NL1019055C1 - Werkwijze alsmede inrichting voor het installeren van een draag- of ondersteuningsorgaan op de vloer- en/of plafonddragende bouwelementen. - Google Patents

Werkwijze alsmede inrichting voor het installeren van een draag- of ondersteuningsorgaan op de vloer- en/of plafonddragende bouwelementen. Download PDF

Info

Publication number
NL1019055C1
NL1019055C1 NL1019055A NL1019055A NL1019055C1 NL 1019055 C1 NL1019055 C1 NL 1019055C1 NL 1019055 A NL1019055 A NL 1019055A NL 1019055 A NL1019055 A NL 1019055A NL 1019055 C1 NL1019055 C1 NL 1019055C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
support
floor
profile
wall
shaped member
Prior art date
Application number
NL1019055A
Other languages
English (en)
Inventor
Franciscus Petrus Matheus Loon
Original Assignee
Bat Continental B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bat Continental B V filed Critical Bat Continental B V
Priority to NL1019055A priority Critical patent/NL1019055C1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1019055C1 publication Critical patent/NL1019055C1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F13/00Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings
    • E04F13/07Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor
    • E04F13/08Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor composed of a plurality of similar covering or lining elements
    • E04F13/0801Separate fastening elements
    • E04F13/0832Separate fastening elements without load-supporting elongated furring elements between wall and covering elements
    • E04F13/0857Supporting consoles, e.g. adjustable only in a direction parallel to the wall

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Finishing Walls (AREA)

Description

Werkwijze alsmede inrichting voor het installeren van een draag- of ondersteuningsorgaan op de vloer- en/of plafonddragende bouwelementen 5 De uitvinding heeft betrekking op de werkwijze alsmede inrichting voor het installeren van een draag- of ondersteuningsorgaan zoals bijv. stelbare metselwerkondersteuning-element of een gordijngevel-drager op de vloer- en/of plafonddragende bouwelementen zoals verdiepingsplaatvloeren onder vermijding van tijdsrovende en moeizame voorbereidingactiviteiten, zoals hakken en 10 afvlakken (o.d.), resp. afwerkingactiviteiten zoals het met mortel uitvullen van de ongewenste holtes in genoemde plafond- en/of vloerdragende bouwelementen waarop de draag- of ondersteuningselementen zoals bijv. stelbare metselwerkondersteuning of een gordijngevel-drager worden bevestigd.
15 De dragende vloer- of plafondelementen in de moderne bouw worden uitgevoerd als zgn. plaatvloeren, in hoofdzaak bekend als verdiepingsplaatvloeren, vervaardigd uit een massieve plaat of een gekanaliseerde plaat (kanaalplaat), een en ander ook eventueel voorzien van isolatiemiddelen. In de beginfase van moderne bouwwerkzaamheden worden de eerst geplaatste staanders voorzien 20 van liggers bovenop. Vervolgens worden op de liggers de dragende vloeren geïnstalleerd waarna de binnen- en buitenmuren geplaatst kunnen worden. De buitenmuren worden vaak in een spuisysteem uitgevoerd, d.w.z. in een dubbel wandsysteem dat al dan niet voorzien is van isolatiemiddelen daartussen, waarbij de binnenwand meestal fungeert als een mededrager voor de opbouw van 25 volgende verdieping terwijl de buitenwand in hoofdzaak een sierlijke en/of isolerende functie aan het gebouw toevoegt. Geschikte materialen ten gebruike voor een buitenwand in een spuisysteem omvatten een breed scala van bouwstenen zoals bakstenen, betonstenen, glazenstenen, kalkzandstenen of een ander soort steenachtige materialen, maar ook glas-, metaal- en/of kunstplaten 30 voor een zgn. gordijnwand.
2
In de moderne bouw kunnen voor de verdiepingsvloeren en/of verdiepingsplafonds ook bijzonder gevormde draagvloeren toegepast worden. Deze draagvloeren omvatten hoofdzakelijk massieve en niet-massieve, gewapende of niet-gewapende betonvloeren, welke ook van isolatiemiddelen 5 voorzien kunnen zijn. Deze vloeren zijn o.a. bekend als verdiepingsplaatvloeren, uitgevoerd bijv. als kanaalplaatvloeren. Deze plaatvloeren zijn voorzien van een geringe functionele toog (boog) met een waarde van enkele millimeters tot centimeters in het midden van de plaat t.o.v. de uiteinden in een onbelaste situatie. Nadat de genoemde verdiepingsplaatvloer belast wordt door het in een 10 latere fase te plaatsen bijv. binnenwanden, maar ook meubels, bekleding etc., wordt deze toog verminderd of zelfs in een ideale situatie volledig geëlirrineerd. Echter blijft deze toog in de vloer na de bouw altijd aanwezig, waarbij de eindwaarde ervan vrijwel onmogelijk te voorspellen is.
15 De buitenmuren en/of wanden in een spuisysteem worden vervolgens gebouwd als volgt. Aan de in hoofdzaak schuine oppervlakte (zijrand) resp. bovenrand van het vrije buitenuiteinde van de langszijde (of kopzijde) van de genoemde verdiepingsplaatvloeren wordt eerst een draag- of ondersteuningsorgaan, zoals bijv. een metselwerkondersteuning-orgaan gemonteerd. Om dit 20 ondersteuningsorgaan te kunnen monteren moet eerst een aantal moeizame en tijdrovende voorbereidende werkzaamheden, zoals bijv. hakken, boren en afvlakken van de bovenrand en zijrand van de langszijde (of kopzijde) van de verdiepingsplaatvloeren verricht worden. Vervolgens moeten de holtes en nieuw ontstane eventuele oneffenheden in de verdiepingsplaatvloeren ter plaatse van de 25 gemonteerde ondersteuningsorganen worden afgewerkt d.m.v. het uitvullen met bijv. krimpvrije mortel. Vervolgens kunnen eerst de binnenwanden opgetrokken worden, resp. isolatie geplaatst worden waarna het geheel of secties van de buitenwanden die nu op de ondersteunende organen (die gemonteerd zijn op verdiepingsplaatvloeren) rusten afgewerkt kunnen worden.
30 3
Vaak voorkomende technische knelpunten tijdens de bovengenoemde bouwfases, met name vóór het optrekken van de buitenmuren en/of wanden zijn als volgt: a) het ontwerpconsistent en nauwkeurig monteren van 5 ondersteuningsorganen in verband met oneffenheden, zoals bijv.
genoemde variabele toog, in een verdiepingsplaatvloer is moeilijk te realiseren; b) tijdsnood dat mede gecreëerd is door de ongewenste uitloop van bouwfases m.b.t. moeizame en tijdrovende voorbereidende 10 werkzaamheden voor het aan de zijrand resp. bovenrand van de vrije buitenuiteinde van de kopzijde (of langszijde) van de genoemde verdiepingsplaatvloeren te monteren ondersteuningsorgaan zoals hakken, boren en afvlakken resp. afwerking ervan; c) ondersteuningsorganen zijn in hoofdzaak zwaar, niet-ergonomisch 15 gevormd en moeilijk aan te brengen resp. monteren; d) geringe mogelijkheden om eventuele fouten en/of wijzigingen in het ontwerp zoals bijv. laat veranderen van het type van ondersteuningsorganen waardoor het aanbrengen resp. monteren van een vervangende ondersteuningsorgaan zeer kostbaar is, 20 e) een ondersteuningsorgaan dat gemonteerd is op verdiepingsplaatvloer in een vroege bouwfase voor een langere tijd steekt aanzienlijk uit waardoor het enerzijds makkelijk beschadigd kan worden en anderzijds het transport van materialen zal belemmeren waardoor de veiligheid van de mensen in de nabijheid ervan substantieel verminderd wordt.
25
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op de nieuwe werkwijze alsmede inrichting voor het installeren van een draag- of ondersteuningsorgaan zoals bijv. stelbare metselwerkondersteuning, gordijngevel-drager of dergelijke of andere constructies waardoor de bovengenoemde problemen worden opgeheven. Het 30 essentieel onderdeel van de nieuwe inrichting is in hoofdzaak een nieuw 4 beugelvormig orgaan hetwelk aan de zijrand resp. bovenrand van de vrije buitenuiteinde van de kopzijde (of langszijde) van de genoemde verdiepingsplaatvloer gemonteerd wordt, waarop vervolgens een ondersteuningelement voor bijv. stelbare metselwerkondersteuning, gordijngevel- 5 drager of dergelijke of andere constructies gefixeerd kan worden. Het is dus nu mogelijk om het nieuw beugelvormig orgaan in een vroege bouwfase, zoals bijv. onmiddellijk nadat verdiepingsplaatvloer op de staanders gelegd is, daarop te monteren.
10 De nieuwe werkwijze voor het monteren van de inrichting aan een of meer vloer-en/of plafonddragende bouwelementen, zoals zgn. verdiepingsplaatvloeren waarop draag- of ondersteuningselementen zoals bijv. stelbare metselwerkondersteuning, een gordijngevel-drager of een andere constructie wordt gemonteerd, omvat de volgende maatregelen: 15 a) voordat het binnenblad gemetseld wordt - het aanbrengen van een beugelvormig orgaan dat deel maakt van de uitvinding aan de zijrand resp. bovenrand van de vrije buitenuiteinde van de kopzijde (of langszijde) van het betreffende plafond- en/of vloerdragende bouwelement en het vastzetten daarvan door verankering; 20 b) daarna in een latere bouwfase, ongeacht of het binnenblad gemetseld is of niet, het aanbrengen van draag- of ondersteuningselementen aan de voorzijde van het beugelvormig orgaan; c) vervolgens het in de uiteindelijk gewenste positie, d.w.z. in hoogte alsmede naar rechts of links, verstellen van de draag- of 25 ondersteuningelementen voor het elimineren van de deformaties in de vloer, zoals bijv. de toog of andere oneffenheden; d) het fixeren van de draag- of ondersteuningselementen of een andere constructie d.m.v. daarvoor geschikte bevestigingsmiddelen, zoals bouten met moeren of dergelijke; 5 e) het afwerken van het buitenblad, dat bijv. uit een gemetselde of gelijmde wand maar ook uit een gordijngevel, een isolatiewand, een sierwand of een andere constructie kan bestaan.
5 Inrichting volgens de uitvinding omvat een nieuw beugelvormig orgaan dat aan de bovenuiteinde uitgerust is met een of meer boringen ter verankering d.m.v. bijv. ankerbouten, lijmankers of expansiebouten in het betreffende plafond- en/of vloerdragende bouwelement, verder genoemd verdiepingsplaatvloer. De vormgeving van het nieuwe beugelvormig orgaan is zodanig afgestemd op de 10 profielvorm van het uiteinde in de langsrichting van de kopzijde (of langszijde) van de betreffende verdiepingsplaatvloer dat de onderzijde van het nieuwe beugelvormig orgaan goed aansluit op de profielvorm van verdiepingsplaatvloer waarop het gemonteerd wordt. Mede door enerzijds deze profiel-vormaansluiting en anderzijds een solide verankering wordt het nieuw beugelvormig orgaan als 15 het ware vastgehaakt op de verdiepingsplaatvloer waardoor het vrije uiteinde als een basisplaat ter bevestiging van een draag- of ondersteuningselement zoals bijv. stelbare metselwerkondersteuning, een gordijngevel-drager of een andere constructie in een latere bouwfase gebruikt kan worden.
De noodzaak om de eerdergenoemde voorbereidingsactiviteiten zoals hakken, 20 boren en afvlakken resp. afwerking ervan zoals het met mortel uitvullen van de holtes en onevenheden wordt dus overbodig.
De verhoogde flexibiliteit van het nieuwe systeem leidt tot een betere controle over de eindwaarde van de toog in de vloer in een efficiëntere bouwwerkwijze. Daarmee is het doel om ook in een latere fase de types van de draag- of 25 ondersteuningorganen zoals bijv. voor stelbare metselwerkondersteuning, een gordijngevel-drager of andere constructies sneller en eenvoudiger te bepalen en installeren ook bereikt.
Er zullen nu geen uitstekende delen in een vroege bouwfase van een draag- of ondersteuningselementen zoals bijv. van metselwerkondersteuning, gordijngevel-30 drager of andere constructies die het transport van materialen zou kunnen 6 belemmeren resp. veiligheid van de mensen in de nabijheid ervan verminderen tijdens een periode voorafgaand van het afwerken van de buitenwand. Bovendien is het nu mogelijk om de spouw te verkleinen waardoor een lichtere metselwerkondersteuning, gordijngevel-drager of andere constructies berekend 5 resp. geconstrueerd kunnen worden.
Bovendien kunnen alle van de heden geleverde gestandaardiseerde verdiepingsvloeren voorzien worden van een vormpassend beugelvormig orgaan waardoor het nu dus mogelijk is om een aantal uitvoeringsvormen van het 10 beugelvormig orgaan te standaardiseren.
De uitvinding zal hierna beschreven worden aan de hand van de figuren van een aantal uitvoeringsvoorbeelden waarbij de vorm van het nieuw beugelvormig orgaan afgestemd is op een verdiepingsplaatvloer dat uitgevoerd is als een zgn. 15 kanaalplaatvloer voorzien van parallelle quasi-elliptische holtes resp. een schuine geprofileerde rand in de langsrichting ervan.
Fig. 1 toont een doorsnee van de verdiepingsplaatvloer resp. binnen- en buitenwand met een toegepaste bekende metselwerkondersteuning-20 systeem;
Fig.2 toont een doorsnee van een verdiepingsplaatvloer resp. binnen- en buitenwand met de toegepaste nieuw beugelvormig orgaan voorzien van een daarop gefixeerde metselwerkondersteuning-element;
Fig.3 toont een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van het 25 nieuw beugelvormig orgaan;
Fig.4 toont een perspectivisch aanzicht van een ander uitvoeringsvoorbeeld van het nieuw beugelvormig orgaan;
Fig.5 toont een perspectivisch aanzicht van een ander uitvoeringsvoorbeeld van het nieuw beugelvormig orgaan; 7
Fig.6 toont een perspectivisch aanzicht van een ander uitvoeringsvoorbeeld van het nieuw beugelvormig orgaan;
Fig.7 toont een perspectivisch aanzicht van een gedeelte van de verdiepingsplaatvloer dat uitgerust is met een ander uitvoeringsvoorbeeld 5 van het nieuw beugelvormig orgaan,
Fig.8 toont een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van het nieuw beugelvormig orgaan getoond in Fig.7;
Fig.9 toont een perspectivisch aanzicht van een ander uitvoeringsvoorbeeld van het nieuw beugelvormig orgaan; 10 Fig.10 toont een perspectivisch aanzicht van een ander uitvoeringsvoorbeeld van het nieuw beugelvormig orgaan.
In Fig.1 is aan het vrije uiteinde in de langsrichting van de verdiepingsplaatvloer 1 een bekende metselwerkondersteuning-systeem 2 toegepast. De onderlinge 15 verhouding tussen de binnenwand 3 (getoond in doorsnee) dat geplaatst is op het verdiepingsplaatvloer 1 resp. bovenzijde van de metselwerkondersteuning-systeem 2 en de buitenwand 4 is ook zichtbaar. De holte 5 ontstond nadat de metselwerkondersteuning-systeem 2 in de gewenste positie t.o.v. de positie van de buitenwand 4 resp. andere metselwerkondersteuningspunten (niet getoond) in 20 de langsrichting van de verdiepingsplaatvloer 1 m.b.t. het compenseren van de toog (niet zichtbaar in deze projectie) versteld was. Deze holte 5 is vervolgens opgevuld met de daarvoor geschikte vullingmiddelen zoals bijv. krimpvrije mortel. Bevestigingsmiddel 8' uitgevoerd als een lijmanker ter verankering op de bovenzijde van de verdiepingsplaatvloer 1 is hierbij ook getoond.
25
In Fig.2 het nieuw beugelvormig orgaan 6 is geplaatst aan het vrije uiteinde in de langsrichting van de verdiepingsplaatvloer 1, hetwelk beugelvormig orgaan 6 in een dwarsdoorsnede eruitziet als de letter L . Een stelbare metselwerkondersteuning-element 7 is gefixeerd daarop d.m.v. een 30 schroefverbinding (niet getoond). Het nieuw beugelvormig orgaan 6 wordt als 8 ware vastgehaakt op de verdiepingsplaatvloer 1 enerzijds d.m.v. een ankerbout 8' uitgevoerd als conischspreidend-anker of lijmanker en anderzijds d.m.v. vormaansluiting van een schuine achterplaat 11 aan de onderzijde op de profielvorm in de langsrichting van het vrije uiteinde van de verdiepingsplaatvloer 5 1. Het uitvullen ven de holte 5 (hierbij niet aanwezig) is daardoor overbodig. De stelbare metselwerkondersteuning-element 7 is d.m.v. schroefverbinding omvattende C-profiel 10, boring 9 en hamerkopbouten met moeren (niet getoond) gefixeerd op het nieuw beugelvormig orgaan 6. De toog in de vloer (niet zichtbaar in deze projectie) is geëlirrineerd d.m.v. het stelbare 10 metselwerkondersteuning-element 7 in de gewenste positie te stellen. In kort, direct na het leggen van deze verdiepingsplaatvloer 1 op de staanders o.d. (niet getoond) worden eerst de noodzakelijke boringen in de bovenoppervlak aangebracht waarna de ankerbout 8" dat uitgevoerd is als conischspreidend-anker of lijmanker geïnstalleerd kan worden. Het nieuw beugelvormig orgaan 6 15 resp. bevestigingsmiddelen (niet getoond) zal dus vervolgens daarop aangebracht worden, waarna het bijv. metselen van een binnenspouwmuur kan beginnen. De verhoogde flexibiliteit van dit nieuw systeem zorgt dat er een aantal moeizame en tijdrovende voorbereidende werkzaamheden ter plaatse van de bouwlocatie, zoals bijv. herstellen van de fouten of andere oneffenheden zoals bijv. elimineren 20 van de toog in de verdiepingsplaatvloer 1 d.m.v. hakken en afvlakken van de bovenoppervlak van de verdiepingsplaatvloer 1 met als doel om de ankerbout 8' op juiste plaats te instaleren (zoals getoond in Fig. 1), wordt vermeden.
Fig.3 toont afzonderlijk een uitvoeringsvoorbeeld van het nieuw beugelvormig 25 orgaan 6 (eerder getoond in Fig.2), hetwelk beugelvormig orgaan 6 mede voorzien is van een schuine achterplaat 11a voor vormsluiting op de profielvorm aan de zijrand resp. bovenrand van de vrije buitenuiteinde van de langszijde van het betreffende plafond- en/of vloerdragende bouwelement (niet getoond) resp. het bevestigingsorgaan uitgevoerd als C-profiel 10 voorzien van een langwerpige 30 boring 9 ten gebruike voor het fixeren van de draag- of < ; 9 ondersteuningselementen, zoals bijv. een stelbare metselwerkondersteuning-element d.m.v. de daarvoor geschikte bevestigingsmiddelen zoals hamerkopbouten met moeren of dergelijke (niet getoond). Ook zichtbaar is de langwerpige boring 8 ten gebruike voor verankering in de verdiepingsvloer 5 (niet getoond). In Fig.4 is het schuine achterplaat 11a naar een andere vorm 11b gemodificeerd waardoor een betere vormsluiting voor andere types verdiepingsvloeren (niet getoond) verkregen wordt. Analoog is in Fig.5 de schuine achterplaat uitgevoerd als een geprofileerde plaat 11c voor een ophmale vormaansluiting voor andere types verdiepingsvloeren (niet getoond).
10
In Fig.6 wordt in plaats van C-profiel (zoals getoond in Fig. 2, 3, 4 en 5) een stelsel van twee evenwijdige staalplaatjes gebruikt, een en ander zodanig dat de bevestigingsmiddelen zoals hamerkopbouten met moeren of dergelijke (met getoond) hierdoor gebruikt kunnen worden.
Een ander uitvoeringsvoorbeeld van het nieuw beugelvormig orgaan 6 geïnstalleerd op de verdiepingsplaatvloer 1 is getoond in Fig.7. In d,t uitvoeringsvoorbeeld wordt de schuine achterplaat niet toegepast, waardoor de vormsluiting mat de langszijde van de verdiepingsplaatvloer 1 wordt verkregen 20 enerzijds d.m.v. verankering onder gebruikmaking van de langwerpige bonng en anderzijds d.m.v. het opvullen van de nieuwsontstane lege ruimte tussen het nieuw beugelvormig orgaan 6 en de langszijde van de verdiepingsplaatvloer 1 met de krimpvrije mortel 5. Fig.8 toont afzonderlijk he, uitvoeringsvoorbeeld van het nieuw beugelvormig orgaan 6 dat getoond is in Fig.7.
Fig 9 en Fig. 10 tonen de twee andere uitvoeringsvoorbeelden van het meuw beugelvormig orgaan die op het rechthoekige uiteinde van de kopzijde van een verdiepingsplaatvloer (nie, getoond) gebruikt kunnen worden. In be,de getoonde uitvoeringsvoorbeelden is de achterplaat 13a loodrecht onder de lange poot van 30 de letter "L" van het nieuw beugelvormig orgaan 6 geplaatst. Echter is het ook 10 mogelijk om deze hoek, afhankelijk van de hoek tussen de bovenoppervlak resp. zijoppervlak van het vrije uiteinde van een verdiepingsplaatvloer op een willekeurige andere waarde vast te stellen. Overigens zullen de bevestigingsmiddelen zoals hamerkopbouten met moeren en dl. ten gebruike voor 5 het bevestigen van een draag- of ondersteuningsorgaan zoals bijv. stelbare metselwerkondersteuning-element, een gordijngevel-drager of andere constructie met behulp van een C-profiel 10 (zie uitvoeringsvoorbeeld getoond in Fig.9) of van een stelsel van twee evenwijdige staalplaatjes 13d en 13e (zie uitvoeringsvoorbeeld getoond in Fig.10) hierbij gebruikt worden. In beide 10 uitvoeringsvoorbeelden worden de evenwijdige staalplaatjes 13b en 13c gebruikt ter constructieve versteviging van het nieuw beugelvormig orgaan 6.
15 20 25 30

Claims (4)

1. Werkwijze voor het monteren van de inrichting volgens de uitvinding aan één of meer plafond- en/of vloerdragende bouwelementen, zoals zgn. verdiepingsplaatvloeren waarop draag- of ondersteuningselementen zoals bijv. stelbare metselwerkondersteuning of een gordijngevel-drager wordt gemonteerd, omvattende de volgende maatregelen: 10 a) voordat het binnenblad gemetseld wordt - het aanbrengen van een beugelvormig orgaan dat deel maakt van de uitvinding op het vrije uiteinde van het betreffende plafond- en/of vloerdragende bouwelement hetzij de bovenrand en zijrand van de langszijde of kopzijde van de verdiepingsplaatvloeren resp. het vastzetten daarvan door verankering; 15 b) daarna, maar ook in een latere bouwfase, ongeacht of het binnenblad gemetseld is of niet, het aanbrengen van draag- of ondersteuningselementen aan de voorzijde van het beugelvormig orgaan; c) vervolgens het in de uiteindelijk gewenste positie, d.w.z. in hoogte 20 alsmede naar rechts of links, verstellen van de draag- of ondersteuningelementen of andere constructies voor het elimineren van de deformaties in de vloer, zoals bijv. de toog of andere oneffenheden; d) het fixeren van de draag- of ondersteuningselementen d.m.v. daarvoor geschikte bevestigingsmiddelen, zoals bouten met moeren of dergelijke; 25 e) het afwerken van het buitenblad, dat bijv. uit een gemetselde wand, gelijmde wand, een gordijngevel, een isolatiewand, een sierwand of dergelijke kan bestaan.
2. Inrichting voor toepassing van de werkwijze volgens conclusie 1, 30 omvattende: a) het beugelvormig orgaan dat er in een dwarsdoorsnede uitziet als de letter "L", vervaardigd uit staalplaatmateriaal, waarbij het bovenuiteinde ervan is voorzien van een langwerpige boring ten gebruike voor ankerbouten of spreidbouten ter verankering in de 5 betreffende verdiepingsplaatvloer met de mogelijkheid om het beugelvormig orgaan nauwkeurig te positioneren, waarbij het naar beneden gebogen andere uiteinde hetzij de kortere zijde van dezelfde letter "L" aan de onderzijde is voorzien van een aan het vrije uiteinde van de verdiepingsplaatvloer vormaansluitend oppervlak dat verkregen 10 is door een daarop loodrecht of schuin te bevestigen achterplaat d.m.v. bijv. lassen of plastisch vervormen, een en ander zodanig dat het orgaan op de genoemde verdiepingsplaatvloer als ware vastgehaakt wordt, waarbij tussen de achterplaat en de kortere zijde van dezelfde letter "L" de bevestigingsmiddelen omvattende een C-profiel, en U-15 profiel of een stelsel van evenwijdige staalplaten in een combinatie met hamerkopbouten en moeren geplaatst zijn; b) de daarvoor geschikte en/of aangepaste draag- of ondersteuningselementen zoals bijv. een stelbare metselwerkondersteuning-element, een gordijngevel-drager of een 20 andere constructie dat aan het vrije uiteinde van het beugelvormig orgaan gefixeerd wordt.
3. Inrichting volgens conclusies 2, met het kenmerk dat het beugelvormig orgaan in een bijzonder uitvoeringsvoorbeeld het aan het vrije uiteinde van 25 de verdiepingsplaatvloer vormaansluitend oppervlak is verkregen d.m.v. een afgestemde dimensionale verhouding tussen de naar beneden gebogen uiteinde dat vertegenwoordigt de kortere zijde van de letter "L" in een combinatie met een bevestigingsorgaan uitgevoerd als C-profiel, U-profiel of een stelsel van evenwijdige staalplaten dat geplaatst is aan de i . achterzijde ervan waardoor de toepassing van een loodrecht of schuin te bevestigen achterplaat volgens conclusie 2 overbodig is.
4. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk dat de draag- of 5 ondersteuningselementen zoals bijv. stelbare metselwerkondersteuning of een gordijngevel-drager omvatten de volgende elementen: a) wand- of geveldragend orgaan zoals een daarvoor geschikte stalen L- profiel, l-profiel, T-profiel, U-profiel of dergelijke; b) een aan de rugzijde geplaatste schuifbare stelstuk dat vervaardigd is uit 10 een staalplaatje dat voorzien is van een schuinsgeplaatste gleuf; c) een bevestigingsorgaan dat vervaardigd is uit een daarvoor geschikte stalen C-profiel, l-profiel, T-profiel of dergelijke; allen zodanig dat het verstellen in hoogte en naar rechts en links resp. fixeren in de gewenste positie d.m.v. de daarvoor geschikte fixeermiddelen 15 zoals hamerkopbouten met moeren of dergelijke op het nieuw beugelvormig orgaan plaats kan vinden. 20 25 30
NL1019055A 2001-09-28 2001-09-28 Werkwijze alsmede inrichting voor het installeren van een draag- of ondersteuningsorgaan op de vloer- en/of plafonddragende bouwelementen. NL1019055C1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1019055A NL1019055C1 (nl) 2001-09-28 2001-09-28 Werkwijze alsmede inrichting voor het installeren van een draag- of ondersteuningsorgaan op de vloer- en/of plafonddragende bouwelementen.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1019055 2001-09-28
NL1019055A NL1019055C1 (nl) 2001-09-28 2001-09-28 Werkwijze alsmede inrichting voor het installeren van een draag- of ondersteuningsorgaan op de vloer- en/of plafonddragende bouwelementen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1019055C1 true NL1019055C1 (nl) 2003-03-31

Family

ID=19774080

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1019055A NL1019055C1 (nl) 2001-09-28 2001-09-28 Werkwijze alsmede inrichting voor het installeren van een draag- of ondersteuningsorgaan op de vloer- en/of plafonddragende bouwelementen.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1019055C1 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2017629B1 (en) * 2016-10-17 2018-04-24 Scaldex Nederland B V Anchoring device for anchoring a facade element to a building
GB2574092A (en) * 2018-03-20 2019-11-27 Bersche Rolt Ltd Building reinforcement and insulation

Cited By (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2017629B1 (en) * 2016-10-17 2018-04-24 Scaldex Nederland B V Anchoring device for anchoring a facade element to a building
GB2574092A (en) * 2018-03-20 2019-11-27 Bersche Rolt Ltd Building reinforcement and insulation
GB2574092B (en) * 2018-03-20 2020-08-05 George Edscer William Building reinforcement and insulation
US11384534B2 (en) 2018-03-20 2022-07-12 William George Edscer Building reinforcement and insulation

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9708812B2 (en) Pour stop anchor apparatus and system
US9416529B1 (en) Edge of slab anchor apparatus and system
AU2010214742B2 (en) Expansion joints
NL1019055C1 (nl) Werkwijze alsmede inrichting voor het installeren van een draag- of ondersteuningsorgaan op de vloer- en/of plafonddragende bouwelementen.
GB2252986A (en) Improvements in or relating to accomodation modules.
RU2180935C2 (ru) Устройство для крепления облицовочных плит
WO1998036141A1 (en) Safety guardrail apparatus
CZ337292A3 (en) Method of fixing especially cover boards during their additional joining and a fixing system
JP3621054B2 (ja) 鉄筋コンクリート造壁式構造の外断熱建築物に於ける帳壁取付方法及び取付金具
US20230228098A1 (en) Cladding system
WO2010089590A1 (en) Door frame assembly and method of installation of doors
US20230392384A1 (en) Cladding installation system
JP3020021B2 (ja) 建物の耐震補強工法
AU2015271993A1 (en) Apparatus and Method for Mounting Building Panels to the Framework Assembly of a Wall Structure
NL1005692C2 (nl) Consolesamenstel.
RU2193635C2 (ru) Способ возведения наружной стены монолитного здания и фасадная плита для его осуществления
AU2010227027B2 (en) Apparatus and Method for Mounting Building Panels to the Framework Assembly of a Wall Structure
JP4520830B2 (ja) 外壁パネルの施工方法及び外壁パネルの取付構造
RU2273699C1 (ru) Балкон здания
JP3430488B2 (ja) 階層建物の床版施工方法
AU2021211984A1 (en) Lintel for wide openings
JPH0615057Y2 (ja) 壁パネルの高さ調節構造
NL1040456C2 (nl) Werkwijze voor het vervangen van buitenspouwbladen van spouwmuren van gebouwen alsmede het aanbrengen van buitenspouwbladen van spouwmuren van gebouwen.
NL2000702C2 (nl) Casco voor een gebouw, alsmede een binnenspouwblad en verstevigingselement voor gebruik daarbij.
DK202200326A1 (en) Building wall system

Legal Events

Date Code Title Description
VD2 Lapsed due to expiration of the term of protection

Effective date: 20070928