NL1003773C2 - Kinderstoel. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Kinderstoel

De uitvinding heeft betrekking op een kinderstoel die is voorzien van een rugleuning, een zitting en aan elkaar bevestigbare 5 gordels.

Bij een dergelijke, uit de Europese octrooiaanvrage EP-A1-0.295.838 bekende kinderstoel wordt bij het plaatsen van een kind in de kinderstoel twee gordels over de schouders van het kind geslagen waarna de gordels met behulp van zogenaamde gordel tongen met een gesp 10 worden verbonden. De gesp is nabij het kruis van het kind met behulp van een gordel aan de zitting gefixeerd.

Een nadeel van een dergelijke bekende stoel is dat voor het plaatsen van het kind in de stoel de gordels met de daarmee verbonden gordel tongen los in de stoel liggen. Hierdoor wordt het kind op de gordels 15 gezet waarna de gordels onder het kind vandaan moeten worden gehaald of moet een volwassene, terwijl die het kind in de stoel plaatst, de gordels eerst zodanig leggen dat het kind ongehinderd in de stoel kan plaatsnemen.

De uitvinding beoogt een kinderstoel te verschaffen waarbij bovengenoemde nadelen worden vermeden.

20 Dit doel wordt bij de kinderstoel volgens de uitvinding bereikt doordat de stoel is voorzien van ten minste een opbergelement waaraan een losgekoppelde gordel losneembaar bevestigbaar is, waarbij het opbergelement buiten een gedeelte van de kinderstoel is gelegen dat bij een in de kinderstoel zittend kind door het kind wordt bedekt.

25 Het opbergelement dient buiten het zit- of ruggedeelte van het kind te zijn gelegen. Door de gordel aan het opbergelement te bevestigen, wordt de gordel op een vooraf bekende positie tijdelijk opgeborgen. Bij het bevestigen van een kind in de kinderstoel wordt de gordel van het opbergelement losgemaakt waarna de gordel met de andere 30 gordels kan worden verbonden. Bij het uit de stoel pakken van het kind wordt de gordel handmatig weer met het opbergelement verbonden.

Opgemerkt wordt dat uit de Europese octrooiaanvrage EP-A1-0.656.285 een kinderstoel bekend is waarbij de gordels nabij het schoudergedeelte door middel van een terugtrekrol zijn op te bergen. Een 35 nadeel hiervan is echter dat hierdoor de gordels tegen de rugleuning worden aangetrokken waardoor bij het plaatsen van het kind in de kinderstoel, 1003773 2 het kind met zijn rug tegen de gordels komt te zitten. Verder is een dergelijk mechanisme relatief duur.

Bij een uitvoeringsvorm van de kinderstoel omvatten de aan elkaar bevestigbare gordels twee zijgordels die elk met een eerste 5 uiteinde nabij een schoudergedeelte en met een tweede uiteinde nabij de zitting met de kinderstoel zijn verbonden. De gordels omvatten een derde middengordel die met een eerste uiteinde nabij het midden van de zitting met de kinderstoel is verbonden en met het tweede uiteinde tussen de eerste en tweede uiteinden van de zijgordels losneembaar koppel baar is met de 10 zijgordels.

De kinderstoel volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de kinderstoel aan weerszijden van de zijgordels is voorzien van een opbergelement, waarbij elke losgekoppelde zijgordel, losneembaar bevestigbaar is met een van de opbergelementen.

15 Op deze wijze kunnen de zijgordels eenvoudig nabij de zijkanten van de kinderstoel worden opgeborgen waardoor een in de kinderstoel plaatsnemend kind niet tegen de gordels aan kan gaan zitten.

Een andere uitvoeringsvorm van de kinderstoel volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het opbergelement is bevestigd aan 20 een met de rugleuning verbonden zijsteun.

Een dergelijk opbergelement is goed bereikbaar terwijl het opbergelement het in de stoel zittende kind niet hindert.

Een nog andere uitvoeringsvorm van de kinderstoel volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het opbergelement een haak 25 is.

Een haak is op eenvoudige wijze aan de stoel te vormen, waarbij aan de haak de gordel of de met de gordel verbonden gordeltong kan worden gehangen.

Opgemerkt wordt dat uit het Amerikaanse octrooi schrift 30 US-A-3.992.056 een kinderstoel bekend is met haakvormige sleuven 45, 47.

Deze sleuven zijn echter bestemd voor het geleiden van de in een auto aanwezige gordel en zijn niet bestemd voor het opbergen van de in de kinderstoel voorziene gordels.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand 35 van de tekening, waarin fig. 1 een perspectivisch aanzicht van een kinderstoel 1003773 3 volgens de stand van de techniek toont, fig 2 een kinderstoel volgens de uitvinding toont, fig. 3 een perspectivisch aanzicht van een opbergelement van een kinderstoel volgens de uitvinding toont, 5 fig. 4 een zijaanzicht van het in fig. 3 weergegeven opbergelement toont.

In de figuren zijn overeenkomende onderdelen voorzien van dezelfde verwijzingscijfers.

Fig. 1 toont een op zich bekende kinderstoel 1 die is 10 voorzien van een zitting 2 en een daarmee verbonden rugleuning 3. De rugleuning 3 wordt aan weerszijden begrensd door zijsteunen 4. De kinderstoel 1 is voorzien van twee schoudergordels 5 die via openingen 6 in de rugleuning 3 zijn verbonden met een spangordel 7. De spangordel 7 is met een van de gordels 5 afgekeerd uiteinde door een kleminrichting 8 15 geleid met behulp waarvan de spangordel 7 in een gewenste positie kan worden gefixeerd. De gordels 5 zijn met van de spangordel 7 afgekeerde uiteinden 9 verbonden met de zitting 2 van de kinderstoel 1. Elke gordel 5 is voorzien van een zogenaamde gordeltong 10 die tussen het nabij het schoudergedeelte gelegen eerste uiteinde en het nabij de zitting gelegen 20 tweede uiteinde van de gordel 5 is gelegen en losneembaar bevestigbaar is met een gesp 11. De gesp 11 is met behulp van twee middengordels 12 verbonden met de zitting 2 van kinderstoel 1. De gesp 11 is voorzien van een drukkop 13 met behulp waarvan de gordel tongen 10 van de gesp 11 kunnen worden ontgrendeld. Na het ontgrendelen van de gesp 11 liggen de gordels 5 25 en de daaraan bevestigde gordeltongen 10 op de zitting 2 en tegen de rugleuning 3 van het kinderstoeltje 1. Bij het plaatsen van en kind in de kinderstoel 1 komt het kind op de gordels 5 te zitten of moet een volwassene, die het kind in de kinderstoel plaatst, tevens zorgdragen dat de gordels 5 onder het kind vandaan worden gehaald.

30 Fig. 2 toont een kinderstoel 1 volgens de uitvinding die aan weerszijden van de rugleuning 3 is voorzien van zijsteunen 4, waarbij elke zijsteun 4 is voorzien van een opbergelement 14, dat aan de hand van fig. 3 nader zal worden toegelicht. Het opbergelement 14 is bij voorkeur op een hoogte tussen het eerste en tweede uiteinde van de gordel 5 35 op de zijsteun 4 van de kinderstoel gelegen.

Fig. 3 toont een perspectivisch aanzicht van een 1003773 * 4 gedeelte van de zijsteun 4 van de kinderstoel 1 volgens de uitvinding die is voorzien van een opbergelement 14. Het opbergelement 14 omvat een aan de zijsteun 4 gevormde haak 15 die een dwars op de zijsteun 4 uitstrekkende afstandhouder 16 en een plaatvormig gedeelte 17 omvat. Het plaatvormig 5 gedeelte 17 is met de afstandhouder 16 verbonden aan een van de zijsteun 4 afgekeerde zijde. De haak 15 kan samen met de zijsteunen 4 als een geheel uit kunststof worden gevormd. De gehele kinderstoel 1 is met een stof 18 bekleed die zich over de zijsteunen 4 uitstrekt waarbij de haak 15 door de stof heen steekt.

10 Fig. 4 toont een zijaanzicht van het in fig. 2 weergegeven opbergelement 14. Na het van de gesp 11 losmaken van de gordel tong 10 wordt de gordel 5 in een door pijl PI aangegeven richting in de haak 15 geschoven, waardoor de gordel 5 uit dat gedeelte van de kinderstoel 1 is verwijderd waarin het kind zit of waartegen het met de 15 rug aan leunt.

Het is ook mogelijk om de gordeltong 10 aan de haak 15 op te hangen.

Het is ook mogelijk om in plaats van een haak 15 de gordel 5 en de bekleding 18 van de kinderstoel 1 lokaal te voorzien van 20 met elkaar samenwerkende klittenbandgedeeltes.

Het is ook mogelijk om de gordel 5 te voorzien van een drukker en de kinderstoel te voorzien van een met de drukker samenwerkend contra-gedeelte. Het contra-gedeelte dient op een zodanige plaats op de kinderstoel 1 te zijn bevestigd dat na verbinding van de drukker met het 25 contra-gedeelte de gordel 5 niet meer op de zitting 2 ligt.

Het is ook mogelijk om op een rand van de kinderstoel een magneet te voorzien waaraan de metalen gordeltong onder magneetkracht kan worden bevestigd.

Het is ook mogelijk om in een rand van de kinderstoel 30 een sleuf te voorzien waarin een gordeltong kan worden gestoken.

1003773

Claims (8)

1. Kinderstoel voorzien van een rugleuning, een zitting en aan elkaar bevestigbare gordels, met het kenmerk, dat de kinderstoel is voorzien van ten minste een opbergelement waaraan een losgekoppelde 5 gordel losneembaar bevestigbaar is, waarbij het opbergelement buiten een gedeelte van de kinderstoel is gelegen dat bij een in de kinderstoel zittend kind door het kind wordt bedekt.

2. Kinderstoel volgens conclusie 1, waarbij de aan elkaar bevestigbare gordels, twee zijgordels omvatten die elk met een eerste 10 uiteinde nabij een schoudergedeelte en met een tweede uiteinde nabij de zitting met de kinderstoel zijn verbonden, welke gordels een derde middengordel omvatten die met een eerste uiteinde nabij het midden van de zitting met de kinderstoel is verbonden en met het tweede uiteinde tussen de eerste en tweede uiteinden van de zijgordels losneembaar 15 koppelbaar is met de zijgordels, met het kenmerk, dat de kinderstoel aan weerszijden van de zijgordels is voorzien van een opbergelement, waarbij elke losgekoppelde zijgordel, losneembaar bevestigbaar is met een van de opbergelementen.

3. Kinderstoel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, 20 dat het opbergelement is bevestigd aan een met de rugleuning verbonden zijsteun.

4. Kinderstoel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het opbergelement een haak is.

5. Kinderstoel volgens conclusie 1, 2 of 3, met het 25 kenmerk, dat de gordel en het opbergelement zijn voorzien van met elkaar samenwerkende klittenbanddelen.

6. Kinderstoel volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de gordel en het opbergelement zijn voorzien van een drukkersysteem.

7. Kinderstoel volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de stoel is voorzien van ten minste een magneet, terwijl de gordel is voorzien van een metalen gordel tong of element, die onder magneetkracht met de magneet verbindbaar is.

8. Kinderstoel volgens conclusie 1, 2 of 3, met het 35 kenmerk, dat de stoel of stoelbekleding is voorzien van een sleuf waarin een aan de gordel voorziene gordeltong steekbaar is. 1003773