NL1015605C1 - Platensamenstel en een plaat daarvoor. - Google Patents

Description

PLATENSAMENSTEL EN EEN PLAAT DAARVOOR.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een platensamenstel, en op een plaat voor een dergelijk platensamenstel.

Een platensamenstel volgens de uitvinding kan 5 bestaan uit een uit platen opgebouwde wand, een behuizing, zoals een wc-gebouwtje, uit een stand die is opgebouwd uit veelal onder een hoek geschakelde platen, en een open of gesloten kist.

In geval van een wand, een stand en een kist 10 voor meervoudig gebruik, is het van belang dat hij uit een samenstel van platen kan worden opgebouwd. Dit platensamenstel dient daarbij zoveel mogelijk geborgd te zijn tegen verschuivingen van onderlinge platen.

Op dit moment blijken geen platensamenstellen 15 te bestaan die aan de voornoemde eisen voldoen. Derhalve heeft de onderhavige uitvinding ten doel een platensamenstel te verschaffen dat kan worden toegepast als kist, stand, wand en eventueel cabine dat voldoet aan de voornoemde voordelen.

20 Dit wordt overeenkomstig de uitvinding bereikt met een platenstel dat omvat: tenminste twee platen die aan met elkaar te koppelen plaatranden zijn voorzien van profielen, welke profielen zijn voorzien van longitudinale, tegen een 25 transversale verplaatsing borgende structuren voor het vormen van een vormsluitende koppeling tussen de twee platen; en van slotmiddelen voor het op slot zetten en/of voorspannen van de koppeling. Door gebruik te maken van platen die aan plaatranden zijn voorzien van 30 longitudinale, tegen transversale verplaatsing borgende structuren zodat een vormsluitende koppeling kan worden gerealiseerd die wordt vastgezet met slotmiddelen, worden 1015625 α telkens twee platen stijf op elkaar vastgetrokken waardoor verplaatsingen dwars op de vormsluitende koppeling onmogelijk worden. De profielen zijn daartoe voorzien van structuren die een vormsluitende koppeling 5 teweeg kunnen brengen. Een vormsluitende koppeling houdt in dat na koppeling in feite tussen de profielen in hoofdzaak geen vrije ruimten meer aanwezig zijn en een goede onderlinge krachtenoverdracht is gegarandeerd. Hierbij wordt een transversale koppeling vermeden doordat 10 deze structuren van samenwerkende, complementaire uitsparingen en daarin aangrijpende randen zijn voorzien. De profielen kunnen worden vervaardigd door het uitvoeren van kant- of walsbewerkingen op metalen lijsten. De profielen kunnen ook zijn vervaardigd door extrusie of 15 door een freesbewerking. Derhalve kunnen de profielen bestaan uit hout, metaal, plastic en combinaties daarvan.

De platen kunnen bestaan uit hout, metaal, kunststof en dergelijke maar kunnen ook bestaan uit een laminaat. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van een kern 20 van een honingraat, bijvoorbeeld van karton, plastic, zoals polyester of van geperst houtvezel, met daarop aangebracht aan beide zijden een deklaag van bijvoorbeeld een kunststof, zoals PUR.

Het zal duidelijk zijn dat door het bedienen 25 van de slotmiddelen de platen snel met elkaar gekoppeld of ontkoppeld kunnen worden.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de profielen gekoppeld via een koppelprofiel. Dit betekent dat de op de platen aangebrachte profielen van het zelfde 30 type kunnen zijn en het koppelprofiel is voorzien van een contrastructuurvorm waardoor nog steeds dezelfde vormsluitende koppeling is te realiseren. Indien verder bij voorkeur een koppelhoek tussen de gekoppelde wanden varieert van 10° tot 180°, kan een hoekig platensamenstel 35 gevormd worden. Dit heeft in het bijzonder toepassing in geval van de koppelprofielen, waarbij de koppelhoeken gevarieerd kunnen worden met standaard platen, doordat de

1 0 1 Sftf! R

3 variabele koppelhoek is aangebracht in het koppelprofiel. Ook kunnen meerdere wanden gekoppeld worden.

Bij dergelijke voorkeursuitvoeringsvormen is ook realiseerbaar een platensamenstel waarbij de 5 longitudinale, transversaal borgende structuren in het verlengde liggen van de plaat. Aldus is het mogelijk om een grotere wand op te bouwen van in het verlengde van elkaar liggende volgens de uitvinding gekoppelde platen. Een hoek tussen deze platen is ook realiseerbaar indien 10 bij voorkeur de longitudinale, transversaal borgende structuren onder een hoek staan met de plaat.

Indien verder bij voorkeur het profiel met zijn profielranden de plaatrand insluit, wordt een uitvoeringsvorm verkregen waarbij in feite geen 15 uitstekende delen voorkomen en bovendien de rand van het profiel verstevigd wordt en een afbrokkelen van plaatranden wordt vermeden.

Indien het verder voorkeur geniet dat de rand van de platen wordt verstevigd heeft het voorkeur dat: 20 de plaatrand is voorzien van een inlegprofiel en de slotmiddelen bij voorkeur zijn opgenomen in het inlegprofiel.

Indien vereist wordt dat het platensamenstel een verbeterde waterdichtheid, winddichtheid of 25 geluiddichtheid bezit, heeft het voorkeur dat: een profiel en/of koppelprofiel is voorzien van afdichtmiddelen.

Voor het opstellen van een platensamenstel volgens de uitvinding is het mogelijk om de slotmiddelen 30 te bedienen via een plaatvlak. Volgens een andere uitvoeringsvorm is het mogelijk de slotmiddelen te bedienen via een koppelprofiel.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm grijpen de slotmiddelen aan in een in een profiel gevormde opening. 35 Dit profiel is bij voorkeur het plaatprofiel. Door het aanbrengen van deze opening in een dergelijk profiel, ontstaat een eenvoudig te construeren slotmiddeleenheid terwijl in hoofdzaak geen constructieve veranderingen 1015605 4 behoeven te worden aangebracht in de platen. In het geval een dergelijk in het profiel gevormde opening een onvoldoende glij-eigenschappen, stevigheid en/of stijfheid bezit, heeft het verder voorkeur dat de opening 5 een draadverstevigde opening is. Hierbij wordt rond de opening een draad bevestigd of aangevormd. Met name treedt hier een voordelige situatie op indien de draadverstevigde opening is opgenomen in een profielneus.

Het positioneren en plaatsen van de 10 slotmiddelen kan gemakkelijker en verzekerder plaatsvinden indien verder bij voorkeur de slotmiddelen opneembaar zijn in een profielgeleiding. Ook in dit geval behoeven aan de platen geen of nauwelijks veranderingen plaats te vinden.

15 Een bijzondere voorkeur ontstaat indien verder bij voorkeur de slotmiddelen in een slede langs de profielgeleiding verschuifbaar zijn, totdat de slede geborgd is.

Volgens twee voorkeursuitvoeringsvormen 20 omvatten de slotmiddelen een wig en/of een met een hendel bedienbare sluithaak.

Teneinde te vermijden dat ongewenst de slotmiddelen hun functie beëindigen, heeft het verder voorkeur dat de slotmiddelen borghaar zijn met een 25 borgelement, bijvoorbeeld de hendel waarmee een sluithaak van de slotmiddelen bedienbaar is.

Tenslotte heeft de uitvinding betrekking op een plaat die aan plaatranden is voorzien van de voornoemde profielen en van de slotmiddelen, welke plaat kennelijk 30 bestemd is voor het vormen van een platensamenstel volgens de uitvinding.

Genoemde en andere kenmerken van de uitvinding zullen hierna verder verduidelijkt worden aan de hand van een aantal uitvoeringsvoorbeelden die slechts bij wijze 35 van voorbeeld worden gegeven zonder dat daartoe de uitvinding geacht wordt beperkt te zijn. Hierbij wordt verwezen naar de bijgevoegde tekeningen waarin: 1015605 5 figuur 1 een perspectivisch, deels weggebroken en deels explosief aanzicht van een platensamenstel als kist volgens de uitvinding; figuur 2 op grotere schaal deels weggebroken 5 een aanzicht volgens detail II uit figuur 1; figuur 3 een doorsnede volgens de gehoekte lijn III-III uit figuur 2; figuur 4-7 elk varianten van de in figuur 3 getoonde uitvoeringsvorm in doorsnede; en 10 figuur 8-10 en figuur 11 en 12 aanzichten van twee andere varianten van een deel van een platensamenstel volgens de uitvinding.

Figuren 1-3 tonen een platensamenstel 1 of kist 1 volgens de uitvinding. Deze kist 1 omvat een 15 dekselplaat 2, een bodemplaat 3 en vier wandplaten 4-7.

De dekselplaat 2 en de bodemplaat 3 zijn aan de plaatranden 8, 9 voorzien van profielen 10. De wandplaten 4-7 zijn voorzien van complementaire profielen 11 en aan de langsplaatranden 12 van profielen 13 en 14.

20 Verder zijn de platen 2-7 voorzien van slotmiddelen. De profielen 2-7 en de slotmiddelen 15, 16 zijn met behulp van bevestigingsmiddelen, zoals popnagels of blindklinknagels 17 vastgezet aan de corresponderende plaat.

25 Figuur 2 toont meer in detail de koppeling van de plaat 4 aan de plaat 5.

De platen 4, 5 bestaan uit een poly-urethaan kern 18 die aan één zijde is voorzien van een houtlaag 19 en aan beide zijden van een polyester toplaag 20. Aan de 30 langsplaatranden 12 is de kern 18 gedeeltelijk, bijvoorbeeld door frezen verwijderd en in de gevormde uitsparing is een stalen inlegprofiel 21 ter versteviging van de langsplaatrand 12 opgenomen.

De slotmiddelen 15, 16 zijn bedienbaar met een 35 sleutel 22, waardoor een excentriek 23 op bekende wijze aangrijpt achter een rand 24, waardoor de platen 4, 5 op elkaar worden vastgetrokken en op slot gezet tegen een laterale maar ook transversale verplaatsing.

1U15605 6

Daartoe is het profiel 13 voorzien van een langsrand 25 die vormsluitend is opgenomen in een uitsparing 26 in het profiel 14. Naast een goede ondersteuning van de op elkaar vastgetrokken profielen 5 13, 14 is tevens door de langsrand 25 en de uitsparing 26 een verplaatsing dwars op de profielen 13, 14 gehinderd. Duidelijk is te zien dat het profiel 13 met zijn profielranden 27, 28 en het profiel 14 met zijn randen 29, 30 de langsranden 12 van de beide platen 4, 5 10 insluiten. Dit levert een goede, gladde en veilige afwerking maar tevens met behulp van de inlegprofielen een kokervormige versteviging.

Verder zal het duidelijk zijn dat door het scheefplaatsen van de uitsparing 26 ten opzichte van de 15 plaat 4, de platen 4 en 5 onder een scheve, dat wil zeggen een scherpe of stompe hoek te koppelen zijn.

Figuur 4 en 5 tonen een platensamenstel 31 volgens de uitvinding die bijvoorbeeld kan worden gebruikt voor een stand. In dit geval zijn de platen 32 20 en 33 elk voorzien van een zelfde type profiel 34 dat op dezelfde wijze als het profiel 13 is bevestigd aan de respectieve platen 32 en 33. De platen 32 en 33 zijn gekoppeld via een koppelprofiel 35 dat is voorzien van een structuur 36 die complementair is aan de structuur 37 25 van het profiel 34 dat is voorzien van een uitstekende rand 38. De structuur 36, die is voorzien van de groef 39 voor de rand 38, is tevens voorzien van een rubber afdichtstrook 40. Hierdoor is een waterdichte, geluiddichte of winddichte koppeling realiseerbaar. In 30 figuur 5 zijn de platen 32, 33 gekoppeld met het profiel 35 met behulp van niet getoonde slotmiddelen.

Verder zal het duidelijk zijn dat door een verplaatsing van de structuren 36 in het koppelprofiel de in figuur 5 getoonde rechte hoek kan variëren tussen een 35 scherpe hoek en een stompe hoek als ook naar een doorkoppeling in lijn van de platen 32, 33.

Figuur 6 toont een platensamenstel 40 volgens de uitvinding bestaande uit de platen 41 en 42 en het 1015605 7 massieve koppelprofiel 43. In dit geval zijn de slotmiddelen 44 getoond. De slotmiddelen omvatten een in het inlegprofiel 21 bevestigde moer 44 en een daarin geschroefde bout 45 die bedienbaar is via een uitsparing 5 46 in het koppelprofiel 43.

Tenslotte toont figuur 7 een platensamenstel 46, bijvoorbeeld te gebruiken voor een cabinewand. Het platensamenstel 46 omvat twee platen 47 en 48 en het koppelprofiel 49. De slotmiddelen 50 zijn bedienbaar 10 vanuit een plaatvlak 51 en haken achter een in het koppelprofiel 49 opgenomen rand 52. Opgemerkt wordt dat bij het platensamenstel 46 geen gebruik wordt gemaakt van het inlegprofiel 21. De versteviging wordt in dit geval ter hoogte van de slotmiddelen geleverd door het huis 53 15 van de slotmiddelen 50.

Figuur 8 toont in doorsnede een ander platensamenstel 54 volgens de uitvinding, waarbij een plaat 55 via een koppelprofiel 56 is gekoppeld met een plaat 57. De plaat 55 en de plaat 57 zijn elk aan een 20 plaatrand 58 voorzien van een plaatprofiel 59. Het plaatprofiel bezit een rondgevormde profielneus 60 die is verstevigd met een stalen draad 61.

In de neus van het profiel 59 is een opening 62 gevormd waarin een wigvormige sluithaak 63 van de 25 slotmiddelen 64 op de draad 61 aangrijpt. Door de wigvorm van de sluithaak 63 worden de platen 55 en 57 vastgetrokken op het hoekprofiel 56. De draad 61 werkt hier niet alleen als versteviging, maar ook voor een verende voorspanning bij deze koppeling. Tenslotte is 30 getoond dat de slotmiddelen 64 verschuifbaar geleidt zijn in een geleiding 65, die in langsrichting is aangebracht in het hoekprofiel 56.

Figuur 9 toont een en ander in zij-aanzicht. De slotmiddelen 64 omvatten een slotslede 66, die is geleid 35 in de geleiding 65 en is voorzien van een daaraan draaibaar bevestigde met een hendel 67 bedienbare sluithaak 63. De hendel 67 is voorzien van een omgezette rand 68 die kan grijpen achter een aan de slede 66 1015605 8 geleidt borgelement 73, dat is voorzien van een oog 69 waarin niet getoonde vergrendelmiddelen, bijvoorbeeld een slot, kan worden bevestigd waardoor een verschuiving van het borgelement 73 wordt geblokkeerd. Met behulp van uit 5 te buigen lippen 69 is de slotslede 66 vast bevestigbaar in de geleiding.

Figuur 10 toont in meer opengewerkte toestand de slotmiddelen 64 in gesloten toestand.

De figuren 11 en 12 tonen een ander 10 platensysteem 70 volgens de uitvinding. In vergelijking tot het platensysteem 54 volgens de figuren 8-10, omvatten de slotmiddelen 64 thans een wig 71 voorzien van een verende geleidingsplaat 72. De wig 71 grijpt aan in de draadverstevigde opening 62 door verplaatsing in de 15 richting van de pijl 73. Hierdoor wordt de situatie uit figuur 12 bereikt, waarin van de wig 71 zijn geleidingsplaats 72 gesnapt is in de geleiding 65. Hierdoor is een wederom verzekerde koppeling gerealiseerd tussen de platen 55 en 57 via het hoekprofiel 56.

10156:5

Claims (18)

1. Platensamenstel, zoals een wand, een stand, een behuizing en een kist, omvattende tenminste twee platen die aan met elkaar te koppelen plaatranden zijn voorzien van profielen, welke 5 profielen zijn voorzien van longitudinale, tegen een transversale verplaatsing borgende structuren voor het vormen van een vormsluitende koppeling tussen de twee platen; en van slotmiddelen voor het op slot zetten en/of voorspannen van de koppeling.

2. Platensamenstel volgens conclusie 1, waarin profielen zijn gekoppeld via een koppelprofiel.

3. Platensamenstel volgens conclusie 1 of 2, waarin een koppelhoek tussen de gekoppelde wanden varieert van 10° tot 180°

4. Platensamenstel volgens conclusies 1-3, waarin de longitudinale, transversaal borgende structuren in het verlengde liggen van de plaat.

5. Platensamenstel volgens conclusies 1-3, waarin de longitudinale, transversaal borgende structuren 20 onder een hoek staan met de plaat.

6. Platensamenstel volgens conclusies 1-5, waarin het profiel met zijn profielranden de plaatrand insluit.

7. Platensamenstel volgens conclusies 1-6, 25 waarin de plaatrand is voorzien van een inlegprofiel en de slotmiddelen zijn opgenomen in het inlegprofiel.

8. Platensamenstel volgens conclusies 1-7, waarin een profiel en/of koppelprofiel is voorzien van afdichtmiddelen.

9. Platensamenstel volgens conclusies 1-8, waarin de slotmiddelen bedienbaar zijn via een plaatvlak. 1 0 1 RRD R ίο e*

10. Platensamenstel volgens conclusies 2-8, waarin de slotmiddelen bedienbaar zijn via het koppelprofiel.

11. Platensamenstel volgens conclusie 9 of 10, 5 waarin de slotmiddelen aangrijpen in een in een profiel gevormde opening.

12. Platensamenstel volgens conclusie 11, waarin de opening in een draad verstevigt profieldeel, bijvoorbeeld een profielneus, is aangebracht.

13. Platensamenstel volgens conclusie 9-12, waarin de slotmiddelen opneembaar zijn in een profielgeleiding.

14. Platensamenstel volgens conclusie 13, waarin de slotmiddelen in een slede langs de 15 profielgeleiding verschuifbaar zijn.

15. Platensamenstel volgens conclusie 9-14, waarin de slotmiddelen een wig en/of een met een hendel bedienbare sluithaak omvatten.

16. Platensamenstel volgens conclusie 15, 20 waarin de hendel met een borgelement borgbaar is.

17. Platensamenstel volgens conclusie 9-16, waarin de slotmiddelen voorzien zijn van vergrendelmiddelen.

18. Plaat voorzien van een profiel en van 25 slotmiddelen voor een platensamenstel volgens conclusie 1-17. 1 01 fifin.t