NL1013390C2 - Inrichting, samenstel en werkwijze voor het centrifugeren van producten. - Google Patents

Description

5

INRICHTING, SAMENSTEL EN WERKWIJZE VOOR HET CENTRIFUGEREN

VAN PRODUCTEN

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het centrifugeren van producten, meer in het bijzonder voedsel zoals groente, fruit, salades, etc., of slib en dergelijke. De uitvinding heeft tevens 10 betrekking op een samenstel en inrichting voor het centrifugeren van producten.

Voor het ontwateren van producten, dat wil zeggen het ontdoen van producten van aanhangend water, zijn industriële centrifuges bekend, waarbij de producten 15 handmatig in een korf worden aangebracht, welke korf via een aan de onderzijde voorziene aandrijfas wordt geroteerd totdat de producten in voldoende mate van het vocht zijn ontdaan. Hierna wordt de korf handmatig gelost. Het is duidelijk dat een dergelijke wijze van ontwateren van 20 producten arbeidsintensief is.

De huidige industriële centrifuges vertonen bovendien een gedrongen, monolithische en zware constructie. De massa van de gezamenlijke delen en constructie, zoals frame, behuizing, aandrijving en dergelijke is 25 nodig om de trillingen die ontstaan als gevolg van onbalans op te vangen. Bovendien dient de conventionele centrifuge met zware bouten aan de grond te worden gefixeerd om te voorkomen dat hij gaat "slaan" of "wandelen" . Ondanks de zware constructie blijven de centrifuges 30 sterk slijtage- en onderhoudsgevoelig door de destructieve werking van de trillingen. De trillingen komen voort uit een zekere mate van onbalans, die in alle gevallen optreedt als gevolg van de ongelijkmatig verdeelde belading.

35 Als gevolg van het bovenstaande zijn de prak tisch toepasbare toerentallen van centrifuges beperkt, alsmede de hoeveelheid producten die per centrifugebeurt behandeld kunnen worden. Verhoging van het toerental 10 1 3390 2 en/of de vooraf ingestelde hoeveelheid producten (batch-grootte) leiden het stel tot onbeheersbare trillingen. Bovendien maken de gedrongen opbouw van de bekende centrifuges en de beperkte batch-grootte het technisch 5 complex respectievelijk economisch onrendabel om een vorm van automatisch beladen en lossen van de centrifuges mogelijk te maken, zodat de ouderwetse werkwijze van handmatig beladen en lossen door het inzetten en uithalen van een korf met producten nog steeds algemeen gebruike-10 lijk is. Dit levert niet alleen hoge personeelskosten voor het bedienend personeel op, maar het personeel moet bovendien functioneren onder ongunstige arbeidsomstandigheden. De centrifuges staan doorgaans in een koude (7-12°) en vochtige omgeving. Een aantal voor de verwerkende 15 industrie van belang zijnde groenten, zoals ui, paprika, prei, en andere peperachtigen, bevat etherische oliën, die niet alleen tranen bij het personeel veroorzaken, maar tevens aandoeningen aan de luchtwegen. Personeel kan in die situatie slechts een beperkte tijd achtereen voor 20 een dergelijk product worden ingezet.

Het is een doel van de onderhavige uitvinding een werkwijze te verschaffen waarin tenminste een aantal van de bovengenoemde problemen zijn opgelost en waarbij bovendien grotere hoeveelheden producten per tijdseenheid 25 verwerkt kunnen worden.

Volgens een eerste aspect van de onderhavige uitvinding wordt een werkwijze verschaft voor het centrifugeren van producten, de stappen omvattende van: - het met productaanvoermiddelen aanvoeren van 30 een vooraf ingestelde hoeveelheid producten tot in centrifugeermiddelen; - het met de centrifugeermiddelen centrifugeren van de producten; - het met losmiddelen lossen van de gecentrifu-35 geerde producten. De bovengenoemde stappen kunnen voor elke volgende hoeveelheid producten, met andere woorden voor elke volgende batch van producten, herhaald worden, waardoor grote hoeveelheden producten binnen een kort 10 1 339 0 3 tijdsbestek kunnen worden verwerkt. Een bijkomend voordeel van de onderhavige werkwijze is, dat, door het min of meer automatisch laden en lossen van de centrifugeer-middelen zonder tussenkomst van bedienend personeel, het 5 niet langer noodzakelijk is dat de centrifuge tot stilstand te brengen om te worden gelost en geladen. Hierdoor kan de verwerkingscapaciteit verder vergroot worden.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm omvat de werkwijze het tijdens het aanvoeren van producten tot in 10 de centrifugeermiddelen met gereduceerde rotatiesnelheid centrifugeren daarvan. Door de centrifuge te beladen terwijl deze (op een relatief laag toerental) roteert, kan een in zekere mate gelijkmatigere verdeling van de te centrifugeren producten worden bewerkstelligd. Deze 15 verbeterde balans bij aanvang dat trillingen van te grote amplitudes optreden bij het op toeren komen van de centrifuge. Door de meer gelijkmatige verdeling van de producten is tevens mogelijk geworden om de toepasbare vooraf ingestelde hoeveelheid producten (batchgrootte) 20 verder te vergroten, hetgeen de verwerkingscapaciteit ten goede komt. Bij voorkeur heeft de genoemde gereduceerde rotatiesnelheid een waarde die zich bevindt tussen 1 en 60 omwentelingen per minuut. Dit kan echter ook meer of minder zijn, afhankelijk van het type en de grootte van 25 de toegepaste centrifuge.

De onderhavige werkwijze kan op voordelige wijze worden toegepast met een inrichting voor het centrifugeren van producten, welke omvat: 30 - een gestel; - aan het gestel aangebrachte centrifugeermiddelen, omvattende: - een roteerbare producthouder waarin producten te centrifugeren zijn; 35 - aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de producthouder; waarbij de producthouder is aangebracht aan een eerste deelgestel en het eerste deelgestel via veermiddelen zijn aangebracht aan een op de ondergrond 1013390 4 plaatsbaar tweede deelgestel. Door de bovenstaande constructie worden de destructieve trillingen zoveel moge-lijk geïsoleerd in het eerste gestel, zodat het tweede gestel minder trillingen op de ondergrond over behoeft te 5 dragen. Bovendien kan het eerste gestel worden geoptimaliseerd op het beperken en opvangen van trillingen en minimalisatie en versterking van zwakke plekken als lasnaden en dergelijke. Zo wordt bij voorkeur het eerste deelgestel relatief lichter uitgevoerd dan het tweede 10 deelgestel. Bovendien kan in het geval van calamiteiten het eerste deelgestel eenvoudig worden vervangen. Bovendien biedt een apart eerste deelgestel, in tegenstelling tot de eerder genoemde monolithische bouwwijze, meer ruimte voor het gemechaniseerd aanvoeren en afvoeren van 15 producten.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de veermiddelen een drietal veerorganen. Door het eerste deelgestel op slechts drie posities verend te plaatsen op het tweede deelgestel wordt een verder verbe-20 terde stabiliteit van de inrichting verkregen. Bovendien wordt hiermee ruimte verschaft om de centrifugeermiddelen eenvoudig te bereiken ten behoeve van bijvoorbeeld reini-gingswerkzaamheden van het binnenwerk daarvan.

Een voordelige constructie voor het uitvoeren 25 van de werkwijze wordt tot stand gebracht in een inrichting voor het centrifugeren van producten, omvattende: - een gestel; - aan het gestel aangebrachte centrifugeermiddelen, omvattende: 30 - een roteerbare producthouder waarin producten te centrifugeren zijn; - aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de producthouder; waarbij de producthouder van onderen voorzien is van losmiddelen voor het lossen van gecentri-35 fugeerde producten. Door de roteerbare producthouder te voorzien van dergelijke losmiddelen, bijvoorbeeld een lossende bodem, kunnen de producten van onderuit uit de producthouder vallen. De losmiddelen omvatten bij voor- 101 33 9 0 5 keur een afsluitonderdeel dat voorzien is van verplaat-singsmiddelen voor het verplaatsen van het afsluitonderdeel tussen een eerste positie, waarin het afsluitonderdeel aansluit tegen de producthouder, en een tweede 5 positie, waarin tussen het afsluitonderdeel en de producthouder een opening bestaat waarlangs de gecentrifugeerde producten af te voeren zijn. Door bediening van de ver-plaatsingsmiddelen, hetzij handmatig hetzij doordat de verplaatsingsmiddelen een aan het afsluitonderdeel aange-10 bracht en zich axiaal door de producthouder uitstrekkend asonderdeel, een enerzijds aan het asonderdeel en anderzijds aan het gestel bevestigde hefarm en tevens hefbe-dieningsarmen voor het axiaal verplaatsen van het asorgaan en het daaraan aangebrachte afsluitonderdeel omvat-15 ten, kan op eenvoudige wijze en zonder verdere handelingen te vereisen de producthouder leeggemaakt worden, zodat deze weer gereed is voor een volgende batch van producten. Bij voorkeur heeft het afsluitonderdeel een conusvorm, zodat het product van het afsluitonderdeel 20 afglijdt waardoor een volledig lossen van het product gegarandeerd wordt en er geen producten in de producthouder achterblijven. Dit is met name belangrijk voor toepassing van de uitvinding op voedselproducten waarbij hygiëne van groot belang is. In dit verband wordt gewezen 25 op het feit dat wanneer producten in de producthouder achterblijven deze beschadigd kunnen worden, hetgeen rechtstreeks van invloed is op de houdbaarheid van het product, aangezien door beschadigingen van de celwanden van het voedsel de celwanden eenvoudig doordringbaar 30 worden voor bacteriën, hetgeen een rottingsproces in gang kan zetten.

De bovengenoemde losmiddelen maken het bovendien mogelijk om te lossen zonder tussenkomst van personeel, zodat het niet langer noodzakelijk is de machine 35 volledig tot stilstand komt om te worden gelost en geladen. Hierdoor wordt de verwerkingssnelheid van de inrichting verder vergroot.

101 339 0 6

Bij voorkeur beweegt het afsluitonderdeel in gebruik van de inrichting, dat wil zeggen wanneer het afsluitonderdeel zich in de eerste, gesloten positie bevindt, met de producthouder mee, hetgeen de constructie 5 van de afdichting tussen de producthouder en het afsluit-onderdeel vereenvoudigt.

Voor het voorkomen dat vocht in de laadfase uit de producthouder stroomt, dat wil zeggen wanneer de producthouder nog niet (met grote snelheid) roteert, is 10 nabij de aansluiting van het afsluitonderdeel op de producthouder een afdichtingsring aangebracht.

Bij voorkeur omvatten de aandrijfmiddelen van de producthouder een electromotor en een op de producthouder aangrijpende getande riem. Deze aandrijvingswijze 15 is voordelig gezien trillingen als gevolg van onbalans in de producthouder in verminderde mate worden doorgegeven aan de aandrijfmiddelen.

Bij voorkeur zijn de centrifugeermiddelen met een hoek tussen de rotatieaslijn van de centrifugeermid-20 delen en de ondergrond van in hoofdzaak meer dan 45 graden of in hoofdzaak 90 graden gepositioneerd. Hierdoor is het mogelijk om zonder verdere middelen of handmatige bewerkingen producten van bovenaf in de producthouder te storten en van onderaf uit de producthouder te lossen.

25 Met de inrichting van één van de bovenbeschre ven uitvoeringsvormen is een rotatiesnelheid van de roteerbare producthouder van 1300-2000 omwentelingen per minuut, of zelfs meer dan 2000 omwentelingen per minuut haalbaar, zodat de verwerkingscapaciteit van de inrich-30 ting ten opzichte van de bestaande inrichting, die vaak een capaciteit van ca. 800 omwentelingen per minuut heeft, wordt vergroot.

Volgens een ander aspect van de onderhavige uitvinding wordt een samenstel verschaft voor het centri-35 fugeren van producten, omvattende: - een inrichting omvattende een gestel en aan het gestel aangebrachte centrifugeermiddelen, welke omvatten een roteerbare producthouder waarin producten te 1013390 7 centrifugeren zijn, en aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de producthouder; - productaanvoermiddelen voor het aanvoeren van te centrifugeren producten; 5 - productopvangmiddelen voor het opvangen van gecentrifugeerde producten; waarbij de producthouder aan zijn bovenzijde een al dan niet afsluitbare aanvoerope-ning voor het aanvoeren van producten omvat, waardoorheen de productaanvoermiddelen de producten in vooraf inge-10 stelde hoeveelheden in de producthouder kunnen laten vallen. Volgens een dergelijk samenstel kan het laden, het centrifugeren en het lossen van producten in vooraf ingestelde hoeveelheden plaatsvinden zonder of althans met minimale tussenkomst van bedienend personeel. Boven-15 dien kan het vullen, centrifugeren en lossen in kortere tijd worden uitgevoerd hetgeen de verwerkingscapaciteit van de inrichting verder vergroot.

In een voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de productaanvoermiddelen: 20 - een in een eerste richting roteerbare eerste eindloze transportband; - een in de eerste of een tweede, tegengestelde richting roteerbare tweede transportband; - besturingsmiddelen voor het besturen van de 25 tweede en optioneel ook de eerste transportband, zodat de tweede transportband een bufferfunctie voor een vooraf ingestelde hoeveelheid van producten kan vervullen.

Het verwerken van producten dient in vooraf ingestelde hoeveelheden te geschieden, aangezien per centrifugebeurt 30 slechts een beperkte hoeveelheid producten gecentrifugeerd kan worden. Het aanbrengen van de producten in de producthouder dient derhalve in batches te geschieden. In de praktijk is de aanvoer van producten vaak continu of onregelmatig, waardoor er op een bepaald moment te weinig 35 producten of te veel producten beschikbaar zijn om aan te brengen in de producthouder. Daarom verschaft deze uitvoeringsvorm een buffer zodat op elk willekeurig moment 101 33 90 8 een juiste hoeveelheid producten voorhanden is om in de producthouder te laten vallen.

Verdere voordelen, kenmerken en details van de onderhavige uitvinding zullen worden verduidelijkt aan de 5 hand van de navolgende beschrijving van enige voorkeursuitvoeringsvormen daarvan. In de beschrijving wordt verwezen naar de bijgevoegde figuren. Hierin toont - figuur 1 een gedeeltelijk opengewerkt aanzicht in perspectief van een voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding; - figuur 2 een gedeeltelijk opengewerkt zijaan-5 zicht van de voorkeursuitvoeringsvorm van figuur 1; - figuur 3 een gedeeltelijk opengewerkt bovenaanzicht van de voorkeursuitvoeringsvorm van figuur 1 en 2; - figuur 4 een schematisch aanzicht van een 10 voorkeursuitvoering van een aansluitdetail van de inrichting ; - figuur 5 een aanzicht van een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van het samenstel volgens de uitvinding; 15 - figuur 6 een bovenaanzicht van de eerste voorkeursuitvoeringsvorm van figuur 5; - figuur 7 een zijaanzicht van een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van het samenstel volgens de uitvinding; en 20 - figuur 8 een bovenaanzicht van de tweede voorkeursuitvoeringsvorm van het samenstel volgens figuur 7.

In figuren 1, 2 en 3 is een voorkeursuitvoering van een centrifuge 1, waarbij een roterende trommel of 25 korf in een gestel is aangebracht. Het gestel is opgebouwd uit een onderste gesteldeel of frame 2, een bovenste gesteldeel of frame 3, aan welk laatste gesteldeel de korf draaibaar is aangebracht. Het onderste frame 2 is relatief zwaar van constructie en omvat een drietal 30 staanders 4 die door middel van een ligger 7 onderling met elkaar verbonden zijn. Aan de onderzijde van de 101 33 9 0 9 staanders 4 zijn verstelbare poten 5 aangebracht, die elk aan hun uiteinde voorzien zijn van een steun 6. Door verstelling van één of meer van de poten 5 is het onderste frame 2 stabiel op een ondergrond 0 op te stellen.

5 Op het onderste frame 2 steunt op een drietal plaatsen het bovenste frame 3. Frame 3 is relatief licht uitgevoerd en dient voor het zoveel mogelijk opvangen van de door het centrifugeren veroorzaakte trillingen. Ter plaatse van een oplegging van bovenste frame 3 op onder-10 ste frame 2 zijn veren 8 voorzien, bijvoorbeeld in de vorm van luchtveren of luchtbalgen, waarvan de eigenschappen (veerconstante) alnaargelang de omstandigheden aan te passen is. Het frame 3 omvat een tweetal bevesti-gingsdelen 9 die aansluiten op de veren 8 waaraan de 15 staanders 10 zijn bevestigd. De staanders 10 zijn aan de bovenzijde onderling verbonden door een ligger 11 en aan de onderzijde door een ringvormig element 12. In de ligger 11 is een opvangelement 13 voorzien waarin een centrifuge-as 14 draaibaar gelagerd is. Aan de centrifu-20 ge-as 14 is de centrifugekorf aangebracht. De centrifuge-korf omvat een aantal aan de centrifuge-as 14 aangebrachte uitwaaierende spaken 15, waaraan een bovenste ring 16 is aangebracht. Via een aantal verbindingsdelen 17 is de bovenste ring 16 star verbonden met een onderste ring 18. 25 De buitenmantel van de korf wordt gevormd door een rondom aangebrachte geperforeerde of doorlatende plaat 19, waarvan de perforaties zodanig zijn gekozen, dat deze wel vocht doorlaten, doch de te centrifugeren producten tegenhouden. De korf is aan de onderzijde open.

30 Centrifuge-as 14 wordt roterend aangedreven door een vast daarop aangebracht schijfelement 21, dat op zijn beurt via een motoras 24, een daaraan bevestigd schijfelement 23 en een getande riem 22 door een electromotor 25 wordt aangedreven. Deze getande riem 22 is bij 35 voorkeur vervaardigd van flexibel materiaal teneinde eventuele trillingsoverdracht tussen de korf en de electromotor zoveel mogelijk voorkomen.

1013390 10

De electromotor 25 is met behulp van een beves-tigingsdeel 26 vast aan het bovenste frame 3 bevestigd.

In een andere uitvoeringsvorm kan echter de electromotor 25 ook aan het onderste frame 2 worden bevestigd.

5 De open onderzijde van de korf is met behulp van een hierna te beschrijven constructie afsluitbaar. Concentrisch met de centrifuge-as 14 is een as 33 voorzien, aan de onderzijde waarvan een conusvormig element 34 is aangebracht. Aangezien de as 33 in verticale rich-10 ting door het hart van de centrifuge-as 14 geleidbaar is, is het mogelijk om het conuselement 34 naar boven (pijl C, figuur 1) of naar beneden (pijl D, figuur 4) te bewegen. Deze beweging kan tot stand worden gebracht doordat aan het bovenste deel 33a van de as 33 scharnieren 27 15 zijn voorzien waaraan een hefarm 28 is aangebracht. Deze hefarm 28 is middels scharnieren 29 aan een middels een voet 31 aan de ligger 11 aangebrachte staander bevestigd. Door bediening van een uitschuifbare cilinder, bij voorkeur van het hydraulische type, is de hefarm te bedienen. 20 Wanneer bijvoorbeeld de cilinder 32 wordt uitgeschoven (pijl b, figuur 1), wordt de hefarm 28 naar boven geroteerd (hefarm 28' in figuur 2), hetgeen het gevolg heeft dat het conusvormig element 34 zich opwaarts in de richting van pijl C verplaatst.

25 Wanneer te centrifugeren producten via de bovenzijde van inrichting 1 in een opvangbak 20 worden gestort (pijl a, figuur 1) vallen de producten tussen de spaken 15 door tot in de korf. Aangezien bij het aanvoeren van producten het conusvormig element 34 zich in 30 omhoog geschoven positie bevindt, blijven de producten in de korf opgesloten. Bij het vullen van de korf kan de korf zich in stilstaande toestand bevinden. Het is echter ook mogelijk om tijdens het vullen de korf met een relatief lage snelheid, bijvoorbeeld tussen 1 en 20 omwente-35 lingen per minuut, te laten draaien teneinde te zorgen voor een gelijkmatigere belading van de korf. Wanneer de korf vervolgens door electromotor 25 in rotatie wordt gebracht respectievelijk wanneer de rotatiesnelheid van 10 1 33 90 11 de korf door electromotor 25 wordt vergroot, worden de producten door de optredende centrifugaalkrachten tegen de geperforeerde plaat 19 geduwd, en wordt het zich in de producten bevindende vocht door de perforaties naar 5 buiten gedrongen (pijl E).

Aangezien met name in stilstaande toestand het vocht in de producten de neiging heeft om in de richting van pijl F (figuur 4) naar beneden te druipen, is de korf voorzien van een speciale afdichting. Hiertoe is aan het 10 onderste oppervlak van de onderrand 41 van het conusvormige element 34 een afsluitring 40 voorzien, die tegen een steunrand 42 aan de onderste ring 18 van de korf aansluit wanneer het conusvormig element 34 zich althans in de omhoog geschoven positie bevindt. Hierdoor wordt 15 voorkomen dat vocht langs de conus 34 naar buiten sijpelt, zonder daarbij in de daartoe bestemde vochtafvoer (niet-weergegeven) terecht te komen.

Het via pijl E door de perforaties naar buiten gedwongen vocht, wordt opgevangen op opvangplaat 43 en 20 vervolgens afgevoerd naar de daartoe bestemde vochtafvoer .

Aan het bovenste frame 3 is een beschermende omhulling 50 rondom de korf aangebracht, ten behoeve van de veiligheid van het bedienend personeel. De bescher-25 mende omhulling 50 is met behulp van scharnieren 51 aangebracht aan het frame 3 en wordt door een sluitmecha-nisme 52 gefixeerd. Ten behoeve van het eenvoudig houden van het schoonmaken van het binnenste van de centrifuge behoeft slechts het sluitmechanisme geopend te worden, 30 waarna de omhulling 50 naar een open stand (figuur 3) te draaien is.

In figuur 1 is met pijl G aangegeven hoe een batch van gecentrifugeerde producten worden afgevoerd. Wanneer het conusvormige element 34 naar beneden toe is 35 verschoven (pijl D), ontstaat er een opening tussen het conusvormig element 34 en de onderste ring 18 van de korf waarlangs producten naar beneden vallen. De producten 1013390 12 komen terecht in een opvang 45 en worden via een uitlaat 46 afgevoerd (pijl H).

De zekere afvoer van producten wordt tot stand gebracht door het element 34 conusvormig uit te voeren.

5 Hierbij wordt zoveel mogelijk vermeden dat producten na een centrifugebeurt achterblijven in de korf, hetgeen hygiënisch onverantwoord is. Bovendien vermindert dan de kans dat eventueel achterblijvende producten bij een volgende centrifugebeurt worden beschadigd, hetgeen een 10 rottingsproces in gang kan zetten.

In figuur 5 is weergegeven dat zowel de aanvoer als de afvoer van producten gemechaniseerd geschiedt. Hiertoe is nabij de centrifuge 1 een aanvoermechanisme 60 geplaatst, dat de producten van boven af in de opvangbak 15 20 van de inrichting kan storten. Bovendien is onder de centrifuge 1 een afvoermechanisme 61 geplaatst, bijvoorbeeld in de vorm van een eindloze transportband die de gecentrifugeerde producten afvoert, bijvoorbeeld naar een verpakkingsmachine (niet-weergegeven). Het aanvoermecha-20 nisme omvat in deze uitvoeringsvorm een eerste eindloze transportband 62 die in de richting van pijl I wordt voortbewogen. Wanneer producten aan het begin van de transportband 62 worden aangevoerd (pijl K), worden deze naar boven getransporteerd en kunnen deze aan het einde 25 van de eerste transportband 62 op een tweede transportband 63 vallen. De voortbewegingsrichting van de tweede transportband is aanvankelijk tegengesteld (pijl L1) aan die van de eerste transportband 62. De lengte van de tweede transportband 63 en de snelheid van de tweede 30 transportband is afhankelijk van de grootte van de vooraf ingestelde hoeveelheid producten die de centrifuge 1 in één centrifugebeurt kan verwerken. De hoeveelheid in een centrifugebeurt te verwerken producten bedraagt in bepaalde uitvoeringsvormen van de uitvinding 10-40 kg of 35 meer, bij een verwerkingssnelheid van 800 - 1200 kg/uur. Wanneer een bepaalde batch aan producten gecentrifugeerd is en via de onderzijde van de inrichting 1 is afgevoerd, wordt de transportrichting van de tweede transportband 10 1 33 9 0 13 omgekeerd (pijl L2) en worden de producten in ijl-gang, dat wil zeggen met grote snelheid, naar boven gevoerd en via de opvangbak 22 in de centrifuge 1 geworpen.

Het aanvoeren en afvoeren van producten kan met 5 besturingsmiddelen (niet-weergegeven) gestuurd worden, waarbij eventueel gebruik wordt gemaakt van een aantal sensoren. Doordat bij het bovenbeschreven aanvoermecha-nisme 60 geen sprake is van menselijke tussenkomst en derhalve de daarbij behorende veiligheidsrisico's niet 10 bestaan, is het mogelijk om de aanvoer van producten tot in de korf van de centrifuge te laten geschieden met een met relatief lage snelheid draaiende korf (1-20 omwentelingen per minuut). Dit bevordert de gelijkmatige verdeling van de producten in de korf, zodat de mate van 15 onbalans vóór aanvang van daadwerkelijk centrifugeren geminimaliseerd wordt.

In figuur 7 is een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een aanvoermechanisme 70 en afvoermechanis-me 71 weergegeven. In plaats van transportbanden wordt 20 bij het aanvoermechanisme 70 van figuur 7 en 8 een schroefconstructie gebruikt die de te centrifugeren producten naar boven toe verplaatst. Een dergelijk aanvoermechanisme 70 is echter niet bij alle typen producten toe te passen.

25 Het afvoermechanisme 71 uit figuren 7 en 8 komt voor het overige in hoofdzaak overeen met die van figuren 5 en 6.

In de weergegeven uitvoeringsvormen is de centrifuge in hoofdzaak verticaal opgesteld. Door de 30 rotatie-as 14 onder een hoek van 45-90° ten opzichte van de ondergrond te plaatsen, kan het beladen van producten worden verbeterd. Ook het lossen kan worden verbeterd doordat de producten door de zwaartekracht niet langs maar vanaf de plaat 19 wordt getrokken, terwijl de korf 35 langzaam ronddraait. Dit effect kan eventueel worden versterkt door aan de binnenzijde van de plaat 19 een daarvoor geschikte coating aan te brengen.

101 339 0 14

Gebleken is dat een centrifuge volgens de onderhavige uitvinding een langere levensduur (meer dan 7 jaar) en een langere termijn tussen reparaties (meer dan 4500 uur tot eerste storing en meer dat 1800 uur daarna) 5 kent. Bovendien is de centrifuge eenvoudig van constructie en zijn kwetsbare onderdelen eenvoudig en snel te vervangen.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding wordt het conusvormige element 34 10 na een centrifugebeurt geroteerd met een relatief kleine snelheid. Deze rotatie heeft als gevolg dat eventueel na de centrifugebeurt op het element 34 achterblijvende productresten alsnog verwijderd worden.

De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot 15 de bovenbeschreven uitvoeringsvormen daarvan; de gevraagde rechten worden bepaald door de navolgende conclusies, binnen de strekking waarvan velerlei modificaties denkbaar zijn.

101 3390

Claims (29)

1. Werkwijze voor het centrifugeren van producten, omvattende: 5. het met productaanvoermiddelen aanvoeren van een vooraf ingestelde hoeveelheid producten tot in centrifugeermiddelen; - het met de centrifugeermiddelen centrifugeren van de producten; 10. het met losmiddelen lossen van de gecentrifu geerde producten.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, omvattende het tijdens het aanvoeren van de producten tot in de centrifugeermiddelen met gereduceerde rotatiesnelheid 15 centrifugeren daarvan.

3. Werkwijze volgens conclusies 1 of 2, waarbij de gereduceerde rotatiesnelheid tussen 1 en 60 omwentelingen per minuut bedraagt.

4. Werkwijze volgens één der voorgaande conclu- 20 sies, omvattende het na het centrifugeren en het lossen van gecentrifugeerde produkten roteren van de losmiddelen .

5. Inrichting voor het centrifugeren van producten, omvattende: 25. een gestel; - aan het gestel aangebrachte centrifugeermiddelen, omvattende: - een roteerbare producthouder waarin producten te centrifugeren zijn; 30. aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de producthouder; waarbij de producthouder is aangebracht aan een eerste deelgestel en het eerste deelgestel via veermiddelen zijn aangebracht aan een op de ondergrond plaatsbaar tweede 35 deelgestel.

6. Inrichting volgens 5, waarbij het eerste deelgestel een relatief laag en het tweede deelgestel een relatief hoog gewicht heeft. 10 1 33 9 0

7. Inrichting volgens conclusie 6, waarbij de veermiddelen een drietal veerorganen omvatten.

8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de veermiddelen een aantal luchtbalgen 5 omvatten.

9. Inrichting voor het centrifugeren van producten, omvattende: - een gestel; - aan het gestel aangebrachte centrifugeermid-10 delen, omvattende: - een roteerbare producthouder waarin producten te centrifugeren zijn; - aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de producthouder; 15 waarbij de producthouder van onderen voorzien is van losmiddelen voor het lossen van gecentrifugeerde producten .

10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij de losmiddelen een afsluitonderdeel omvatten dat voorzien is 20 van verplaatsingsmiddelen voor het verplaatsen van het afsluitonderdeel tussen een eerste positie, waarin het afsluitonderdeel aansluit tegen de producthouder, en een tweede positie, waarin tussen het afsluitonderdeel en de producthouder een opening bestaat waarlangs gecentrifu-25 geerde producten af te voeren zijn.

11. Inrichting volgens conclusie 10, waarbij in gebruik het afsluitonderdeel in de eerste positie met de producthouder meebeweegt.

12. Inrichting volgens conclusie 10 of 11, 30 waarbij het afsluitonderdeel conusvormig is.

13. Inrichting volgens conclusie 10, 11 of 12, waarbij de verplaatsingsmiddelen omvatten: - een aan het afsluitonderdeel aangebracht en zich axiaal door de producthouder uitstrekkend asonder- 35 deel; - een enerzijds aan het asonderdeel en anderzijds aan het gestel bevestigde hefarm; 101 33 9 0 - hefarmbedieningsmiddelen voor het axiaal verplaatsen van het asorgaan en het daaraan aangebrachte afsluitonderdeel.

14. Inrichting volgens conclusie 13, waarbij de 5 hefarmbedieningsmiddelen een hefcilinder omvatten.

15. Inrichting volgens een der conclusies 10-14, waarbij nabij de aansluiting van het afsluitonderdeel op de producthouder een afdichtingsring is aangebracht.

16. Inrichting volgens een of meer der voor- 10 gaande conclusies, waarbij de aandrijfmiddelen een elektromotor en een op de producthouder aangrijpende getande riem omvatten.

17. Inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies, waarbij de producthouder een buiten- 15 mantel omvat die over ten minste een deel voorzien is van perforaties voor het doorlaten van vocht.

18. Inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies, waarbij de centrifugeermiddelen zijn opgesteld met een hoek tussen de rotatieaslijn van de 20 centrifugeermiddelen en de ondergrond van in hoofdzaak meer dan 45 graden.

19. Inrichting volgens conclusie 18, waarbij de genoemde hoek in hoofdzaak 90 graden bedraagt.

20. Inrichting volgens ten minste een der 25 voorgaande conclusies, omvattende een in hoofdzaak om de roteerbare producthouder aangebrachte beschermingsmantel, welke is voorzien van een of meer te openen delen.

21. Inrichting volgens ten minste een der voorgaande conclusies, waarbij de rotatiesnelheid van de 30 roteerbare producthouder 1300-2000 omwentelingen per minuut bedraagt.

22. Inrichting volgens ten minste één der conclusies 9-21, waarbij het afsluitonderdeel voorzien is van middelen voor het in rotatie brengen van het af- 35 sluitonderdeel.

23. Samenstel voor het centrifugeren van producten, omvattende: 1013390 - een inrichting omvattende een gestel en aan het gestel aangebrachte centrifugeermiddelen, welke omvatten een roteerbare producthouder waarin producten te centrifugeren zijn, en aandrijfmiddelen voor het aandrij- 5 ven van de producthouder; - productaanvoermiddelen voor het aanvoeren van te centrifugeren producten; - productopvangmiddelen voor het opvangen van gecentrifugeerde producten; 10 waarbij de producthouder aan zijn bovenzijde een al dan niet afsluitbare aanvoeropening voor het aanvoeren van producten omvat, waardoorheen de productaanvoermiddelen de producten in vooraf ingestelde hoeveelheden in de producthouder kunnen laten vallen.

24. Samenstel volgens conclusie 23, waarbij de productaanvoermiddelen omvatten: - een in een eerste richting roteerbare eerste eindloze transportband; - een in de eerste of een tweede, tegengestelde 20 richting roteerbare tweede transportband; - besturingsmiddelen voor het besturen van de tweede en optioneel ook de eerste transportband, zodat de tweede transportband een bufferfunctie voor een vooraf ingestelde hoeveelheid van producten kan vervullen.

25. Samenstel volgens conclusie 23 of 24, omvattende een productaanvoeraandrijfmotor voor het aandrijven van de productaanvoermiddelen.

26. Samenstel volgens een der conclusies 23-25, waarbij een inrichting volgens ten minste een der conclu- 30 sies 4-20 wordt toegepast.

27. Samenstel volgens een der conclusies 23-25, waarbij 800 tot 1200 kg producten per uur kan worden verwerkt.

28. Werkwijze voor het centrifugeren van pro- 35 ducten, waarbij de inrichting volgens een der conclusies 5-22 en/of het samenstel volgens een der conclusies 23-26 wordt toegepast. 101 33 9 0

29. Werkwijze volgens een der conclusies 1-4, waarbij de inrichting volgens een der conclusies 5-22 en/of het samenstel volgens een der conclusies 23-27 wordt toegepast. 5 '101 33 9 0