NL1010160C1

NL1010160C1 - Hulpmiddelen voor toepassing bij desinfecterende behandelingen en werkwijze voor het reinigen van tandheelkundige implantologische voorzieningen.

Info

Publication number: NL1010160C1
Application number: NL1010160A
Authority: NL
Inventors: Bart Schafrat
Original assignee: Bart Schafrat
Priority date: 1998-09-23
Filing date: 1998-09-23
Publication date: 2000-03-24
Also published as: EP0988834A3; EP0988834A2

Description

Hulpmiddelen voor toepassing bij desinfecterende behandelingen en werkwijze voor het reinigen van tandheelkundige implantologi-sche voorzieningen

De uitvinding heeft betrekking op hulpmiddelen voor toepassing bij desinfecterende behandelingen. Met name heeft de uitvinding betrekking op dergelijke hulpmiddelen voor toepassing bij het desinfecterend behandelen van een mondholte.

5 Het is bekend om zowel lichaamsdelen als andere voorwerpen desinfecterend te reinigen. Daarbij wordt in het algemeen het te desinfecteren voorwerp of lichaamsdeel in contact gebracht met een desinfecterend middel.

In dit opzicht is het bekend om een mondholte desin-10 fecterend te reinigen. De bekende methoden maken gebruik van het in de mondholte brengen van een desinfecterende vloeistof of gel, zoals een oplossing van chloorhexidine, van waterstofperoxide of van natriumperboraat. Deze vloeistoffen worden in het algemeen als spoeling of gel toegediend, waarmee wordt gepoogd 15 om de betreffende niche geheel te desinfecteren, maar in de praktijk niet alle plaatsen afdoende worden gedesinfecteerd. Met name is het moeilijk om de pathologische pocket subgingivaal voldoende te desinfecteren. Een langere spoeltijd is niet geschikt, omdat dat de kans op het optreden van de volgende 20 nadelen vergroot: overgevoeligheidsreacties en beschadiging van voor herstel noodzakelijke weefsels.

Ook is het bekend om bijvoorbeeld teen- en voetschimmels te bestrijden met een desinfecterende behandeling. Daartoe worden middelen in de vorm van een zalf plaatselijk toegediend, 25 of dienen medicijnen oraal te worden ingenomen. Door de slechte bereikbaarheid van met name de schimmels etc. die zich onder de nagels bevinden, is de behandeling vrijwel nooit volledig.

De uitvinding heeft nu tot doel hulpmiddelen te verschaffen voor toepassing bij desinfecterende behandelingen, 30 waarbij een desinfecterend middel kan worden toegepast dat dergelijke nadelen niet heeft.

10101 Rn -

’ ‘.V

2

Daartoe wordt de uitvinding daardoor gekenmerkt, dat het in de aanhef genoemde hulpmiddel wordt gevormd door een naald welke is voorzien van een centrale, axiale doorvoeropening voor het toevoeren van ozon aan een te desinfecteren lichaam en 5 van middelen voor aansluiting op een ozonbron. Met lichaam worden hier zowel delen van het menselijk of dierlijk lichaam als voorwerpen bedoeld.

Het is in de techniek bekend dat ozon desinfecterende eigenschappen heeft, dat wil zeggen dat het micro-organismen, 10 sporen en virussen doodt. Een groot nadeel van ozon is de giftigheid bij inademing. Vanwege deze giftigheid is het tot nu toe niet mogelijk gebleken om ozon bij in vivo toepassingen in de tandheelkunde of de parodontologie te gebruiken. Ozon heeft als voordeel ten opzichte van de bekende desinfectiemiddelen dat 15 het geen kans op vorming van resistente bacteriestammen levert.

De uitvinding maakt het mogelijk om ozon bij subgin-givale behandelingen toe te passen. De naald kan van elk geschikt, tegen ozon bestendig materiaal worden vervaardigd.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een afzuig-20 inrichting, welke kan worden toegepast voor het uit de mondholte verwijderen van eventueel vrijgekomen gasvormig ozon of andere schadelijke gassen. Een dergelijk afzuigmiddel omvat een ringvormige structuur die in de mondholte aan de binnenzijde van de lippen wordt geplaatst zonder wezenlijk contact te maken met de 25 gebitselementen.

Om na te kunnen gaan wat de hoeveelheid ozon is die tijdens een behandeling wordt toegevoerd, verschaft de uitvinding tevens een werkwijze voor het bepalen van een hoeveelheid ozon, eventueel in vermenging met een ander gas, die tijdens 30 een behandeling met ozon wordt toegevoerd. Hiertoe wordt een bekend gedeelte van het ozon-bevattende gas door een kaliumjo-dide-oplossing wordt gevoerd waardoor een verkleuring van de oplossing wordt verkregen als functie van de doorgevoerde hoeveelheid ozon.

35 Tenslotte verschaft de uitvinding hulpmiddelen voor het desinfecterend reinigen van het overige mondslijmvlies en huidoppervlakken in het algemeen.

i o 1 n I s o- 3

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekeningen, welke voorkeursuitvoeringen van de uitvinding tonen. In de tekeningen toont:

Fig. 1 en IA een perspectivisch aanzicht van een 5 naald volgens de uitvinding,

Fig. 2 een perspectivisch aanzicht van een afzuigin-richting volgens de uitvinding welke in een mondholte is geplaatst,

Fig. 3 een doorsnede van de afzuiginrichting volgens 10 Fig. 2 langs de lijn III-III,

Fig. 4 en 5 een houder voor toepassing in de meetmethode volgens een ander aspect van de uitvinding,

Fig. 6-9 een hulpmiddel voor het reinigen van het overige mondslijmvlies en huidoppervlakken in het algemeen.

15 In Fig. 1 wordt een naald 1 getoond welke geschikt kan worden toegepast bij het desinfecterend reinigen van de mondholte, met name een subgingivale pocket, of een ander niche in een lichaam, bijvoorbeeld onder een nagel. Daartoe is de naald 1 voorzien van een centrale, axiale doorvoeropening 2 voor 20 het doorvoeren van ozon. Het uiteinde 3, voorzien van een uitvoeropening 4, kan daartoe in een niche, bijvoorbeeld een subgingivale pocket, worden gebracht. Door de naald op in de techniek bekende wijze met zijn andere uiteinde 5 aan te sluiten op een ozonbron (niet getoond) via daartoe geschikte middelen 25 kan ozon aan de pocket worden toegevoerd.

Op deze wijze is het met de naald 1 volgens de uitvinding mogelijk om bij toepassing daarvan in een subgingivale behandeling een zeer goede desinfectie van de te behandelen lokatie te verkrijgen. Doordat de ozon met de naald 1 volgens de 30 uitvinding direkt in de subgingivale pocket kan worden toegevoerd is er een zeer goed contact van ozon met de zich in de pocket bevindende micro-organismen. Daardoor is de hoeveelheid ozon die in gasvorm in de mondholte terecht komt zeer klein. Bij voorkeur is de naald 1 een subgingivale applicatienaald, en 35 heeft de naald 1 een aan de klinische situatie aangepaste afmeting en/of vorm, bijvoorbeeld uitlopend in een scherpe punt.

4

Ozon laat zich erg goed combineren met water-bevattende vloeistoffen. Het gaat met water vrijwel onmiddellijk een redoxreactie aan. De desinfecterende werking van ozon blijft daarbij behouden. Bovendien worden de transportmogelijkheid en 5 de transportsnelheid van ozon hiedoor sterk vergroot.

Door de goede transportmogelijkheid van ozon is het tevens zeer goed mogelijk om irrigatie van een pocket met ozon te combineren met een irrigatie daarvan met een waterige oplossing. Hiervoor komt bij voorkeur een fysiologische zoutoplossing 10 (PBS) in aanmerking. Hierdoor wordt de biocompatibiliteit van het toegediende mengsel zeer hoog.

In Fig. IA wordt een voorkeursuitvoering van een naald 1' volgens de uitvinding getoond welke geschikt is voor het gelijktijdig toedienen van ozon en een vloeistof. In Fig. IA 15 is de naald 1' voorzien van twee afzonderlijke axiale doorvoer-openingen 6, 7, welke geschikt zijn voor het doorvoeren van ozon respectievelijk vloeistof. Via uitvoeropeningen 8, 9 aan het uiteinde 3' worden de ozon en de vloeistof aan een pocket toegevoerd. Ook is het mogelijk dat de ozon voordat het uit de 20 naald 1' treedt met de vloeistof wordt gecombineerd. In dat geval is er slechts één uitvoeropening.

Vloeistoffen zijn in het algemeen bovendien ideale media om ultrasone trillingen door te geven en zijn derhalve geschikt als geleidend medium om materiaal van verschillende 25 aard dat zich heeft vastgehecht op zich in de vloeistof bevindende lichamen, met ultrasone trillingen te verwijderen.

Volgens de uitvinding is het gebleken dat toediening van ozon aan een vloeistof, gecombineerd met ultrasone trillingen, een onverwacht synergetisch effect geeft. Tot de uitvinding 30 behoren dan ook naalden welke geschikt zijn om zowel ozon als een vloeistof toe te dienen aan een pocket, en waarbij de naald geschikt is om ultrasone trillingen door te geven. De naald is in dat geval voorzien van middelen voor aansluiting op bijvoorbeeld een cavitron-inrichting.

35 In geval van implantaten, waarvan de basis vaak van een relatief zacht materiaal is vervaardigd, heeft het de voorkeur dat de naalden 1, 1' zijn vervaardigd van een, t.o.v.

101016n- 5 de implantaten, zachter materiaal, dat wil zeggen van een materiaal met een lagere hardheid dan het materiaal waarvan het implantaat is vervaardigd. De relatief lage hardheid van het materiaal is ten behoeve van de behandeling van bijvoorbeeld 5 titanium pijlers, waarbij in dat geval geen kans bestaat op beschadiging van de titanium oppervlakken, maar wél een optimale reiniging én sterilisatie wordt verkregen. Het materiaal kan elk geschikt, relatief zacht materiaal zijn, zoals tin-bevattende legeringen.

10 Tevens kunnen van relatief zachte materialen buigbare naalden worden vervaardigd. Daarmee kan de moeilijk bereikbare subgingivale pocket bereikbaar worden gemaakt door de vorm van de naald naar behoefte aan te passen. Deze naalden kunnen voor éénmalig gebruik geschikt zijn.

15 Naast de mogelijke combinaties van ozon met vloeibare spoelmiddelen, zoals bijvoorbeeld een fysiologische zoutoplossing, heeft gasvormig ozon van zichzelf ook een reinigende werking. Het is nu onverwacht gebleken dat ozon een bruisend effect geeft, met name in eitwitrijke suspensies. Hierdoor 20 ontstaat, zeker bij begassing van een afgesloten ruimte met één enkele opening, een afvoer van de behandelde vloeistof.

Om de eventueel in de mondholte vrij komende ozon te verwijderen wordt volgens de uitvinding tevens voorzien in een afzuigmiddel voor het afzuigen van schadelijke stoffen uit een 25 mondholte. In Fig. 2 wordt een dergelijk afzuigmiddel 10 getoond, welke in een mondholte is geplaatst. Zoals in de Fig. 2 en 3 weergegeven, vertoont het afzuigmiddel 10 een in hoofdzaak ringvormige structuur 11 die in de mondholte aan de binnenzijde van de lippen 12 wordt geplaatst zonder wezenlijk contact te 30 maken met de gebitselementen 13, waarbij het afzuigmiddel 10 is voorzien van middelen 14 voor aansluiting op een afzuiginrich-ting {niet getoond), en waarbij het afzuigmiddel 10 aan de omtrek ervan aan de naar de mondholte toe gerichte zijde is voorzien van een sleufvormige afzuigopening 15 voor het daar 35 doorheen afzuigen van gas en met een zodanige vorm van de afzuigopening 15 dat de volumestroorn van het afgezogen gas over de gehele omtrek in hoofdzaak gelijk is. Bijvoorbeeld heeft de ? ü ; ^ 6 opening nabij de middelen 14 een afmeting zoals aangeduid met x in Fig. 3 en aan de tegenoverliggende zijde van de ringvormige structuur een afmeting zoals aangeduid met y.

Het afzuigmiddel 10 volgens de uitvinding is bij 5 voorkeur voorzien van aansluitmiddelen 14 voor aansluiting op een inrichting waarmee het ozon bijvoorbeeld naar de atmosfeer kan worden afgevoerd of waarmee het ozon kan worden afgebroken tot bij voorkeur zuurstof, ofwel een inrichting welke het mogelijk maakt het ongebruikte ozon terug te winnen voor ge-10 bruik.

Wanneer een patient een behandeling ondergaat waarbij ozon wordt toegepast, ligt deze in het algemeen met het hoofd achterover. Bij ver geopende mond (ook indien dit passief geschiedt) sluit de keel automatisch af, waardoor wordt verkre-15 gen dat de ademhaling door de neus geschiedt. Om te voorkomen dat eventueel uit de mondholte vrijkomend ozon via de neus wordt ingeademd heeft het de voorkeur dat het afzuigmiddel 10 volgens de uitvinding is voorzien van afschermmiddelen 16. Deze af-schermmiddelen 16 kunnen eenvoudig bestaan uit een buigzame, 20 strookvormige, bij voorkeur doorzichtige, plaat welke,kan worden geplaatst d.m.v. daartoe geschikte bevestigingsmiddelen 17 welke kunnen zijn voorzien op het afzuigmiddel 10.

Het afzuigmiddel 10 is niet alleen goed toepasbaar bij het afzuigen van ozon tijdens een behandeling waarbij ozon 25 wordt toegepast. Ook is het afzuigmiddel 10 toepasbaar bij saneringsbehandelingen waarbij kwik (Hg) in dampvorm kan vrijkomen. Er is dan voor zowel de patient als behandelaar een verminderd gevaar voor inademing van giftige kwikdampen.

Verder heeft de uitvinding betrekking op een werkwij-30 ze voor het bepalen van de hoeveelheid ozon die tijdens een behandeling aan een patient is toegediend. In Fig. 4 wordt een houder 18 getoond, die een hoeveelheid KI-oplossing bevat en is voorzien van afsluitbare openingen 19, 20 voor het kunnen toevoeren en afvoeren van ozon-bevattend gas. De opening 19 voor 35 de toevoer is aan de onderzijde van de houder 18 voorzien waardoor het ozon-bevattende gas door de oplossing heen wordt geleid. De opening 20 voor afvoer van niet gereageerd gas is aan 7 de bovenzijde voorzien op een zodanige plaats dat geen vloeistof uit de houder 18 kan stromen. De openingen 19, 20 kunnen op elke gewenste manier zijn uitgevoerd. In Fig. 5 wordt een voorbeeld getoond van een aansluitmiddel voor aansluiting op de opening v 5 19, welke aan een uiteinde 21 is voorzien van een rubber afslui ting en doorboo^rd kan worden met een naald die identiek kan zijn aan de naalden volgens de uitvinding.

Het heeft de voorkeur dat een gedeelte van de gas-stroom die aan een patient of een reinigingsbehandeling wordt 10 toegevoerd en die het ozon bevat wordt omgeleid naar de kalium-jodide-oplossing. Hierdoor wordt een verkleuring van de oplossing verkregen. De mate van verkleuring hangt af van de hoeveelheid ozon die aan de oplossing is toegediend. De kleur van de oplossing kan vervolgens worden vergeleken met een kleurenset.

15 Wanneer de hoeveelheid oplossing in de houder 18, alsmede de concentratie van het KI daarin bekend is, evenals de hoogte van de vloeistof in de houder kan de hoeveelheid ozon die door de houder is gevoerd eenvoudig aan de mate van de verkleuring worden bepaald, door bij elke kleur van de kleurenset de over-20 eenkomstige hoeveelheid ozon te vermelden. Wanneer de verhou- -ding van de deelstroom tot de aan de behandeling toegevoerde hoofdstroom bekend is, is de totale hoeveelheid ozon die aan de patient is toegevoerd vervolgens eenvoudig te bepalen. Indien deze verhouding constant is, is het mogelijk om bij de kleuren-25 set aan te geven wat de aan de patient toegevoerde hoeveelheid ozon is. Met deze werkwijze wordt een methode verschaft waarmee de hoeveelheid ozon eenvoudig te bepalen is. Bovendien heeft deze methode geen invloed op de toediening van ozon aan de patient.

30 Om een verdere desinfecterende behandeling van de mondholte te verschaffen, heeft de uitvinding tevens betrekking op hulpmiddelen voor het reinigen van de orale slijmvliesoppervlakken, dat wil zeggen zowel het wang- als het overige mondslijmvlies, en de tong. Tevens kan dit ook voor extra-orale 35 huidoppervlakken gebruikt worden. Zoals getoond in Fig. 6-9 wordt een dergelijk hulpmiddel gevormd door een in hoofdzaak cilindervormig lichaam 22. Dit lichaam 22 is voorzien van 1 π i n i r o· 8 middelen 23 voor aansluiting op een ozonbron, en eventueel voor aansluiting op een vloeistofbron. Aan een eindvlak 24 is het hulpmiddel 22 voorzien van middelen 23' voor aansluiting op een cavitron-inrichting voor het doorgeven van ultrasone trillingen 5 aan het lichaam en aan het andere eindvlak 25 is het voorzien van een veelvoud aan uitstulpingen 26 alsmede van openingen 27 voor het toevoeren van ozon, eventueel in combinatie met een vloeistof. Fig. 7 toont een doorsnede langs de lijn VII-VII van Fig. 6, waarbij de uitstulpingen 26 en openingen 27 voor door-10 voer van bijvoorbeeld ozon zijn weergegeven. Fig. 8 toont een doorsnede langs de lijn VIII-VIII van Fig. 6, waarbij tevens de aansluitmiddelen 23 en 23' zijn weergegeven.

Indien het te behandelen slijmvlies dat vereist, is het mogelijk dat het hulpmiddel in plaats van uitstulpingen 26 15 is voorzien van een veelvoud aan buigzame, draadvormige elementen 28. Deze kunnen een naar wens variabele stijfheid bezitten. Een dergelijk hulpmiddel is getoond in Fig. 9.

Verder heeft de uitvinding betrekking op een ozonset die toepasbaar is bij het desinfecteren van een mondholte. Deze 20 set omvat de hiervoor beschreven en in de Fig. 1 en IA getoonde naald 1, 1' en bij voorkeur tevens de hiervoor beschreven en in Fig. 2 en 3 getoonde afzuiginrichting 10. Tevens kan de set de hulpmiddelen voor het reinigen van het buccale slijmvlies omvatten, evenals de houder voor toepassing in de werkwijze voor 25 het bepalen van de hoeveelheid ozon die tijdens een behandeling is toegevoerd.

De naald volgens de uitvinding is tevens geschikt voor het reinigen van implantologische voorzieningen. Met implantologische voorzieningen worden zowel implantaten als 30 abutments en suprastructuren bedoeld. Derhalve heeft de uitvinding tevens betrekking op een werkwijze voor het reinigen van een implantologische voorziening met een naald volgens de uitvinding, waarbij de prothese voordat deze in de kaak of het gebit wordt gebracht, gedurende een tijd die voldoende is om 35 desinfectie te verkrijgen, in contact wordt gebracht met ozon.

De noodzakelijke tijd zal afhankelijk zijn van de hoeveelheid ozon die per tijdseenheid wordt toegevoerd. Deze kan bijvoor-

'·.·· t «J * U 'I

9 beeld afhangen van de gebruikte naald of de concentratie ozon in het toegevoerde gas. Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm wordt een implantologische voorziening in een vloeistofbad gereinigd, met een combinatie van ozon en ultrasone trillingen. De uitvin-5 ding voorziet derhalve tevens in een ultrasoon reinigingsbad, omvattende ozon als desinfecterend middel.

Volgens de uitvinding worden derhalve hulpmiddelen verschaft voor toepassing bij de desinfecterende reiniging van de mondholte. Hiermee is een volledige desinfectie mogelijk.

10 Doordat met deze hulpmiddelen de mogelijkheid bestaat de desinfectie met ozon uit te voeren, is er geen kans op vorming van resistentie van de micro-organismen in het geval de desinfectie niet volledig zou zijn. De uitvinding is niet beperkt tot de hiervoor beschreven en in de figuren getoonde uitvoeringvoor-15 beelden. Bijvoorbeeld kan een naald volgens de uitvinding gebogen zijn uitgevoerd om de subgingivale pocket in de gehele mondholte te kunnen bereiken. Tevens kan de naald enigszins buigbaar zijn uitgevoerd. Ook is het mogelijk de naalden zoals hiervoor beschreven toe te passen bij het behandelen van micro-20 biologische huidaandoeningen, zoals teen- en voetschimmel.

Daartoe is de naald eenvoudig onder de nagel te brengen, waardoor een gerichte toediening van ozon, eventueel in combinatie met een vloeistof, kan plaatsvinden. Hierdoor wordt een uitstekende desinfectie van de behandelde lokatie verkregen.

Claims

1. Hulpmiddel voor toepassing bij een desinfecterende behandeling, met het kenmerk, dat het hulpmiddel wordt gevormd door een naald welke is voorzien van een centrale, axiale doorvoeropening voor het toevoeren van ozon aan een te desinfec- 5 teren lichaam en van middelen voor aansluiting op een ozonbron.

2. Hulpmiddel volgens conclusie 1, waarbij deze geschikt is voor toepassing bij de desinfecterende reiniging van een mondholte, bijvoorbeeld een subgingivale pocket.

3. Hulpmiddel volgens conclusie 2, waarbij deze tevens ge-10 schikt is voor het toevoeren van een vloeibare oplossing aan de subgingivale pocket en middelen voor aansluiting op een vloei-stofbron.

4. Hulpmiddel volgens één der conclusies 1-3, waarbij deze is voorzien van middelen voor aansluiting op een bron van 15 ultrasone trillingen.

5. Hulpmiddel volgens één der conclusies 1-4, waarbij deze is vervaardigd van een materiaal met een lagere hardheid dan die van een in een kaak aangebracht implantaat, bijvoorbeeld van een tin-bevattende legering.

6. Afzuigmiddel voor het afzuigen van schadelijke stoffen uit een mondholte, omvattende een ringvormige structuur die in de mondholte aan de binnenzijde van de lippen wordt geplaatst zonder wezenlijk contact te maken met de gebitselementen, waarbij het afzuigmiddel is voorzien van middelen voor aanslui-25 ting op een afzuiginrichting, en waarbij het afzuigmiddel aan de omtrek ervan aan de naar de mondholte gerichte zijde is voorzien van een sleufvormige afzuigopening voor het daar doorheen afzuigen van gas en met een zodanige vorm van de afzuigopening dat de volumestroom van het afgezogen gas over de gehele omtrek 30 in hoofdzaak gelijk is.

7. Afzuigmiddel volgens conclusie 6, voorzien van af-schermmiddelen voor het afschermen van de neus tegen uit de mondholte tredende schadelijke stoffen, omvattende een buigzame, strookvormige plaat welke is voorzien van middelen voor bevesti-35 ging aan het afzuigmiddel. V V>' t V,

8. Hulpmiddel voor toepassing bij het desinfecterend reinigen van huid- en slijmvliesoppervlakken, met het kenmerk, dat het hulpmiddel wordt gevormd door een in hoofdzaak cilindervormig lichaam, voorzien van middelen voor aansluiting op een 5 ozonbron, en eventueel voor aansluiting op een vloeistofbron, en dat aan een eindvlak is voorzien van middelen voor aansluiting op een cavitron-inrichting voor het doorgeven van ultrasone trillingen aan het lichaam en aan het andere eindvlak is voorzien van een veelvoud aan uitstulpingen alsmede van openingen 10 voor het toevoeren van ozon, eventueel in combinatie met een vloeistof.

9. Hulpmiddel voor toepassing bij het desinfecterend reinigen van huid- en slijmvliesoppervlakken, met het kenmerk, dat het hulpmiddel wordt gevormd door een in hoofdzaak cilindervor- 15 mig lichaam, voorzien van middelen voor aansluiting op een ozonbron, en eventueel voor aansluiting op een vloeistofbron, en dat aan een eindvlak is voorzien van middelen voor aansluiting op een cavitron-inrichting voor het doorgeven van ultrasone trillingen aan het lichaam en aan het andere eindvlak is voor-20 zien van een veelvoud aan buigzame, draadvormige elementen, alsmede van openingen voor het toevoeren van ozon, eventueel in combinatie met een vloeistof.

10. Set voor gebruik bij het reinigen van ozon, omvattende hulpmiddelen volgens een der conclusies 1-5 in aan verschil- 25 lende klinische situaties aangepaste afmetingen en doorstroom-capaciteiten.

11. Set volgens conclusie 9, verder omvattende afzuigmid-delen volgens conclusie 6 of 7.

12. Set volgens conclusie 10 of 11, verder omvattende 30 hulpmiddelen volgens conclusie 8.

13. Set volgens een der conclusies 10 - 12, verder omvattende hulpmiddelen volgens conclusie 9.

14. Werkwijze voor het desinfecterend reinigen van een implantologische voorziening, met het kenmerk, dat de implan- 35 tologische voorziening gedurende een tijd die voldoende is om desinfectie te verkrijgen, in contact wordt gebracht met ozon. 1 0 1 -7· > -'· o v

15. Werkwijze volgens conclusie 14, waarbij de implanto-logische voorziening in een vloeistof wordt gebracht waaraan ozon wordt toegevoerd, bij voorkeur in combinatie met ultrasone trillingen.

16. Ultrasoon reinigingsbad, omvattende een vloeistof, bijvoorbeeld water, en ozon als desinfecterend middel.

17. Werkwijze voor het bepalen van een hoeveelheid ozon, eventueel in vermenging met een ander gas, die tijdens een behandeling met ozon wordt toegevoerd, waarbij een bekend 10 gedeelte van het ozon-bevattende gas door een kaliumjodide- oplossing wordt gevoerd waardoor een verkleuring van de oplossing wordt verkregen als functie van de hoeveelheid ozon die door de oplossing is gevoerd en waarbij de verkleuring wordt vergeleken met een kleurenset voor het bepalen van de totale 15 hoeveelheid ozon die tijdens de behandeling is toegevoerd.

18. Hulpmiddel volgens conclusie 1, waarbij deze geschikt is voor toepassing bij het desinfecterend behandelen van teen- en voetschimmel. . i