NL1012286C2 - Werkwijze en inrichting voor het in stukken snijden van vezels. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het in stukken snijden van vezels. Download PDF

Info

Publication number
NL1012286C2
NL1012286C2 NL1012286A NL1012286A NL1012286C2 NL 1012286 C2 NL1012286 C2 NL 1012286C2 NL 1012286 A NL1012286 A NL 1012286A NL 1012286 A NL1012286 A NL 1012286A NL 1012286 C2 NL1012286 C2 NL 1012286C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
pressure
roller
pressure roller
knife
fiber
Prior art date
Application number
NL1012286A
Other languages
English (en)
Inventor
Willem Frans Van Der Mast
Original Assignee
Willem Frans Van Der Mast
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from NL1010665A external-priority patent/NL1010665C2/nl
Application filed by Willem Frans Van Der Mast filed Critical Willem Frans Van Der Mast
Priority to NL1012286A priority Critical patent/NL1012286C2/nl
Priority to ES03078077T priority patent/ES2257641T3/es
Priority to AT99973082T priority patent/ATE259896T1/de
Priority to EP99973082A priority patent/EP1144738B1/en
Priority to AT03078077T priority patent/ATE322564T1/de
Priority to EP03078077A priority patent/EP1394295B1/en
Priority to DE69914949T priority patent/DE69914949T2/de
Priority to PCT/NL1999/000715 priority patent/WO2000032856A1/en
Priority to ES99973082T priority patent/ES2214069T3/es
Priority to DE69930772T priority patent/DE69930772T2/de
Publication of NL1012286C2 publication Critical patent/NL1012286C2/nl
Application granted granted Critical

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D01NATURAL OR MAN-MADE THREADS OR FIBRES; SPINNING
    • D01GPRELIMINARY TREATMENT OF FIBRES, e.g. FOR SPINNING
    • D01G1/00Severing continuous filaments or long fibres, e.g. stapling
    • D01G1/02Severing continuous filaments or long fibres, e.g. stapling to form staple fibres not delivered in strand form
    • D01G1/04Severing continuous filaments or long fibres, e.g. stapling to form staple fibres not delivered in strand form by cutting

Description

WERKWIJZE EN INRICHTING VOOR HET IN STUKKEN SNIJDEN VAN VEZELS 5
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het in stukken snijden van vezels, in het bijzonder minerale vezels zoals glasvezels, waarbij een vezel in stukken wordt verdeeld door een mes tegen de vezel te drukken.
10
Daarbij kan de vezel worden vastgeklemd tussen twee rollen, zijnde een messenrol waarop messen zijn aangebracht en een aandrukrol die een tegendruk op de vezel uitoefent. Door tegendruk van de aandrukrol kan 15 het mes een zodanig grote kracht op de vezel uitoefenen dat deze wordt doorgesneden.
Het mes wordt daarbij tegen de aandrukrol geduwd, waardoor er slijtage aan het mes en aan de aandrukrol 20 zal ontstaan. Dit maakt een frequent vervangen van de messen en de aandrukrol noodzaJ^elijk. Bovendien kost deze werkwijze betrekkelijk veel energie.
Doorgaans is het omtreksoppervlak van de aandrukrol 25 bekleed met een elastomeer, met name polyurethaan, waarmee overmatige slijtage aan de messen wordt voorkomen. Wel ontstaat er slijtage van de polyurethaanlaag op de aandrukrol, waardoor de aandrukrol regelmatig moet worden vervangen.
30
De uitvinding beoogt een werkwijze voor het in stukken verdelen van vezels, welke werkwijze efficiënter is dan bestaande werkwijzen en welke minder slijtage veroorzaakt en minder energie kost.
3 5
Daartoe wordt volgens de uitvinding de vezel in stukken verdeeld door een mes tegen de vezel te drukken zonder aan de andere zijde van de vezel, ter plaatse van het 101 2280 2 mes, een, althans substantiële, tegendruk uit te oefenen. Bij voorkeur raakt het mes daarbij de aandruk-rol niet. Tijdens het snijden ligt de vezel ter plaatse van het mes bij voorkeur niet tegen de aandrukrol. De 5 vezel wordt daarbij in stukken verdeeld doordat de vezel om de snij rand van het mes wordt gebogen waarbij het materiaal van de vezel ter plaatse van het buigen bezwijkt.
10 In een voorkeursuitvoering wordt de vezel tussen een messenrol, met meerdere in hoofdzaak axiaal gerichte messen, en een aandrukrol geleid, welke rollen met gelijke omtreksnelheid in onderling tegengestelde richting worden aangedreven, waarbij de vezel wordt 15 vastgeklemd tussen aandrukribben, die zich op de messenrol tussen de messen bevinden, en de aandrukrol, waarbij een mes de vezel doorsnijdt in hoofdzaak zonder tegendruk van de aandrukrol. Daarbij kan tijdens het snijden het mes in een groef in de aandrukrol reiken tot 20 op afstand van de bodem van die groef.
Op deze wijze kan de vezel op twee plaatsen door de beide rollen worden aangegrepen, terwijl tussen die twee plaatsen het mes tegen de vezel wordt gedrukt. Het stuk 25 vezel tussen die twee plaatsen is daarbij langer dan de afstand tussen die twee plaatsen, zodat de vezel zonder veel kracht uit te oefenen om de snijrand van het mes kan worden gebogen om vervolgens te breken.
30 Bij voorkeur vervormt ter plaatse van de vastklemming de aandrukrib meer dan de aandrukrol. Dat kan worden bewerkstelligd door de aandrukrib een bepaalde vorm te geven die een vervorming zonder veel kracht te gebruiken mogelijk maakt. In een voorkeursuitvoeringsvorm is het 35 materiaal waarvan de aandrukribben zijn vervaardigd meer flexibel dan het materiaal waarvan het oppervlak van de aandrukrol is vervaardigd, zodat de aandrukrib gemak- 1012286 3 kelijk vervormt. In een andere uitvoeringsvorm zijn in het materiaal van de aandrukrib een of meer holtes of uitsparingen aanwezig, bij voorkeur zijn die holtes of de uitsparing gevuld met een ander materiaal zoals een 5 schuim of een ander zeer flexibel en/of samendrukbaar materiaal.
In een voorkeursuitvoering loopt de aandrukrib, in dwarsdoorsnede, althans nabij het deel dat radiaal 10 buitenwaarts reikt, taps toe. Daarbij kan de aandrukrib een in hoofdzaak vlak tangentiaal gericht deel hebben dat grenst aan twee schuin gerichte zijvlakken die tot de messen reiken. De ruimte tussen de aandrukribben en de messen divergeert daardoor in buitenwaartse richting, 15 zodat vuil gemakkelijk kan worden verwijderd.
Bij voorkeur ligt het radiaal buitenwaarts gerichte deel van de aandrukrib, gezien in de verplaatsingsrichting, dichter bij de snij rand van het voorgaande mes dan bij 2 0 de snij rand van het erachter liggende mes. In de praktijk is gebleken dat daardoor een betere snijwerking van het mes wordt verkregen.
Bij voorkeur zijn de messen vast op de messenrol 25 bevestigd en reiken de aandrukribben tussen de messen in hoofdzaak even ver radiaal buitenwaarts als de messen en worden tijdens het snijden de aandrukribben tussen het snijdende mes en de ernaast gelegen messen ingedrukt tot een positie waarbij zij minder ver radiaal buitenwaarts 30 reiken dan het snijdende mes, bij voorkeur 0,3 mm of meer minder ver, meer bij voorkeur 0,7 mm of meer minder ver en nog meer bij voorkeur 1,2 mm of meer minder ver. Daardoor kan het mes de vezel over een substantiële afstand verplaatsen, zodat de vezel met een relatief 35 grote hoek kan worden gebogen om de snij rand van het mes.
1012286 4
Bij voorkeur is de messenrol voorzien van een in hoofdzaak axiaal gericht bevestigingsprofiel en is de aandrukrib aan de radiaal naar binnen gerichte zijde is voorzien van een met het bevestigingsprofiel correspon-5 derende uitsparing die om het bevestigingsprofiel grijpt. Daarbij is het bevestigingsprofiel een aan de messenrol aangebrachte lijst met aan de radiale buitenrand een verbreed gedeelte waaromheen de aandrukrib grijpt.
10
In de praktijk is gebleken dat daarmee de aandrukrib op betrouwbare wijze aan de messenrol kan worden bevestigd, vooral wanneer de aandrukrib is vervaardigd uit flexibel materiaal, welk materiaal een grotere breedte heeft dan 15 de ruimte tussen de messen, zodat de aandrukrib onder vervorming klemmend tussen de messen is aangebracht.
Bij voorkeur is het oppervlak van de aandrukrol van metaal of een ander hard materiaal vervaardigd. Wanneer 20 de aandrukrol is vervaardigd van elektrisch geleidend materiaal, kan er geen statische lading ontstaan en eventuele statische lading op de aandrukribben wordt afgevoerd voordat de vezels worden gesneden, waardoor de kans op vervuiling van de inrichting door pluis, 25 afkomstig van aanklevende stukjes vezel, vermindert.
Bij voorkeur drukt de aandrukrib de vezel tegen de aandrukrol op een plaats waar het oppervlak van de aandrukrol, in dwarsdoorsnede, een concave vorm heeft.
30 In de praktijk is gebleken dat daardoor een goede aangrijping van de aandrukribben op de aandrukrol wordt bevorderd.
Voorts drukt bij voorkeur de aandrukrib de vezel tegen 35 de aandrukrol op een plaats waar het oppervlak van de aandrukrol in hoofdzaak een schuine stand heeft ten opzichte van het tangentiale vlak. Daardoor liggen de 1012286 5 afgesneden stukjes vezel niet in eikaars verlengde, doch schuin ten opzichte van elkaar nadat zij zijn afgesneden en nog tussen de aandrukrib en de aandrukrol geklemd zijn. De stukjes haken dan niet in elkaar en vallen 5 onderling gescheiden van de aandrukrol. Daarbij moet bedacht worden dat de afgesneden stukjes vezel langer zijn dan de onderlinge afstand van de aandrukribben.
Bij voorkeur is de genoemde schuine stand zodanig dat 10 het in verplaatsingsrichting naar voren reikende deel van dat vlak dichter bij de draaiingsas van de aandrukrol ligt dan het naar achteren reikende deel. Dit maakt het mogelijk dat de aandrukrib bij het naderen van de aandrukrol zich in een richting loodrecht op het opper-15 vlak van de aandrukrol beweegt.
In een voorkeursuitvoering is het omtreksoppervlak van de aandrukrol voorzien van in hoofdzaak axiaal gerichte groeven, waarbij de rand tussen de zijwand van de groef 20 en het aansluitende deel van het omtreksoppervlak van de aandrukrol is afgerond met een grotere radius dan de radius van de snij rand van het mes, bij voorkeur met een radius van meer dan 0,1 mm en meer bij voorkeur met een radius van meer dan 0,2 mm. Daardoor worden de vezels, 25 behalve op de plaats waar ze worden gesneden, minder belast.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een inrichting voor het in stukken snijden van vezels, waarbij een 30 vezel in stukken wordt verdeeld door een mes tegen de vezel te drukken, voorzien van een messenrol, met meerdere in hoofdzaak axiaal gerichte messen, en een aandrukrol, welke rollen met gelijke omtreksnelheid in onderling tegengestelde richting aandrijfbaar zijn, 35 waarbij de messen zodanig zijn geplaatst en waarbij de aandrukrol zodanig is gevormd, dat de messen tijdens het snijden tegen de tussen de rollen aanwezige vezel kan 1012288 6 drukken zonder de aandrukrol te raken.
Ter verduidelijking van de uitvinding zullen, onder verwijzing naar de tekening, enkele uitvoerings-5 voorbeelden van een inrichting voor het snijden van vezels worden beschreven.
Figuur 1 is een zijaanzicht van een inrichting voor het snijden van vezels; 10 figuur 2 is een bovenaanzicht van die inrichting; figuren 3, 4 en 5 tonen verschillende uitvoeringsvormen van een messenrol en een aandrukrol; figuur 6 toont een andere uitvoeringsvorm van een messenrol en een aandrukrol; 15 figuur 7 toont een detail van de aandrukrol volgens f iguur 6 ,- figuur 8 toont verschillende uitvoeringsvormen van een aandrukrib, en figuren 9, 10 en 11 tonen een uitvoeringsvorm van een 20 messenrol.
De figuren zijn slechts schematische weergaven, waarbij overeenkomende delen met gelijke verwijzingscijfers zijn aangegeven.
25
Volgens figuur 1 is de inrichting voorzien van een frame l waarin een messenrol 2 en een aandrukrol 3 roteerbaar zijn gelagerd door middel van lagers 4 respectievelijk 5. De twee rollen 2,3 kunnen met gelijke omtreksnelheid 30 in tegengestelde richting roteren, zoals aangegeven met de pijlen 6.
De messenrol 2 is aan zijn omtreksoppervlak voorzien van messen 7 die zich in axiale richting ten opzichte van de 35 rol 2 uitstrekken. Tussen de messen 7 zijn flexibele aandrukribben 8 aangebracht die zich eveneens langs het omtreksoppervlak in axiale richting uitstrekken. In 1012286 7 figuur 1 zijn slechts enkele van de messen 7 en de aandrukribben 8 weergegeven.
De aandrukrol 3 is aan zijn omtreksoppervlak voorzien 5 van groeven 9 die zich in axiale richting ten opzichte van de rol 3 uitstrekken. Ook van groeven 9 zijn er slechts enkele in figuur 1 weergegeven.
Tijdens het roteren van de rollen 2,3 passeren de messen 10 7 de kneep tussen de twee rollen 3,4, terwijl de messen 7 in de groeven 9 reiken. De aandrukribben 8 drukken daarbij tegen het omtreksoppervlak van de aandrukrol 3, ter plaatse waar dat omtreksoppervlak zich tussen de groeven 9 uitstrekt.
15
Figuur 1 toont een vezel 10 die van boven naar beneden tussen de rollen 2,3 wordt gevoerd. De vezel 10 wordt in de kneep van de rollen 2,3 vastgeklemd tussen de aandrukribben 8 en het omtreksoppervlak van de aandrukrol 3 20 en wordt door de messen 7 in de groeven 9 gedrukt waarbij de vezel 10 breekt, ofwel doorgesneden wordt, zodat stukjes vezel 11 de kneep verlaten (aangegeven met een streeplijn).
25 In dit uitvoeringsvoorbeeld is de aandrukrol 3 vervaardigd van metaal, evenals de messen 7, en zijn de aandrukribben 8 vervaardigd van flexibele kunststof. Doordat de snij rand van de messen 7 de bodem van de groeven 9 niet raken, is de slijtage, met name van de 30 aandrukrol 3, uiterst gering. Toch vindt een goede snijwerking plaats door de stevige vastklemming van de vezel 10 tijdens het snijden.
Figuur 2 toont een bovenaanzicht van de inrichting 35 volgens figuur 1. Op de as 12 van de messenrol 2 is een tandwiel 13 aangebracht, welk tandwiel 13 in aangrijping is met tandwiel 14 dat op de as 15 van de aandrukrol 3 1012286 8 is bevestigd. De tandwielen 13,14 hebben dezelfde diameter als de betreffende rol 2,3, zodat de rollen 2,3 dezelfde omtreksnelheid hebben. De assen 12,15 zijn door middel van lagers 4,5 gelagerd in het frame 1 en de as 5 15 van de aandrukrol 3 is verbonden met een aandrijfas 16 voor het aandrijven van de rollen 2,3.
In de figuren 3-6 is steeds schematisch de kneep tussen de rollen 2,3 weergegeven met boven de messenrol 2 en 10 onder de aandrukrol 3. De pijlen 6 geven de rotatie-richting aan.
Figuur 3 geeft de eenvoudigste uitvoeringsvorm weer. De figuur toont dat, aan de linkerkant van de kneep, de 15 vezel 10 wordt aangegrepen door de aandrukrib 8 wanneer die vezel door het mes 7 reeds een stuk in de groef 9 is gedrukt. Na het vastklemmen verplaatst het mes verder in de groef waarbij de vezel wordt doorgesneden. Aan de rechterkant van de kneep verlaten de gesneden stukjes 20 vezel 11 de kneep.
Figuur 4 toont een aandrukrol 3 waarbij het omtreks-oppervlak tussen de groeven niet cilindrisch verloopt, maar schuin loopt, dat wil zeggen een hoek maakt met de 25 tangentiale richting. Deze delen van het omtreks-oppervlak zijn aangegeven met verwijzingscijfer 17. Daarmee wordt bereikt dat de uiteinden van opeenvolgende stukken gesneden vezel 11 elkaar niet raken zolang de stukken vezel 11 zijn vastgeklemd. Daardoor beschadigen 30 die uiteinden niet. Bovendien vallen de stukken vezel 11 onderling gescheiden uit de kneep.
Figuur 5 toont een uitvoeringsvorm waarbij de aandrukrib 8 een uitsparing 18 heeft, hetgeen een grotere ver-35 plaatsing van het mes in de groef mogelijk maakt omdat de aandrukribben 8 verder kunnen worden ingedrukt zonder dat de aandrukkracht sterk toeneemt.
5 01£28 6 9
Figuur 6 toont een uitvoeringsvorm waarbij het omtreks-oppervlak 17 van de aandrukrol 3 tussen de groeven 9 niet alleen schuin staat, zoals bij figuur 4, doch bovendien een concave vorm heeft. Dit bevordert een 5 goede aangrijping van de vezel 10 doordat de aandrukrib 8 stabiel in het diepste deel van de concave vorm gepositioneerd blijft.
Figuur 7 toont de vorm van de aandrukrol 3 van figuur 6 10 in meer detail, waarbij de scheve stand van de groef 9 goed zichtbaar is, hetgeen in de praktijk goed blijkt te werken. Bovendien wordt in figuur 7 getoond dat de rand 32, die de overgang vormt tussen de groef 9 en het oppervlak 17 een relatief grote radius heeft, zodat de 15 vezel 10, die tijdens het snijden over die rand 32 is gespannen, niet wordt beschadigd en niet breekt.
Figuur 6 toont voorts een voordelige bevestiging van de aandrukrib 8. Daartoe is de messenrol 2 voorzien van 20 bevestigingsprofielen 19 die zich in axiale richting tussen de messen 7 uitstrekken. Voordat de messen 7 in de messenrol 2 worden aangebracht worden de aandruk-ribben 8 op de bevestigingsprofielen 19 geplaatst, hetgeen mogelijk is omdat zij van flexibel materiaal 25 zijn vervaardigd. Door vervolgens de messen 7 aan te brengen in daartoe gemaakte sleuven in de messenrol 2, worden de aandrukribben 7 enigszins zijdelings samengedrukt, waardoor zij niet van de bevestigingsprofielen 19 los kunnen geraken.
30
Figuur 8 toont een aantal uitvoeringsvormen van de aandrukrib 8 in aanzicht, welke aandrukribben 8 zijn aangebracht op een bevestigingsprofiel 19. Deze aandrukribben zijn voorzien van uitsparingen 18 (uitvoeringen 35 B, C en D) en/of holtes 20 (uitvoeringen A en C), hetgeen de samendrukbaarheid bevordert. De uitsparingen 18 of holtes 20 kunnen zijn opgevuld met een flexibel 1012286 10 en/of samendrukbaar materiaal zoals een schuimmateriaal. Figuur 8(E) is een zijaanzicht van het bevestigings-profiel 19 met aandrukrib 7 volgens figuur 8(D).
5 Figuur 9 toont een messenrol 2 in langsdoorsnede. De messenrol 2 is bevestigd op een as 12, welke as binnen de messenrol 2 een deel 21 met een grotere diameter heeft, op welk deel 21 de messenrol 2 is bevestigd door middel van een spie 22. De op de as 12 aangebrachte 10 delen van de messenrol 2 zijn in figuur 10 uiteengenomen weergegeven. Het zijn twee eindflenzen 23,24 met daartussen een messenschijf 25. In figuur 11 is deze messenschijf 25 in aanzicht volgens de lijn XI-XI van figuur 10 weergegeven. Figuur 11 toont de sleuven 26 15 waarin de messen 7 kunnen worden geschoven en daartussen de bevestigingsprofielen 19. Voorts is in figuur 11 een mes 7 weergegeven welk mes 7 in figuur 10 in zijaanzicht . is getoond.
20 De lijn X-X in figuur 11 geeft de doorsnede aan waarin de messenschijf 25 in figuur 10 is weergegeven. Het zal duidelijk zijn dat de messen 7 in de sleuven 26 kunnen worden geschoven nadat de aandrukribben 8 op de bevestigingsprofielen 19 zijn geplaatst. Vervolgens 25 wordt de messenschijf 25 op het deel 21 van as 12 aangebracht, waarna de twee eindflenzen 23,24 worden gemonteerd door middel van niet weergegeven bouten die door gaten 27 reiken en worden vastgedraaid in gaten 28 die van schroefdraad zijn voorzien. De messen 7 worden 30 vastgehouden doordat de einden 29 van de messen 7 in de uitsparingen 30 van de eindflenzen reiken.
1012286

Claims (34)

1. J ©
1. Werkwijze voor het in stukken snijden van vezels, 5 waarbij een vezel (10) in stukken wordt verdeeld door een mes (7) tegen de vezel (10) te drukken zonder aan de andere zijde van de vezel (10), ter plaatse van het mes (7), een substantiële tegendruk uit te oefenen. 10
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij een vezel (10) tussen een messenrol (2), met meerdere in hoofdzaak axiaal gerichte messen (7), en een aandrukrol (3) wordt geleid, welke rollen (2,3) met 15 gelijke omtreksnelheid in onderling tegengestelde richting worden aangedreven, waarbij de vezel (10) wordt vastgeklemd tussen aandrukribben (8), die zich op de messenrol (2) tussen de messen (7) bevinden, en de aandrukrol (3), waarbij een mes (7) 20 de vezel (10) doorsnijdt in hoofdzaak zonder tegendruk van de aandrukrol (3).
3. Werkwijze volgens conclusies 2, met het kenmerk, dat tijdens het snijden het mes (7) in een groef 25 (9) in de aandrukrol (3) reikt tot op afstand van de bodem van die groef (9) .
4. Werkwijze volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat ter plaatse van de vastklemming de 30 aandrukrib (8) meer vervormt dan de aandrukrol (3).
5. Werkwijze volgens een der conclusies 2-4, met het kenmerk, dat het materiaal waarvan de aandrukribben (8) zijn vervaardigd meer flexibel is dan het 35 materiaal waarvan het oppervlak (17) van de aandrukrol (3) is vervaardigd. · Π 1 O O O c·
6. Werkwijze volgens een der conclusies 2-5, met het kenmerk, dat in het materiaal van de aandrukrib (8) een holte (20) of uitsparing (18) aanwezig is.
7. Werkwijze volgens een der conclusies 2-6, met het kenmerk, dat de aandrukrib (8), in dwarsdoorsnede, althans nabij het deel dat radiaal buitenwaarts reikt, taps toeloopt.
8. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de aandrukrib (8) een in hoofdzaak vlak tangentiaal gericht deel heeft dat grenst aan twee schuin gerichte zijvlakken die tot de messen (7) reiken.
9. Werkwijze volgens een der conclusies 2-8, met het kenmerk, dat het radiaal buitenwaarts gerichte deel van de aandrukrib (8), gezien in de verplaatsings-richting, dichter bij de snijrand van het voorgaande mes (7) ligt dan bij de snijrand van het 20 erachter liggende mes (7).
10. Werkwijze volgens een der conclusies 2-9, met het kenmerk, dat de messen (7) vast op de messenrol (2) zijn bevestigd en dat de aandrukribben (8) tussen 25 de messen (7) in hoofdzaak even ver radiaal buitenwaarts reiken dan de messen (7) en dat tijdens het snijden de aandrukribben (8) tussen het snijdende mes (7) en de ernaast gelegen messen (7) worden ingedrukt tot een positie waarbij zij minder 30 ver radiaal buitenwaarts reiken dan het snijdende mes (7), bij voorkeur 0,3 mm of meer minder ver, meer bij voorkeur 0,7 mm of meer minder ver, nog meer bij voorkeur 1,2 mm of meer minder ver.
11. Werkwijze volgens een der conclusies 2-10, met het kenmerk, dat de messenrol (2) is voorzien van een in hoofdzaak axiaal gericht bevestigingsprofiel rv« (19) en dat de aandrukrib (8) aan de radiaal naar binnen gerichte zijde is voorzien van een met het bevestigingsprofiel (19) corresponderende uitsparing die om het bevestigingsprofiel (19) grijpt. 5
12. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het bevestigingsprofiel (19) een aan de messenrol (2) aangebrachte lijst is met aan de radiale buitenrand een verbreed gedeelte waaromheen 10 de aandrukrib (8) grijpt.
13. Werkwijze volgens een der conclusies 2-12, met het kenmerk, dat de aandrukrib (8) is vervaardigd uit flexibel materiaal, welk materiaal een grotere 15 breedte heeft dan de ruimte tussen de messen (7), zodat de aandrukrib (8) onder vervorming klemmend tussen de messen (7) is aangebracht.
14. Werkwijze volgens een der conclusies 2-13, met het 20 kenmerk, dat het oppervlak van de aandrukrol (3) van metaal of een ander hard materiaal is vervaardigd.
15. Werkwijze volgens een der conclusies 2-14, met het 25 kenmerk, dat de aandrukrib (8) de vezel (10) tegen de aandrukrol (3) drukt op een plaats waar het oppervlak (17) van de aandrukrol (3), in dwarsdoorsnede, een concave vorm heeft.
16. Werkwijze volgens een der conclusies 2-15, met het kenmerk, dat de aandrukrib (8) de vezel (10) tegen de aandrukrol (3) drukt op een plaats waar het oppervlak (17) van de aandrukrol (3) in hoofdzaak een schuine stand heeft ten opzichte van het 35 tangentiale vlak.
17. Werkwijze volgens conclusie 16, met het kenmerk, 1012286 dat de schuine stand zodanig is dat het in ver-plaatsingsrichting naar voren reikende deel van dat vlak dichter bij de draaiingsas van de aandrukrol (3) ligt dan het naar achteren reikende deel. 5
18. Werkwijze volgens een der conclusies 2-17, met het kenmerk, dat het omtreksoppervlak van de aandrukrol (3) is voorzien van in hoofdzaak axiaal gerichte groeven (9), waarbij de rand (32) tussen de zijwand 10 van de groef (9) en het aansluitende deel (17) van het omtreksoppervlak van de aandrukrol (3) is afgerond met een grotere radius dan de radius van de snij rand van het mes, bij voorkeur met een radius van meer dan 0,1 mm, meer bij voorkeur meer 15 dan 0,2 mm.
19. Inrichting voor het in stukken snijden van vezels, waarbij een vezel (10) in stukken (11) wordt verdeeld door een mes (7) tegen de vezel (10) te 20 drukken, voorzien van een messenrol (2), met meerdere in hoofdzaak axiaal gerichte messen (7), en een aandrukrol (3), welke rollen (2,3) met gelijke omtreksnelheid in onderling tegengestelde richting aandrijbaar zijn, waarbij de messen (7) 25 zodanig zijn geplaatst en waarbij de aandrukrol (3) zodanig is gevormd, dat de messen (7) tijdens het snijden tegen de tussen de rollen (2,3) aanwezige vezel (10) kan drukken zonder de aandrukrol (3) te raken. 30
20. Inrichting volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat het omtreksoppervlak van de aandrukrol (3) is voorzien van in hoofdzaak axiaal gerichte groeven (9) waarin tijdens het snijden de messen (7) kunnen 35 reiken.
21. Inrichting volgens conclusie 19 of 20, met het 1012286 kenmerk, dat het materiaal waarvan de aandrukribben (8) zijn vervaardigd meer flexibel is dan het materiaal waarvan het oppervlak van de aandrukrol (3) is vervaardigd. 5
22. Inrichting volgens een der conclusies 19-21, met het kenmerk, dat in het materiaal van de aandrukrib (8) een holte (20) of uitsparing (18) aanwezig is.
23. Inrichting volgens een der conclusies 19-22, met het kenmerk, dat de aandrukrib (8), in dwarsdoorsnede, althans nabij het deel dat radiaal buitenwaarts reikt, taps toeloopt.
24. Inrichting volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat de aandrukrib (8) een in hoofdzaak vlak tangentiaal gericht deel heeft dat grenst aan twee schuin gerichte zijvlakken die tot de messen (7) reiken. 20
25. Inrichting volgens een der conclusies 19-24, met het kenmerk, dat het radiaal buitenwaarts gerichte deel van de aandrukrib (8), gezien in de verplaatsingsrichting, dichter bij de snij rand van 25 het voorgaande mes (7) ligt dan bij de snijrand van het erachter liggende mes (7).
26. Inrichting volgens een der conclusies 19-25, met het kenmerk, dat de messen (7) vast op de messenrol 30 (2) zijn bevestigd en dat de aandrukribben (8) tussen de messen (7) in hoofdzaak even ver radiaal buitenwaarts kunnen reiken dan de messen (7) en dat tijdens het snijden de aandrukribben (8) tussen het snijdende mes (7) en de ernaast gelegen messen (7) 35 kunnen worden ingedrukt tot een positie waarbij zij minder ver radiaal buitenwaarts reiken dan het snijdende mes (7), bij voorkeur 0,5 mm of meer : * ·} noQ Q I Ό 5 D * minder ver, meer bij voorkeur 1 mm of meer minder ver.
27. Inrichting volgens een der conclusies 19-26, met 5 het kenmerk, dat de messenrol (2) is voorzien van een in hoofdzaak axiaal gericht bevestigingsprofiel (19) en dat de aandrukrib (8) aan de radiaal naar binnen gerichte zijde is voorzien van een met het bevestigingsprofiel (19) corresponderende uitspa- 10 ring die om het bevestigingsprofiel (19) grijpt.
28. Inrichting volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat het bevestigingsprofiel (19) een aan de messenrol (2) aangebrachte lijst is met aan de 15 radiale buitenrand een verbreed gedeelte waaromheen de aandrukrib (8) grijpt.
29. Inrichting volgens een der conclusies 19-28, met het kenmerk, dat de aandrukrib (8) is vervaardigd 20 uit flexibel materiaal, welk materiaal een grotere breedte heeft dan de ruimte tussen de messen (7), zodat de aandrukrib (8) onder vervorming klemmend tussen de messen (7) is aangebracht.
30. Inrichting volgens een der conclusies 19-29, met het kenmerk, dat het oppervlak van de aandrukrol (3) van metaal of een ander hard materiaal is vervaardigd.
31. Inrichting volgens een der conclusies 19-30, met het kenmerk, dat de aandrukrib (8) de vezel (10) tegen de aandrukrol (3) drukt op een plaats waar het oppervlak van de aandrukrol (3), in dwarsdoorsnede, een concave vorm heeft.
32. Inrichting volgens een der conclusies 19-31, met het kenmerk, dat de aandrukrib (8) de vezel (10) ; Γ ' ' j U ü 4,4.0 Ü 35 tegen de aandrukrol (3) drukt op een plaats (17) waar het oppervlak van de aandrukrol (3) in hoofdzaak een schuine stand heeft ten opzichte van het tangentiale vlak. 5
33. Inrichting volgens conclusie 32, met het kenmerk, dat de schuine stand zodanig is dat het in ver-plaatsingsrichting naar voren reikende deel van dat vlak dichter bij de draaiingsas van de aandrukrol 10 (3) ligt dan het naar achteren reikende deel.
34. Inrichting volgens een der conclusies 19-33, met het kenmerk, dat het omtreksoppervlak van de aandrukrol (3) is voorzien van in hoofdzaak axiaal 15 gerichte groeven (9), waarbij de rand (32) tussen de zijwand van de groef (9) en het aansluitende deel (17) van het omtreksoppervlak van de aandrukrol (3) is afgerond, met een grotere radius dan de radius van de snij rand van het mes (7), bij 20 voorkeur met een radius van meer dan 0,1 mm, meer bij voorkeur met een radius van meer dan 0,2 mm. 101 2286
NL1012286A 1998-11-27 1999-06-10 Werkwijze en inrichting voor het in stukken snijden van vezels. NL1012286C2 (nl)

Priority Applications (10)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1012286A NL1012286C2 (nl) 1998-11-27 1999-06-10 Werkwijze en inrichting voor het in stukken snijden van vezels.
AT03078077T ATE322564T1 (de) 1998-11-27 1999-11-22 Verfahren und vorrichtung zum schneiden von fasern in stücke
AT99973082T ATE259896T1 (de) 1998-11-27 1999-11-22 Verfahren und vorrichtung zum schneiden von fasern in stücke
EP99973082A EP1144738B1 (en) 1998-11-27 1999-11-22 Method and device for cutting fibres into pieces
ES03078077T ES2257641T3 (es) 1998-11-27 1999-11-22 Dispositivo y nervio de presion para cortar fibras en trozos.
EP03078077A EP1394295B1 (en) 1998-11-27 1999-11-22 Device and pressure rib for cutting fibres into pieces
DE69914949T DE69914949T2 (de) 1998-11-27 1999-11-22 Verfahren und vorrichtung zum schneiden von fasern in stücke
PCT/NL1999/000715 WO2000032856A1 (en) 1998-11-27 1999-11-22 Method and device for cutting fibres into pieces
ES99973082T ES2214069T3 (es) 1998-11-27 1999-11-22 Metodo y dispositivo para cortar fibras en trozos.
DE69930772T DE69930772T2 (de) 1998-11-27 1999-11-22 Verfahren und Vorrichtung zum Schneiden von Fasern in Stücke

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010665A NL1010665C2 (nl) 1998-11-27 1998-11-27 Snijinrichting.
NL1010665 1998-11-27
NL1012286 1999-06-10
NL1012286A NL1012286C2 (nl) 1998-11-27 1999-06-10 Werkwijze en inrichting voor het in stukken snijden van vezels.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1012286C2 true NL1012286C2 (nl) 2000-05-30

Family

ID=26642882

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1012286A NL1012286C2 (nl) 1998-11-27 1999-06-10 Werkwijze en inrichting voor het in stukken snijden van vezels.

Country Status (6)

Country Link
EP (2) EP1394295B1 (nl)
AT (2) ATE322564T1 (nl)
DE (2) DE69930772T2 (nl)
ES (2) ES2214069T3 (nl)
NL (1) NL1012286C2 (nl)
WO (1) WO2000032856A1 (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1017098C2 (nl) * 2001-01-12 2002-07-15 Willem Frans Van Der Mast Werkwijze en inrichting voor het snijden van vezels.
FR2904331B1 (fr) * 2006-07-26 2008-09-26 Saint Gobain Vetrotex Roue de coupe perfectionnee
EP2727694B1 (de) 2012-11-05 2015-01-28 Toho Tenax Europe GmbH Ablegevorrichtung zum gesteuerten Ablegen von Verstärkungsfaserbündeln
EP2727693B1 (de) 2012-11-05 2015-01-14 Toho Tenax Europe GmbH Verfahren zum Herstellen von Faservorformlingen
CN104153045A (zh) * 2014-07-31 2014-11-19 扬中市金德纺织机械设备厂 一种双刀式防跑棉纤维切断机
CN107151836A (zh) * 2017-07-12 2017-09-12 苏州多凯复合材料有限公司 Frp板用纤维切料机的切料机构
CN113493945B (zh) * 2021-08-24 2022-12-23 晋江市众拓服装织造有限公司 一种纺织用苎麻纤维切断方法

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE969611C (de) * 1951-06-27 1958-06-26 Ernst Reiffen Dipl Ing Vorrichtung zum Schneiden von Spinnkabeln oder sonstigem band- oder strangfoermigen Gut
US3353431A (en) * 1965-02-23 1967-11-21 Monsanto Co Stable fiber cutter
US3508461A (en) * 1967-10-04 1970-04-28 Owens Corning Fiberglass Corp Chopper for glass strands
DE1933374A1 (de) * 1969-07-01 1971-01-07 Du Pont Maschine zur Umwandlung von Endlosfadenkabeln zu einem Stapfelfaserband
FR2322836A1 (fr) * 1975-09-04 1977-04-01 Saint Gobain Procede et dispositifs pour la coupe de fils de matiere minerale, notamment de fils de verre
US4083279A (en) * 1976-05-10 1978-04-11 Johns-Manville Corporation Apparatus for chopping strand
JPH0791699B2 (ja) * 1987-12-28 1995-10-04 帝人株式会社 繊維切断装置
JPH0688235B2 (ja) * 1989-07-31 1994-11-09 日東紡績株式会社 繊維束切断装置

Also Published As

Publication number Publication date
EP1394295A3 (en) 2004-03-17
ATE259896T1 (de) 2004-03-15
WO2000032856A1 (en) 2000-06-08
EP1394295B1 (en) 2006-04-05
ATE322564T1 (de) 2006-04-15
DE69914949T2 (de) 2004-12-09
EP1394295A2 (en) 2004-03-03
DE69914949D1 (de) 2004-03-25
EP1144738B1 (en) 2004-02-18
DE69930772T2 (de) 2006-11-16
EP1144738A1 (en) 2001-10-17
ES2214069T3 (es) 2004-09-01
DE69930772D1 (de) 2006-05-18
ES2257641T3 (es) 2006-08-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1012286C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het in stukken snijden van vezels.
CA1071604A (en) Comminuting apparatus
KR920004574B1 (ko) 폐기 타이어 절단 장치
US5435217A (en) Disc-shaped knife rotary cutter
CH620180A5 (nl)
US5092207A (en) Fiber bundle cutting device
KR920000540B1 (ko) 폐기 타이어 절단 장치
US4892422A (en) Support assembly for the rotor of an open end yarn spinning apparatus
US5357831A (en) Crosscutting device
NL1017098C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het snijden van vezels.
ATE84245T1 (de) Nussmuehle.
DK177580B1 (en) A scraping wheel and use of a scraping wheel
NL1010665C2 (nl) Snijinrichting.
EP0073730B1 (fr) Dispositif pour le déplacement d'une surface en compression par rapport à une autre
EP0926276B1 (de) Stützscheibenlagerung für einen Offenend-Spinnrotor
NL1021947C1 (nl) Werkwijze en inrichting voor het snijden van vezels.
CN113942867A (zh) 一种能够自动裁切的分纸机
KR100419994B1 (ko) 섬유절단장치
JP2994142B2 (ja) 回転式金属連続押出装置
CN209970292U (zh) 一种剪板机用磨刀装置
SE444602B (sv) Lageranordning av lineer typ innefattande rullkroppar
NL8802468A (nl) Transmissieketting met scharnierpennen en afroltussenstukken.
CN212558661U (zh) 一种导向滚压装置
CN212558660U (zh) 一种弹性滚压装置
GB2245858A (en) Rotary cutter

Legal Events

Date Code Title Description
PD2A A request for search or an international type search has been filed
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20050101