NL1006527C2 - Werkwijze voor het vervaardigen van een fundering en bij deze werkwijze toepasbare betonplaat. - Google Patents

Werkwijze voor het vervaardigen van een fundering en bij deze werkwijze toepasbare betonplaat. Download PDF

Info

Publication number
NL1006527C2
NL1006527C2 NL1006527A NL1006527A NL1006527C2 NL 1006527 C2 NL1006527 C2 NL 1006527C2 NL 1006527 A NL1006527 A NL 1006527A NL 1006527 A NL1006527 A NL 1006527A NL 1006527 C2 NL1006527 C2 NL 1006527C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
concrete
concrete slab
slabs
slab
foundation
Prior art date
Application number
NL1006527A
Other languages
English (en)
Inventor
Servatius Petrus Gertru Moonen
Original Assignee
Univ Eindhoven Tech
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Univ Eindhoven Tech filed Critical Univ Eindhoven Tech
Priority to NL1006527A priority Critical patent/NL1006527C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1006527C2 publication Critical patent/NL1006527C2/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B2/00Walls, e.g. partitions, for buildings; Wall construction with regard to insulation; Connections specially adapted to walls
    • E04B2/84Walls made by casting, pouring, or tamping in situ
    • E04B2/86Walls made by casting, pouring, or tamping in situ made in permanent forms
    • E04B2/8635Walls made by casting, pouring, or tamping in situ made in permanent forms with ties attached to the inner faces of the forms
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02DFOUNDATIONS; EXCAVATIONS; EMBANKMENTS; UNDERGROUND OR UNDERWATER STRUCTURES
    • E02D27/00Foundations as substructures
    • E02D27/01Flat foundations
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B2/00Walls, e.g. partitions, for buildings; Wall construction with regard to insulation; Connections specially adapted to walls
    • E04B2/84Walls made by casting, pouring, or tamping in situ
    • E04B2/86Walls made by casting, pouring, or tamping in situ made in permanent forms
    • E04B2002/867Corner details

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Paleontology (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Electromagnetism (AREA)
  • Foundations (AREA)

Description

Korte aanduiding : Werkwijze voor het vervaardigen van een fundering en bij deze werkwijze toepasbare betonplaat.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het 5 vervaardigen van een fundering voor een gebouw onder gebruik maken van een in een in de grond gegraven gleuf opgestelde bekisting waarin men beton stort.
Bij de tot nu toe gebruikelijke werkwijzen voor het vervaardigen van funderingen, zoals bijvoorbeeld bekend uit EP-A-10 0141465, worden veelal de bekistingen opgebouwd uit op afstand van elkaar opgestelde houten platen waartussen men een wapening aanbrengt, waarna de bekisting met beton wordt vol gestort. De hoogteligging en afwerking van het bovenvlak van een dergelijke fundering is in het algemeen onnauwkeurig, zodat bij het optrekken van de bovenbouw op een 15 dergelijke fundering nog vele metingen moeten worden uitgevoerd en opvul- en/of aanpasstukken op de fundering moeten worden geplaatst om een juiste opbouw van bijvoorbeeld op de fundering te plaatsen muren en dergelijke te kunnen waarborgen.
Uit de Internationale octrooiaanvrage WO 81 02758 is een 20 constructiesysteem bekend voor het opbouwen van muren, waarbij gebruik wordt gemaakt van dunne betonplaten, die verticaal op afstand van elkaar in in een fundering aangebrachte groeven kunnen worden geplaatst waarna de tussen de op afstand van elkaar gelegen platen begrensde ruimte met beton wordt vol gestort voor het vormen van een 25 muur. Enige indicatie met betrekking tot de wijze waarop de fundering wordt aangebracht is echter uit deze publicatie niet te ontnemen.
Volgens de uitvinding maakt men nu als bekisting gebruik van voorgefabriceerde betonplaten, die ieder aan een zijde zijn voorzien van een buiten de betonplaat uitstekende wapening, waarbij 30 men de betonplaat met tussen de platen aangebrachte afstandsorganen op afstand van elkaar en met de wapeningen naar elkaar toegekeerd plaatst op een hoogterichting instelbare stel platen met behulp waarvan men de bovenzijden van de platen nauwkeurig op een gewenste hoogte opstelt, waarna men, nadat men de gleuf aan de van elkaar afgekeerde zijden van 35 de betonplaten met grond heeft opgevuld, de ruimte tussen de beton-
100 65 2T
2 platen tot op een gewenste hoogte evenals de ruimte onder de op de stel platen rustende betonplaten met beton opvult.
Bij toepassing van de werkwijze volgens de uitvinding kan men gebruik maken van betonplaten, die een grote overeenkomst vertonen 5 met de momenteel veelvuldig in de bouw gebruikte voorgefabriceerde vloerplaten, zodat voor de vervaardiging van dergelijke als bekisting dienst doende voorgefabriceerde betonplaten in principe dezelfde inrichting kan worden gebruikt die wordt gebruikt voor het vervaardigen van dergelijke gebruikelijke vloerplaten. De betonplaten 10 zijn daarbij eenvoudig en nauwkeurig op te stellen, waarbij dit opstellen van de betonplaten bijvoorbeeld gelijktijdig met de grondwerkzaamheden voor het gereed maken van het bouwterrein kan worden uitgevoerd. Daar verder de de bekisting vormende betonplaten reeds zijn voorzien van wapeningen, die gedeeltelijk in de betonplaat zijn 15 ingebed en die buiten de betonplaat uitstekende delen hebben, die uitsteken in de ruimte, die na het opstellen van de bekisting met beton wordt vol gestort, zal aanbrengen van een verdere wapening in het algemeen overbodig zijn, zodat het vlechten van wapening op de bouwplaats kan vervallen. Doordat ook de ruimte onder de betonplaten, 20 in het bijzonder de tussen de instelplaten gelegen ruimte met beton zal worden gevuld zal een effectieve opbouw van de fundering worden verkregen.
Verder zal de door de bovenranden van de voorgefabriceerde betonplaten gevormde bovenzijde van de fundering exact op de gewenste 25 hoogte zijn gelegen, waardoor op deze bovenzijde van de fundering rechtstreeks met de verdere opbouw van muren en dergelijke kan worden begonnen.
De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van bijgaande figuren.
30 Figuur 1 toont schematisch in perspectief een deel van een voorgefabriceerde betonplaat, welke wordt gebruikt voor het vervaardigen van een fundering.
Figuur 2 toont op kleinere schaal een aanzicht op een uiteinde van een dergelijke betonplaat.
35 Figuur 3 toont een met figuur 2 overeenkomend aanzicht van een voor het vervaardigen van een fundering geschikte betonplaat, 1006527 3 welke een kleinere hoogte heeft dan de in figuur 2 weergegeven betonplaat.
Figuur 4 toont schematisch een fase van de werkzaamheden tijdens het opbouwen van de bekisting.
5 Figuur 5 toont een verdere fase van de opbouw van de bekisting.
Figuren 6-9 tonen schematisch verschillende opbouwmogelijk-heden van door de fundering te ondersteunen vloeren en wanden.
Figuur 10 toont een verdere mogelijkheid voor het onderling 10 met elkaar koppelen van deel van een bekisting uitmakende betonplaten.
Figuur 11 toont een aantal voor transport en/of opslag op elkaar gestapelde betonplaten.
Opgemerkt wordt dat in sommige figuren de buiten de betonplaten uitstekende delen van de wapening ter wille van de over-15 zichtelijkheid van de tekening is weggelaten.
Figuur 1 toont schematisch een uiteinde van een lang-gestrekte, een in hoofdzaak rechthoekige doorsnede bezittende voorgefabriceerde betonplaat 1. De betonplaat 1 is voorzien van buiten het betonlichaam van de betonplaat 1 uitstrekkende wapening, die in het 20 weergegeven voorbeeld wordt gevormd door een tweetal evenwijdig aan elkaar verlopende en gezien in figuur 1 op afstand van en evenwijdig aan het bovenvlak van de betonplaat 1 verlopende wapeningsstaven 2 en 3, die zijn bevestigd aan de toppen van V-vormig gevouwen wapenings-staven 4, die zijn verbonden met verdere in het beton van de beton-25 plaat 1 ingebedde en in de figuur niet weergegeven wapeningsstaven. Dit is een voor voorgefabriceerde betonnen vloerplaten gebruikelijke opbouw en zal dan ook niet nader behoeven te worden beschreven.
Indien gewenst kan langs de bovenrand van de bovenplaat 1 rand of blok 5 uit bij voorkeur niet samendrukbaar isolerend materiaal 30 zijn aangebracht ter voorkoming van de vorming van een koude brug tussen de fundering en een op deze fundering te plaatsen opbouw.
Aan de uiteinden van de betonplaat zijn metalen strippen 6 aangebracht, die over een deel van hun lengte in het beton van de betonplaat zijn ingebed en over een deel van hun lengte buiten de 35 betonplaat uitsteken. In de buiten de betonplaat uitstekende delen van de metalen strippen 6 zijn sleufgaten 7 aangebracht.
1006527 4
Zoals verder in figuur 2 is weergegeven kunnen op gewenste plaatsen in de betonplaat uitsparingen 8 zijn gevormd, zodat ter plaatse van de uitsparingen 8 slechts een wandgedeelte 9 met een verhoudingsgewijs geringe dikte aanwezig is. Een dergelijk dun wand-5 gedeelte 9 kan, indien gewenst, worden verwijderd om doorvoer door leidingen door de betonplaat op gewenste plaatsen mogelijk te maken.
Zoals verder nog in figuur 1 is weergegeven zijn in de kopeinden van de betonplaat 1 groeven 10 aangebracht. Verder is gezien in figuur 2 nabij de onderzijde van de betonplaat 1 een zich in de 10 lengterichting van de betonplaat uitstrekkende groef 11 aangebracht aan de van de uitstekende wapening afgekeerde zijde van de betonplaat.
Voor het opbouwen van een fundering kunnen naast de betonplaten 1 ook een kleinere hoogte bezittende betonplaten 1’, zoals weergegeven in figuur 3, worden gebruikt. In principe is de opbouw van 15 de betonplaten 1 en Γ gelijk en voor de verschillende onderdelen van de betonplaten 1 en 1’ zijn dan ook dezelfde verwijzingscijfers gebruikt.
Bij het gereed maken van het bouwterrein zal de (onder) aannemer, die de hiertoe vereiste grondwerkzaamheden moet uitvoeren, 20 een geul graven min of meer in overeenstemming met de te vervaardigen fundering.
In deze geul worden de bovenbeschreven, als bekisting te gebruiken voorgefabriceerde betonplaten opgesteld, zoals schematisch is weergegeven in figuren 4 en 5. Hierbij is, zoals uit figuren 4 en 5 25 duidelijk zal zijn, gebruik gemaakt van de in figuur 2 weergegeven betonplaten 1, die de binnenzijde van de te vormen fundering zullen vormen en van de een kleinere hoogte bezittende betonplaten 1’, die de buitenzijde van de fundering zullen vormen.
Daarbij worden de betonnen funderingsplaten zodanig 30 opgesteld, dat de wapeningen 2-4 van de evenwijdig aan elkaar opgestelde betonplaten 1 en Γ naar elkaar toegekeerd zijn. Om daarbij de betonplaten op de gewenste afstand van elkaar te houden kunnen, zoals weergegeven in de figuren 6-9 tussen de naar elkaar toegekeerde zijden van de betonplaat afstandsstukken 12 worden opgesteld. Indien de 35 afstand tussen de tegenover elkaar gelegen wapeningen 2-4 gering is 100 6527 5 kan in plaats van de afstandsstukken 12 gebruik worden gemaakt van een tussen deze wapeningen opgestelde verticaal geplaatste lat.
Voor het verplaatsen van de betonplaten kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van de toch reeds voor het bouwrijp maken van 5 het terrein en voor het graven van de door de gleuven aanwezige graafmachine.
Zoals weergegeven in figuur 4 kunnen daarbij een tweetal zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende betonplaten 1 en Γ worden geplaatst op een tweetal op afstand van elkaar opgestelde stel platen 10 13, die ieder rusten op een drietal instelbouten 14, die in hoogte- richting instelbaar zijn verbonden met op de grond rustende voetstukken 15. Met behulp van de instelbouten 14 kunnen de bovenzijde van de stel platen nauwkeurig in een horizontaal vlak op de gewenste hoogte worden ingesteld, zodat ook de bovenranden van de door een tweetal 15 stel platen 13 ondersteunde betonplaten 1 en Γ nauwkeurig horizontaal en op een gewenste hoogte zullen zijn gelegen.
Zoals verder in figuur 5 is weergegeven kunnen de uiteinden van bij elkaar komende betonplaten met elkaar worden gekoppeld onder gebruik maken van de buiten de betonplaten uitstekende delen van de 20 strippen 6 door door de sleufgaten 7 van deze delen bouten te steken.
De strippen 6 zullen bij alle betonplaten op dezelfde hoogte in het beton zijn ingebed, maar door de strippen uit verhoudingsgewijs dun materiaal te vervaardigen kunnen deze gemakkelijk enigszins worden afgebogen, zodanig, dat de strippen van bij elkaar 25 gelegen uiteinden van de betonplaat boven elkaar kunnen worden geplaatst voor de beoogde doorvoer van de bouten. Voor de toepassing van de sleufgaten 7 kan ten alle tijde een verbinding worden bewerkstelligd. Om de strippen 6 gemakkelijk in de gewenste vorm te kunnen buigen kan iedere strip zijn opgebouwd uit meerdere los op elkaar 30 liggende materiaal stroken.
Na het zo afstellen van de de verloren bekisting vormende voorgefabriceerde betonplaten 1 en F kunnen in de groeven 10 van de nabij elkaar gelegen kopeinden van een tweetal een hoek met elkaar insluitende betonplaten 1 resp. 1’ de uiteinden van vulplaten worden 35 geplaatst, die de ruimte tussen de nabij elkaar gelegen uiteinden van de betonplaten 1 resp. Γ afsluiten. Verder kunnen, zoals bijvoorbeeld 1006527 6 in figuur 6 is weergegeven in de groeven 11 aan de ondereinden van de betonplaten langsranden worden geplaatst van zich over de lengte van de balken uitstrekkende vliezen 16.
Na het zo op de gewenste wijze opstellen van de betonplaten 5 kan de geul, waarin de betonplaten zijn opgesteld, aan de van elkaar afgekeerde zijden van de betonplaten weer met zand worden opgevuld voor het verkrijgen van een goede steun van de de bekisting vormende betonplaten. De bovenvermelde vliezen 16 voorkomen daarbij een ongewenst uittreden van het zand onder de onderzijden van de betonplaten. 10 Daarna kan de ruimte tussen deze de bekisting vormende voorge fabriceerde betonplaten 1 en Γ tot op de gewenste hoogte worden vol gestort met beton. Daarbij kan ook in de ruimtes onder de betonplaten beton worden gestort.
Na verharding van de tussen de platen 1 en Γ gestorte 15 beton 17 is zo een stevige fundering verkregen, waarvan de door de bovenranden van de betonplaten 1 en 1’ gevormde bovenrand van de fundering nauwkeurig horizontaal en op de gewenste hoogte zal zijn gelegen, hetgeen de verdere opbouw van het op de fundering te plaatsen gebouw aanzienlijk zal vergemakkelijken, daar kan worden uitgegaan van 20 een horizontaal en op de gewenste hoogte liggend bovenste begrenzings-vlak van de fundering.
Daarbij is het hierboven geschetste funderingssysteem in meerdere uitvoeringsvormen denkbaar ter aanpassing aan de beoogde verdere opbouw van het gebouw waarvan de fundering deel uitmaakt.
25 Zo is in figuur 6 een uitvoeringsvorm weergegeven waarbij op de binnenste betonplaat 1 van de fundering een binnenmuur 18 is opgebouwd, die rust op de laag 5 uit isolerend materiaal. Deze binnenmuur is in het hier weergegeven uitvoeringsvoorbeeld aan zijn van het inwendige van het gebouw afgekeerde zijde voorzien van een laag 30 isolerend materiaal 19.
De op afstand van de binnenmuur 18 met de daaraan bevestigde isolatie 19 gelegen buitenmuur 20 is opgericht op de bovenzijde van de betonplaat 1’.
De vloerconstructie 21 is onder tussenplaatsing van een 35 laag 22 uit isolerend materiaal rechtstreeks aangebracht op grond-opvulling binnen de fundering.
10065 27 7
Bij de in figuur 7 weergegeven uitvoeringsvorm is voor het vervaardigen van de fundering gebruik gemaakt van een betonplaat Γ en een soortgelijke een weinig minder hoge betonplaat 1”, die aan zijn bovenzijde is voorzien van een rand of blok 5’ uit bij voorkeur niet 5 samendrukbaar isolerend materiaal, zodanig, dat de hoogte van de betonplaat Γ en de hoogte van de betonplaat 1” met de rand 5’ uit isolerend materiaal gelijk zijn aan elkaar.
Op de rand 5’ van de binnenste betonplaat 1” van de fundering rust een zelfdragende vloer 23. De binnenmuur rust op een 10 uit isolerend materiaal vervaardigd blok 24, dat tijdens de uitvoering wordt ondersteund door zich dwars op de funderingsbalken uitstrekkende steunlatten 25, die op de bovenzijde van de funderingsbalken rusten, zodat ook de hoogteligging van het boveneinde van het vulblok 24 nauwkeurig zal zijn vastgelegd. Op dit vulblok 24 is weer de binnen-15 muur 18 met de daaraan bevestigde isolatie 19 opgebouwd. Op de buitenste funderingsbalk Γ rust weer de buitenmuur 20.
Figuur 8 toont een uitvoeringsvorm, waarbij gebruik is gemaakt van een tweetal gelijke funderingsbalken Γ waarop vulblokken 26 uit isolerend materiaal zijn geplaatst. Op deze vulblokken 26 zijn 20 de uiteinden gelegen van vloeren 27, die onder tussenplaatsing van platen 28 uit isolerend materiaal rusten op de door de fundering omgeven grondaanvulling.
Tussen tegen de vulblokken 26 rustende verticaal staande platen 34 van een bepaalde hoogte is een uit isolerend materiaal ver-25 vaardigd blok 29 aangebracht, dat na het aanbrengen van de gestorte beton 17 wordt geplaatst. Daarna wordt de ruimte 35 boven blok 29 tot de bovenzijde van de platen 34 gevuld met mortel, zodat de hoogteligging van het bovenvlak van deze met mortel gevulde ruimte 35 weer nauwkeurig vast ligt. Op dit bovenvlak is een binnenmuur 30 opgebouwd. 30 Figuur 9 toont een soortgelijke uitvoeringsvorm als figuur 8, waarbij echter gebruik gemaakt is van een tweetal betonplaten 1”, die aan hun boveneinden zijn voorzien van de lagen 5’ uit isolerend materiaal. Hierop rusten de uiteinden van zelfdragende vloeren 31. Verder is op soortgelijke wijze als in de uitvoeringsvorm volgens 35 figuur 8 een door de fundering ondersteunde binnenmuur 30 aangebracht.
1006527 8
Het zal duidelijk zijn, dat de werkwijze volgens de uitvinding zo geschikt is voor een groot aantal variaties in de opbouw van de fundering afhankelijk van de beoogde verdere opbouw van het gebouw.
5 In figuur 10 is een andere uitvoeringsmogelijkheid weer gegeven voor het met elkaar koppelen van de betonplaten 1 en/of Γ met elkaar.
Zoals in deze figuren is weergegeven zijn in de uiteinden van de betonplaten bijvoorbeeld uit kunststof vervaardigde buizen 32 10 ingegoten, die zodanig zijn aangebracht, dat een uiteinde van de buis gelegen is ter hoogte van een kopvlak van de betonplaat waarin ook de bovenbeschreven groef 10 is aangebracht, terwijl het andere uiteinde van de buis uitsteekt aan de zijde van de desbetreffende betonplaat 1 resp. Γ waar ook de wapening 2-4 uitsteekt.
15 Door de buizen 30 van nabij elkaar gelegen uiteinden van de betonplaten 1 resp. Γ kunnen nu kabels 33 worden gevoerd, zoals afgebeeld in figuur 10 met het oog op het onderling met elkaar koppelen van de platen. De uiteinden van de kabels kunnen daarbij, indien gewenst aan elkaar resp. aan de wapening worden vastgezet. 20 Zoals daarbij uit figuur 10 duidelijk zal zijn kan een dergelijke bevestiging zowel gebruikt worden voor in eikaars verlengde gelegen betonplaten als voor een hoek met elkaar insluitende betonplaten.
Een verdere mogelijkheid is nog om in de betonplaten zich over de gehele lengte van de betonplaat uitstrekkende buizen aan te 25 brengen. Een dergelijke uitvoeringsvorm is in het bijzonder geschikt indien men de betonplaten in een zo groot mogelijke lengte stort en naderhand, afhankelijk van de grootte van de te vervaardigen fundering de betonplaten op gewenste lengte afkort. Op korte afstand van de uiteinden van de zo op lengte afgekorte betonplaten kan men dan vanaf 30 de zijde van de betonplaat waar de wapening uitsteekt, een dwarsboring in de betonplaat aanbrengen, zodanig, dat deze uitmondt in de in de betonplaat ingegoten buis, waarna door deze boring en de ingegoten buis weer op bovengeschetste en in figuur 10 weergegeven wijze een staalkabel kan worden gevoerd.
35 Zoals in het bijzonder in figuur 11 weergegeven kan iedere betonplaat aan de van de uitstekende delen 2-4 van de wapening afge- 100 65 27 9 keerde zijde zijn voorzien van een uitsparing 36, die zodanig bemeten is, dat bij voor opslag en/of transport op elkaar stapelen van betonplaten de uitstekende delen 2-4 van een plaat kunnen worden opgenomen in een uitsparing 36 van een naburige plaat, waardoor een stevige, 5 verhoudingsgewijs weinige ruimte in beslag nemende stapel betonplaten kan worden gevormd.
10065 27

Claims (17)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een fundering voor een gebouw onder gebruik maken van een in een in de grond gegraven gleuf 5 opgestelde bekisting, waarin men beton stort, met het kenmerk, dat men als bekisting gebruik maakt van voorgefabriceerde betonplaat, die ieder aan een zijde zijn voorzien van een buiten de betonplaat uitstekende wapening, waarbij men de betonplaten met tussen de betonplaten aangebrachte afstandsorganen op afstand van elkaar en met de 10 wapeningen naar elkaar toegekeerd plaatst op in hoogterichting instelbare stel platen met behulp waarvan men de bovenzijden van de platen nauwkeurig op een gewenste hoogte opstelt, waarna men, nadat men de gleuf aan de van elkaar afgekeerde zijden van de betonplaten met grond heeft opgevuld, de ruimte tussen de betonplaten tot op een gewenste 15 hoogte evenals de ruimte onder de op de stel platen rustende betonplaten met beton opvult.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat men naar elkaar toegekeerde kopeinden van de betonplaten voorafgaand aan het storten van het beton met elkaar koppelt.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat men aan de ondereinden van de betonplaten voorafgaand aan hnet opvullen van de gleuf met grond schermen aanbrengt.
4. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat op de bovenranden van de betonplaten blokken uit bij 25 voorkeur isolerend materiaal worden geplaatst en de tussen deze blokken gelegen ruimte met beton wordt volgestort.
5. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat men op de betonplaten plaatvormige elementen plaatst en de ruimte tussen deze plaatvormige elementen wordt volgestort met 30 beton.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat voorafgaand aan het vol storten van de tussen de plaatvormige elementen gelegen ruimte isolerend materiaal wordt geplaatst op het tussen de betonplaten gestorte beton. 1006527
7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat op de bovenzijde van een betonplaat een wand wordt opgetrokken.
8. Betonplaat bestemd voor toepassing bij de werkwijze volgens 5 een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de betonplaat is voorzien van een aan een zijkant buiten de betonplaat uitstekende wapening, terwijl aan de kopeinden en nabij een langsrand in de betonplaat groeven zijn aangebracht.
9. Betonplaat volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat op 10 eenlangsrand van de betonplaat een laag uit onsamendrukbaar isolerend materiaal is aangebracht.
10. Betonplaat volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat aan de kopeinden van de betonplaat over een deel van hun lengte buiten de betonplaat uitstekende strippen zijn ingebed, waarbij in de uit- 15 stekende delen van de strippen sleufgaten zijn gevormd.
11. Betonplaat volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat een strip is opgebouwd uit meerdere los op elkaar liggende materiaallagen.
12. Betonplaat volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat nabij de kopeinden van de betonplaten doortochten zijn aangebracht, 20 die aan een uiteinde bij een kopeinde van de betonplaat en bij een ander uiteinde aan de zijde van de betonplaat waar de wapening uitsteekt, uitmonden.
13. Betonplaat volgens een der voorgaande conclusies 8-12, met het kenmerk, dat aan de van de uitstekende wapening afgekeerde zijde 25 een uitsparing in de betonplaat is opgenomen, zodanig, dat bij op elkaar stapelen van betonplaten in deze uitsparing uitstekende wapening van een soortgelijke betonplaat kan worden opgenomen.
14. Betonplaat volgens een der voorgaande conclusies 8-13, met het kenmerk, dat in de betonplaat een of meer uitsparingen zijn 30 aangebracht, zodanig, dat een dergelijke uitsparing wordt begrensd door een gemakkelijk uit de betonplaat weg te breken wandgedeelte.
15. Betonplaat volgens een der voorgaande conclusies 8-14, met het kenmerk, dat in de betonplaat tenminste een zich over de gehele lengte van de betonplaat uitstrekkende buis is aangebracht. 1006527
16. Stelplaat bestemd voor toepassing bij de werkwijze volgens een der conclusies 1-7, met het kenmerk, dat de stelplaat gecombineerd is met middelen voor het in hoogterichting instellen van de stelplaat.
17. Stelplaat volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de 5 stelplaat is voorzien van een horizontaal opstelbare bovenzijde. 1006527
NL1006527A 1997-07-10 1997-07-10 Werkwijze voor het vervaardigen van een fundering en bij deze werkwijze toepasbare betonplaat. NL1006527C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1006527A NL1006527C2 (nl) 1997-07-10 1997-07-10 Werkwijze voor het vervaardigen van een fundering en bij deze werkwijze toepasbare betonplaat.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1006527 1997-07-10
NL1006527A NL1006527C2 (nl) 1997-07-10 1997-07-10 Werkwijze voor het vervaardigen van een fundering en bij deze werkwijze toepasbare betonplaat.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1006527C2 true NL1006527C2 (nl) 1999-01-12

Family

ID=19765311

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1006527A NL1006527C2 (nl) 1997-07-10 1997-07-10 Werkwijze voor het vervaardigen van een fundering en bij deze werkwijze toepasbare betonplaat.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1006527C2 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US10301833B1 (en) * 2017-11-03 2019-05-28 Korea Institute Of Civil Engineering And Building Technology Highly durable textile reinforcing panel used as concrete form, and method of constructing reinforced concrete structure using the same

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3848377A (en) * 1973-02-09 1974-11-19 M Mori Mat foundation
WO1981002758A1 (en) * 1980-03-28 1981-10-01 H Saetilae Construction system based on thin concrete boards and cassette element for the implementation of the system
EP0141465A2 (en) * 1983-11-04 1985-05-15 Dow Chemical (Nederland) B.V. A method of building a foundation, and shuttering unit for the application of said method
WO1992014886A1 (en) * 1991-02-22 1992-09-03 Fearn Richard N Building foundation and floor assembly
US5152108A (en) * 1989-09-11 1992-10-06 Madl Jr Jos Foundation system with integral bracing for manufacturing buildings

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3848377A (en) * 1973-02-09 1974-11-19 M Mori Mat foundation
WO1981002758A1 (en) * 1980-03-28 1981-10-01 H Saetilae Construction system based on thin concrete boards and cassette element for the implementation of the system
EP0141465A2 (en) * 1983-11-04 1985-05-15 Dow Chemical (Nederland) B.V. A method of building a foundation, and shuttering unit for the application of said method
US5152108A (en) * 1989-09-11 1992-10-06 Madl Jr Jos Foundation system with integral bracing for manufacturing buildings
WO1992014886A1 (en) * 1991-02-22 1992-09-03 Fearn Richard N Building foundation and floor assembly

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US10301833B1 (en) * 2017-11-03 2019-05-28 Korea Institute Of Civil Engineering And Building Technology Highly durable textile reinforcing panel used as concrete form, and method of constructing reinforced concrete structure using the same

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US3195312A (en) Method for erecting precast retaining wall
US6503025B1 (en) Precast concrete beam element and methods of making and installing same
US20060193699A1 (en) Construction work and method of production
EP0289261A2 (en) Concrete screed rails
US4569173A (en) Method for constructing buildings and building structures
EP0825307B1 (en) Concrete wing floor element
GB2240350A (en) Forming foundation beams
EP0345823B1 (en) Screed rails
US4576510A (en) Technique for the location of expansion joints when casting a concrete bed
EP0016478A2 (en) Wall made of a plurality of pre cast cementitious panels
NL1006527C2 (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een fundering en bij deze werkwijze toepasbare betonplaat.
NL8901218A (nl) Steunconstructie voor het stabiliseren van de bodem.
IE902098A1 (en) Formwork for forming structural beams
JP2641182B2 (ja) 斜面の安定化工法及び斜面における拡張工法
NL1013055C2 (nl) Industrieel prefabriceerbaar, modulair vloerplaatelement voor gebouwen, in het bijzonder voor woningen.
EP1103663B1 (en) Pile wall capping
WO2007073570A1 (en) Building block
NL1034977C1 (nl) Bekistingselement voor trasraam bij fundering op staal en werkwijze voor het vervaardigen van een trasraam.
KR100386696B1 (ko) 건축 구조물의 기초 콘크리트 타설공법
JP2501709B2 (ja) 基礎構造
JPS6123092Y2 (nl)
BE1007749A6 (nl) Werkwijze voor het construeren van een grondkerende muur en volgens deze werkwijze gevormde muur, inzonderheid kaaimuur.
JPS59220501A (ja) 張出歩道ブロツクおよびその敷設工法
JPH025843B2 (nl)
JPS6315402B2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20080201