NL1008408C1

NL1008408C1 - Inrichting en werkwijze voor het verven.

Info

Publication number: NL1008408C1
Application number: NL1008408A
Authority: NL
Inventors: Rene Jan Padt
Original assignee: Rene Jan Padt
Priority date: 1997-11-25
Filing date: 1998-02-25
Publication date: 1998-12-29
Also published as: NL1008408A1

Description

INRICHTING EN WERKWIJZE VOOR HET VERVEN

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het verven van een oppervlak, voorzien van een rolli-5 chaam dat over genoemd oppervlak kan worden gerold, van welk rollichaam het in hoofdzaak cilindrische buitenoppervlak materiaal omvat dat verf kan bevatten en de verf tijdens het rollen aan het oppervlak kan afgeven, welk rollichaam roteerbaar is aangebracht op het uiteinde van 10 een gebogen metalen staaf, terwijl een handvat is aangebracht op het andere uiteinde van de staaf.

Een dergelijke inrichting, ook wel verfroller genoemd, is zowel in de doe-het-zelf markt als in de professione-15 le markt bekend. Het handvat van de verfroller staat doorgaans loodrecht op de rotatie-as van het rollichaam. Het oppervlak van het rollichaam kan voorzien zijn van vezels die verf kunnen opnemen of van elastisch schuimmateriaal (schuimplastic) of dergelijk materiaal. 20 De laag schuimmateriaal die daarbij het oppervlak van het rollichaam vormt kan een aanzienlijke dikte hebben, bij voorbeeld een dikte die groter is dan 10 % van de diameter van het rollichaam, of zelfs meer dan 20 %. De laag schuimmateriaal kan een relatief grote hoeveelheid 25 verf bevatten zodat ononderbroken een relatief groot oppervlak kan worden geverfd. Ook andere materialen als oppervlak van het rollichaam zijn bekend.

Bij het beëindigen van de verfhandelingen, of wanneer op 30 een andere kleur verf wordt overgegaan, dient verf van het rollichaam te worden verwijderd, waartoe met de hand in het rollichaam kan worden geknepen of langs het rollichaam kan worden gestreken of waartoe het rollichaam langs een rand, bijvoorbeeld de gebogen van een 35 verfhouder, kan worden gestreken.

Omdat het rollichaam relatief veel verf kan bevatten en wegens het relatief grote oppervlak van het rollichaam 1008403 2 vormt het verwijderen van overtollige verf een probleem.

De uitvinding beoogt een inrichting voor het verven waarbij overtollige verf gemakkelijk en op effectieve 5 wijze van het rollichaam kan worden verwijderd.

Hiertoe is volgens de uitvinding de inrichting voorzien van een afstrijkorgaan voor het verwijderen van verf van het rollichaam, welk afstrijkorgaan een uitsparing heeft 10 met een in hoofdzaak cirkelvormig gebogen rand, welk afstrijkorgaan kan worden verplaatst vanaf een positie waarbij de metalen staaf zich binnen de uitsparing bevindt tot een positie waarbij het rollichaam zich binnen de uitsparing bevindt om vervolgens in in 15 hoofdzaak axiale richting langs genoemd buitenoppervlak van het rollichaam te worden verplaatst. De diameter van de uitsparing binnen de cirkelvormig gekromde rand kan ongeveer gelijk zijn aan de diameter van het rollichaam, met name wanneer dat rollichaam een buitenoppervlak 20 heeft dat bekleed is met vezels. De diameter van de uitsparing kan ook aanzienlijk kleiner zijn dan de diameter van het rollichaam, met name wanneer het oppervlak van het rollichaam voorzien is van een relatief dikke laag schuimmateriaal. In dit laatste 25 geval kan de diameter van de uitsparing ongeveer gelijk zijn aan de diameter van de cilindervormige harde kern die doorgaans in het rollichaam aanwezig is.

In de praktijk is gebleken dat overtollige verf op zeer 30 effectieve wijze van het rollichaam kan worden verwijderd door middel van het beschreven afstrijkorgaan. Daarbij blijft het afstrijkorgaan grotendeels vrij van verf, zodat het met de vingers kan worden vastgehouden zonder dat deze vingers in contact komen met de verf.

35

In een voorkeursuitvoering is de uitsparing van het afstrijkorgaan een geheel omsloten doorgang in het Ί Π H G / f> λ 3 afstrijkorgaan met een zodanige grootte dat het handvat door die doorgang kan passeren. Het afstrijkorgaan kan dan op de metalen staaf worden aangebracht door het over het handvat te schuiven, waarna het kan worden bewogen 5 naar het andere uiteinde van de metalen staaf om vervolgens over het oppervlak van het rollichaam te worden verplaatst. Hierbij dient de dwarsafmeting van het handvat zodanig klein te zijn dat deze door de uitsparing van het afstrijkorgaan kan worden verplaatst. 10 Wanneer het handvat een grotere dwarsafmeting heeft kan het afstrijkorgaan over het handvat worden verplaatst door het afstrijkorgaan te vervaardigen van elastisch materiaal dat zodanig vervormd kan worden en/of kan worden opgerekt dat het over het handvat kan worden 15 geschoven.

In een voorkeursuitvoeringsvorm vormt het materiaal van het afstrijkorgaan een ring, die de uitsparing omgeeft, en die zodanig is onderbroken dat de metalen staaf van 20 buiten de ring tot binnen de ring kan worden gebracht. Daarbij kan de onderbreking van de ring door veerkracht in het materiaal van het afstrijkorgaan gesloten worden gehouden, zodat het afstrijkorgaan zich na het aanbrengen om de metalen staaf als gesloten ring gedraagt.

25

Ook kan de onderbreking van de ring een doorgang vormen met een dwarsafmeting die in hoofdzaak overeenkomt met de dikte van de metalen staaf, hetgeen een relatief kleine afmeting is, waardoor deze onderbreking slechts 30 beperkte nadelige effecten heeft bij het afstrijken van de verf. Wanneer het materiaal van het afstrijkorgaan flexibel is kan de onderbreking tijdens het afstrijken met de vingers worden dicht gedrukt. Dat heeft als bijkomend voordeel dat de afstrijkwerking wordt 35 verbeterd omdat de diameter van de uitsparing tijdens het afstrijken aan de omstandigheden kan worden aangepast.

1008408 4

In een voorkeursuitvoeringsvorm is het afstrijkorgaan bevestigd, of bevestigbaar aan een opvangbak voor de afgestreken verf. Door het afstrijkorgaan bij voorkeur in een wandgedeelte van de opvangbak aan te brengen kan 5 de afgestreken verf op efficiënte wijze worden opgevangen. De opvangbak kan ook gevormd worden door de verfhouder, waarbij het afstrijkorgaan is voorzien van middelen om op de verfhouder te worden bevestigd.

10 Ten einde met de verfroller efficiënt te kunnen verven is de metalen staaf waarmee het rollichaam aan het handvat is bevestigd doorgaans voorzien van een scherpe bocht van negentig graden waarbij de gebogen metalen staaf vrijwel tegen dat uiteinde van het rollichaam 15 aanligt. Deze vorm van de metalen staaf belemmert een gemakkelijke verplaatsing van het afstrijkorgaan vanaf de metalen staaf naar het rollichaam, vooral als de diameter van de uitsparing van het afstrijkorgaan vrijwel overeenkomt met de buiten diameter van het 20 rollichaam of overeenkomt met de buiten diameter van de harde kern van het rollichaam wanneer het oppervlak is voorzien van schuimmateriaal. Het afstrijkorgaan kan dan alleen gemakkelijk op het rollichaam worden geplaatst wanneer bij dat plaatsen de gekromde rand van het 25 afstrijkorgaan in een vlak ligt dat loodrecht op de hartlijn van het rollichaam staat. De gebogen metalen staaf kan een dergelijke positie van het afstrijkorgaan belemmeren. Wanneer de uitsparing van het afstrijkorgaan een cilindervormig gedeelte heeft waarvan het binnenop-30 pervlak tijdens het afstrijken tegen het oppervlak van het rollichaam aanligt is het zojuist geschetste probleem nog groter.

Bij voorkeur is althans een gedeelte van het materiaal 35 van het afstrijkorgaan flexibel, waardoor het afstrijk-orgaan makkelijk over de gebogen metalen staaf en van deze staaf naar het rollichaam kan worden verplaatst.

1 Π ΠΟ fi Λ £ 5

Bij voorkeur is het materiaal van het afstrijkorgaan elastisch.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is althans een gedeelte 5 van het materiaal van het afstrijkorgaan elastisch en wordt de uitsparing omsloten door een in dwarsdoorsnede in hoofdzaak ringvormige wand met een overlap, zodat door elastische vervorming van het materiaal de diameter van de ring kan worden veranderd. Het zal duidelijk zijn 10 dat de binnen diameter van een dergelijk buisvormig afstrijkorgaan kan worden veranderd door de overlappende delen van de wand over elkaar te laten schuiven. Bij het aanbrengen van het afstrijkorgaan op het rollichaam kan daardoor de diameter van de uitsparing worden vergroot, 15 terwijl tijdens het afstrijken de diameter met de hand naar wens kan worden aangepast.

In een voorkeursuitvoeringsvorm heeft het afstrijkorgaan een gedeelte met een in hoofdzaak cilindervormig 20 binnenoppervlak, welk binnenoppervlak zich langs het buitenoppervlak van het rollichaam kan verplaatsen. Bij voorkeur wordt daarbij de genoemde rand gevormd door een vernauwing van de uitsparing binnen het in hoofdzaak cilindrische binnenoppervlak. Deze vernauwing kan worden 25 gevormd door een ringvormige rand, maar het is ook mogelijk het binnenoppervlak, in axiale doorsnede gezien, enigszins gekromd uit te voeren. De wand van het cilindervormige deel kan daarbij in hoge mate flexibel zijn, bij voorbeeld door de wand te vervaardigen van 30 schuimmateriaal met een gesloten celstructuur.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is het handvat voorzien van een houder waarop het afstrijkorgaan kan worden geplaatst. Deze houder kan de vorm hebben van een in 35 hoofdzaak cilindrisch binnenoppervlak of buitenoppervlak waarin of waarom het afstrijkorgaan kan worden geplaatst. Hierdoor kan de verfroller en het afstrijkor-

1 0Cr 1 ·ί R

6 gaan gemakkelijk als eenheid op de markt worden gebracht en is het afstrijkorgaan steeds aanwezig wanneer het moet worden gebruikt. Door het te bevestigen aan het uiteinde van het handvat waar ook de metalen staaf is 5 bevestigd, bevindt het afstrijkorgaan zich steeds in een voor gebruik geschikte positie. Bovendien kan het een bescherming vormen die voorkomt dat tijdens het verven verf via de metalen staaf op het handvat terechtkomt. Daarbij heeft het afstrijkorgaan bij voorkeur een 10 trechtervormig of conisch gedeelte dat divergeert in de richting waarin het afstrijkorgaan tijdens gebruik wordt verplaatst.

In een andere voorkeursuitvoeringsvorm is niet het 15 handvat, maar de metalen staaf voorzien van de houder.

Een dergelijke houder kan op een willekeurige plaats van de metalen staaf worden aangebracht, doch bij voorkeur nabij het handvat. De houder kan daarbij uit twee helften bestaan die tegen elkaar worden geplaatst om de 20 metalen staaf en vervolgens onderling worden verbonden, zodat zijn op de metalen staaf klemmen.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het verwijderen van verf van een rollichaam van een 25 inrichting voor het verven van een oppervlak en op een werkwijze voor het vervaardigen van een inrichting voor het verven, zoals nader beschreven in de conclusies.

Verdere kenmerken zullen worden toegelicht aan de hand 30 van voorbeelden en zijn genoemd in de conclusies.

Ter verduidelijking van de uitvinding zullen, onder verwijzing naar de tekening, enige uitvoeringsvoorbeel-den worden beschreven.

35

Figuren 1 tot 5 tonen een eerste uitvoeringsvoorbeeld; figuren 6 en 7 tonen uitvoeringsvoorbeelden van een 1008408 7 handvat, en figuren 8 tot 12 tonen verdere uitvoeringsvoorbeelden van een afstrijkorgaan, en figuur 13 toont een opvangbak met een afstrijkorgaan.

5

De figuren zijn slechts schematische weergaven waarbij overeenkomende delen met gelijke verwijzingscijfers zijn aangegeven.

10 Figuur 1 toont in perspectivisch aanzicht een verfroller voorzien van een rollichaam 1 dat roteerbaar is aangebracht op een gebogen metalen staaf 2, welke metalen staaf 2 is voorzien van een handvat 3. Handvat 3 staat in hoofdzaak loodrecht op de hartlijn van 15 rollichaam 1. Het handvat 1 is voorzien van een houder 5 waarop een afstrijkorgaan 4 is bevestigd, bij voorbeeld doordat het klemmend om de houder 5 is aangebracht.

In figuur 2 is afstrijkorgaan 4 van het handvat 3 20 verwijdert, zodat de houder 5, dat de vorm heeft van een cilindrisch buitenoppervlak, zichtbaar is. Het afstrijkorgaan 4 is ringvormig en in figuur 2 reikt de metalen staaf 2 door de uitsparing van afstrijkorgaan 4.

25 Het rollichaam 1 heeft een cilindrisch oppervlak dat voorzien is van materiaal dat de verf kan bevatten, bijvoorbeeld vezelmateriaal of schuimmateriaal. Teneinde overtollige verf van het rollichaam 1 te verwijderen wordt het afstrijkorgaan 4, dat in figuur 2 de metalen 30 staaf 2 omgeeft, in de richting van rollichaam 1 verplaatst zoals weergegeven in figuur 3, waarna het in een positie wordt gebracht (figuur 4) waarin het het rollichaam 1 omgeeft (figuur 5).

35 Het rollichaam 4 bestaat uit een cilindrisch gedeelte 6, een conisch gedeelte 7 en een deel 8 dat een flens vormt. De overgang tussen het cilindrische gedeelte 6 en 100840: 8 het conische gedeelte 7 vormt in de uitsparing van afstrijkorgaan 4 een cirkelvormige rand die de overtollige verf voortduwt wanneer het afstrijkorgaan 4 over het rollichaam 1 wordt verplaatst, zoals dat is 5 weergegeven in figuur 5. Daarbij bevordert het cilindrische gedeelte 6 van het afstrijkorgaan 4 een goede geleiding voor een correcte verplaatsing van het afstrijkorgaan 4 over het rollichaam 1.

10 Zoals in de figuren 1 tot 5 is weergegeven is de metalen staaf 2 nabij het rollichaam 1 voorzien van een scherpe bocht 9. Om deze bocht te passeren is in dit uitvoe-ringsvoorbeeld het afstrijkorgaan 4 vervaardigd uit flexibel materiaal, zodat het afstrijkorgaan kan 15 vervormen bij het passeren van bocht 9.

Bij het verplaatsen van afstrijkorgaan 4 over het rollichaam 1 zoals dat in figuur 5 is weergegeven, kan met de ene hand de metalen staaf 2 nabij bocht 9 worden 20 vastgehouden, terwijl met de andere hand het afstrijkorgaan 4 naar beneden wordt verplaatst. Daarbij kan de afstrijkende werking van het afstrijkorgaan 4 worden bevordert of aangepast door met de vingers het flexibele materiaal van het afstrijkorgaan 4 te vervormen.

25

Nadat het rollichaam 1 van overtollige verf is ontdaan kan het afstrijkorgaan 4 worden teruggeplaatst op de houder 5 door in omgekeerde richting te worden verplaatst over het rollichaam 1 of door te worden 30 verplaatst over het handvat 3. In het laatste geval dient handvat 3 een zodanige afmeting te hebben dat deze door de uitsparing van het afstrijkorgaan 4 kan reiken al of niet onder vervorming van het materiaal van het afstrijkorgaan.

35

Ook kan de verfroller zodanig zijn uitgevoerd dat het rollichaam 1 van de metalen staaf 2 wordt verwijderd om 1008408 9 verder te worden gereinigd of om te worden vervangen door een nieuw rollichaam 1. In dat geval kan het afstrijkorgaan 4 bij tijdelijke afwezigheid van het rollichaam 1 gemakkelijk worden teruggeschoven over de 5 metalen staaf 2 naar de houder 5.

Figuur 6 toont een handvat 3 met een houder 5 dat voorzien is van een in hoofdzaak cilindervormig binnenoppervlak waarin het afstrijkorgaan 4 met zijn 10 cilindervormig gedeelte 6 kan worden geplaatst. Daarbij wordt het afstrijkorgaan 4 door klemwerking vastgehouden .

Figuur 7 toont een houder 5 die op handvat 3 is 15 aangebracht, welke houder 5 voorzien is van een aantal cilindervormige oppervlakken zodat afstrijkorganen met een verschillende afmeting op de houder 5 kunnen worden geplaatst. Het handvat 3 volgens figuur 7 kan worden toegepast voor verfrollers met rollichamen van verschil-20 lende diameter. Ook kan dit handvat 5 worden toegepast voor een verfroller met verschillende rollichamen die uitwisselbaar zijn.

Figuur 8 toont een afstrijkorgaan van het type zoals 25 weergegeven in de figuren 1 tot 6, doch waarbij een zijdelingse uitsparing 10 aanwezig is waardoor heen staaf 2 van buiten het afstrijkorgaan tot binnen het afstrijkorgaan kan worden verplaatst. Daardoor kan het afstrijkorgaan voor of na het afstrijken gemakkelijk op 30 de metalen staaf 2 worden aangebracht. Tijdens het afstrijken kan met de vingers het afstrijkorgaan zodanig vervormt worden dat de uitsparing 10 wordt verkleind, hetgeen de afstrijkende werking vergroot.

35 Het afstrijkorgaan volgens figuur 8 kan ook zodanig worden uitgevoerd dat de wanden 11 van uitsparing 10 door de veerkracht van het materiaal tegen elkaar 1008408 10 gedrukt worden, zodat uitsparing 10 tot stand kan worden gebracht door elastische vervorming van het materiaal.

De veerkracht kan daarbij zodanig worden gekozen dat bij het afstrijken door het afstrijkorgaan een bepaalde, 5 optimale druk op het rollichaam 1 wordt uitgeoefend.

Door de randen van wanden 11 wat af te schuinen worden de wanden uit elkaar gedrukt wanneer met de metalen staaf 2 tegen de afschuining wordt geduwd.

10 Figuur 9 toont een ander uitvoeringsvoorbeeld van een afstrijkorgaan, waarbij 2 flenzen 12 aanwezig zijn waartussen een in hoofdzaak cilindrisch gedeelte 13 aanwezig is. Het cilindrische gedeelte 13 kan een binnenoppervlak hebben met plaatselijk een kleinere 15 diameter ten einde de afstrijkwerking te verbeteren. Het gedeelte 13 kan vervaardigd zijn van schuimmateriaal met een gesloten celstructuur, het kan ook voorzien zijn van een met lucht gevulde kamer ten einde een bepaalde druk op het rollichaam te kunnen uitoefenen.

20

Figuur 10 toont een ander uitvoeringsvoorbeeld van een afstrijkorgaan 4 dat in hoofdzaak bestaat uit een ringvormig orgaan met een onderbreking 14 waardoor staaf 2 kan passeren. Door de veerkracht van het materiaal van 25 het afstrijkorgaan is de onderbreking 14 gesloten tenzij het materiaal tegen de veerkracht in wordt vervormd.

Figuur 11 toont een langsdoorsnede van een afstrijkorgaan, waarbij binnen het cilindrische gedeelte 8 een 30 cirkelvormige rand 15 aanwezig is die een vernauwing vormt die bij het afstrijken van het rollichaam 1 de verf voortstuwt.

Figuur 12 toont een dwarsdoorsnede van een ringvormig 35 afstrijkorgaan waarbij de diameter van de uitsparing 16 kan worden gewijzigd doordat de overlappende delen 17, 18 over elkaar schuiven. Deze diameter kan worden 1 nOB -08 11 vergroot wanneer het afstrijkorgaan over het handvat 3 moet worden verplaatst en kan met de hand worden verkleind wanneer de afstrijkende werking van het afstrijkorgaan moet worden vergroot. Ook kan bij een 5 dergelijk afstrijkorgaan de metalen staaf 2 tussen de twee overlappende delen 17, 18 door worden verplaatst van buiten het afstrijkorgaan tot in de uitsparing 16 of omgekeerd.

10 Figuur 13 toont een opvangbak 23 dat met vier pootjes 24 op een ondergrond kan staan. De opvangbak vormt een houder voor verf waarbij in één van de zijwanden 20 een afstrijkorgaan 4 is aangebracht dat voorzien is van een uitsparing 16. Voordat het rollichaam 1 wordt afgestre-15 ken wordt de metalen staaf via een gleuf 21 in uitsparing 16 gebracht. Daarbij wordt gleuf 21 geopend tegen de veerkracht van het materiaal van de opvangbak in vervormt tot een geopende stand, waarna de zijwanden van de gleuf 21 sluiten zodat een geheel omsloten uitsparing 20 16 wordt verkregen bij het afstrijken van het rollichaam 1. Teneinde gleuf 21 gemakkelijk te kunnen openen is de buitenrand van de gleuf voorzien van een schuin vlak of zijn beide buitenranden voorzien van schuine vlakken waardoor de twee zijwanden van de gleuf zijwaarts 25 bewegen door het verplaatsen van de metalen staaf 2.

De weergegeven uitvoeringsvormen zijn slechts uitvoe-ringsvoorbeelden, ook vele andere uitvoeringen zijn mogelijk.

1008408

Claims

1. Inrichting voor het verven van een oppervlak, voorzien van een rollichaam dat over genoemd 5 oppervlak kan worden gerold, van welk rollichaam het in hoofdzaak cilindrische buitenoppervlak materiaal omvat dat verf kan bevatten en de verf tijdens het rollen aan het oppervlak kan afgeven, welk rollichaam roteerbaar is aangebracht op het 10 uiteinde van een gebogen metalen staaf terwijl een handvat is aangebracht op het andere uiteinde van de staaf, welke inrichting is voorzien van een afstrijkorgaan voor het verwijderen van verf van het rollichaam, welk afstrijkorgaan een uitsparing 15 heeft met een in hoofdzaak cirkelvormig gekromde rand, welk afstrijkorgaan kan worden verplaatst vanaf een positie waarbij de metalen staaf zich binnen de uitsparing bevindt tot een positie waarbij het rollichaam zich binnen de uitsparing 20 bevindt om vervolgens in in hoofdzaak axiale richting langs genoemd buitenoppervlak van het rollichaam te worden verplaatst.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, 25 dat de uitsparing van het afstrijkorgaan een geheel omsloten doorgang in het afstrijkorgaan is met een zodanige grootte dat het handvat door die doorgang kan passeren.

3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het materiaal van het afstrijkorgaan een ring vormt die de uitsparing omgeeft en die zodanig is onderbroken dat de metalen staaf van buiten de ring tot binnen de ring kan worden gebracht. 35

4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de onderbreking van de ring door veerkracht in 1003408 het materiaal van het afstrijkorgaan gesloten wordt gehouden.

5. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, 5 dat de onderbreking van de ring een doorgang vormt met een dwarsafmeting die in hoofdzaak overeenkomt met de dikte van de metalen staaf.

6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, 10 met het kenmerk, dat het afstrijkorgaan bevestigd is, of bevestigbaar is, aan een opvangbak voor afgestreken verf.

7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, 15 met het kenmerk, dat de dwarsdoorsnede van het handvat zodanig klein is dat het handvat door de uitsparing kan worden verplaatst.

8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, 20 met het kenmerk, dat althans een gedeelte van het materiaal van het afstrijkorgaan elastisch is en dat de uitsparing wordt omsloten door een in dwarsdoorsnede in hoofdzaak ringvormige wand met een overlap zodat door elastische vervorming van 25 het materiaal de diameter van de ring kan worden veranderd.

9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat althans een gedeelte van het 30 materiaal van het afstrijkorgaan flexibel is.

10. Inrichting volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat het afstrijkorgaan onder vervorming over het handvat kan worden verplaatst. 35

11. Inrichting volgens een der conclusies 8-10, met het kenmerk, dat het materiaal van het afstrijkorgaan 1008408 zodanig is dat het afstrijkorgaan onder vervorming van een positie rond de metalen staaf naar een positie rond het rollichaam kan worden verplaatst.

12. Inrichting volgens een der conclusies 8-11, met het kenmerk, dat het afstrijkorgaan zodanig flexibel is dat het met de vingers kan worden vervormd wanneer het om het rollichaam wordt verplaatst, zodat de afstrijkwerking wordt vergroot. 10

13. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het afstrijkorgaan een gedeelte heeft met een in hoofdzaak cilindervormig binnenoppervlak. 15

14. Inrichting volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat genoemde rand wordt gevormd door een vernauwing van de uitsparing binnen het in hoofdzaak cilindrische binnenoppervlak. 20

15. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het handvat is voorzien van een houder waarop het afstrijkorgaan kan worden geplaatst. 25

16. Inrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat het handvat, aan het uiteinde waar de metalen staaf is bevestigd, is voorzien van een in hoofdzaak cilindrisch buitenoppervlak of binnenoppervlak 30 dat de houder vormt en waarom of waarin het afstrijkorgaan kan worden geplaatst.

17. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de metalen staaf is voorzien 35 van een houder waarop het afstrijkorgaan kan worden geplaatst. 100" '· 0 8

18. Inrichting volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de houder is voorzien van een in hoofdzaak cilindrisch buitenoppervlak of binnenoppervlak waarom of waarin het afstrijkorgaan kan worden 5 geplaatst.

19. Afstrijkorgaan zoals beschreven in een der voorgaande conclusies.

20. Werkwijze voor verwijderen van verf van een rollichaam van een inrichting voor het verven van een oppervlak, van welk rollichaam het in hoofdzaak cilindrische buitenoppervlak materiaal omvat dat verf kan bevatten en de verf tijdens het rollen aan 15 het oppervlak kan afgeven, welk rollichaam roteer baar is aangebracht op het uiteinde van een gebogen metalen staaf terwijl een handvat is aangebracht op het andere uiteinde van de staaf, waarbij met afstrijkorgaan verf van het rollichaam wordt 20 verwijderd door een afstrijkorgaan dat een uitspa ring heeft met een in hoofdzaak cirkelvormig gekromde rand te verplaatsen vanaf een positie waarbij de metalen staaf zich binnen de uitsparing bevindt tot een positie waarbij het rollichaam zich 25 binnen de uitsparing bevindt en vervolgens in in hoofdzaak axiale richting langs genoemd buitenoppervlak van het rollichaam wordt verplaatst.

21. Werkwijze voor het vervaardigen van een inrichting 30 voor het verven van een oppervlak, voorzien van een rollichaam dat over genoemd oppervlak kan worden gerold, van welk rollichaam het in hoofdzaak cilindrische buitenoppervlak materiaal omvat dat verf kan bevatten en de verf tijdens het rollen aan 35 het oppervlak kan afgeven, waarbij het rollichaam roteerbaar wordt aangebracht op het uiteinde van een gebogen metalen staaf terwijl een handvat wordt lüi' - . een gebogen metalen staaf terwijl een handvat wordt aangebracht op het andere uiteinde van de staaf, waarbij inrichting wordt voorzien van een afstrijk-orgaan voor het verwijderen van verf van het 5 rollichaam, welk afstrijkorgaan een uitsparing heeft met een in hoofdzaak cirkelvormig gekromde rand, welk afstrijkorgaan kan worden verplaatst vanaf een positie waarbij de metalen staaf zich binnen de uitsparing bevindt tot een positie 10 waarbij het rollichaam zich binnen de uitsparing bevindt om vervolgens in in hoofdzaak axiale richting langs genoemd buitenoppervlak van het rollichaam te worden verplaatst.

22. Werkwijze volgens conclusie 21, met het kenmerk, dat het handvat of de metalen staaf voorzien is van een houder waarop of waarin het afstrijkorgaan wordt aangebracht. 1008408