NL1012409C2

NL1012409C2 - Storage provided with a movable wall part.

Info

Publication number: NL1012409C2
Application number: NL1012409A
Authority: NL
Inventors: Albertus Martin Petru Keijsers
Original assignee: Keijser Albertus Martin Petrus
Priority date: 1999-06-22
Filing date: 1999-06-22
Publication date: 2000-12-28
Also published as: AU5716200A; WO2000078602A1; EP1192074A1

Description

Opslag voorzien van een verplaatsbaar wanddeel.Storage provided with a movable wall part.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een opslag omvattende twee vaste wanden en een bodem voorzien van een verplaatsbaar wanddeel, welk wanddeel een 5 buigzaam deel omvat, dat enerzijds de opslag begrenst en anderzijds een kamer met variabel volume begrenst, waarbij het verplaatsbare wanddeel met een afvoer verbonden is, welke afvoer zich boven de vloer van de opslag uitstrekt.The present invention relates to a storage comprising two fixed walls and a bottom provided with a movable wall part, which wall part comprises a flexible part, which on the one hand delimits the storage and, on the other hand, delimits a chamber of variable volume, the movable wall part having a discharge which drain extends above the floor of the storage.

Een dergelijke constructie is bekend uit de Europese octrooiaanvrage 0523126. In de bodem van het vaartuig is een uitsparing aangebracht aan het einde waarvan zich 10 een verticale transporteur bevindt. Het verplaatsbare wanddeel bestaat uit een dekmateriaal en een aantal opblaasbare buizen die een even groot aantal kamers vormen.Such a construction is known from European patent application 0523126. A recess is provided in the bottom of the vessel, at the end of which there is a vertical conveyor. The movable wall part consists of a covering material and a number of inflatable tubes that form an equal number of chambers.

Volgens hetgeen beschreven is in deze Europese aanvrage 0523126 dienen deze buizen me\ een bepaalde volgorde achtereenvolgens opgeblazen te worden om lading in 15 de opslag op gestuurde wijze naar het midden van het vaartuig te bewegen.According to what is described in this European application 0523126, these tubes must be successively inflated in a certain order in order to move cargo in the storage in a controlled manner towards the center of the vessel.

Begrepen moet worden dat in de onderhavige aanvrage onder opslag elke opslagruimte, laadruim e.d. voor stortgoed verstaan wordt. Dit kan zowel een Vaartuig of voertuig betreffen als enige andere silo of bunker.It should be understood that in the present application storage means any storage space, cargo hold, etc. for bulk goods. This can be a vessel or vehicle as well as any other silo or bunker.

De constructie volgens de Europese aanvrage 0523126 vereist een verhoudings-20 ge wijs complexe sturing voor het opblazen van de verschillende kamers. Daarom heeft deze constructie tot nu toe weinig commercieel succes gehad.The construction according to European application 0523126 requires a comparatively complex control for inflating the different chambers. Therefore, this construction has so far had little commercial success.

Het is het doel van de onderhavige uitvinding in een eenvoudige constructie te voorzien waarmee het mogelijk is lading te Verplaatsen.The object of the present invention is to provide a simple construction with which it is possible to move cargo.

Dit doel wordt bij een hierboven beschreven opslag verwezenlijkt doordat het 25 wanddeel over de hoogte van de opslag gezien een enkel rondom gesloten langwerpig ringvormig deel omvat.This object is achieved in a storage described above in that the wall part, viewed over the height of the storage, comprises a single oblong annular part closed all around.

Verrassenderwijs is gebleken dat het bestaande vooroordeel dat voor het op gestuurde wijze verplaatsen van lading in een aantal kamers die achtereenvolgens opgeblazen worden nodig is, onjuist is. Geheel onverwachts is gebleken dat slechts een en-30 kele kamer voldoende is. Niet alleen geeft dit een voldoende resultaat maar wordt eveneens verplaatsing van de lading tijdens het met een fluïdum zoals lucht vullen van de ene kamer geoptimaliseerd. Daardoor is de belasting van het vulmateriaal waarop de 10i2*09 2 lading rusf wezenlijk kleiner dan bij de constructie volgens EP 0523126 Al en de te verwachten levensduur aanzienlijk groter.Surprisingly, it has been found that the existing prejudice that is required to move cargo in a number of chambers that are successively inflated in a controlled manner is incorrect. Quite unexpectedly, it has been found that only one and a half rooms are sufficient. Not only does this give a satisfactory result, but also displacement of the load during filling of the one chamber with a fluid such as air is optimized. As a result, the load on the filling material on which the 10i2 * 09 2 load rusf is substantially smaller than with the construction according to EP 0523126 A1 and the expected service life is considerably greater.

Volgens een van voordeel zijnde uitvoering van de uitvinding is de opslag te langwerpig en zijn een aantal verplaatsbare wanddelen in elkaar verlengde liggend aan-5 gebracht waarbij elk van die verplaatsbare wanddelen afzonderlijk aanstuurbaar is. Daardoor is het mogelijk lading gefaseerd van voren naar achteren in een vaartuig of andere opslag te verplaatsen. Bovendien is het mogelijk in een vaartuig of enige andère opslagruimte verschillende stortgoederen aan te brengen.According to an advantageous embodiment of the invention, the storage is too elongated and a number of movable wall parts are arranged in an elongated position, each of those movable wall parts being separately controllable. This makes it possible to move cargo in phases from front to back in a vessel or other storage. In addition, it is possible to place different bulk goods in a vessel or any other storage space.

Bij het aanbrengen in een vaartuig kan bovendien als effect verkregen worden dat 10 het lossen op meer gecontroleerde wijze plaatsvindt, dat wil zeggen dat voorkomen kan worden dat het vaartuig met hetzij de voorzij hetzij de achterzijde op ongewenste wijze hetzij diep in het water komt te liggen hetzij ver uit het water steekt.When fitted in a vessel, the effect can furthermore be obtained that the unloading takes place in a more controlled manner, that is to say that it is possible to prevent the vessel from being undesirably or deep in the water with either the front or the rear. or protrudes far out of the water.

De transporteur gebruikt voor het in horizontale richting transporteren van het stortgoed is bij voorkeur een bandtransporteur. Zeker indien een dergelijke bandtrans-15 porteur met een verhoudingsgewijs eenvoudige kooi (doorlatend) beschermd wordt, is verrassenderwijs gebleken dat zelfs bij geheel gevulde opslag te aanlopen van de transporteur zonder problemen mogelijk is, terwijl anderzijds volledige lediging van het gewaarborgd is. Indien het vaartuig een binnenvaartuig betreft is de "hoogte" van de (dubbele) bodem zodanig gering dat het niet mogelijk is zoals in de Europese aanvrage 20 0523126 de transporteurruimte in de bodem van de opslag aan te brengen. Dit betekent dat het transportvlak van de transporteur zich op een hoger niveau zal bevinden dan het omringende bodemvlak van de opslag. Omdat met name in de binnenvaart dergelijke ruimte zeer kostbaar is wordt volgens een uitvoeringsvariant van de uitvinding voorgesteld om het verplaatsbare wanddeel enerzijds te bevestigen aan de begrenzing 25 van de transporteur ter hoogte van het transportvlak daarvan en anderzijds op de lager gelegen bodem van het vaartuig te laten rusten. Gebleken is dat bij het vullen van de daardoor onstaande kamer met fluïdum eerst het stortgoed in horizontale richting naar de transporteur beweegt en pas in een laatste fase waarin nog een restant van het stortgoed op de bodem van het vaartuig ligt, dit restant naar boven, naar het laadvlak 30 van de transporteur verplaatst wordt.The conveyor used for transporting the bulk material in a horizontal direction is preferably a belt conveyor. Certainly if such a belt conveyor is protected with a relatively simple cage (permeable), it has surprisingly been found that even with fully filled storage the conveyor can be approached without any problems, while on the other hand complete emptying is guaranteed. If the vessel is an inland vessel, the "height" of the (double) bottom is so low that it is not possible, as in European application 20 0523126, to provide the conveyor space in the bottom of the storage. This means that the transport surface of the conveyor will be at a higher level than the surrounding bottom surface of the storage. Because such space is very expensive, especially in inland navigation, it is proposed according to an embodiment of the invention to fix the movable wall part on the one hand to the boundary 25 of the conveyor at the level of its transport surface and on the other hand to the lower bottom of the vessel. let it go. It has been found that when the resulting chamber is filled with fluid, the bulk material first moves horizontally to the conveyor and only in a final phase in which a remnant of the bulk material remains on the bottom of the vessel, this remnant upwards, to the loading surface 30 of the conveyor is moved.

De bevestiging van het buigzame wanddeel aan zowel de begrenzing van de transporteur als het vaste wanddeel kan enige in de stand der techniek bekende constructie omvatten zoals een scharnierende bevestiging.The fixing of the flexible wall part to both the boundary of the conveyor and the fixed wall part can comprise any construction known in the art, such as a hinged fixing.

\ t ^ ®^ k 3\ t ^ ® ^ k 3

In het algemeen zal de kamer gevuld worden met een gas. Dit gas kan op eenvoudige wijze met een compressor of ventilator gedichte lucht omvatten. Het is eveneens mogelijk daarvoor het (gekoelde) uitlaatgas van de verbrandingsmotor van het betreffende vaartuig te gebruiken.Generally, the chamber will be filled with a gas. This gas can easily comprise compressed air with a compressor or fan. It is also possible to use the (cooled) exhaust gas from the combustion engine of the vessel in question.

5 Na het ledigen van de opslag zal bij het vullen met een verdere lading stortgoed door het gewicht daarvan het verplaatsbare wanddeel vanzelf terug tegen het vaste wanddeel respectievelijk de bodem gedrukt worden. Daarbij stroomt het in de kamer aanwezige fluïdum weg. Indien dit wegstromen bevorderd moet worden is het mogelijk een vacuümpomp aan te brengen die de betreffende kamer leegzuigt. De ruimte tussen 10 het vaste en verplaatsbare wanddeel kan indien gewenst als ballastruimte functioneren. Door het inbrengen van bijvoorbeeld water in plaats van lucht kan een vaartuig zowel tijdens het laden/lossen als tijdens de vaart optimaal gebalanceerd worden.After the storage has been emptied, the movable wall part will automatically be pressed back against the fixed wall part or the bottom by the weight thereof, when filled with a further load of bulk material. The fluid present in the chamber thereby flows away. If this has to be promoted, it is possible to provide a vacuum pump which sucks the relevant chamber empty. The space between the fixed and movable wall part can function as a ballast space if desired. By introducing, for example, water instead of air, a vessel can be optimally balanced both during loading / unloading and during navigation.

De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van een in de tekening afgebeeld uitvoeringsvoorbeeld verduidelijkt worden. Daarbij toont: 15 Fig. 1 schematisch in dwarsdoorsnede het laadruim volgens de uitvinding in twee posities;The invention will be explained in more detail below with reference to an illustrative embodiment shown in the drawing. In the drawing: Fig. 1 shows a schematic cross-section of the cargo hold according to the invention in two positions;

Fig. 2 het laadruim volgens de uitvinding in twee verdere posities; enFig. 2 the cargo hold according to the invention in two further positions; and

Fig. 3 in bovenaanzicht het laadruim volgens de uitvinding.Fig. 3 is a top view of the cargo hold according to the invention.

In fig. 1 is met 1 een laadruim aangegeven. In het afgebeelde uitvoeringsvoor-20 beeld betreft het een binnenvaartuig maar begrepen dient te worden dat dit net zo goed een zeewaardig vaartuig kan zijn of enig ander laadruim. Dit laadruim is in het geheel met 1 aangegeven en omvat verticale zijwanden 2 en 3 alsmede een bodemconstructie 4. Een en ander is schematisch aangeduid en geen rekening is gehouden met het eventueel aanwezig zijn van dubbele wanden en/of bodem en/of de aanwezigheid van 25 kabelgoten, leidingschachten en dergelijke.In Fig. 1, 1 denotes a cargo hold. In the illustrated exemplary embodiment it concerns an inland vessel, but it should be understood that this may just as well be a seaworthy vessel or any other cargo hold. This cargo hold is indicated in its entirety by 1 and comprises vertical side walls 2 and 3 as well as a bottom construction 4. All this is indicated schematically and no account is taken of the possible presence of double walls and / or bottom and / or the presence of 25 cable trays, conduit shafts and the like.

In het midden van het laadruim is een transportband 5 aangebracht. Omdat de binnenbodem van de bodemconstructie 4 tevens de onderbegrenzing van het vaartuig vormt is het niet mogelijk deze transportband 5 verzonken aan tc brengen. Over de transportband 5 is een stortgoeddoorlatende beschermingskooi 16 aangebracht. Indien 30 het laadruim volledig met stortgoed gevuld is, neemt deze kooi het gewicht van de daarboven liggende lading op. Overigens is dit gewicht afhankelijk van de lading minder groot dan het gewicht van de daarboven liggende kolom stortgoed omdat een 1012409 4 deel van 4iet gewicht door het verspreiden daarvan en het aangrijpen van de stortgoeddeeltjes onderling verplaatst wordt.A conveyor belt 5 is arranged in the center of the cargo hold. Because the inner bottom of the bottom construction 4 also forms the bottom boundary of the vessel, it is not possible to bring this conveyor belt 5 countersunk to tc. A conveyor belt 16 permeable to bulk material is arranged over the conveyor belt 5. If the cargo hold is completely filled with bulk material, this cage takes up the weight of the cargo above it. Depending on the load, this weight is, incidentally, less than the weight of the column of bulk material lying above it, because a part of the weight is displaced by spreading it and by engaging the bulk material particles.

Aan het einde van transportband 5 is een verticaal werkende transporteur aangebracht (zie fig. 3).A vertically operating conveyor is arranged at the end of conveyor belt 5 (see fig. 3).

5 Met 15 is een lading stortgoed weergegeven. Dit kan elk in de stand der techniek bekend materiaal zijn. Met 11 is een opblaasbare buis weergegeven die afgedekt is met een afdekdeel 7.5 15 indicates a load of bulk material. This can be any material known in the art. At 11 an inflatable tube is covered which is covered with a cover part 7.

In de positie links van fig. 1 ligt deze combinatie bestaande uit afdekdeel en luchtbuis tegen de wand 3 respectievelijk bodem 4 van het vaartuig aan. Deze con-10 structie is rondom gesloten. Bevestiging is slechts aanwezig nabij transporteur 5 en de boven- en eventueel de onderzijde van het wanddeel 3. De bevestiging nabij transporteur 5 is met 14 aangegeven en de twee overige bevestigingen met 12 en 13.In the position to the left of Fig. 1, this combination consisting of cover part and air tube rests against the wall 3 or bottom 4 of the vessel, respectively. This construction is closed all around. Attachment is only present near conveyor 5 and the top and possibly the underside of wall part 3. The attachment near conveyor 5 is indicated with 14 and the other two attachments with 12 and 13.

In fig. 1 is links de toestand weergegeven uitgaande van een gedeeltelijk door zwaartekracht geledigd laadruim 1 na het gedurende enige tijd draaien van de 15 transportbands.Fig. 1 shows on the left the situation starting from a partly gravity-emptied cargo hold 1 after the conveyor belts have been rotated for some time.

Aan het einde van transportband 5 is een verticale transporteur 6 aangebracht (zie fig. 3). Daarbij ontstaat een talud zoals afgebeeld is en zal, indien geen verdere maatregelen genomen worden, geen verdere verplaatsing van lading plaatsvinden.A vertical conveyor 6 is arranged at the end of conveyor belt 5 (see fig. 3). This creates a slope as shown and, if no further measures are taken, no further movement of cargo will take place.

Door nu het volume binnen luchtbuis 11 respectievelijk het verplaatsbare wand-20 deel, op te blazen met bijvoorbeeld lucht, wordt een verplaatsing verwezenlijkt die aangegeven is met pijl 17. Dat wil zeggen, uitgaande van de weg van de minste weerstand wordt eerst dat deel van het afdekdeel 7 verplaatst dat de minste weerstand ondervindt. Gebleken is dat dit het bovenste deel is. Dat wil zeggen, de lading wordt van boven naar beneden op de afvoertransporteur gebracht. Bij proeven is gebleken dat dit 25 een zeer geleidelijke verplaatsing betreft en dat het niet noodzakelijk is een aparte gecompliceerde sturing aan te brengen om dit effect te bereiken. De verschillende stadia van het opblazen van luchtbuis 11 zijn in de figuren 1 en 2 getoond waarbij het rechter-deel van fig. 2 het eindstadium toont.By now inflating the volume within air tube 11 or the movable wall-20 part, for example with air, a displacement is indicated which is indicated by arrow 17. That is to say, starting from the path of the least resistance, that part of displaces the cover part 7 which experiences the least resistance. It has been found that this is the top part. That is, the load is brought from top to bottom on the discharge conveyor. Tests have shown that this is a very gradual displacement and that it is not necessary to provide a separate complicated control to achieve this effect. The different stages of inflation of air tube 11 are shown in Figures 1 and 2 with the right part of Figure 2 showing the final stage.

In fig. 3 is aangegeven dat een aantal luchtbuizen zoals hierboven beschreven 30 achter elkaar geschakeld is aan elke zijde van het laadruim. Deze zijn voorzien van de afdekdelen 7-10. Daarmee is het door passende sturing mogelijk links, rechts en voor, achter bij het lossen nauwkeurig gestuurd te beheersen. Daardoor kan de balans van het vaartuig tijdens het lossen beheerst worden. Bovendien is het mogelijk verschillende 1012409 5 soorten vrScht te verplaatsen. Nabij de kopse einden, dat wil zeggen daar waar de luchtzak of luchtzakken 11 het dwarsschot van het laadruim treft of treffen, zijn bijzondere maatregelen genomen om deze luchtzak af te dichten. Bovendien moet ervoor gezorgd worden dat op die plaats geen lading tussen de luchtzak 11 5 respectievelijk het bijbehorende afdekdeel en de wand van het vaartuig kan geraken.Fig. 3 shows that a number of air tubes, as described above, are connected one behind the other on each side of the cargo hold. These are provided with cover parts 7-10. This makes it possible to control the left, right and front and back precisely during unloading by means of appropriate control. As a result, the balance of the vessel can be controlled during unloading. In addition, it is possible to move different 1012409 5 types of VRScht. Near the end ends, i.e. where the air bag or air bags 11 hits or hits the transverse bulkhead of the cargo hold, special measures have been taken to seal this air bag. In addition, it must be ensured that no load can get between the air bag 11 5 and the associated cover part and the vessel wall at that location.

Gebleken is dat met een verhoudingsgewijs geringe overdruk bijvoorbeeld minder dan 1 bar het verplaatsbare wanddeel de gewenste weg aflegt. In de praktijk is zelfs gebleken dat een overdruk van 0,2 bar voldoende is. Omdat de krachten op zowel de luchtbuis 11 als het afdekdeel verhoudingsgewijs gering zijn kan met een 10 verhoudingsgewijs eenvoudig materiaal volstaan worden voor deze onderdelen. In tegenstelling tot hetgeen verondersteld werd in de stand der techniek is slechts een zodanig geringe overdruk noodzakelijk dat de laatste hoeveelheid stortmateriaal verplaatst kan worden naar transporteur 5. Dat wil zeggen, in tegenstelling tot eerdere veronderstellingen is het niet noodzakelijk het gewicht van op de luchtbuis rustende 15 lading op te heffen. Er wordt geen trechter gevormd. Uitsluitend het naast de transporteur onder het niveau daarvan liggende restdeel van de lading dient naar boven gebracht te wordenIt has been found that with a relatively low overpressure, for instance less than 1 bar, the movable wall part travels the desired path. In practice it has even been found that an overpressure of 0.2 bar is sufficient. Since the forces on both the air tube 11 and the cover part are relatively small, a relatively simple material will suffice for these parts. Contrary to what was assumed in the prior art, only such a small overpressure is necessary that the last amount of bulk material can be moved to conveyor 5. That is, contrary to previous assumptions, it is not necessary to weigh the weight of the air tube 15 load to lift. No funnel is formed. Only the remainder of the load next to the conveyor below its level must be lifted

Begrepen zal worden dat de fixatie van de luchtbuis 11 op andere posities plaats kan vinden. In ieder geval is van belang dat fixatie op punt 14 bij de transporteur 20 plaatsvindt. Bovendien zal begrepen worden dat het niet per se noodzakelijk is dat buis 11 en afdekdeel 7-10 als afzonderlijke onderdelen uit te voeren.It will be understood that the fixation of the air tube 11 can take place in other positions. In any case, it is important that fixation at point 14 takes place at the conveyor 20. Moreover, it will be understood that it is not necessarily necessary to design tube 11 and cover part 7-10 as separate parts.

Als voorbeeld voor de lengte van de luchtbuis wordt een waarde van 13,5 meter genoemd. Begrepen zal worden deze waarde groter of kleiner kan zijn afhankelijk van de grootte van het ruim en de lengte daarvan. Het materiaal waaruit het verplaatsbare 25 wanddeel omvattende de luchtbuis en het afdekdeel vervaardigd is kan elk in de stand der techniek bekend materiaal zijn aangepast aan de daaraan gestelde eisen. Zowel kunststoffen zoals PVC of polyurethaan als rubber materialen kunnen gebruikt worden.A value of 13.5 meters is mentioned as an example for the length of the air tube. It will be understood that this value may be larger or smaller depending on the size of the hold and its length. The material from which the movable wall part comprising the air tube and the cover part is made can be any material known in the prior art adapted to the requirements imposed thereon. Plastics such as PVC or polyurethane as well as rubber materials can be used.

Deze en verdere varianten zijn voor de hand liggend voor degene bekwaam in de stand der techniek na het lezen van bovenstaande beschrijving en liggen binnen het 30 bereik van de bijgevoegde conclusies.These and further variants are obvious to those skilled in the art after reading the above description and are within the scope of the appended claims.

10 Λ 2 4 0 910 Λ 2 4 0 9

Claims

Storage (1) comprising two fixed walls and a bottom provided with a movable wall part, which wall part comprises a flexible part, which on the one hand delimits the loading space and, on the other hand, delimits a chamber with variable volume, the movable wall part having a discharge (5 connected, which drain extends above the floor of the storage, characterized in that the wall part, viewed over the height of the storage, comprises a single oblong annular part (11) closed all round.

2. Storage as claimed in claim 1, wherein a number of movable wall parts which can be operated independently of each other are arranged in the longitudinal direction of said hold.

Storage according to one of the preceding claims, wherein said discharge comprises a longitudinally extending conveyor.

Storage according to claim 3, wherein said conveyor is a belt conveyor.

Storage according to any one of the preceding claims, wherein said flexible wall part is attached to the top of a fixed wall of said hold and to the boundary conveyor.

Storage according to claim 5, wherein the attachment is a hinged attachment.

Storage according to any of the preceding claims, forming part of a vessel.

Storage according to one of the preceding claims, wherein said chamber is provided with water supply / discharge means. 1012453