NL1008274C2 - Bajonetverbinding voor een fluïdumleiding. - Google Patents
Bajonetverbinding voor een fluïdumleiding. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1008274C2 NL1008274C2 NL1008274A NL1008274A NL1008274C2 NL 1008274 C2 NL1008274 C2 NL 1008274C2 NL 1008274 A NL1008274 A NL 1008274A NL 1008274 A NL1008274 A NL 1008274A NL 1008274 C2 NL1008274 C2 NL 1008274C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- fitting
- locking
- recess
- cap
- hood
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16L—PIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16L37/00—Couplings of the quick-acting type
- F16L37/24—Couplings of the quick-acting type in which the connection is made by inserting one member axially into the other and rotating it to a limited extent, e.g. with bayonet action
- F16L37/244—Couplings of the quick-acting type in which the connection is made by inserting one member axially into the other and rotating it to a limited extent, e.g. with bayonet action the coupling being co-axial with the pipe
- F16L37/252—Couplings of the quick-acting type in which the connection is made by inserting one member axially into the other and rotating it to a limited extent, e.g. with bayonet action the coupling being co-axial with the pipe the male part having lugs on its periphery penetrating in the corresponding slots provided in the female part
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16L—PIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16L37/00—Couplings of the quick-acting type
- F16L37/008—Couplings of the quick-acting type for branching pipes; for joining pipes to walls
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16L—PIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16L37/00—Couplings of the quick-acting type
- F16L37/24—Couplings of the quick-acting type in which the connection is made by inserting one member axially into the other and rotating it to a limited extent, e.g. with bayonet action
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Quick-Acting Or Multi-Walled Pipe Joints (AREA)
Description
975230/HJB/mke
Korte aanduiding: Bajonetverbinding voor een fluïdumleiding.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een bajonetverbinding tussen een fluïdumleiding en een aansluitorgaan volgens de aanhef van conclusie 1, in het bijzonder een verbinding tussen een hydraulische 5 drukleiding en een hydraulisch onderdeel, zoals bijvoorbeeld een hydraulische cilinder, een hydraulische pomp of een kleppenblok.
Een dergelijke bajonetverbinding van een fluïdumleiding met een aansluitorgaan is algemeen bekend, 10 bijvoorbeeld uit EP 0 375 666.
Deze bekende bajonetverbinding heeft als nadeel dat de vervaardiging ervan ongewenst gecompliceerd is. Bij deze bekende bajonetverbinding zijn namelijk in het aansluitorgaan sleuven gevormd voor de diametraal tegenover 15 elkaar gelegen vergrendelingsuitsteeksels van de aan de leiding aangebrachte fitting. Deze sleuven liggen langs de insteekboring en hebben elk een zich in de insteekrichting uitstrekkend eerste sleufdeel, waarop een blind en zich haaks op de insteekrichting uitstrekkend tweede sleufdeel 20 aansluit. Het aanbrengen van dergelijke sleuven in het aansluitorgaan leidt tot een ongewenst hoge kostprijs. De onderhavige uitvinding beoogt bovengenoemd nadeel op te heffen en in het bijzonder een bajonetverbinding te verschaffen die aanzienlijk goedkoper kan worden 25 gerealiseerd dan de bekende verbinding. Tevens beoogt de uitvinding een haakse verbinding tussen een leiding en een aansluitorgaan te verschaffen die zo min mogelijk buiten het aansluitorgaan uitsteekt.
De onderhavige uitvinding verschaft een verbinding 30 volgens de aanhef van conclusie 1, die is gekenmerkt doordat het aansluitorgaan bij de insteekzijde van de insteekboring is voorzien van een verdieping met een omtreksvlak en een ringvormig bodemvlak, waarbij het omtreksvlak een binnenafmeting heeft die groter is dan de 35 diameter van de fitting ter hoogte van de vergrendelingsuitsteeksels en waarbij het bodemvlak de 1003274 - 2 - overgang vormt tussen het omtreksvlak van de verdieping en een deel van de insteekboring met een aan de diameter van het insteekdeel aangepaste diameter, en doordat in de verdieping een daarin passende kap is vastgezet, die is 5 voorzien van een doorlaatopening voor de van vergrendelingsuitsteeksels voorziene fitting, waarbij het bodemvlak van de verdieping en de daar tegenover gelegen onderzijde van de kap een kamer begrenzen, die het in de vergrendelingsstand brengen van de fitting toelaat, waarin 10 de vergrendelingsuitsteeksels door de kap zijn overdekt.
De uitvinding voorziet derhalve in het aanbrengen , van een verdieping in het aansluitorgaan en in het daarin - vastzetten van een afzonderlijk te vervaardigen kap. Bij i voorkeur zijn daarbij de kap en de verdieping cirkelvormig * 15 uitgevoerd. Het aan het aansluitorgaan vastzetten van de kap kan eenvoudig en betrouwbaar geschieden door de kap te voorzien van een naar buiten stekende bevestigingsflens en J deze bevestigingsflens in te klemmen door het daaroverheen ' persen van het omliggende gebied van het aansluitorgaan. De : 20 kap volgens de uitvinding kan eenvoudig worden d geproduceerd. Zo is het mogelijk de kap te vervaardigen met het bekende Metal-Injection-Moulding-proces. Ook de aan de — leiding aan te brengen fitting kan met dat proces worden vervaardigd.
25 Verdere voordelige uitvoeringsvormen van de **“ uitvinding zijn beschreven in de conclusies en in de ~ navolgende beschrijving, waarin de uitvinding nader zal worden toegelicht aan de hand van de tekening. Daarbij v ' toont: 30 fig. 1 schematisch in perspectief de onderdelen van : een eerste uitvoeringsvoorbeeld van de bajonetverbinding volgens de uitvinding in een toepassing waarbij een hydraulische slang wordt verbonden met de pakkingbus van een hydraulische cilinder, 35 fig. 2 in gedeeltelijke langsdoorsnede de pakkingbus -ü van een hydraulische cilinder en een daarmee verbonden haakse slangfitting van fig. 1, —- fig. 3 in een aanzicht overeenkomstig fig. 2 een ~ tweede uitvoeringsvoorbeeld van de bajonetverbinding
TH
mm ( 4aj jj Ü Ü o 1 4· ’ - 3 - volgens de uitvinding.
De figuren 1, 2 en 3 tonen een metalen pakkingbus 1 van een in figuur 1 slechts gedeeltelijk getoonde 5 hydraulische lineaire cilinder. De pakkingbus 1 is op een geschikte wijze bevestigd aan de cilinderbuis 2 van de cilinder en heeft een centrale axiale boring 3 waar de zuigerstang 4 van de cilinder doorheen steekt.
Voor het aansluiten van de zuigerstangzijdige 10 arbeidskamer van de cilinder op een hydraulische slang 5 wordt een bajonetverbinding toegepast. Hiertoe is in de pakkingbus 1 een insteekboring 6 gevormd, die hier haaks op de centrale boring 3 is gericht. De insteekzijde van de insteekboring 6 ligt bij het cilindrische uitwendige 15 oppervlak van de pakkingbus 1.
De hydraulische slang 5 is voorzien van een metalen haakse fitting 7 met een slangpilaarlichaam 8, waar de slang 5 met een krimphuls 9 op op zich bekende wijze is vastgezet. Op het slangpilaarlichaam 8 sluit een in 20 hoofdzaak cilindrisch insteekdeel 10 van de fitting 7 aan, waarbij het insteekdeel 10 haaks op de slangpilaar 8 is gericht. Op een afstand van het vrije einde van het insteekdeel 10 is een groef aanwezig, waarin een afdichtring 11 is opgenomen. Op een grotere afstand van het 25 vrije einde van het insteekdeel 10 zijn twee diametraal ten opzichte van het insteekdeel 10 naar buiten stekende vergrendelingsuitsteeksels 12 aan de fitting 7 gevormd. Bij voorkeur is de fitting 7 vervaardigd met het Metal-Injection-Moulding-proces, zodat de fitting 7 uit een enkel 30 metalen lichaam bestaat. Een dergelijke vervaardigingswijze heeft in het bijzonder de voorkeur indien de fitting geringe afmetingen heeft.
De metalen pakkingbus 1 is bij de insteekzijde van de insteekboring 6 voorzien van een cirkelvormige 35 verdieping 15 met een omtreksvlak 16 en een ringvormig bodemvlak 17, waarbij het bodemvlak 17 de overgang vormt tussen het omtreksvlak 16 van de verdieping 15 en een deel van de insteekboring 6 met een aan de diameter van het insteekdeel 10 aangepaste diameter. Deze laatste genoemde 10 C 82 7 4 - 4 - diameter van de insteekboring 6 is zodanig dat de afdichtring 11 daar met de voor een vloeistofafdichting gewenste passing in past.
i In de verdieping 15 is een cirkelvormige kap 20 5 vastgezet, die is voorzien van een doorlaatopening 21 voor ! - de van vergrendelingsuitsteeksels 12 voorziene fitting 7.
~ Hierbij vormen het bodemvlak 17 van de verdieping 15 en de 5 daar tegenover gelegen onderzijde van de kap 20 een kamer.
··. De doorlaatopening 21 en deze kamer zijn zodanig dat het 10 mogelijk is om de fitting 7 in zijn insteekstand, die in :ύ figuur 1 is getoond, in de insteekboring 6 te steken, -= totdat de vergrendelingsuitsteeksels onder het niveau van 3 de onderzijde van de kap 20 liggen en vervolgens de fitting -¾ 7 een kwartslag te draaien naar een vergrendelingsstand 15 daarvan, waarin de vergrendelingsuitsteeksels 12 door de "5* ^ kap 20 zijn overdekt en de fitting 7 niet uit de -> "f? insteekboring 6 kan worden getrokken.
De kap 2 0 heeft hier een ringwand 23 met een ”.Z buitendiameter kleiner dan de diameter van de verdieping 15 'WÉ -<rm 20 en een binnendiameter groter dan de diameter van de fitting y 7 ter hoogte van de vergrendelingsuitsteeksels 12. Aan de ~~ onderzijde van de ringwand 23 is een naar buiten stekende bevestigingsflens 24 voorzien met een dikte geringer dan de diepte van de verdieping 15 in de pakkingbus 1. De _i - 25 bevestigingsflens 24 is ingeklemd tussen het bodemvlak 17 van de verdieping 15 en over de bevestigingsflens 24 .‘f-—j geperste delen van het om de verdieping 15 liggende • · randgebied van de pakkingbus 1. Voor deze bevestiging wordt - bij voorkeur een ringvormig stempel op dat metalen 30 ringgebied van de pakkingbus 1 geplaatst en vervolgens met grote kracht aangedrukt, zodat het boven de ·-—; bevestigingsflens 24 van de kap 20 uitstekende randgebied van de pakkingbus 1 over de bevestigingsf lens 24 wordt gedrukt.
~~ 35 De kap 20 heeft verder een de ringwand 23 aan de ---- bovenzijde overspannende kopwand 25, die is voorzien van de : · ; doorlaatopening 21 voor de fitting 7. De kap 20 is bij ; ...... voorkeur uit metaal vervaardigd met behulp van het Metal-
Injection-Moulding proces.
.uiu t™ ^ 008274 - 5 -
In de figuren 2 en 3 is verder een ringvormige en in insteekrichting elastisch samendrukbare veer 30 te herkennen, die tegen het bodemvlak 17 van de verdieping 15 ligt. De veer 30, die bijvoorkeur uit een dunne verenstalen 5 strook met een geschikte golving is gevormd, dient om de vergrendelingsuitsteeksels 12 van de fitting 7, met name in de vergrendelingsstand, in de richting van de onderzijde van de kap 20 te drukken. Hierbij is aan de onderzijde van de kap 20 voor elk vergrendelingsuitsteeksel 12 van de 10 fitting 7 een borgverdieping 31 gevormd, waar het vergrendelingsuitsteeksel 12, aangedrukt door de veer 30, in komt te liggen in de vergrendelingsstand van de fitting 7. Bij voorkeur is de veer 30 opgesloten tussen de kap 20 en de pakkingbus 1.
15 De in figuur 3 getoonde uitvoeringsvorm verschilt uitsluitend van de in figuur 2 getoonde uitvoering doordat de afstand tussen de vergrendelingsuitsteeksels 12 en het slangpilaarlichaam 8 van de fitting 7 kleiner is dan in figuur 2. Deze afstand is zodanig dat in de gemonteerde 20 toestand het slangpilaarlichaam 8 nagenoeg tegen de bovenzijde van de kap 20 ligt, waarbij de geringe speling dient om de fitting 7 enigzins tegen de veerkracht in in de insteekboring 6 te kunnen drukken om de vergrendelingsuitsteeksels 12 uit de borgverdiepingen van 25 de kap 20 te kunnen bevrijden. Hierdoor wordt bereikt dat een op de haakse fitting 7 aan te sluiten hydraulisch slang dicht langs de cilinder ligt en het geheel daardoor weing ruimte inneemt.
Het zal duidelijk zijn dat het ook mogelijk is de 30 ringvormige pakkingbus 1 ter plaatse van de insteekboring 6 te voorzien van een verdieping in de vorm van een plat vlak in plaats van een cirkelvormige verdieping. Ook dan kan een geschikte gevormd, in hoofdzaak rechthoekige kap, worden vastgezet door het over de kap persen van de aangrenzende 35 randgebieden van de pakkingbus 1.
Indien de kap 20 enigzins elastisch vervormbaar wordt uitgevoerd, kan de veer 30 worden weggelaten. Daarbij kan de hiervoor beschreven borgende werking van de kap 20 worden verkregen als de kamer tussen de kap 20 en het ^ 0 08274 - 6 - bodemvlak 17 enigzins kleiner is dan de dikte van de vergrendelingsuitsteeksels 12, zodat de kap 20 naar buiten moet uitbuigen om de vergrendelingsuitsteeksels te laten passeren wanneer de fitting 7 naar de vergrendelingsstand 5 wordt gedraaid.
In een ander niet getoonde uitvoeringsvorm van de bajometverbinding volgens de uitvinding is de kap stijf j uitgevoerd en zijn de vergrendelingsuitsteeksels van de fitting elastisch uitgevoerd, zodat bij afwezigheid van de hier beschreven veer, de vergrendelingsuitsteeksels 1 elastisch vervormen als de fitting naar de 2 vergrendelingsstand wordt gedraaid en daardoor de fitting 1 in deze stand borgen.
Ξ 1003274
Claims (9)
1. Verbinding van het bajonettype tussen een fluïdumleiding en een aansluitorgaan, omvattende een op een leiding aansluitbare fitting, die is voorzien van een in hoofdzaak cilindrisch insteekdeel, dat op een afstand van 5 het axiale einde daarvan is voorzien van een of meer radiaal naar buiten stekende vergrendelingsuitsteeksels, en een aansluitorgaan dat is voorzien van een insteekboring voor het opnemen van het insteekdeel van de fitting, waarbij het aansluitorgaan is ingericht om het insteekdeel 10 in een insteekstand daarvan in de insteekboring te kunnen steken en vervolgens door relatieve verdraaiing de fitting in een vergrendelingsstand ten opzichte van het aansluitorgaan te kunnen brengen, zodat de fitting tegen het uit de insteekboring trekken is geborgd, 15 met het kenmerk, dat het aansluitorgaan bij de insteekzijde van de insteekboring is voorzien van een verdieping met een omtreksvlak en een ringvormig bodemvlak, waarbij het omtreksvlak een grotere binnenafmeting heeft dan de diameter van de fitting ter hoogte van de 20 vergrendelingsuitsteeksels en waarbij het bodemvlak de overgang vormt tussen het omtreksvlak van de verdieping en een deel van de insteekboring met een aan de diameter van het insteekdeel aangepaste diameter, en dat in de verdieping een daarin passende kap is vastgezet, die is 25 voorzien van een doorlaatopening voor de van vergrendelingsuitsteeksels voorziene fitting, waarbij het bodemvlak van de verdieping en de daar tegenover gelegen onderzijde van de kap een kamer begrenzen, die het in de vergrendelingsstand brengen van de fitting toelaat, waarin 30 de vergrendelingsuitsteeksels door de kap zijn overdekt.
2. Verbinding volgens conclusie 1, waarbij het bodemvlak van de verdieping en de onderzijde van de kap op ten minste een plaats een vernauwing definiëren in de kamer 35 met een doorlaat die kleiner is dan de grootste afmeting van het gedeelte van een vergrendelingsuitsteeksel van de fitting, dat langs die vernauwing passeert bij het in de 1008274 - 8 - vergrendelingsstand brengen van de fitting, en waarbij de kap elastisch vervormbaar is voor het langs de vernauwing passeren van het vergrendelingsuitsteeksel.
3. Verbinding volgens conclusie 1, waarbij de afstand van het bodemvlak tot de onderzijde van de kap zodanig is dat een ongehinderd passeren de vergrendelingsuitsteeksels 3 mogelijk is bij het in de vergrendelingsstand brengen van de fitting, en waarbij zich in de kamer een elastisch a 10 samendrukbaar veerorgaan bevindt, dat in gemonteerde ' toestand van de verbinding tussen het bodemvlak en de » vergrendelingsuitsteeksels ligt en de vergrendelingsuitsteeksels naar de onderzijde van de kap drukt. } 15
4. Verbinding volgens conclusie 2 of 3, waarbij aan de ;2 onderzijde van de kap voor elk vergrendelingsuitsteeksel .„r een borgverdieping is voorzien voor het opnemen van het vergrendelingsuitsteeksel in de vergrendelingsstand van de 20 fitting.
5. Verbinding volgens conclusie 3, waarbij aan de onderzijde van de kap voor elk vergrendelingsuitsteeksel een of meer naar het bodemvlak gerichte borgverhogingen ~ 25 zijn voorzien, die het vergrendelingsuitsteeksel tegen verdraaiing borgen in de vergrendelingsstand van de ^ fitting. am _
6. Verbinding volgens een of meer van de voorgaaande ^ 30 conclusies, waarbij de kap in het aansluitorgaan is ; bevestigd door een vervorming van om de kap liggende delen van het aansluitorgaan. t—
7. Verbinding volgens conclusie 6, waarbij de kap een 35 ringwand heeft met een buitendiameter kleiner dan de diameter van de verdieping en een binnendiameter groter dan de diameter van de fitting ter hoogte van de "1^1 vergrendelingsuitsteeksels, waarbij aan de onderzijde van de ringwand een naar buiten stekende bevestigingsflens is ™ 1008274 - 9 - voorzien met een dikte geringer dan de diepte van de verdieping in het aansluitorgaan, en waarbij de bevestigingsflens is ingeklemd tussen het bodemvlak van de verdieping en de over de bevestigingsflens geperste delen 5 van het aansluitorgaan, en waarbij de kap verder een de ringwand aan de bovenzijde overspannende kopwand heeft, die is voorzien van de doorlaatopening voor de fitting.
8. Verbinding volgens conclusie 3, waarbij de veer is 10 ingeklemd tussen de kap en het bodemvlak van de verdieping.
9. Verbinding volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de fitting een haakse fitting is met een slangpilaarlichaam en het haaks daarop gerichte 15 insteekdeel, waarbij de afstand tussen de vergrendelingsuitsteeksels en het slangpilaarlichaam zodanig is dat, behoudens een geringe speling, het slangpilaarlichaam langs de bovenzijde van de kap ligt in de vergrendelingsstand van de fitting. 20 10 082 7 4
Priority Applications (3)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1008274A NL1008274C2 (nl) | 1998-02-11 | 1998-02-11 | Bajonetverbinding voor een fluïdumleiding. |
DE69903982T DE69903982T2 (de) | 1998-02-11 | 1999-02-01 | Bayonettkupplungsanordnung für eine Flüssigkeitsleitung |
EP99200283A EP0936395B1 (en) | 1998-02-11 | 1999-02-01 | Bayonet connector assembly for a fluid line |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1008274 | 1998-02-11 | ||
NL1008274A NL1008274C2 (nl) | 1998-02-11 | 1998-02-11 | Bajonetverbinding voor een fluïdumleiding. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1008274C2 true NL1008274C2 (nl) | 1999-08-12 |
Family
ID=19766520
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1008274A NL1008274C2 (nl) | 1998-02-11 | 1998-02-11 | Bajonetverbinding voor een fluïdumleiding. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0936395B1 (nl) |
DE (1) | DE69903982T2 (nl) |
NL (1) | NL1008274C2 (nl) |
Families Citing this family (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE102004056600A1 (de) * | 2004-11-24 | 2006-06-01 | Volkswagen Ag | Anordnung zur Verbindung von fluidführenden Baugruppen |
ES2336984B1 (es) * | 2007-07-25 | 2011-04-04 | Quality Espresso, S.A | Racor para calderin de cafetera expres. |
CN102937219B (zh) * | 2012-10-22 | 2016-05-18 | 安徽誉丰汽车技术有限责任公司 | 一种偏心转接头 |
DE102015115770B4 (de) * | 2015-09-18 | 2020-11-26 | Dr. Ing. H.C. F. Porsche Aktiengesellschaft | Anordnung zur Verbindung einer Rohrleitung mit einem Fluidbehälter |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US2034933A (en) * | 1934-01-22 | 1936-03-24 | Charles O Wilson | Snap valve coupling |
FR1504861A (fr) * | 1966-11-18 | 1967-12-08 | Curiale | Dispositif pour raccordement de tuyaux |
EP0186614A2 (en) * | 1984-12-28 | 1986-07-02 | Sadeh, Sagiv Mashavei | Connector assembly permitting quick attachment and detachment of fluid conduits |
DE9314195U1 (de) * | 1992-09-19 | 1993-11-11 | Joh. Vaillant Gmbh U. Co, 42859 Remscheid | Befestigung eines Rohres |
Family Cites Families (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE3605016A1 (de) | 1986-02-18 | 1987-08-20 | Voss Armaturen | Steckverbindungsvorrichtung mit verdrehsicherung |
-
1998
- 1998-02-11 NL NL1008274A patent/NL1008274C2/nl not_active IP Right Cessation
-
1999
- 1999-02-01 DE DE69903982T patent/DE69903982T2/de not_active Expired - Lifetime
- 1999-02-01 EP EP99200283A patent/EP0936395B1/en not_active Expired - Lifetime
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US2034933A (en) * | 1934-01-22 | 1936-03-24 | Charles O Wilson | Snap valve coupling |
FR1504861A (fr) * | 1966-11-18 | 1967-12-08 | Curiale | Dispositif pour raccordement de tuyaux |
EP0186614A2 (en) * | 1984-12-28 | 1986-07-02 | Sadeh, Sagiv Mashavei | Connector assembly permitting quick attachment and detachment of fluid conduits |
DE9314195U1 (de) * | 1992-09-19 | 1993-11-11 | Joh. Vaillant Gmbh U. Co, 42859 Remscheid | Befestigung eines Rohres |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
DE69903982D1 (de) | 2003-01-02 |
EP0936395B1 (en) | 2002-11-20 |
DE69903982T2 (de) | 2003-08-28 |
EP0936395A1 (en) | 1999-08-18 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US7287376B2 (en) | Hydraulic cylinder, in particular slave cylinder for a hydraulic clutch actuation system for motor vehicles | |
US6318764B1 (en) | Detachable rapid-action coupling device | |
CA2129677C (en) | Improved trigger sprayer apparatus | |
JP4014631B2 (ja) | ピストンポンプ | |
US5338163A (en) | Electrohydraulic device, particularly electrical fuel pump for motor vehicle | |
JP4067576B2 (ja) | ピストンポンプ | |
HUT61828A (en) | Inlet- and/or emitting-valve for feeding- respectively spraying-pumps for getting-out liquid materials respectively materials of low viscosity particularly patelike ones from flacon- respectively box-like container | |
US4775080A (en) | Dispenser for paste material | |
NL1008274C2 (nl) | Bajonetverbinding voor een fluïdumleiding. | |
GB2156790A (en) | Vented cover assembly | |
US20050133541A1 (en) | Fluid dispenser member and a dispenser including such a member | |
US6817494B2 (en) | Valve assembly for pressurized fluid containers | |
EP1295645B1 (de) | Dosiervorrichtung mit einer Pumpvorrichtung | |
US5172793A (en) | Vehicle brake with brake cylinder bore insert | |
JPH05503983A (ja) | もどり止め装置 | |
US7493849B2 (en) | Hydraulic cylinder, in particular slave cylinder for a hydraulic clutch actuation system for motor vehicles | |
JPH07165250A (ja) | 流体物質を分与する装置 | |
FR2551506A1 (nl) | ||
US5921468A (en) | Enhanced life cycle atomizing nozzle | |
JP2003004754A (ja) | 回転検出センサ | |
EP1461268A1 (en) | Dispensing cartridge with tortuous vent path | |
US12060947B2 (en) | Pressure holding valve for an air spring and air spring comprising the pressure holding valve | |
JPH0316870B2 (nl) | ||
KR20010032870A (ko) | 유압 클러치 제어 메카니즘의 압력 라인을 위한 앵글개폐장치 | |
JPH067018Y2 (ja) | 液圧制御弁 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20040901 |