NL1006129C2 - Fluïdumpomp voorzien van een in volume verhandelbare pompkamer alsmede een cassette. - Google Patents

Fluïdumpomp voorzien van een in volume verhandelbare pompkamer alsmede een cassette. Download PDF

Info

Publication number
NL1006129C2
NL1006129C2 NL1006129A NL1006129A NL1006129C2 NL 1006129 C2 NL1006129 C2 NL 1006129C2 NL 1006129 A NL1006129 A NL 1006129A NL 1006129 A NL1006129 A NL 1006129A NL 1006129 C2 NL1006129 C2 NL 1006129C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
fluid
housing
pump
seat
chamber
Prior art date
Application number
NL1006129A
Other languages
English (en)
Inventor
Johannes Wilhelmus Mari Simons
Original Assignee
Verder Holding B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Verder Holding B V filed Critical Verder Holding B V
Priority to NL1006129A priority Critical patent/NL1006129C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1006129C2 publication Critical patent/NL1006129C2/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04BPOSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS
    • F04B53/00Component parts, details or accessories not provided for in, or of interest apart from, groups F04B1/00 - F04B23/00 or F04B39/00 - F04B47/00
    • F04B53/10Valves; Arrangement of valves
    • F04B53/1002Ball valves
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04BPOSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS
    • F04B53/00Component parts, details or accessories not provided for in, or of interest apart from, groups F04B1/00 - F04B23/00 or F04B39/00 - F04B47/00
    • F04B53/10Valves; Arrangement of valves
    • F04B53/109Valves; Arrangement of valves inlet and outlet valve forming one unit

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Details Of Reciprocating Pumps (AREA)

Description

Korte aanduiding: Fluïdumpomp voorzien van een in volume verhandelbare pompkamer alsmede een cassette.
De uitvinding heeft betrekking op een fluïdumpomp 5 voorzien van een in volume veranderbare pompkamer, op de pompkamer aangesloten fluïdumaanvoer- en fluïdumafvoerleidingen, alsmede aandrijfmid-delen voor het afwisselend verkleinen en vergoten van het volume van de pompkamer, waarbij tussen elke leiding en de pompkamer een terugslagklep is gelegen die is voorzien van een doorvoeropening omvattende zitting en 10 een ten opzichte van de zitting verplaatsbaar element, welk element relatief ten opzichte van de zitting verplaatsbaar is van een de doorvoeropening afsluitende positie naar een de doorvoeropening vrijgevende positie en vice versa.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een cassette 15 voor een van ten minste terugslagklep voorziene inrichting, welke terugslagklep en een doorvoeropening omvattende zitting en een ten opzichte van de zitting verplaatsbaar element omvat.
Bij een op zich bekende fluïdumpomp wordt bij het vergroten van het volume van de pompkamer een te verpompen fluïdum uit 20 de fluïdumaanvoerleiding gezogen, waarbij de fluïdumafvoerleiding met behulp van de tussen de pompkamer en de fluïdumafvoerleiding gelegen terugslagklep is afgesloten. Bij het in volume verkleinen van de pompkamer wordt het in de pompkamer aanwezige fluïdum in de fluïdumafvoerleiding geperst, waarbij de fluïdumaanvoerleiding met behulp van de tussen de 25 pompkamer en de fluïdumaanvoerleiding gelegen terugslagklep is afgesloten.
Bij met name het pompen van chemisch agressieve gasvormige of vloeibare stoffen of poedervormig materialen omvattende vloeibare stoffen, vindt relatief snel slijtage plaats van de zitting en het ten opzichte van de zitting verplaatsbare element, waardoor er geen goede 30 afsluiting van het in de zitting gelegen doorvoerkanaal wordt verkregen bij een tegen de zitting aangelegen element en het te verpompen fluïdum ongewenst uit de fluïdumafvoerleiding wordt aangezogen of terug in de fluïdumaanvoerleiding wordt geperst.
Bij slijtage van de terugslagklep dient de fluïdumpomp 35 te worden vervangen waarna de fluïdumpomp wordt weggegooid. Soms wordt de fluïdumpomp gedemonteerd en wordt de terugslagklep gerepareerd.
100 61 29 2
Het verwijderen van de fluïdumpomp is tijdrovend, waarbij gedurende de tijd dat de fluïdumpomp wordt vervangen, geen fluïdum kan worden verpompt. Een verder bezwaar van het verwijderen van de fluïdumpomp is dat hierbij de op de fluïdumaanvoerleiding en fluïdumafvoer-5 leiding aangesloten leidingen moeten worden ontkoppeld en later opnieuw moeten worden aangesloten, waarbij er voor dient te worden gezorgd dat er geen lekkages optreden bij het koppelen van de leidingen.
De uitvinding beoogt een fluïdumpomp te verschaffen, waarbij op een relatief eenvoudige en snelle wijze een terugslagklep kan 10 worden vervangen.
Dit doel wordt bij de fluïdumpomp volgens de uitvinding bereikt doordat de fluïdumpomp is voorzien van een losneembaar, ten minste een terugslagklep omvattend buisvormig huis, welk huis is voorzien van aan weerszijden van de zitting gelegen aansluitkanalen, waarbij bij een 15 in de fluïdumpomp gelegen huis, het ene aansluitkanaal aansluit op een van de leidingen, terwijl het andere aansluitkanaal in continu open verbinding staat met de pompkamer.
Bij slijtage van de terugslagklep, wordt het huis vervangen door een nieuw huis, waarna met behulp van de fluïdumpomp de 20 fluïdum kan worden verpompt. Het huis kan worden gerepareerd of worden weggegooid. Tijdens het vervangen van het huis kunnen de fluïdumaanvoerleiding en fluïdumafvoerleiding of de daarop aangesloten leidingen tijdelijk worden afgesloten. De leidingen behoeven echter niet te worden ontkoppeld.
Een uitvoeringsvorm van een fluïdumpomp volgens de 25 uitvinding wordt gekenmerkt doordat het huis is voorzien van twee terugslagkleppen, waarbij een tussen de terugslagkleppen gelegen aansluitkanaal in continu open verbinding staat met de pompkamer, terwijl aan elk van de beide terugslagkleppen afgekeerde zijden een aansluitkanaal is gelegen dat in verbinding staat met respectievelijk de fluïdumaanvoer-30 leiding en de fluïdumafvoerleiding.
Door het vervangen van het huis worden simultaan twee terugslagkleppen vervangen.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin 35 Fig. 1 is een schematische weergave van een op zich bekende dubbelwerkende fluïdumpomp toont, 100 61 29 3
Fig. 2A-2C aanzichten tonen op een dubbelwerkende fluïdumpomp respectievelijk in de door pijlen A-A, B-B, C-C aangegeven richtingen, de fluïdumpomp is voorzien van twee losneembaar van terugslagkleppen voorziene cassettes volgens de uitvinding, 5 Fig. 3 toont een perspectivisch aanzicht van de in fig.
2A weergegeven cassette,
Fig. 4 toont een afsluitdop.
In de figuren zijn overeenkomende onderdelen voorzien van dezelfde verwijzingscijfers.
10 Fig. 1 toont een op zich bekende dubbelwerkende fluïdum pomp 1 die is voorzien van twee kamers 2, 3 die elk met behulp van een membraan 4 zijn verdeeld in een pompkamer 5 en een aan de pompkamer 5 afgelegen zijde van een membraan 4 gelegen werkkamer 6. Op elke pompkamer 5 zijn een fluïdumaanvoerleiding 7, 8 en een fluïdumafvoerleiding 9, 10 15 aangesloten. Elke leiding 7-10 is voorzien van een terugslagklep 11 die is voorzien van een schematisch weergegeven, een doorvoeropening omvattende zitting 12 en een ten opzichte van de zitting verplaatsbaar element, bijvoorbeeld een kogel 13. Bij de fluïdumaanvoerleidingen 7, 8 is de kogel 13 aan een naar de pompkamer 5 toegekeerde zijde van de zitting 12 gelegen 20 terwijl bij de afvoerleidingen 9, 10 de kogel 13 aan een van de pompkamer 5 afgekeerde zijde van de zitting 12 is gelegen.
De membranen 4 zijn onderling verbonden met een in en tegengesteld aan door pijl PI aangegeven richting verplaatsbare stang 14 die schuifbaar is gelagerd in een schakel inrichting 15. De schakelinrich-25 ting 15 is voorzien van een bedieningsfluïdumaanvoerleiding 16 en een bedieningsfluïdumafvoerleiding 17. De schakel inrichting 15 is verder met behulp van leiding 18, 19 aangesloten op de werkkamers 6 van de beide kamers 2, 3. De leidingen 18, 19 staan afwisselend in verbinding met de bedieningsfluïdumaanvoerleiding 16 en de bedieningsafvoerleiding 17. De 30 schakel inrichting 15 is op zich bekend en bijvoorbeeld beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage 1001954, de Duitse octrooiaanvrage 3310131 en het Europese octrooi EP-B1-0.480.192. De schakel inrichting 15 zal derhalve niet nader worden toegelicht.
De werking van de fluïdumpomp 1 is als volgt. Bij de 35 in fig. 1 weergegeven stand van de beide membranen 4, wordt de schakeleen-heid 15 zodanig geschakeld dat de bedieningsfluïdumaanvoerleiding 16 in 10061 29 4 open verbinding komt met de leiding 18 terwijl de leiding 19 in open verbinding komt met de bedieningsfluïdumafvoerleiding 17. Via de bedieningsfluïdumaanvoerleiding 16 wordt bedieningsfluïdum in de werkkamer 6 van de kamer 2 gepompt waardoor het membraan 4 in de door pijl PI 5 aangegeven richting naar de pompkamer 5 wordt gedrukt en het in de pompkamer 5 aanwezige fluïdum in de fluïdumafvoerleiding 9 wordt geperst. Door het verplaatsen van het membraan 4 in de richting van de pompkamer 5 van kamer 2 wordt eveneens de met het membraan 4 gekoppelde stang 14 in de door pijl PI aangegeven richting verplaatst waardoor het met het 10 andere uiteinde van de stang 14 gekoppelde membraan 4 in de kamer 3 in de richting van de bijbehorende werkkamer 6 wordt verplaatst en het in de werkkamer 6 aanwezige fluïdum via de leiding 19 en de verbindingsfluïdu-mafvoerleiding 17 wordt afgevoerd. Tegelijkertijd wordt het volume van de in de kamer 3 gelegen pompkamer 5 vergroot waardoor fluïdum vanuit de 15 fluïdumaanvoerleiding 8 in de bijbehorende pompkamer 5 wordt aangezogen.
Zodra het in de kamer 2 gelegen membraan 4 de stand heeft ingenomen dat het volume van de bijbehorende pompkamer 5 minimaal is, wordt met behulp van de schakel inrichting 15 de leiding 18 in open verbinding gebracht met de bedieningsfluïdumafvoerleiding 17 en wordt de leiding 19 in open 20 verbinding gebracht met de bedieningsfluïdumaanvoerleiding 16, waarna fluïdum uit de in de kamer 3 gelegen fluïdumkamer 5 wordt geperst, de stang 14 in een aan pijl PI tegengestelde richting wordt verplaatst en in de in de kamer 2 gelegen pompkamer 5 fluïdum wordt aangezogen. Op deze wijze wordt afwisselend fluïdum in de fluïdumafvoerleidingen 9, 10 geperst 25 waardoor een continue fluïdumstroom wordt verkregen. Bij het in de pompkamer 5 aanzuigen van fluïdum uit de fluïdumaanvoerleiding 7, 8 wordt met behulp van in de fluïdumafvoerleidingen 9, 10 gelegen terugslagkleppen voorkomen dat fluïdum in de pompkamer 5 terugstroomt. Bij het uit de pompkamer 5 persen van het in de pompkamer 5 aanwezige fluïdum wordt met 30 behulp van de in de fluïdumaanvoerleiding 7, 8 gelegen terugslagkleppen 11 voorkomen dat fluïdum in de aanvoerleidingen 7, 8 wordt teruggevoerd.
Fig. 2a-2c tonen verschillende aanzichten op een fluïdumpomp 20 volgens de uitvinding die is voorzien van twee kamers 2, 3 die elk met behulp van een membraan (niet weergegeven) zijn verdeeld 35 in een pompkamer 5 en een werkkamer 6, die alle in een pomphuis 21 zijn gelegen. De fluïdumpomp 20 is verder voorzien van een fluïdumhoofdaanvoer- 100 61 29 5 leiding 22 die in het pomphuis 21 vertakt in een fluïdumaanvoerleiding 7 en een fluïdumaanvoerleiding 8 die respectievelijk in verbinding staan met de in de kamers 2, 3 gelegen pompkamers 5. De fluïdumpomp 20 is verder voorzien van een fluïdumhoofdafvoerleiding 23 die in het pomphuis 21 is 5 vertakt in twee fluïdumafvoerleidingen 9, 10 die respectievelijk in verbinding staan met de in de kamers 2, 3 gelegen pompkamer 5. Het pomphuis 21 is verder voorzien van twee cilindervormige kamers 24, 25. De cilindervormige kamer 24 staat daarbij met een uiteinde 26 in open verbinding met de fluïdumaanvoerleiding 8, nabij het ander uiteinde 27 10 in open verbinding met de fluïdumafvoerleiding 10 en nabij het midden tussen de beide uiteinden 26, 27 via een hulpleiding 28 in open verbinding met de pompkamer 5. Op eenzelfde wijze is de cilindervormige kamer 25 verbonden met de fluïdumaanvoerleiding 7, de fluïdumafvoerleiding 9 en de tussen de cilindervormige kamer 25 en de in de kamer 2 gelegen pompkamer 15 5 gelegen hulpleiding 29. In elke cilindervormige kamer 24, 25 is een cilindervormig huis 30 gelegen die via een in het pomphuis 21 voorziene opening 31 in de cilindervormige kamer 24, 25 is geschoven. Het cilindervormige huis dat in fig. 3 duidelijker is weergegeven, omvat een in open verbinding met het eerste uiteinde 26 staand aanvoerkanaal 32, 20 een doorvoeropening 33 omvattende zitting 34, een nabij de zitting gelegen kogel 35, een in open verbinding met de hulpleiding 28 staand aansluitka-naal 36, een in doorvoeropening 37 omvattende zitting 38, een op de zitting 38 gelegen kogel 39 en een in open verbinding met de fluïdumafvoerleiding 10 staand aanvoerkanaal 40. Het cilindervormige huis 30 is nabij het 25 aanvoerkanaal 40 met behulp van een dop 41 afgesloten die in het huis 21 is geschroefd.
De werking van de fluïdumpomp 20 komt in grote lijnen overeen met de werking van de in fig. 1 weergegeven fluïdumpomp 1 en zal derhalve slechts beknopt worden toegelicht. Op de fluïdumhoofdaanvoerleding 30 22 en de fluïdumhoofdafvoerleiding 23 werden leidingen aangesloten. De te verpompen fluïdum wordt via de fluïdumhoofdaanvoerleiding 22 in het pomphuis 21 geleid en afwisselend via de fluïdumaanvoerleidingen 7, 8 in de pompkamer 5 van de kamer 2, 3 geleid. Het in de pompkamer 5 aanwezige fluïdum wordt vervolgens via de fluïdumafvoerleidingen 9, 10 in de 35 fluïdumhoofdafvoerleiding 23 geleid en afgevoerd. Bij de in Fig. 2a weergegeven stand van de fluïdumpomp 20 wordt fluïdum in de door pijl P2 1 0061 29 6 aangegeven richting vanuit de fluïdumhoofdaanvoerleiding 22 in de fluïdumaanvoerleiding 8 geleid en in de cilindervormige kamer 24 gevoerd. Vervolgens gaat het fluïdum door de in de zitting 34 gelegen doorvoerope-ning 33 waarbij door het fluïdum de kogel 35 in een door pijl P3 5 aangegeven, van de zitting 34 afgekeerde richting wordt verplaatst. Het fluïdum stroomt vervolgens in het aanvoerkanaal 36 en geraakt via de hul plei ding 28 in de pompkamer 5 van de kamer 3. In de pompkamer 5 wordt een aanzuigende kracht uitgeoefend op het fluïdum ten gevolge waarvan de kogel 39 in een door pijl P4 aangegeven, aan pijl P3 tegengestelde richting 10 tegen de zitting 38 wordt gedrukt waardoor de daarin aanwezige doorvoerope-ning 37 wordt afgesloten. Zodoende wordt verhinderd dat in de fluïdumaf-voerleiding 10 aanwezige fluïdum in de pompkamer 5 terugstroomt.
Terwijl fluïdum in de pompkamer 5 van kamer 3 stroomt, wordt het volume van de pompkamer 5 van kamer 2 verkleind waardoor fluïdum 15 vanuit de pompkamer 5 door de hulpleiding 29 in het aanvoerkanaal 36 wordt geperst. Door het fluïdum wordt de kogel 39 in een door pijl P6 aangegeven richting van de zitting 38 af verplaatst waardoor de doorvoeropening 37 wordt geopend en het fluïdum vanuit het aanvoerkanaal 36 door de in de zitting 39 voorzien doorvoeropening 37 en het uiteinde 27 van de 20 cilindervormige kamer 25 in door pijl P5 aangegeven richting door de fluïdumafvoerleiding 9 in de fluïdumhoofdafvoerleiding 23 stroomt. Door het uit de pompkamer 5 gepompte fluïdum wordt een neerwaartse kracht op de kogel 35 uitgeoefend, waardoor de kogel 35 in een door pijl P7 aangegeven richting tegen de zitting 34 wordt aangedrukt, waardoor de 25 daarin gelegen doorvoeropening 33 wordt afgesloten. Zodra de ene pompkamer 5 is geleegd en de andere pompkamer 5 is gevuld, wordt met behulp van de schakel inrichting 15 de verplaatsingsrichting van de membranen (niet weergegeven) omgekeerd waardoor de inmiddels gevulde pompkamer 5 wordt geleegd en de inmiddels geleegde pompkamer 5 weer wordt gevuld. Hierbij 30 stroomt het fluïdum in de door stippellijnen aangegeven richtingen door het pomphuis 21. De kogels 35, 39 worden hierbij in aan pijlen P3, P4, P6, P7 tegengestelde richtingen verplaatst.
Zodra de kogels 35, 39 of de bijbehorende zittingen 34, 38 zijn versleten, waardoor bij een tegen een zitting aanliggende kogel 35 de in de zitting gelegen doorvoeropening 33, 37 niet meer wordt afgesloten, 1006129 7 hetgeen bijvoorbeeld waarneembaar is aan de per tijdseenheid doorgevoerde fluïdumhoeveelheid, wordt de dop 31 verwijderd waarna het huis 30 uit de cilindervormige kamer 24, 25 wordt verwijderd en een nieuw huis in de cilindervormige kamer 24, 25 wordt aangebracht. Nadat de dop 31 weer is 5 aangebracht, kan met behulp van de fluïdumpomp 20 weer fluïdum worden gepompt.
Fig. 3 toont een gedeeltelijk doorgesneden, perspectivisch aanzicht van een losneembaar met de fluïdumpomp 20 te verbinden cassette die is voorzien van het huis 30 en daarin gelegen kogels 35, 39. 10 Het huis 30 omvat twee cilindervormige delen 45, 46 die elk zijn voorzien van een zitting 38, 34. Het cilindervormige deel 45 is nabij een uiteinde voorzien van een flensvormige kraag 47 en een daaronder gelegen afdichtring 48. Aan de binnenzijde is het cilindervormige deel 45 voorzien van inwendige schroefdraad 49. Onder de afdichtingring 48 is het cilindervormi-15 ge deel 45 voorzien van twee tegenover elkaar gelegen doorvoeropeningen 50 die bij een in de fluïdumpomp 20 gemonteerd huis 30 tegenover de opening 27 in de cilindervormige kamer 24, 25 zijn gelegen. Het huis 30 is verder voorzien van een zitting 38 die is gevormd door een in neerwaartse richting conisch verlopend gedeelte dat eindigt nabij een doorvoeropening 37. Onder 20 de doorvoeropening 37 is de wand van het cilindervormige deel 45 voorzien van een getrapt gedeelte 51. Onder het getrapte gedeelte 51 zijn twee tegenover elkaar gelegen doorvoeropeningen 52 gelegen die bij een in de fluïdumpomp 20 gelegen huis 30 in open verbinding staan met de hulpleiding 28, 29. Onder de doorvoeropeningen 52 zijn twee tegenover elkaar gelegen 25 gaten 53 voorzien waarin op een nog nader aan te geven wijze een pen 54 wordt aangebracht.
Het cilindervormige gedeelte 46 is voorzien van een vernauwd buisvormig gedeelte 55 dat is voorzien van twee tegenover elkaar gelegen doorvoeropeningen 56 en twee daaronder gelegen, tegenover elkaar 30 gelegen gaten 57. Onder de gaten 57 is de buitenwand van het cilindervormige gedeelte 56 voorzien van een getrapt gedeelte 58 waarop een afdichtring 51 is gelegen. Onder het getrapte gedeelte 58 is het deel 46 voorzien van een zitting 34 die wordt gevormd door een conisch naar binnen toe lopende wand. In de zitting 34 is de doorvoeropening 33 gelegen. Nabij de 35 doorvoeropening 33 is de buitenwand 46 voorzien van uitwendige schroefdraad 60. De cassette volgens de uitvinding is verder voorzien van een dop 41 1006129 8 (fig. 4) die is voorzien van een ringvormige flens 61 en van daaronder gelegen, uitwendige schroefdraad 62. De dop 41 is verder voorzien van een aanslagrand 63 en een tegenover de kogel 39 gelegen aanslagnok 64.
De in fig. 3 weergegeven cassette wordt als volgt 5 samengesteld. In het deel 46 wordt vanaf een van de doorvoeropening 33 afgekeerde zijde van de zitting 34 de kogel 35 in een door pijl P8 aangegeven richting op de zitting 34 gelegd. Vervolgens wordt het deel 45 over het vernauwde gedeelte 55 geschoven totdat het getrapte gedeelte 51 aanligt tegen het uiteinde van het deel 46. Hierbij wordt door het 10 onderling roteren van beide delen 45, 46 de gaten 53, 57 en de doorvoerope-ningen 52, 56 ten opzichte van elkaar uitgelijnd. Vervolgens wordt de pen 54 in door pijl P9 aangegeven richting door de ten opzichte van elkaar uitgelijnde gaten 53, 57 heen gevoerd waardoor de delen 45, 46 met elkaar worden verbonden. Vervolgens wordt in door pijl P10 aangegeven richting 15 de kogel 39 op de zitting 38 gelegd. Door het op de wijze samenstellen van de cassette volgens de uitvinding kunnen de delen 45, 46 eenvoudig met behulp van spuitgiettechnieken worden vervaardigd en zijn de kogels 35, 39 eenvoudig aan te brengen en te vervangen. De cassette is bij voorkeur voorzien van een met het pomphuis samenwerkend uitrichtorgaan 20 met behulp waarvan de cassette zodanig ten opzichte van het pomphuis wordt uitgericht dat de doorvoeropeningen 50, 52, 56 aansluiten op de in het pomphuis gelegen kanalen. Na het plaatsen van de cassette in het pomphuis wordt met behulp van dop 41 het deel 45 afgesloten. Met behulp van de aanslagrand 63 van de dop 41 wordt de cassette in het pomphuis geklemd. 25 De afdichtringen 48, 59 zorgen voor een goede afdichting tussen het huis 30 en de cilindervormige kamer 24, 25 van het pomphuis 21.
Het aanbrengen van het huis 30 in pomphuis 21 kan worden vereenvoudigd door een soortgelijk huis 30 met behulp van de aan een 30 uiteinde voorziene uitwendige schroefdraad 60 te bevestigen aan het van inwendige schroefdraad 49 voorziene uiteinde van het huis 30. Op deze wijze worden twee in eikaars verlengde gelegen huizen verkregen. Het ene huis vormt hierbij een handvat voor het bevestigen van het andere huis. Nadat het huis 30 in de cilindervormige kamer 24, 25 is aangebracht wordt het 35 buiten de fluïdumpomp 20 gelegen huis verwijderd, waarna de dop 41 wordt aangebracht. Ook voor het uit de cilindervormige kamer 24, 25 verwijderen 1 00 61 29 9 van het huis 30 kan eerst een ander huis 30 op het huis 30 worden bevestigd. Op deze wijze is het verwijderen van een te vervangen huis en het aanbrengen van nieuw huis relatief eenvoudig.
Het is uiteraard ook mogelijk om in plaats van een kogel 5 een ander element, bijvoorbeeld een conus te voorzien met behulp waarvan een in een zitting gelegen doorvoeropening wordt afgesloten.
Het huis 30, de kogel 35, 39 en de pen 54 kunnen van kunststof, metaal, etc. worden vervaardigd.
Het moge duidelijk zijn dat de uitvinding ook toepasbaar 10 is bij een enkelwerkende fluïdumpomp die is voorzien van een enkele pompkamer 5.
1 00 61 29

Claims (7)

1. Fluïdumpomp voorzien van een in volume veranderbare pompkamer, op de pompkamer aangesloten fluïdumaanvoer- en fluïdumafvoerlei- 5 dingen, alsmede aandrijfmiddelen voor het afwisselend verkleinen en vergoten van het volume van de pompkamer, waarbij tussen elke leiding en de pompkamer een terugslagklep is gelegen die is voorzien van een doorvoeropening omvattende zitting en een ten opzichte van de zitting verplaatsbaar element, welk element relatief ten opzichte van de zitting 10 verplaatsbaar is van een de doorvoeropening afsluitende positie naar een de doorvoeropening vrijgevende positie en vice versa, met het kenmerk, dat de fluïdumpomp is voorzien van een losneembaar, ten minste een terugslagklep omvattend buisvormig huis, welk huis is voorzien van aan weerszijden van de zitting gelegen aansluitkanalen, waarbij bij een in 15 de fluïdumpomp gelegen huis, het ene aansluitkanaal aansluit op een van de leidingen, terwijl het andere aansluitkanaal in continu open verbinding staat met de pompkamer.
2. Fluïdumpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het huis is voorzien van twee terugslagkleppen, waarbij een tussen de 20 terugslagkleppen gelegen aansluitkanaal in continu open verbinding staat met de pompkamer, terwijl aan elk van de beide terugslagkleppen afgekeerde zijden een aansluitkanaal is gelegen dat in verbinding staat met respectievelijk de fluïdumaanvoerleiding en de fluïdumafvoerleiding.
3. Fluïdumpomp volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, 25 dat het cilindervormige huis in een de fluïdumpomp voorziene cilindervormige kamer schuifbaar en fixeerbaar is.
4. Fluïdumpomp volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het cilindervormige huis aan een eerste uiteinde is voorzien van inwendige schroefdraad en een tweede uiteinde is voorzien 30 van uitwendige schroefdraad.
5. Fluïdumpomp volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat een uiteinde van het huis koppel baar is met een uiteinde van een tweede overeenkomstig huis voor het in of uit de fluïdumpomp brengen van het huis.
6. Fluïdumpomp volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat 35 het huis twee losneembaar aan elkaar bevestigde cilindervormige delen omvat, die elk zijn voorzien van een zitting. 1 0061 29
7. Cassette voor een van ten minste een terugslagklep voorziene inrichting, welke terugslagklep een doorvoeropening omvattende zitting en een ten opzichte van de zitting verplaatsbaar element omvat, met het kenmerk, dat de cassette is voorzien van een terugslagklep 5 omvattend huis volgens een der voorgaande conclusies. 1 00 61 29
NL1006129A 1997-05-26 1997-05-26 Fluïdumpomp voorzien van een in volume verhandelbare pompkamer alsmede een cassette. NL1006129C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1006129A NL1006129C2 (nl) 1997-05-26 1997-05-26 Fluïdumpomp voorzien van een in volume verhandelbare pompkamer alsmede een cassette.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1006129 1997-05-26
NL1006129A NL1006129C2 (nl) 1997-05-26 1997-05-26 Fluïdumpomp voorzien van een in volume verhandelbare pompkamer alsmede een cassette.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1006129C2 true NL1006129C2 (nl) 1998-12-01

Family

ID=19765023

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1006129A NL1006129C2 (nl) 1997-05-26 1997-05-26 Fluïdumpomp voorzien van een in volume verhandelbare pompkamer alsmede een cassette.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1006129C2 (nl)

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1228612A (fr) * 1954-10-13 1960-08-31 Fmc Corp Structure de soupape de pompe
GB947302A (en) * 1959-04-14 1964-01-22 Skyhi Ltd Improvements in or relating to valve means for pulsating pumps
DE1165364B (de) * 1958-11-10 1964-03-12 Muenchner Motorzubehoer G M B Ventilanordnung an Kolbenpumpen
WO1995027142A1 (en) * 1994-04-04 1995-10-12 Reynolds Metals Company High-pressure liquid pump and flow control valve

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1228612A (fr) * 1954-10-13 1960-08-31 Fmc Corp Structure de soupape de pompe
DE1165364B (de) * 1958-11-10 1964-03-12 Muenchner Motorzubehoer G M B Ventilanordnung an Kolbenpumpen
GB947302A (en) * 1959-04-14 1964-01-22 Skyhi Ltd Improvements in or relating to valve means for pulsating pumps
WO1995027142A1 (en) * 1994-04-04 1995-10-12 Reynolds Metals Company High-pressure liquid pump and flow control valve

Similar Documents

Publication Publication Date Title
AU637190B2 (en) Wound evacuator
CN106232020B (zh) 抽吸装置
US5279550A (en) Orthopedic autotransfusion system
JP3294274B2 (ja) 医療用装置のチューブ保持装置
CN1882781B (zh) 带有可动泵头的蠕动泵
CA2155731C (en) Peristaltic pump tube cassette with angle pump tube ports
US5207638A (en) Blood transfer apparatus
EP0690961A1 (en) Peristaltic pump module having jaws for gripping a peristaltic pump tube cassette
EP1741413B1 (en) Method and device for bringing a powder and a liquid component, preferably polymer and monomer, in contact with each other for mixing thereof, preferably to form bone cement
US8353859B2 (en) Injection syringe plunger valve assembly
CA1241230A (en) Pump
JPS58209358A (ja) 血液を捕集および再注入する装置
CA2049843A1 (en) Saturated fluid pumping apparatus
US5458275A (en) Positive-displacement dispensing device
CN112805045A (zh) 手术冲洗盒
NL1006129C2 (nl) Fluïdumpomp voorzien van een in volume verhandelbare pompkamer alsmede een cassette.
US4501581A (en) Method for autotransfusion of blood
CA2179237C (en) Diaphragm pump including improved drive mechanism and pump head
US6138984A (en) Unitary sphincter valve assembly
US6354819B1 (en) Diaphragm pump including improved drive mechanism and pump head
US6593146B1 (en) Metering device and method for operating a metering device
US11684725B2 (en) Disposable syringe for use with pneumatic drivers
FR2720120A3 (fr) Pompe à huile à double commande manuelle/pneumatique.
FR2494348A1 (fr) Appareil de pompage
NL9200318A (nl) Inrichting voor het afgeven van viskeus materiaal.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20011201