NL1009922C2 - Transportmiddel voor losse producten. - Google Patents

Description

Transportmiddel voor losse producten.

De uitvinding heeft betrekking op een transportmiddel voor losse producten omvattende een reeks boven elkaar geplaatste, althans in hoofdzaak identieke legborden om daarop 5 de producten te ontvangen, welke legborden onderling met elkaar zijn gekoppeld en daarbij een vooraf bepaalde onderlinge steek bewaren.

Een transportmiddel van de in de aanhef genoemde soort wordt op grote schaal toegepast in magazijnen, pakhuizen en op veilingen en dergelijke waar losse en soms 10 kwetsbare producten van de ene naar een andere plaats dienen te worden vervoerd, hetzij binnenshuis hetzij naar een lokatie elders. Het meest gangbare transportmiddel daartoe is momenteel de zogenaamde Deense kar. Deze kar omvat een verrijdbaar, rechthoekig onderstel waarvan een buizenframe, in de vorm van vier staanders op de hoekpunten, uitgaat. De staanders zijn voorzien van een regelmatig patroon van 15 openingen waarin overeenkomstige nokken aan de hoekpunten van de legborden kunnen klikken. De legborden omvatten ieder een metalen kader met daarin een houten of houtachtig paneel en kunnen aldus op de gewenste hoogte tussen de staanders worden bevestigd. Nadat de kar op deze wijze in elkaar is gezet, kunnen daarop de producten worden geplaatst en kan het geheel worden verreden. De kar wordt bijvoorbeeld met een - 20 aantal tezamen in zijn geheel in een vrachtwagen geladen om op een andere lokatie te worden afgeleverd. Eenmaal leeg worden de legborden op een minimale steek ~ bevestigd, waardoor de legborden van een aantal karren in één kar worden verzameld en laadruimte van een retourvracht wordt uitgespaard.

25 Een bezwaar van de bekende Deense kar is echter het grote gewicht daarvan waardoor het gebruik daarvan in de praktijk op ergonomische bezwaren stuit en soms omslachtig is. Ook het monteren en demonteren van een Deense kar is omslachtig. Bovendien neemt de bestaande kar ook in lege toestand nog een aanzienlijk volume is beslag.

Weliswaar wordt door de hiervoor beschreven samenvoeging van de legborden van ^ 30 verschillende karren een volumereductie bereikt, maar het leeg volume is nog immer 7 circa eenderde van het oorspronkelijke, wat leidt tot substantiële retourvrachtkosten.

Bovendien nemen de lege karren daardoor tevens een aanzienlijke magazijnruimte in Γ beslag, hetgeen substantiële opslagkosten tot gevolg heeft.

1008922 ^ -2-

Met de onderhavige uitvinding wordt beoogd in een transportmiddel van de in de aanhef genoemde soort te voorzien die één of meer van deze bezwaren ondervangt.

Om het beoogde doel te bereiken heeft een transportmiddel van de in de aanhef 5 genoemde soort volgens de uitvinding als kenmerk dat de legborden zijn voorzien van primaire stapelorganen, die ieder een aan ten minste één zijde open hol lichaam omvatten en althans nagenoeg loodrecht van het legbord uitgaan, welk lichaam althans aan een naar het legbord gewende zijde opent en in staat is om daarin een overeenkomstig lichaam van een verder legbord althans nagenoeg grotendeels te 10 ontvangen, dat de legborden afsteungebieden omvatten, welke bestemd zijn om aldaar de stapelorganen van een naburig legbord te laten afsteunen en dat op elk van de legborden een stapelorganen en een daarmee geassocieerd afsteungebied althans nagenoeg 180°om een denkbeeldige centrale loodlijn van het legbord ten opzichte van elkaar geroteerd liggen. Anders dan de Deense kar gaat het transportmiddel volgens de 15 uitvinding uit van losse elementen die op elkaar kunnen worden gestapeld. De stapelorganen van een eerste legbord steunen daarbij af op de afsteungebieden van een tweede legbord, enzovoorts. De onderlinge steek van de legborden wordt aldus bepaald door de lengte van de stapelorganen. Door de beschreven positionering van de stapelorganen en de afsteungebieden ten opzichte van elkaar, komt aldus een stapeling 20 tot stand indien de legborden om en om 180° ten opzichte van elkaar zijn gedraaid.

Indien daarentegen de legborden met onderling eenzelfde oriëntatie op elkaar worden gelegd, zullen de stapelorganen van opvolgende legborden ineen vallen en wordt een uitermate compact pakket bereikt dat niet meer dan bijvoorbeeld een achtste deel van het oorspronkelijk volume uitmaakt. Aldus wordt een belangrijke reductie van het ledig 25 volume bereikt. Ten opzichte van de Deense kar geldt daarbij een additioneel ruimtevoordeel doordat de hoogte van de lege stapeling niet is beperkt tot de hoogte van aanwezige staanders, waardoor in een vrachtwagen of in het magazijn met lege elementen optimaal kan worden door gestapeld om aldus een additionele ruimtewinst te boeken. Daarnaast is zowel het stapelen als ontstapelen van de legborden relatief 30 eenvoudig te realiseren.

j 1 Q0‘»* -3-

Hoewel de uitvinding in beginsel kan worden toegepast met vlakke aflegborden en dito afsteungebieden, heeft een voorkeursuitvoeringsvorm van het transportmiddel volgens de uitvinding als kenmerk dat de afsteungebieden ieder een verdieping omvatten om daarin een uiteinde van een primair stapelorgaan te ontvangen, welke verdieping zich ~ 5 over ten minste een deel van een dikte van het legbord uitstrekt. Dankzij de verdiepingen komt een vrijwel automatische alineëring tussen de stapelorganen en de afsteungebieden, waardoor het bijzonder eenvoudig is om de afzonderlijke elementen ~ recht boven elkaar te stapelen. De verdieping kan daarbij een terugtrokken deel van het legbord zijn, maar ook een doorgaande opening vormen.

10

Een verdere uitvoeringsvorm van het transportmiddel heeft volgens de uitvinding als kenmerk dat de stapelorganen althans over een deel van hun lengte zowel inwendig als r uitwendig verjongen. Dergelijke verjongende stapelorganen kunnen inwendig en ~ uitwendig dusdanig worden uitgevoerd dat de organen van afzonderlijke legborden ~ 15 vrijwel passend ineen vallen zodat een uitermate compacte stapeling van lege legborden : kan worden bereikt. Een voorkeursuitvoeringsvorm van het transportmiddel volgens de uitvinding heeft daarbij als kenmerk dat het stapelorgaan van het verdere legbord passend wordt ontvangen in de holte van het stapelorgaan van het eerste legbord en dat Γ in de genoemde holte lossingsmiddelen zijn voorzien om een zekere sparing tussen 20 beide lichamen te bewaren. Dergelijke lossingsmiddelen omvatten bijvoorbeeld één of 7 meer nokken of een schouder in de holte van het lichaam, waarop het uiteinde van een i stapelorgaan kan afsteunen, daarbij een zekere sparing tussen beide stapelorganen r bewarend. De sparing die aldus door de lossingsmiddelen wordt opgelegd vermijdt de vorming van luchtdichte holtes tussen de ineen gestapelde stapelorganen, wat anders het ^ 25 uiteen nemen van lege legborden zou hinderen.

Voor een verdere vereenvoudiging van het lossen en nesten van de stapelorganen zijn s deze in een voorkeursuitvoering voorzien van ten minste één opening voor ^ respectievelijk toevoer of afvoer van lucht aan respectievelijk uit de stapelorganen. | 30 1 p o o r o o I U U o o c. C. :: -4-

Een verdere uitvoeringsvorm van het transportmiddel heeft volgens de uitvinding als kenmerk dat de holten in de, de stapelorganen vormende lichamen tevens aan een naar elkaar toe gerichte zijde openen. Dergelijk ook aan een zijvlak van het lichaam open holtes in de lichamen bevorderen niet alleen hun onderlinge lossing indien de lege 5 legborden uiteen dienen te worden genomen, maar vergroten tevens het nuttig laadoppervlak van het legbord dat zich aldus tevens gedeeltelijk tot in de holtes uitstrekt.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm heeft het transportmiddel volgens de 10 uitvinding als kenmerk dat de reeks legborden is aangebracht op een onderstel. Het onderstel kan daarbij zijn voorzien van wielen of anderszins verrijdbaar zijn, maar ook is het mogelijk dat het onderstel een palletbodem omvat waardoor het transportmiddel met gangbare hef- en verplaatsingsmiddelen kan worden opgenomen en verplaatst. Als zodanig wordt bij voorkeur uitgegaan van een zogenaamde Euro palletbodem met een 15 genormeerde maat van circa 120x80 centimeter. Niet alleen is een dergelijke palletbodem compatibel met de meest gangbare hefmiddelen, ook is de binnenmaat van een doorsnee vrachtwagen afgestemd op dit formaat zodanig dat zowel in de lengte maar vooral ook in de breedte een geheel veelvoud zonder noemenswaard ruimteverlies daarin plaatsbaar is. Dit in tegenstelling tot de Deense kar, die met een maat van circa 20 1 34x56 centimeter in de praktijk geregeld niet in een veelvoud in de breedte van een vrachtwagen past zonder aanzienlijke ruimte over te laten.

Ten behoeve van een betrouwbare doch losneembare plaatsing van de legborden op een onderstel heeft een verdere uitvoeringsvorm van het transportmiddel volgens de 25 uitvinding als kenmerk dat althans een onderste legbord althans over een deel van zijn omtrek is voorzien van een rand die daarvan afhangt. De afhangende rand grijpt daarbij om een rand van het onderstel waardoor een afschuifvrije plaatsing mogelijk is.

Ten behoeve van een belangrijke gewichtsreductie ten opzichte van de thans gangbare 30 Deense kar heeft een verdere uitvoeringsvorm van het transportmiddel volgens de uitvinding als kenmerk dat de legborden een spuitgegoten kunststof omvatten en een 1 00 80 2 2 -5- ί i open structuur vertonen. Niet alleen leidt een dergelijke uitvoering tot een belangrijker lager gewicht van de afzonderlijke legborden, ook kan de kostprijs per legbord aanzienlijk worden gereduceerd door de afwezigheid van assemblage-handelingen. De open structuur levert daarbij niet alleen materiaalwinst en gewichtsverlies, maar 5 bevordert tevens een adequate vloeiing van het spuitgietmateriaal tijdens het fabricageproces.

Een verdere uitvoeringsvorm van het transportmiddel heeft volgens de uitvinding als kenmerk dat de legborden zijn voorzien van een losneembaar aflegblad. De losneembare 10 aflegbladen kunnen worden afgestemd op het soort van product dat dient te worden vervoerd. Zo kan een dicht aflegblad worden gekozen voor bijvoorbeeld het vervoer van planten om te vermijden dat teeltaarde op de planten van ondergelegen legborden valt of ^ juist een geperforeerd aflegblad om een product optimaal te laten ademen. Voorts kan : bijvoorbeeld een glad aflegblad worden gekozen voor relatief zware producten die 15 daardoor gemakkelijk in hun positie geschoven kunnen worden en juist een legblad met Γ een anti-slip oppervlak indien dient te worden vermeen dat de producten tijdens transport verschuiven. Om het hanteren van de legborden te vergemakkelijken is een : verdere bijzondere uitvoeringsvorm van het transportmiddel volgens de uitvinding “ gekenmerkt doordat de legborden althans aan twee tegenover elkaar gelegen zijden zijn ΐ 20 voorzien van handgrepen. De legborden kunnen hierbij eenvoudig aan de handgrepen :: worden beetgenomen.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld en een bijbehorende tekening. In de tekening toont: 25 figuur 1 een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van het ’ transportmiddel volgens de uitvinding; figuur 2 een bovenaanzicht van een legbord van het transportmiddel van figuur 1; Ü

R

figuur 3 een dwarsdoorsnede van het transportmiddel van figuur 1 in een vulbare, - opgezette toestand; en 30 figuur 4 een overeenkomstige dwarsdoorsnede van het transportmiddel in een ΐ! lege, ineen gestapelde toestand.

1 00 EC 22 p -6-

De figuren zijn overigens zuiver schematisch en niet steeds op schaal getekend. Met name zijn ter wille van de duidelijkheid sommige dimensies mogelijk sterk overdreven weergegeven. Overeenkomstige delen zijn in de figuren zoveel mogelijk met eenzelfde verwijzingscijfer aangeduid.

5

In figuur 1 is in perspectief een uitvoeringsvoorbeeld van het transportmiddel volgens de uitvinding weergegeven, dat in dit geval vier althans nagenoeg identieke legborden 10,20,30,40 omvat. De legborden 10,20,30,40 zijn in hoofdzaak rechthoekig van vorm en meten circa 120x80 centimeter, overeenkomstig het formaat van zogenaamde Euro-10 pallets die als onderstel kunnen worden gebruikt. Door middel van spuitgieten zijn de legborden integraal uit een uit een geschikte kunststof zoals HD polypropyleen of polyethyleen vervaardigd, waardoor de fabricagekosten beperkt kunnen zijn. Zoals in het bovenaanzicht van figuur 2 duidelijker is te zien, vertonen de legborden een open structuur. Een dergelijke structuur vermindert niet alleen het netto-gewicht van een 15 legbord, doch vereenvoudigd tevens het fabricageproces dat daardoor goedkoper kan worden uitgevoerd. Het aldus open legbord kan worden afgedekt met een afzonderlijk legblad dat van een geschikte oppervlaktestructuur is voorzien, afgestemd op de specifieke toepassing van het transportmiddel. Een dergelijk legblad wordt bijvoorbeeld gevormd door een enkele tienden van mimimeters tot enkele millimeters dik folie van 20 een geschikt materiaal en wordt integraal ondersteund door de basisstructuur van het legbord. Omwille van de duidelijkheid zijn deze legbladen in de figuren niet nader ' weergegeven.

De legborden omvatten ieder een viertal stapelorganen 51,52,53,54 die nabij de 25 hoekpunten zijn geplaatst. Deze stapelorganen omvatten ieder een hol lichaam dat althans aan de naar het betreffende legbord gewende zijde 70 open is. De holtes en stapelorganen verjongen beiden en zijn daarbij dusdanig gedimensioneerd dat * overeenkomstige stapelorganen van afzonderlijke legborden in elkaar kunnen worden i ; geschoven. Aldus kunnen de legborden 10,20,30,40 in lege toestand uitermate compact 30 en tot iedere gewenste hoogte op elkaar worden gestapeld, hetgeen in figuur 4 is aangegeven. De verscheidene legborden 10,20,30,40 hebben in deze toestand een 1 00 99 22 -7- gelijke oriëntatie. Lossingsmiddelen in de vorm van een inwendige schouder 72 zorgen ervoor dat de stapelorganen van de afzonderlijke legborden onderling een sparing 73 bewaren, wat de vorming van een luchtdichte ruimtes en anders mogelijk in elkaar klemmende stapelorganen tegengaat.

5

Ieder stapelorgaan 51 -54 kent op een legbord een daarmee geassocieerd afsteungebied 61 -64 ter plaatse waarvan het op een ander legbord kan afsteunen. Overeenkomstig de uitvinding liggen de stapelorganen 51-54 en de daarmee geassocieerde afsteungebieden 61-64 circa 180° om een denkbeeldige centrale loodlijn A-A ten opzichte van elkaar 10 geroteerd. Dit houdt in dat het eerste stapelorgaan 51 en het daarmee geassocieerde afsteungebied 61 180° ten opzichte van elkaar gedraaid liggen, evenals de overige stapelorganen 52,53,54 en de daarmee geassocieerde afsteungebieden 62,63 respectievelijk 64. Als gevolg hiervan zullen de legborden bij een onderling gelijke oriëntatie in elkaar vallen zoals in figuur 4 is aangegeven. Indien daarentegen 15 opeenvolgende legborden onderling 180° ten opzichte van elkaar geroteerd liggen, zoals ^ aangegeven in figuur 1 en 3, zullen de stapelorganen van een legbord daarentegen afsteunen op de daarmee geassocieerde afsteungebieden van een opvolgend legbord zodat een stapeling wordt verkregen tussen de legborden met een steek die hoofdzakelijk wordt bepaald door de lengte van de stapelorganen. Doordat de 20 afsteungebieden ieder over een deel van hun dikte een verdieping 60 omvatten om daarin een uiteinde van een stapelorgaan te ontvangen, zie met name figuur 3 en 4, wordt vrijwel vanzelf een exacte positionering van de legborden op elkaar bereikt, wat : uitmondt in een rechte, strakke en robuuste stapeling. In deze toestand kunnen producten op de legborden worden geladen om met het transportmiddel te worden 25 vervoerd. Bij voorkeur wordt het onderste legbord 10 daarbij op een geschikt onderstel " geplaatst, zoals in dit geval bijvoorbeeld een Euro-pallet, waarmee de stapeling als één r geheel gebruik makend van gangbare hef- en verplaatsingsmiddelen kan worden : opgenomen. Om te vermijden dat de stapeling daarbij van het onderstel af kan schuiven, "

zijn de legborden ieder aan de hoeken voorzien van een rand 80 die daarvan afhangt en I

30 om het, niet getekende, onderstel grijpt.

1 o 0 90 2 2 f -8-

Om de onderlinge lossing van de legborden verder te bevorderen maar vooral om meer nuttig laadoppervlak op de legborden te verkrijgen zijn de holten 71 in de stapelorganen tevens aan een naar elkaar toegewende zijde 75 open, zie figuur 1. Hierdoor strekt het laadoppervlak zich uit tot in de betreffende holten van de stapelorganen, waardoor in 5 voorkomende gevallen meer producten op het legbord kunnen worden ondergebracht.

Eenmaal leeg worden de legborden van de stapeling uit elkaar genomen en op de wijze zoals aangegeven in figuur 4 in een onderling gelijke oriëntatie in elkaar geschoven. In deze toestand nemen de legborden minder dan een achtste gedeelte in van het 10 oorspronkelijke volume, wat tot een drastische reductie van transport- en opslagkosten leidt. Bovendien kunnen de lege legborden in beginsel tot iedere gewenste hoogte worden opgestapeld, wat tot een verdere reductie van het daardoor ingenomen vloeroppervlak leidt. Om het hanteren van de legborden te vergemakkelijken, zijn deze ieder aan weerszijden voorzien van handgrepen 85 waaraan ze eenvoudig kunnen 15 worden opgepakt.

Hoewel de uitvinding hiervoor aan de hand van louter een enkel uitvoeringsvoorbeeld nader werd toegelicht, zal het duidelijk zijn dat de uitvinding geenszins tot het gegeven voorbeeld is beperkt. Integendeel zijn binnen het kader van de uitvinding nog vele 20 variaties en verschijningsvormen mogelijk. Zo zijn de gegeven dimensies louter als voorbeeld gegeven, maar kunnen de legborden ook anders worden gedimensioneerd en vormgegeven. Ook kunnen de gebruikte materialen worden vervangen door andere materialen. Ook kan in plaats van voor een open structuur, niettegenstaande de daaraan verbonden voordelen, worden uitgegaan van volledig gesloten legborden.

25

In het voorbeeld werd uitgegaan van een palletbodem als onderstel. De stapeling kan evenwel ook op een verrijdbaar onderstel worden aangebracht of zelfs zonder onderstel worden toegepast. Voorts kan de plaats van de stapelorganen worden gevarieerd, waarbij evenwel steeds over een rotatie van 180° om de centrale loodlijn van het 30 legbord een daarmee geassocieerd afsteungebied te vinden zal zijn waarop het stapelorgaan op een verder legbord kan afsteunen.

10QQC22 ï -9-

Een voorbeeld van zo’n andere plaatsing van de stapelorganen is het aan een korte zijde van een legbord op de uiterste hoekpunten plaatsen van de stapelorganen, en het aan de overliggende korte zijde van het legbord op enige afstand van de hoekpunten plaatsen van de stapelorganen.

5

Ook kan de lengte van de stapelorganen naar wens worden gevarieerd om deze optimaal af te stemmen op de aard van de te vervoeren producten, waarbij tevens legborden met onderling verschillende stapelorgaanlengtes door elkaar kunnen worden gebruikt.

10 In het algemeen biedt de uitvinding een transportmiddel dat is opgebouwd uit losse elementen die zowel op een zekere steek op elkaar als uitermate compact in elkaar kunnen worden gestapeld, waarbij de onderlinge oriëntatie de wijze van stapeling bepaalt. Als zodanig biedt de uitvinding vele voordelen ten opzichte van de thans in hoofdzaak gangbare Deense kar.

| 1 0090 22

Claims (13)

1. Transportmiddel voor losse producten omvattende een reeks boven elkaar geplaatste, althans in hoofdzaak identieke legborden om daarop de producten te 5 ontvangen, welke legborden onderling met elkaar zijn gekoppeld en daarbij een voorafbepaalde onderlinge steek bewaren, met het kenmerk, dat de legborden zijn voorzien van primaire stapelorganen, die ieder een aan ten minste één zijde open hol lichaam omvatten en althans nagenoeg loodrecht van het legbord uitgaan, welk lichaam althans aan een naar het legbord gewende zijde opent en in staat is om daarin een 10 overeenkomstig lichaam van een verder legbord althans nagenoeg grotendeels te ontvangen, dat de legborden afsteungebieden omvatten, welke bestemd zijn om aldaar _ de stapelorganen van een naburig legbord te laten afsteunen en dat op elk van de legborden een stapelorgaan en een daarmee geassocieerd afsteungebied althans nagenoeg 180°om een denkbeeldige centrale loodlijn van het legbord ten opzichte van 15 elkaar geroteerd liggen.

2. Transportmiddel volgens conclusie 1 met het kenmerk dat de afsteungebieden ieder een verdieping omvatten om daarin een uiteinde van een primair stapelorgaan te , ontvangen, welke verdieping zich over ten minste een deel van een dikte van het Ξ 20 legbord uitstrekt.

3. Transportmiddel volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk dat de stapelorganen althans over een deel van hun lengte zowel inwendig als uitwendig verjongen.

4. Transportmiddel volgens conclusie 3 met het kenmerk dat het stapelorgaan van het verdere legbord passend wordt ontvangen in de holte van het stapelorgaan van het eerste legbord en dat in de genoemde holte Iossingsmiddelen zijn voorzien om een zekere sparing tussen beide lichamen te bewaren. 30 s :a I 1 GO S3 22 -11-

5. Transportmiddel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de stapelorganen zijn voorzien van ten minste één doorgaande opening voor het doorlaten van lucht.

6. Transportmiddel volgens een of meer der voorafgaande conclusies met het kenmerk dat de holten in de, de stapelorganen vormende lichamen tevens aan een naar elkaar toe gerichte zijde openen.

7. Transportmiddel volgens één of meer der voorafgaande conclusies met het 10 kenmerk dat de reeks legborden is aangebracht op een onderstel.

8. Transportmiddel volgens conclusie 6 met het kenmerk dat het onderstel een palletbodem omvat.

9. Transportmiddel volgens conclusie 6 met het kenmerk dat het onderstel verrijdbaar is.

10. Transportmiddel volgens één of meer der conclusies 6 tot en met 8 met het kenmerk dat althans een onderste legbord althans over een deel van zijn omtrek is ^ 20 voorzien van een rand die daarvan afhangt. I

11. Transportmiddel volgens één of meer der voorafgaande conclusies met het i; kenmerk dat de legborden een spuitgegoten kunststof omvatten en een open structuur 1 vertonen. = 25

12. Transportmiddel volgens één of meer der voorafgaande conclusies met het ~ kenmerk dat de legborden zijn voorzien van een losneembaar aflegblad. I

13. Transportmiddel volgens één of meer der voorafgaande conclusies met het 30 kenmerk dat de legborden althans aan twee tegenover elkaar gelegen zijden zijn voorzien van handgrepen. 1 0089 22