken geen enkel exemplaar wordt gemist. Dit laatste treedt met name op in situaties waarbij de plantpotten/steenwolblokken in rijen zijn 30 opgesteld, waarbij de tussenruimte tussen de rijen telkens kan verschillen.
1 0204 09

Claims (11)

1. Inrichting voor het opnemen van plantpotten, omvattende een verrijdbaar gestel voorzien van opstel middelen, welke tenminste één 5 aandrijfbaar overbrengorgaan omvatten voor het bij rijdende inrichting van de ondergrond opnemen van een rij plantpotten, met het kenmerk, dat elk overbrengorgaan over de althans gehele lengte van het betreffende opstelmiddel is samengesteld uit twee evenwijdig ten opzichte van elkaar opgestelde eindloze dragers voor het vanaf de ondergrond inklemmen van 10 een plantpot.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de beide eindloze dragers althans in lengterichting stijf zijn uitgevoerd.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de beide eindloze dragers althans in dwarsrichting stijf zijn uitgevoerd.
4. Inrichting volgens één of meer van de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de beide eindloze dragers als een ketting zijn uitgevoerd, in het bijzonder als een side-bow ketting.
5. Inrichting volgens één of meer van de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de beide eindloze dragers als een kunststof snaar zijn 20 uitgevoerd.
6. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elk opstelmiddel zijn uitgevoerd als een U-profiel, waarin de beide eindloze dragers zijn opgenomen.
7. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande 25 conclusies, met het kenmerk, dat de opstelmiddelen ten opzichte van het gestel zijdelings verschuifbaar zijn tussen een positie, waarin zij een minimale onderlinge afstand bezitten en een positie, waarin zij een maximale onderlinge afstand bezitten.
8. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande 30 conclusies, met het kenmerk, dat elk opstelmiddel nabij de ondergrond een gebogen einde bezit. t ij U L· L <.)'A *
9. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elk opstelmiddel nabij de ondergrond van een verbredend einde is voorzien.
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het 5 verbredende einde van elk opstelmiddel is samengesteld uit twee van en naar elkaar toe beweegbare einddelen, waarover de eindloze drager is aangebracht.
11. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de einddelen van twee naast elkaar opgestelde overbrengorganen met elkaar 10 zijn verbonden, bijvoorbeeld door een veer. 1 0 204 09 '
NL1020409A 2002-04-17 2002-04-17 Inrichting voor het opnemen van plantpotten. NL1020409C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1020409A NL1020409C2 (nl) 2002-04-17 2002-04-17 Inrichting voor het opnemen van plantpotten.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1020409 2002-04-17
NL1020409A NL1020409C2 (nl) 2002-04-17 2002-04-17 Inrichting voor het opnemen van plantpotten.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1020409C2 true NL1020409C2 (nl) 2003-10-20

Family

ID=29580079

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1020409A NL1020409C2 (nl) 2002-04-17 2002-04-17 Inrichting voor het opnemen van plantpotten.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1020409C2 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2000417C2 (nl) * 2007-01-05 2008-07-08 Rijnplant Bv Inrichting en werkwijze voor het opnemen/afgeven van gewashouders.
NL2012519C2 (nl) * 2013-10-01 2015-04-07 Ideaal B V Opstelinrichting en opstelwagen voor het opnemen en uitzetten van een product.

Cited By (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2000417C2 (nl) * 2007-01-05 2008-07-08 Rijnplant Bv Inrichting en werkwijze voor het opnemen/afgeven van gewashouders.
EP1941793A1 (en) * 2007-01-05 2008-07-09 Rijnplant B.V. Apparatus and method for the receiving/delivering of crop holders
NL2012519C2 (nl) * 2013-10-01 2015-04-07 Ideaal B V Opstelinrichting en opstelwagen voor het opnemen en uitzetten van een product.
EP2857332A2 (en) 2013-10-01 2015-04-08 Ideaal B.V. Placement device and placement cart for picking up and putting out a product
EP2857332A3 (en) * 2013-10-01 2015-04-15 Ideaal B.V. Placement device and placement cart for picking up and putting out a product

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6481190B2 (en) Method and device for harvesting agricultural products, in particular fruit
EP1568265B1 (en) Harvesting device, device for performing a bed and/or crop treatment, and harvesting method
NZ555794A (en) Harvesting method and apparatus leafy vegetables or legumes
NL1020409C2 (nl) Inrichting voor het opnemen van plantpotten.
EP1190620A1 (en) Cultivation system
US5450716A (en) Blueberry harvesting machine and method of harvesting
EP0593681B2 (en) Device for harvesting crops
US4913680A (en) Low-trellis mobile hop picker
US4263972A (en) Agricultural stake puller
US5473874A (en) Method and device for harvesting useful plants
EP1039794B1 (en) Positioning technique for horticultural apparatus
NL1014378C2 (nl) Rolgoot.
US4113022A (en) Plant puller
RU2415550C1 (ru) Платформа для ручной уборки урожая, посадки и ухода за низкорастущими культурами
RU2800728C2 (ru) Система для выращивания грибов
AU2005100413B4 (en) Harvesting method and apparatus for leafy vegetables or legumes
US7360336B2 (en) Plant base
NL1035692C2 (nl) Oogstsysteem voor het afvoeren van geoogste agrarische producten uit een kas, in het bijzonder vruchtgroenten.
NL1017538C2 (nl) Stelsel voor het verzamelen van land- of tuinbouwproducten, in het bijzonder fruit.
RU2302097C1 (ru) Подборщик
JP2868182B2 (ja) 根菜類の収穫装置
NL2023708B1 (nl) Oogsttransportinrichting en werkwijze
KR102144962B1 (ko) 컨베이어벨트에 의해 이송시켜 선별하는 구형농산물 선별기
JP7505943B2 (ja) 農作物の収穫装置
JP3386996B2 (ja) 収穫機の搬送装置

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
SD Assignments of patents

Owner name: IDEAAL B.V.

Effective date: 20080704

MK Patent expired because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20220416