NL1011561C2 - Zakdispenser voor producten zoals zoetjes en pillen. - Google Patents

Description

Titel: Zakdispenser voor producten zoals zoetjes en pillen.

De uitvinding heeft betrekking op een zakdispenser voor het gedoseerd afgeven van producten zoals pillen en zoetjes, voorzien van tenminste een opslagruimte voor het opslaan van de af te geven producten, een uitlaatopening en 5 een afgiftemechaniek voor het via de uitlaatopening afgeven van een vooraf bepaald aantal producten uit de opslagruimte wanneer het afgiftemechaniek door een gebruiker wordt bekrachti gd.

Een dergelijke zakdispenser is op zich bekend en 10 wordt veelal toegepast voor het afgeven van zoetjes in thee, koffie e.d. Indien alle producten uit de zakdispenser zijn afgegeven, wordt deze in zijn geheel weggegooid. Dit brengt onnodige kosten en bovendien een belasting van het milieu met zich.

15 De uitvinding beoogt aan de geschetste nadelen tegemoet te komen. De zakdispenser wordt dienovereenkomstig gekenn jrkt in dat de zakdispenser is samengesteld uit een verwisselbare cartridge die de opslagruimte omvat en een losmak^lijk met de cartridge verbonden houder die de 20 uitlaatopening omvat. Indien de zakdispenser nadat alle producten zijn afgegeven leeg is, kan de cartridge van de houder worden losgekoppeld en weggegooid. Bij voorkeur geldt dat de houder het afgiftemechaniek omvat. Omdat de cartridge geen bijzonder mechanisme omvat, kan deze zijn 25 vervaardigd van uitsluitend een milieuvriendelijk materiaal. Bovendien kan de cartridge economisch voordelig zijn vervaardigd. De houder is echter geschikt voor hergebruik. De houder kan dan ook worden vervaardigd van duurzaam materiaal, een en ander dusdanig dat het afgifte-30 mechaniek ook na langdurig gebruik betrouwbaar blijft functioneren. De houder is dan ook geschikt om met een nieuwe gevulde cartridge te worden gekoppeld voor hergebruik.

1011561 2

Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van de zakdispenser geldt dat een buitenzijde van de cartridge tenminste voor een deel zichtbaar is wanneer deze is gekoppeld met de houder. Dit heeft als voordeel dat de 5 koper bij aanschaf van een nieuwe cartridge kan kiezen uit verschillende kleuren. Deze verschillende kleuren zullen dan ook zichtbaar zijn wanneer de cartridge is gekoppeld aan de houder. Hiermee kan de zakdispenser telkens worden voorzien van een naar keuze aantrekkelijke kleur.

10 In het bijzonder zal de kamer dusdanig zijn uitgevoerd dat deze, in gebruik, kan worden gevuld met één product. Dit betekent dat de zakdispenser telkenmale slechts één product zal afgeven wanneer het afgifte-mechaniek wordt bekrachtigd.

15 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont:

Fig. la een houder zonder cartridge van een eerste uitvoeringsvorm van een zakdispenser volgens de uitvinding; fig. lb een cartridge van een zakdispenser volgens 20 fig. la; fig. lc de houder volgens fig. la die is voorzien van de cartridge volgens fig. lb; fig. ld een zijaanzicht van de zakdispenser volgens fig. lc; 25 fig. Ie in perspectief een aanzicht van een bovenkap van de houder volgens fig. la; fig. lf een bedieningsknop van de houder volgens fig. la; fig. lg een onderkap van de houder volgens fig. la; 30 fig. lh een dwarsdoorsnede van een deel van de houder volgens fig. la, wanneer een drukknop niet wordt bekrachtigd; fig. li de dwarsdoorsnede volgens fig. lh wanneer een bedieningsknop wordt bekrachtigd; 35 fig. 2a een bovenaanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een zakdispenser volgens de uitvinding; 1011561 3 fig. 2b een houder van de zakdispenser volgens fig. 2a; fig.2c een cartridge van de zakdispenser volgens fig. 2a; 5 fig. 3a een derde uitvoeringsvorm van de zakdispenser volgens de uitvinding; fig. 3b een houder van de zakdispenser volgens fig.

3a; fig. 3c een cartridge van de zakdispenser volgens 10 fig. 3a; fig. 3d een afsluitkap van de zakdispenser volgens fig. 3a; fig. 4a een bovenaanzicht van een vierde uitvoeringsvorm van een zakdispenser volgens de uitvinding; 15 fig. 4b een zijaanzicht van de zakdispenser volgens fig. 4a; fig. 4c een dwarsdoorsnede van de zakdispenser volgens fig. 4a; fig. 5a een houder en een cartridge van een vijfde 20 uitvoeringsvorm van een zakdispenser volgens de uitvinding alvorens deze worden gekoppeld; fig. 5b een dwarsdoorsnede van de houder volgens fig. 5a; wanneer deze is voorzien van een cartridge; fig. 5c een gedeelte van een dwarsdoorsnede van de 25 houder volgens 5a wanneer deze is voorzien van de cartridge; fig. 6a een zesde uitvoeringsvorm van de zakdispenser volgens de uitvinding; fig. 6b een dwarsdoorsnede van een gedeelte van de 30 zakdispenser volgens fig. 6a; fig. 6c een aanzicht van een onderdeel van de houder volgens fig. 6a.

fig. 7a een houder en een cartridge van een zevende uitvoeringsvorm van de zakdispenser volgens de uitvinding; 35 fig. 7b een dwarsdoorsnede volgens de lijn 7b in fig. 7a; 1011561 4 fig. 7c een dwarsdoorsnede in dezelfde richting als fig. 7b van een houder die met een cartridge is gevuld volgens fig. 7a; en fig. 7d een dwarsdoorsnede in dezelfde richting als 5 fig. 7b van een houder die met een cartridge is gevuld waarbij deze wordt bediend; fig. 8a een achtste uitvoeringsvorm van de zakdispenser volgens de uitvinding; fig. 8b een dwarsdoorsnede volgens de lijn 8b in 10 fig. 8a; fig. 8c een dwarsdoorsnede in dezelfde richting als fig. 8b van een houder die met een cartridge is gevuld volgens fig. 8a; en fig. 8d een dwarsdoorsnede in dezelfde richting als 15 fig. 8b van een houder die met een cartridge is gevuld waarbij deze wordt bediend; fig. 9a een negende uitvoeringsvorm van de zakdispenser volgens de uitvinding; fig. 9b een dwarsdoorsnede volgens de lijn 9b in 20 fig. 9a; fig. 9c een dwarsdoorsnede in dezelfde richting als fig. 9b van een houder die met een cartridge is gevuld volgens fig. 9a; en fig. 9d een dwarsdoorsnede in dezelfde richting als 25 fig. 9b van een houder die met een cartridge is gevuld waarbij deze wordt bediend; fig. 10a een tiende uitvoeringsvorm van de zakdispenser volgens de uitvinding; fig. 10b een cartridge van de zakdispenser volgens 30 fig. 10a; fig. 10c een cartridge en een houder van de zakdispenser volgens fig. 10a; en fig. lOd een cartridge en een houder volgens fig.

10a die zijn samengesteld tot een zakdispenser voor 35 gebruik.

1011561 5

In fig. lc is met verwijzingscijfer 1 een zakdispenser volgens de uitvinding aangeduid voor het gedoseerd afgeven van producten zoals pillen en zoetjes. De zakdispenser is samengesteld uit een verwisselbare 5 cartridge (fig. lb) die een opslagruimte 4 (fig. lh en li) voor de zoetjes omvat. Voorts omvat de dispenser een losmakelijk met de cartridge 2 verbonden houder 6 (fig. la) die is voorzien van een uitlaatopening 8 en een afgifte-mechaniek 10 (fig. lh en li) voor het via de uitlaatopening 10 afgeven van een vooraf bepaald aantal producten uit de opslagruimte 4 van de verwisselbare cartridge 2.

De houder 6 is in dit voorbeeld samengesteld uit een bodem 12 (fig. lh) een bovenkap 14 (fig. Ie) en een bedieningsknop 16 (fig. lf). De bedieningsknop is voorzien 15 van een kamer 18 die verplaatsbaar ten opzichte van de cartridge 2 en de uitlaatopening 8 tussen een eerste positie (fig lh) en een tweede positie (fig. li) is uitgevoerd. Tussen een onderzijde van de kamer 18 en de bodem 12 is een verend element 20 aanwezig, die de kamer 18 20 in de eerste positie drukt, zoals getoond in fig. lh.

De werking van de inrichting is als volgt. De cartridge zoals getoond in fig. lb kan vanaf een zijkant van de houder 6 zoals getoond in fig. la in een opneem-ruimte 22 van de houder worden geschoven. De cartridge 2 25 klikt hierbij in tussen twee tegenover elkaar gelegen opstaande wanden 24, 26 die de opneemruimte 22 begrenzen.

Er ontstaan dan een situatie zoals getoond in fig. lc en ld. De cartridge is voorzien van een opening 28 voor het afgeven van de producten 30 die zich in de opslagruimte 4 30 van een verwisselbare cartridge 2 bevinden. Wanneer de kamer 18 zich in de eerste positie bevindt, zoals getoond i'n fig. lh kan precies een product in de kamer 18 worden opgenomen. Wanneer een gebruiker vervolgens de bedieningsknop 16 naar beneden drukt, zodat de kamer 18 in de tweede 35 positie wordt gebracht, komt de tweede kamer in open verbinding te staan met de uitlaatopening 8 voor het

101156 J

6 afgeven van de producten die zich in de kamer 18 bevinden. In dit voorbeeld is de kamer 18 dusdanig gedimensioneerd dat slechts een product 30 in de kamer kan worden opgenomen. Het is echter eveneens mogelijk dat een vooraf 5 bepaald veelvoud van producten in de kamer 18 kunnen worden opgenomen. Nadat het product 30 aldus via de uitlaatopening 18 is afgegeven, zal een gebruiker de knop 16 loslaten waarna de knop 16 zich terug beweegt van de tweede positie naar de eerste positie. De kamer staat in de eerste positie 10 wederom in open verbinding met de opslagruimte 4 van de verwisselbare cartridge 2 en kan aldus worden gevuld met een nieuw product 30 voor het opnieuw afgeven van dit product wanneer de bedieningsknop 16 wordt bekrachtigd.

Wanneer alle producten 30 zijn afgegeven, kan de 15 verwisselbare cartridge 2 worden losgekoppeld van de houder 6. De verwisselbare cartridge kan dan worden weggegooid. De houder 6 kan vervolgens worden geladen met een nieuwe verwisselbare cartridge 2, die weer geheel is gevuld met nieuw af te geven producten 30.

20 De buitenzijde van de verwisselbare cartridge 2, althans tenminste een deel dat daarvan zichtbaar is, kan van diverse kleuren of kleurenpatronen en of tekeningen zijn voorzien. Op deze wijze kan de dispenser 1 telkens een ander uiterlijk en/of kleur worden gegeven door de houder 6 25 te koppelen met de verwisselbare cartridge met telkens een andere kleur en/of afbeelding.

In het voorbeeld van fig. 1 wordt de cartridge vanaf een zijkant van de houder in de houder geschoven. Het is echter eveneens mogelijk dat de cartridge vanaf de achter-30 zijde in en uit de houder wordt geschoven. Een dergelijke zakdispenser is getoond in fig. 2a-2c. De cartridge 2, zoals getoond in fig. 2c, kan vanaf een achterzijde van de houder zoals getoond in fig. 2b worden geschoven, waarna een zakdispenser ontstaat zoals getoond in fig. 1. De 35 zakdispenser volgens fig. 2 is voorzien van een afgifte-mechaniek die overeenkomt met het afgiftemechaniek dat in 1011561 7 relatie met fig. 1 is besproken en zal derhalve niet nader worden toegelicht.

De zakdispenser volgens de fig. 1 en 2 is samengesteld uit een houder 6 en een verwisselbare 5 cartridge 2. De zakdispenser kan bovendien nog zijn voorzien van een afdekkap 32, zoals aan de hand van het uitvoeringsvoorbeeld van fig. 3a-3d zal worden besproken. Hierin toont fig. 3b de houder 6 die is voorzien van een afgiftemechaniek 10 zoals in relatie met fig. 1 is 10 besproken. Deze afgiftemechaniek 10 omvat wederom een bedieningsknop 16. Voorts is in fig. 3c de cartridge 2 getoond, die eveneens een opening 28 omvat zoals in relatie met fig. 1 is besproken. De verwisselbare cartridge 2 kan aan een achterzijde van de houder 6 zoals getoond in fig.

15 3b in de houder worden geschoven en weer uit de houder worden geschoven wanneer deze leeg is. Wanneer de cartridge 2 met de houder 6 is gekoppeld ontstaat een situatie zoals getoond in fig. 3d. Vervolgens kan de houder en de cartridge nog worden voorzien van een afdekkap 32, zoals 20 getoond in fig. 3e. De afdekkap 32 wordt over de verwisselbare cartridge 2 heen geplaatst, zodat uiteindelijk een situatie ontstaan zoals getoond in fig. 3a. Hierbij kan de cartridge nog zijn voorzien van een venster 34, zodat door gebruiker kan worden beoordeel in hoeverre de cartridge nog 25 is gevuld met de af te geven producten 30.

Bij de hiervoor besproken uitvoeringsvormen volgens fig. 1-3 is de kamer 18 transleerbaar volgens een rechtlijnige beweging tussen de eerste en tweede positie. Het is echter eveneens mogelijk dat de kamer beweegbaar 30 langs tenminste een deel van een cirkel is uitgevoerd. Een dergelijke situatie is getoond in fig. 4a-4c. Hierbij zijn met de voorgaande figuren overeenkomende onderdelen wederom van eenzelfde verwijzingscijfer voorzien. Bij de zakdispenser volgens fig. 1 wordt de verwisselbare 35 cartridge 2 wederom vanaf een achterzijde van de houder 6 in de houder 6 geschoven. De kamer 18 is echter in dit 1011561 8 voorbeeld langs een gedeelte van een cirkelbaan beweegbaar uitgevoerd. In de eerste positie van de kamer 18 zoals getoond in fig. 4c staat de kamer 18 in open verbinding met de opslagruimte 4 van de cartridge 2 via de opening 28 van 5 de cartridge 2. Een bladveer 20 zorgt ervoor dat de kamer 18 in de eerste positie wordt gedrukt, zoals getoond in fig. 4c. Wanneer een gebruiker een product 30 wenst af te geven, zal hij de bedieningsknop 16 in de richting van de pijl P bewegen. Hiermee zal de kamer 18 naar de tweede 10 positie worden bewogen, met als gevolg dat de kamer 18 in een open verbinding komt te staan met de uitlaatopening 8. Het product 30 kan de kamer 18 verlaten om vervolgens via de uitlaatopening 8 te worden afgegeven. Wanneer de gebruiker vervolgens de knop 16 loslaat, zal de bladveer 20 15 de kamer 18 weer terug bewegen naar de eerste positie, zoals getoond in fig. 4c, waardoor de kamer 18 in een open verbinding met de opslagruimte 4 van de cartridge 2 komt te staan.

Een verdere variant van het concept waarbij de kamer 20 beweegbaar langs een cirkelbaan is uitgevoerd, is getoond in fig. 5a-5c. In fig. 5a-5c zijn met de voorgaande figuren overeenkomende onderdelen wederom van eenzelfde verwijzingscijfer voorzien. In dit voorbeeld kan de cartridge 2 vanaf een bovenzijde van de houder 6 in de 25 houder 6 worden geschoven. Een en ander is getoond in fig. 5a. Wanneer de cartridge 2 in de houder 6 is geschoven, ontstaat een situatie zoals getoond in een dwarsdoorsnede volgens fig. 5c. In dit voorbeeld is de houder 6 voorzien van een carrousel 34 die een veelvoud van 30 kamers 18 omvat. Elke kamer 18 kan in dit voorbeeld worden gevuld met een product 30. De cartridge 2 is in dit voorbeeld voorzien van een opening 28, die dusdanig groot is dat telkens drie kamers 18 in open verbinding staan met de opslagruimte 4 van de verwisselbare cartridge 2. Deze 35 kamers zijn in fig. 5b aangeduid met de verwijzingscijfers 18.1, 18.2 en 18.3. De houder is voorts voorzien van een 1011561 * 9 draaiknop 16 voor het doen roteren van de carrousel 34. Wanneer, zoals in dit voorbeeld, de kamer 18.i is gevuld met een product 30 en zich hierbij in een eerste positie bevindt, kan de draaiknop 16 in de richting van de pijl P 5 worden bewogen om de kamer 18 in een tweede positie te bewegen die overeenkomt met de positie van de kamer 18.4, zoals getoond in fig. 5b. Een en ander heeft tot gevolg dat de kamer 18.1 niet langer in open verbinding staat met de opslagruimte 4 van de verwisselbare cartridge 2, maar in 10 plaats hiervan in open verbinding komt te staan met de uitlaat 8. Het product 30 dat zich in kamer 18.1 bevindt, kan vervolgens via de uitlaat 8 worden afgegeven.

Vervolgens kan een gebruiker wederom de draaiknop 16 in de richting van de pijl P bewegen, teneinde de kamer 18.2 in 15 een open verbinding te plaatsen met de uitlaatopening 8.

Aldus kan het product 30 dat zich in de kamer 18.2 bevindt, worden afgegeven.

In het voorbeeld van fig. 5a-5c is de inrichting voorzien van een draaiknop 16. De draaiknop 16 kan nog zijn 20 voorzien van op zich bekende klipposities om de kamers 30 telkens in de juiste eerste en tweede positie te positioneren. Het is echter eveneens mogelijk om de carrousel 34 met behulp van een drukknop te bedienen. Een dergelijke situatie is getoond in fig. 6a-6c. Hierbij zijn 25 wederom met de voorgaande figuren overeenkomende onderdelen van dezelfde verwijzingscijfers voorzien. In dit voorbeeld bevindt de uitlaatopening 8 zich aan een onderzijde van de houder 6. De houder 6 is wederom voorzien van een drukknop 16 die een volgpen 36 omvat, die zich uitstrekt dwars op 30 een bewegingsrichting die in de tekening met de pijl P is getoond van de drukknop 16.

De carrousel is voorzien van een rondlopende geleidingsschroef 38 waarin de volgpen 36 zich uitstrekt.

De geleidingsgroef 38 heeft een dusdanige vorm dat bij een 35· bekrachtiging van de drukknop 16 in de richting van de pijl P tenminste een van de kamers 18 in open verbinding 1011561 10 komt met de uitlaat 8 van de houder. Tegelijkertijd komt tenminste een van de andere kamers 18 in open verbinding met de opslagruimte 4 van de cartridge 2 via de eerdergenoemde opening 28 in de cartridge (niet getoond). In dit 5 voorbeeld heeft de geleidingsschroef 38 een dusdanige vorm dat de carrousel telkens draait over een hoek die overeenkomt met een kamer. Met andere woorden telkens wanneer de drukknop wordt ingedrukt, wordt een volgende kamer die naast de voorgaande kamer lag, in open verbinding 10 gesteld met de opening 8. Nadat de drukknop 16 is bekrachtigd, zal een bladveer 20 de drukknop 16 weer naar boven bewegen tegengesteld aan de richting van de pijl P. Behalve het mechanisme van de drukknop en de groef 38, is de werking van de houder volgens fig. 6 identiek aan de 15 werking van de houder volgens fig. 5. In elk van de hiervoor genoemde uitvoeringsvormen kan na gebruik de lege verwisselbare cartridge worden vervangen door een nieuwe gevulde cartridge.

Bij de inrichting volgens fig. 7a tot 7d zijn met 20 fig. 1 overeenkomende onderdelen van eenzelfde verwijzings-cijfer voorzien. Een belangrijk verschil met de houder volgens fig. 1 is dat de houder stroomopwaarts van de kamer 18 is voorzien van een doorn of schacht 40 die in gebruik, althans voor een gedeelte in de cartridge 2 wordt 25 geschoven. Hiertoe wordt de cartridge 2 van achteren in de houder 6 geschoven zoals het in relatie met fig. 2 uiteen is gezet. Een product 30 kan vervolgens vanuit de opslagruimte 4 via de doorn 40 naar de kamer 18 bewegen. De kamer 18 bevindt zich in de toestand zoals getoond in fig. 30 7c boven de opening 8 zodat de kamer 18 door een buitenwand 42 van de houder wordt afgesloten. Door de knop 16 te bedienen in de richting van de pijl P zoals getoond in fig. 7d beweegt de kamer 18 naar beneden zodat het product 30 dat zich in de kamer 18 bevindt via de opening 8 de 35 dispenser kan verlaten.

1011561 11

Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 8a tot 8d is het afgiftemechaniek 10 gedeeltelijk aangebracht in de cartridge 2 en gedeeltelijk in de houder 6. Zoals te zien is in fig. 8a en 8b wordt de cartridge 2 in een opening 44 5 van de houder 6 geschoven die zich in de bovenzijde van de houder bevindt. In dit voorbeeld is de houder 6 wederom voorzien van een doorn 40 zoals dit in relatie met fig. 7 is besproken. Zoals getoond in de toestand volgens fig. 8c kan een product dat zich in de cartridge 2 bevindt zich via 10 een kamer 18 die zich thans in de cartridge 2 bevindt naar de doorn 40 bewegen. De doorn 40 is echter afgesloten van de opening 8 van de houder door een met een knop 16 van de cartridge verbonden scheidingswand 46. Door nu de knop 16 in de pijl P te bekrachtigen zal de scheidingswand 46 naar 15 beneden toe bewegen. Hierdoor komt een open verbinding tot stand tussen de doorn 40, de opening 28 in cartridge 2 en de opening 8 in de houder 6. Omdat het afgiftemechanisme in dit voorbeeld de knop 16, de kamer 18 die in de cartridge opgenomen bladveer 20 maar ook de doorn 40 omvat betekent 20 dit dat het afgiftemechanisme 10 voor een deel in de cartridge 2 en voor een deel in de houder 6 is gelegen.

In fig. 9a tot 9d is een achtste uitvoeringsvorm van de dispenser volgens de uitvinding getoond. De zakdispenser volgens fig. 9a tot 9d komt in essentie overeen met de 25 zakdispenser volgens fig. 8a tot 8d. Het verschil met de uitvoeringsvorm volgens fig. 8a tot 8d is dat de houder 6 thans aan de onderzijde is voorzien van een opening 44 waarmee de cartridge 2 in de houder 6 kan worden geschoven. De houder is voorts aan de bovenzijde voorzien van een 30 opening 50 waardoor in gebruik de knop 16 van de cartridge 2 kan worden bediend. Wanneer de houder 6 en de cartridge 2 zijn samengesteld als een zakdispenser zoals getoond in fig. 9c en fig. 9d is de werking geheel identiek zoals in relatie met fig. 8c en 8d is omschreven. Bij een 35 bekrachtiging van de knop 16 in de richting van de pijl P

komen een doorn 40, een opening 28 en een opening 8 wederom 1011561 12 met elkaar in verbinding te staan voor het afgeven van een product 30.

Tenslotte wordt aan de hand van figuur 10a tot lOd een negende uitvoeringsvorm van een zakdispenser volgens de 5 uitvinding besproken. De cartridge volgens deze uitvoeringsvorm kan uit één stuk worden vervaardigd zoals getoond in fig. 10a. In fig. 10a is de cartridge 2 getoond alvorens deze is samengesteld tot een eindproduct. De cartridge 2 is voorzien van een bodem 60 waarin een veer 62 10 is aangebracht. Een bodemplaat 64 van een te vormen opslagruimte 4 wordt vervolgens over de bodemplaat 60 heengevouwen door de bodemplaat 64 langs een vouwas 1 in de richting van de pijp h om te vouwen. Vervolgens wordt een deksel in de richting van de pijl h' rond een vouwas 1' 15 gevouwen zodat uiteindelijk het gerede product wordt verkregen zoals fig. 10b. De deksel 66 en de bodemplaat 64 vormen in combinatie de opslagruimte 4.

Aldus is zoals getoond in fig. 10b een cartridge 2 verkregen die zowel een bedieningsknop 16 als het afgifte-20 mechanisme 10 omvat. Wanneer vervolgens de houder 6 van bovenaf op de cartridge 2 wordt geplaatst zoals getoond in fig. 10c wordt uiteindelijk de zakdispenser verkregen zoals getoond in fig. lOd. Door bediening van de bedieningsknop 16 wordt via de opening 28 van de cartridge en de opening 8 25 van de houder een product afgegeven.

De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor geschetste uitvoeringsvormen. Zo behoren alternatieve afgiftemechanismen waarbij in plaats van een product meer producten tegelijk worden afgegeven, ook binnen het kader 30 van de uitvinding. Ook kan de zakdispenser nog andere uiterlijke vormen aannemen dan hiervoor besproken.

Dergelijke varianten worden elk geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.

1011561

Claims (15)

1. Zakdispenser voor het gedoseerd afgeven van producten zoals pillen en zoetjes, voorzien van tenminste een opslagruimte voor het opslaan van de af te geven producten, een uitlaatopening en een afgiftemechaniek voor 5 het via de uitlaatopening afgeven van een vooraf bepaald aantal producten uit de opslagruimte wanneer het afgifte-mechaniek door een gebruiker wordt bekrachtigd, met het kenmerk, dat de zakdispenser is samengesteld uit een verwisselbare cartridge die de opslagruimte omvat en een 10 losmakelijk met de cartridge verbonden houder die de uitlaatopening omvat.

2. Zakdispenser volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de houder tenminste een deel van het afgiftemechaniek omvat.

3. Zakdispenser volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de houders het afgiftemechaniek omvat.

4. Zakdispenser volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het afgiftemechaniek is voorzien van tenminste een kamer die verplaatsbaar ten opzichte van de cartridge en de 20 uitlaatopening tussen een eerste en tweede positie is uitgevoerd waarbij de kamer in de eerste positie in open verbinding staat met de cartridge zodat de kamer vanuit de opslagruimte met het vooraf bepaalde aantal producten kan worden gevuld en waarbij de kamer in de tweede positie in 25 open verbinding staat met de uitlaatopening voor het afgeven van de producten die zich in de kamer bevinden.

5. Zakdispenser volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat kamer transleerbaar volgens een rechtlijnige beweging tussen de eerste en tweede positie is uitgevoerd.

6. Zakdispenser volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de kamer beweegbaar langs tenminste een deel van een cirkel is uitgevoerd. 1011561

7. Zakdispenser volgens conclusie 4, 5 of 6, met het kenmerk, dat de houder is voorzien van een drukknop voor het bij bekrachtiging van de drukknop bewegen van de kamer van de eerste naar de tweede positie.

8. Zakdispenser volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de houder verder is voorzien van verende middelen voor het terug bewegen van de kamer van de tweede positie naar de eerste positie.

9. Zakdispenser volgens conclusie 6, met het kenmerk, 10 dat de houder is voorzien van een roteerbaar ten opzichte van de cartridge opgestelde carrousel waarbij de carrousel is voorzien van de tenminste ene kamer.

10. Zakdispenser volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de carrousel is voorzien van een veelvoud van kamers.

11. Zakdispenser volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de houder is voorzien van een drukknop met een volgpen die dwars op een bewegingsrichting van drukknop uitsteekt waarbij de carrousel is voorzien van een rond lopende geleidingsgroef waarin de volgpen zich uitstrekt waarbij 20 de geleidingsgroef een dusdanige vorm heeft dat bij een bekrachtiging van de drukknop de carrousel over een vooraf bepaalde hoek roteert ten opzichte van de cartridge waarbij na een bekrachtiging van de drukknop tenminste een van de kamers in open verbinding komt met de uitlaat en tenminste 25 een van de andere kamers in open verbinding komt met de opslagruimte.

12. Zakdispenser volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de cartridge een deel van het afgiftemechaniek omvat.

13. Zakdispenser volgens conclusie 1, met het kenmerk, 30 dat de cartridge het afgiftemechaniek omvat.

14. Zakdispenser volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tenminste een deel van een buitenzijde van de cartridge zichtbaar is.

15. Houder van de zakdispenser volgens een der voor-35 gaande conclusies 8-11. f011561