NL1004726C1

NL1004726C1 - Scheidingsinrichting.

Info

Publication number: NL1004726C1
Application number: NL1004726A
Authority: NL
Inventors: Tjitte Dijkstra
Original assignee: Dijkstra Beheer B V T
Priority date: 1995-12-08
Filing date: 1996-12-09
Publication date: 1997-06-10

Description

SCHEIDINGSINRICHTING

De uitvinding heeft betrekking op een scheidingsinrichting, omvattende: een aantal, samen een draagvlak, bijvoorbeeld een in hoofdzaak plat draagvlak, bepalende, alle in 5 dezelfde richting aandrijfbare rollen; aan elk van welke rollen een zich in de langsrichting uitstrekkende schraapstrook is toegevoegd, die zich op geringe afstand van de rol bevindt, zodanig dat de schraapstrook aan de rol klevend materiaal 10 effectief kan afschrapen, welke rollen een onderlinge afstand bezitten, die voldoend groot is voor doorlating van kleinere fracties en voldoend klein voor het door de rollen bepaalde draagvlak verder dragen van grotere fracties.

15 Een dergelijke scheidingsinrichting kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het effectief reinigen van oogstprodukten, althans het scheiden van die oogstprodukten van loof, vuil, grond, of dergelijke.

D*e genoemde produkten worden in een gewenste, 20 in principe willekeurige richting naar het genoemde draagvlak gevoerd, dat ter wille van een vlot transport bijvoorbeeld enigszins hellend kan zijn opgesteld. De scheiding vindt plaats doordat de afstand tussen de rollen te klein is voor doorlating van de genoemde 25 produkten, terwijl de afstand voldoend groot is voor het doorlaten van de genoemde af te voeren produkten.

Bij bekende inrichtingen kan het probleem zich voordoen, dat stenen, afval, of dergelijke, zodanige afmetingen bezitten, dat ze zich kunnen vastzetten tussen 30 de rollen. Hierdoor kunnen de rollen blokkeren of beschadigd raken.

Het zich vastzetten van stenen of ander afval wordt in hoofdzaak veroorzaakt door de gelijke 1 0 0 47 2c 2 draairichting van de rollen. Deze draairichting is wenselijk in verband met een goede produktdoorvoer.

Voor een goed begrip wordt erop gewezen, dat het vastklemmen is gebaseerd op het feit, dat iedere 5 stroomafwaartse rol een opwaartse kracht uitoefent, terwijl elke stroomopwaartse rol een neerwaartse kracht uitoefent.

Tot heden heeft men het genoemde probleem opgelost door bescherming van de rollen, bijvoorbeeld 10 door verende spiralen rond de rollen aan te brengen dan wel de rollen te bekleden met stervormige configuraties van rubber vingers.

Verder is bekend, dat rollen, die in het algemeen glad zijn uitgevoerd, gemakkelijk kunnen worden 15 gereinigd door aan de rollen schraapstroken toe te voegen. Deze worden aan de onderzijde, dat wil zeggen het onwerkzame part, van de rollen toegevoegd en bezitten een zodanig geringe afstand tot de rollen, dat een effectieve schraapwerking is gewaarborgd.

20 Volgens de uitvinding vertoont de scheidingsinrichting nu het kenmerk, dat de schraapstrook zich althans met een eindzone tussen aangrenzende rollen uitstrekt nabij de ten opzichte van de rotatiezin van de rollen stroomopwaartse rol, bijvoorbeeld in althans min 25 of meer tangentiële relatie daarvan.

Bijgaande tekening toont in dwarsdoorsnede een scheidingsinrichting 1 met drie rollen 2, 3, 4. Aan de rollen 2 en 3 zijn respectieve schraapstroken 5 en 6 toegevoegd. Aan de hand van deze tekening zal duidelijk 30 zijn, dat de schraapstroken 5, 6 zich met een eindzone tussen de aangrenzende rollen 2, 3 respectievelijk 3, 4 uitstrekken nabij de ten opzichte van de rotatiezin 7 van de rollen stroomopwaartse rol, respectievelijk 2 en 3.

Het zal aan de hand van deze figuur duidelijk zijn, dat 35 in deze uitvoering de stroken 5, 6 een min of meer tangentiële relatie ten opzichte van de rollen 2, 3 bezitten. De hartlijn 8 verbindt de middelpunten 9, 10, 11 van de rollen 2, 3, 4. Daar de schraapstroken 5, 6 10 0 4« ^ 3 zich daar enigszins boven uitstrekken zullen stenen of dergelijke, als zij zich bevinden in de vernauwde zones tussen aangrenzende rollen, uitsluitend onderworpen zijn aan de opwaartse kracht door de rotatie van de 5 stroomafwaartse rol. Hierdoor is effectief voorkomen, dat een dergelijke steen of ander voorwerp vast raakt tussen de rollen.

***** 1004726

Claims

X Sch/IB/Dij-1 Scheidingsinrichting, omvattende: een aantal, samen een draagvlak, bijvoorbeeld een in hoofdzaak plat draagvlak, bepalende, alle in dezelfde richting aandrijfbare rollen; 5 aan elk van welke rollen een zich in de langsrichting uitstrekkende schraapstrook is toegevoegd, die zich op geringe afstand van de rol bevindt, zodanig dat de schraapstrook aan de rol klevend materiaal effectief kan afschrapen, 10 welke rollen een onderlinge afstand bezitten, die voldoend groot is voor doorlating van kleinere fracties en voldoend klein voor het door de rollen bepaalde draagvlak verder dragen van grotere fracties; met het kenmerk, dat 15 de schraapstrook zich althans met een eindzone tussen aangrenzende rollen uitstrekt nabij de ten opzichte van de rotatiezin van de rollen stroomopwaartse rol, bijvoorbeeld in althans min of meer tangentiële relatie daarvan. ★ **·*·* ^ n : 'r * ; ·'