NL1009164C1 - Kleminrichting. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Kleminrichting.

De uitvinding heeft betrekking op een kleminrichting volgens de aanhef van conclusie 1.

Een dergelijke kleminrichting is bekend uit DE-U-81 14 063. De bekende kleminrichting bestaat uit een holle cilin-5 drische wandhouder waarin een massief cilindrisch bedie-ningsorgaan heen en weer kan schuiven. Tussen de wandhouder en het bedieningsorgaan is een veer opgenomen. Het bedie-ningsorgaan is voorzien van een zich naar beneden toe uit-strekkende vergrendelvinger die bestemd is om aan te grijpen 10 in op de bodem van de wandhouder aangebrachte vergrendelnok-ken. De verbinding tussen de vergrendelvinger en de vergren-delnokken is zodanig dat een beperkte verschuiving van het bedieningsorgaan in de wandhouder mogelijk is. De holle wandhouder is voorzien van een sleufvormige insteekopening, 15 terwijl het massieve bedieningsorgaan voorzien is van een sleufvormige uitsparing. Door het bedieningsorgaan tegen de veerkracht in naar binnen te drukken in de wandhouder, zullen de insteekopening en de uitsparing in eikaars verlengde komen te liggen. Op dat moment kan een deel van een 20 enigszins flexibel product naar binnen worden gestoken. Indien vervolgens het bedieningsorgaan door de veerspanning weer naar buiten wordt gedrukt zal een klemming van het naar binnen gestoken productdeel plaatsvinden tussen de randen van de insteekopening in de wandhouder en de randen van de 25 uitsparing in het bedieningsorgaan.

Nadelig bij deze bekende kleminrichting is dat het bedieningsgemak te wensen over laat. Teneinde een voldoende klemkracht te krijgen is de veer relatief stijf uitgevoerd. De kracht die benodigd is voor het tegen de werking van de 30 veer indrukken van het bedieningsorgaan is hierdoor groot. Verder komt het regelmatig voor dat het bedieningsorgaan klem komt te zitten in de wandhouder. Dit wordt bijvoorbeeld veroorzaakt door een asymmetrische belasting van het bedieningsorgaan tijdens het in de wandhouder naar binnen drukken 1 0091 64 - 2 - daarvan. Een eenhandige bediening waarbij tegelijkertijd het bedieningsorgaan wordt ingedrukt en een deel van het het flexibele product in de insteekopening naar binnen wordt gestoken, is met de bekende kleminrichting nagenoeg niet 5 mogelijk. Een eenmaal in de wandhouder vastgeklikt bedieningsorgaan kan daar niet meer uit worden verwijderd zonder de klikvinger kapot te maken.

Het doel van de onderhavige uitvinding is een kleminrichting te verschaffen waarbij deze nadelen worden onder-10 vangen.

Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt door een kleminrichting volgens conclusie 1. Het bedieningsorgaan is via scharniermiddelen draaibaar rondom een scharnieras verbonden met de wandhouder. De wandhouder en het bedie-15 ningsorgaan zijn beide voorzien van een insteekopening. Tussen de wandhouder en het bedieningsorgaan zijn veermidde-len aangebracht. Door op het bedieningsorgaan, op enige afstand van de scharnieras, kracht uit te oefenen, kan het bedieningsorgaan rondom de scharnieras ten opzichte van de 20 wandhouder worden verdraaid. Tijdens het verdraaien komen de beide insteekopeningen in een positie in eikaars verlengde te liggen. Op dat moment kan een deel van een flexibel product in de insteekopeningen naar binnen worden gestoken. Door vervolgens het bedieningsorgaan weer te ontlasten zal 25 het als gevolg van de werking van de veermiddelen terugdraaien rondom de scharnieras en daarbij het flexibele productdeel tussen tegenover elkaar liggende randen van de insteekopeningen vastklemmen. De bedieningskracht kan overal op het bedieningsdeel worden uitgeoefend mits op enige 30 afstand van de scharnieras. Met voordeel wordt gebruik gemaakt van een gunstige momentwerking. Hoe groter de afstand tussen de plaats waar de bedieningskracht wordt uitgeoefend en de scharnieras is, hoe kleiner de benodigde bedieningskracht is. Ook de veermiddelen kunnen dankzij de mo-35 mentwerking minder stijf worden uitgevoerd dan bij de bekende kleminrichting, terwijl de gewenste klemkracht behouden blijft. Een verklemming van het bedieningsorgaan op de wandhouder is met voordeel nagenoeg uitgesloten. De scharnier- 1 0 091 6 4 - 3 - verbinding kan zodanig worden uitgevoerd dat het bedienings-deel weer van de wandhouder kan worden verwijderd zonder daarbij delen van de kleminrichting onherstelbaar te beschadigen. De scharniermiddelen kunnen bijvoorbeeld worden 5 gevormd door een afzonderlijke scharnierpen die door de wandhouder en het bedieningsorgaan gestoken is, maar kunnen ook een geheel vormen met de wandhouder en het bedieningsorgaan.

In het bijzonder zijn de veermiddelen geplaatst tussen 10 de scharniermiddelen en de insteekopeningen. Een op het voorvlak van het bedieningsorgaan uitgeoefende drukkracht sorteert hierbij een maximaal effect indien de momentarm zo groot mogelijk. Voor de kleminrichting betekent dit dat de drukkracht zoveel mogelijk nabij de insteekopeningen dient 15 te worden uitgeoefend. Hierdoor is een eenhandige bediening zeer goed mogelijk.

In een uitvoeringsvorm heeft de wandhouder twee naar buiten toe uitstekende scharnierpennen en bestaat het bedieningsorgaan uit twee schaalhelften waarin scharnierpenhou-20 ders zijn opgenomen. In de samengestelde stand zijn de twee schaalhelften op elkaar vastgemaakt, waarbij de scharnier-penhouders om de scharnierpennen heen liggen. Deze uitvoeringsvorm maakt een eenvoudige assemblage van de kleminrichting mogelijk. De scharnierpennen kunnen hierbij een geheel 25 vormen met de wandhouder. Dit maakt het mogelijk de wandhouder in een productiestap, bijvoorbeeld in een spuitgietpro-ces, te vervaardigen, hetgeen een aanzienlijke verlaging van de productiekosten met zich meebrengt. Verder kan de voorste schaalhelft eenvoudig naar wens worden vervangen door een 30 schaalhelft met een andere kleur of een ander design.

Verdere voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding zijn vastgelegd in conclusie 4 en 5.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening, waarin: 35 Fig. 1 een aanzicht is in perspectief met uiteengenomen delen van een kleminrichting volgens de uitvinding gezien vanaf de voorzijde;

Fig. 2 een aanzicht is overeenkomstig fig. 1 gezien 1 0 091 6 4 - 4 - vanaf de wandzijde;

Fig. 3 een aanzicht is in doorsnede van een kleminrich-ting volgens de uitvinding in de bediende insteekstand; en

Fig. 4 een aanzicht is overeenkomstig fig. 3 in de 5 onbediende klemstand.

De kleminrichting in fig. 1-4 omvat een wandhouder 1, een bedieningsorgaan 2 en een veer 3. De wandhouder 1 heeft een holle doosvormige opbouw, waarbij de zijwanden twee naar buiten toe uitstekende scharnierpennen 6 hebben. Aan de 10 onderzijde is de wandhouder 1 voorzien van een insteekope-ning 7. Binnenin de wandhouder 1 zijn uitsteeksels 8 aangebracht waarop een uiteinde van de veer 3 kan worden vastgeklemd. Het voorvlak van de wandhouder 1 is grotendeels open gelaten. Het bedieningsorgaan 2 bestaat uit twee schaalhelf-15 ten 10, 11 welke met behulp van pen-gatverbindingen 12 op elkaar vastgeklemd kunnen worden. In de samengestelde stand heeft het bedieningsorgaan 2 een holle platgeslagen ovaal-vorm. Binnenin de twee schaalhelften 10, 11 zijn scharnier- penhouders 14, 15 aangebracht. De tegenoverelkaar liggende 20 scharnierpenhouders 14, 15 in de respectieve schaalhelften 10, 11 zijn complementair en omsluiten in de samengestelde stand tezamen de scharnierpennen 6. De achterste schaalhelft 10 heeft een grote rechthoekige uitsparing 16 waarin in de samengestelde stand een deel van de wandhouder 1 komt te 25 liggen. De voorste schaalhelft 11 heeft een cilindrisch uitsteeksel 18 waarover het andere uiteinde van de veer 3 komt te liggen.

Het in elkaar zetten van de kleminrichting kan als volgt geschieden: 30 De achterste schaalhelft 10 wordt met zijn uitsparing 16 over de wandhouder 1 heengeschoven totdat de scharnierpenhouders 14 tegen de scharnierpennen 6 aanliggen. De veer 3 wordt met een uiteinde op het uitsteeksel 8 geschoven. Vervolgens wordt de voorste schaalhelft 11 op de achterste 35 schaalhelft 10 vastgeklemd waarbij de in de voorste schaalhelft 11 aangebrachte scharnierpenhouders 15 eveneens tegen de scharnierpennen 6 aan komen te liggen en het nog vrije veeruiteinde over het uitsteeksel 18 wordt geschoven.

1009164 - 5 -

Het bedieningsorgaan 2 omsluit de wandhouder 1 voor een groot deel. Het bedieningsorgaan 2 scharniert tijdens gebruik over de wandhouder 1 heen. Eventuele vuiligheid die op het voorvlak van het bedieningsorgaan 2 terechtkomt kan een-5 voudig met een doek worden verwijderd. Het risico dat vuiligheid als gevolg van een bediening terechtkomt tussen de contactvlakken van de wandhouder 1 en het bedieningsorgaan 2 is hiermee minimaal.

De achterste en voorste schaalhelft 10 respectievelijk 10 11 zijn beide voorzien van een verjongd wanddeel 20 respec tievelijk 21 die -in de samengestelde stand tezamen een in-steekopening 22 vormen. Het bedieningsorgaan 2 heeft met zijn uitsparing 16 een zodanige ruime passing om de wandhouder 1 heen dat het bedieningsorgaan 2 ten opzichte van de 15 wandhouder 1 rondom de scharnierpennen 6 kan worden verdraaid .

De veer 3 is uitgevoerd als drukveer en bevindt zich tussen de scharnierpennen 6 en de insteekopeningen 7, 22.

Het uitoefenen van een drukkracht op het onderste deel van 2 0 het voorvlak van het bedieningsorgaan 2 heeft tot gevolg dat het bedieningsorgaan 2 met de klok mee rondom de scharnierpennen 6 zal worden verdraaid. Dit verdraaien vindt plaats tegen de werking van de veer 3 in. De wandhouder 1 heeft een naar voren toe uitstekend wanddeel 25. De verdraaiing stopt 25 zodra het wanddeel 21 van de voorste schaalhelft 11 aanligt tegen het wanddeel 25 van de wandhouder 1. Dit is getoond in fig. 3. In deze stand liggen de insteekopeningen 7, 22 in eikaars verlengde. Het is dan mogelijk om een deel van een flexibel product, bijvoorbeeld een punt van een handdoek, in 30 de doorgaande insteekopening naar binnen te steken. Door vervolgens het bedieningsorgaan 2 los te laten zal de veer 3 ervoor zorgen dat het bedieningsorgaan 2 tegen de klok in terug zal draaien rondom de scharnierpennen 6. Het bedieningsorgaan 2 zal zover terugdraaien totdat het productdeel 35 vastgeklemd is tussen het wanddeel 25 van de wandhouder 1 en het wanddeel 20 van de achterste schaalhelft 10. Indien er geen productdeel in de insteekopeningen 7, 22 is gestoken zal het bedieningsorgaan 2 terug draaien totdat het wanddeel 1 0091 64 - 6 - 20 aanligt tegen het wanddeel 25.

Zowel de randen van insteekopening in de wandhouder als die van de insteekopening in het bedieningsorgaan kunnen worden voorzien van een profiel, teneinde een betere grip op 5 het in te klemmen product te krijgen. Ook kunnen de randen van de respectieve insteekopeningen worden uitgevoerd als in elkaar grijpbare vingers.

Het voorvlak van het bedieningsorgaan 2 is voorzien van naar beneden toe kleiner wordende ovaalvormige cirkels 30. 10 Hiermee wordt bereikt dat een bediener uit zichzelf druk uit zal oefenen op het onderste deel van het voorvlak. Het bedoelde drukgebied van het bedieningsorgaan kan natuurlijk ook van anderssoortige profielen of aanduidingen worden voorzien, waarmee het eveneens voor een bediener duidelijk 15 is waar druk dient te worden uitgeoefend.

De tweedelige opbouw van het bedieningsorgaan 2 maakt het mogelijk de voorste schaalhelft 11 te vervangen, bijvoorbeeld door een schaalhelft met een andere vorm, kleur of materiaalsoort. Het is ook mogelijk slechts een deel van het 20 voorvlak van de voorste schaalhelft verwisselbaar uit te voeren.

Zowel de wandhouder als de beide schaalhelften van het bedieningsorgaan zijn bij voorkeur vervaardigd uit kunststof. Hierbij is het mogelijk de delen in een spuitgietpro-25 ces te vervaardigen waarbij een in hoofdzaak uniforme wanddikte kan worden aangehouden.

Op de getoonde uitvoeringsvorm zijn zeer veel varianten mogelijk. Zo kunnen de scharniermiddelen ook bestaan uit een afzonderlijke scharnierpen die zich uit-30 strekt door overeenkomstige gaten in de wandhouder en het bedieningsorgaan. Ook kunnen alleen gaten worden voorzien in de wandhouder waarin scharniernokken kunnen klikken die aan het bedieningsorgaan gekoppeld zijn.

In een andere variant worden de veermiddelen gevormd 3 5 door een verend wanddeel dat is meegespoten met de wandhouder of het bedieningsdeel en verend aanligt tegen het andere deel.

De kleminrichting volgens de uitvinding kan ook zodanig 1009164 - 7 - worden uitgevoerd dat meerdere bedieningsorganen naast elkaar op één wandhouder zijn gemonteerd. Dit is bijvoorbeeld handig in een keuken waar vaak meerdere handdoeken en theedoeken naast elkaar dienen te hangen.

5 De wandhouder kan op verschillende manieren op een wand worden vastgemaakt. Te denken valt aan schroeven, een plak-strip, e.d. In fig. 1-4 is een op zichzelf bekende bevesti-gingssysteem met een wandbevestigingsplaat 34 getoond. De wandbevestigingsplaat 34 kan met behulp van een plakstrip 35 10 op een wand worden bevestigd. De achterwand van de wandhouder l is voorzien van een geschikte uitsparing 36 waarmee de wandhouder 1 met behulp van een bajonetschuifsluiting op de wandbevestigingsplaat 34 kan worden vastgemaakt. Deze uitvoeringsvorm heeft als grote voordeel dat bekende ophangha-15 ken die nu reeds met behulp van dergelijke wandbevestigings-platen op de muren zitten op zeer eenvoudige wijze kunnen worden vervangen door kleminrichtingen volgens de uitvinding .

Aldus is een zeer gebruiksvriendelijke kleminrichting 20 verschaft die eenvoudig, licht en met een hand te bedienen is. De kleminrichting is goedkoop te vervaardigen, hygiënisch in het gebruik en eenvoudig aanpasbaar aan individuele wensen.

1 0091 64

Claims (5)

1. Kleminrichting voor het inklemmen van enigszins flexibele producten, zoals handdoeken, omvattende: - een wandhouder (1) met een insteekopening (7); - een bedieningsorgaan (2) met een insteekopening (22); 5 welk bedieningsorgaan (2) beweegbaar aansluit op de wandhouder (1) ; en - veermiddelen (3) die het bedieningsorgaan (2) in een klem-stand voorspannen ten opzichte van de wandhouder (1) , waarbij het bedieningsorgaan (2) ten opzichte van de wandhouder 10 (1) tegen de werking van de veermiddelen (3) in kan worden bewogen, zodanig dat de insteekopeningen (7, 22) in een positie ten minste gedeeltelijk met elkaar corresponderen en een doorgaande insteekopening vormen waarin een deel van een flexibel product naar binnen kan worden gestoken, 15 met het kenmerk, dat het bedieningsorgaan (2) via scharnier-middelen (6, 14, 15) verbonden is met de wandhouder (1), waarbij het bedieningsorgaan (2) tegen de werking van de veermiddelen (3) in door op het bedieningsorgaan (2) uitgeoefende handkracht ten opzichte van de wandhouder (1) kan 20 worden verdraaid.

2. Kleminrichting volgens conclusie 1, waarbij de veermiddelen (3) tussen de scharniermiddelen (6, 14, 15) en de insteekopeningen (7, 22) zijn geplaatst. 25

3. Kleminrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de wandhouder (1) twee naar buiten toe uitstekende scharnier-pennen (6) heeft en het bedieningsorgaan (2) twee schaal-helften (10, 11) met daarin opgenomen scharnierpenhouders 3 0 (14, 15) omvat, die in de samengestelde stand om de schar- nierpennen (6) heen liggen.

4. Kleminrichting volgens conclusie 3, waarbij de achterste schaalhelft (10) een uitsparing (16) omvat waarmee het 35 over de wandhouder (1) heen kan worden geschoven tot tegen de scharnierpennen (6). 1 0091 64 - 9 -

5. Kleminrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het voorvlak van het bedieningsorgaan verwisselbaar is. 1009164