NL1003091C1 - Werkwijze voor het aan elkaar verbinden van stukken textiel. - Google Patents

Description

WERKWIJZE VOOR HET AAN ELKAAR VERBINDEN VAN STOKKEN TEXTIEL

De uitvinding heeft betrekking op een nieuwe naaiwijze voor het aan elkaar bevestigen van stukken textiel, doek, stof 5 en/of kunststof, (hierna te noemen materiaal) welke verder stiknaadtechnologie genoemd wordt. In het bijzonder houdt de uitvinding verband met het produceren van vliegers waarbij ter verkrijging van het gewenste kleurenpatroon, verschillende stukken materiaal aan elkaar genaaid moeten 10 worden. De uitvinding begeeft zich echter niet alleen op het terrein van de produktie van vliegers. Met de onderhavige stiknaadtechnologie wordt hier bedoeld de onder de uitvinding vallende methode om stukken materiaal aan elkaar te naaien voor alle gevallen waarbij dergelijke 15 technologie van toepassing is. Dat wil zeggen onder andere kledingstukken, zeilen van zeilboten, tenten, vlaggen etcetera.

Bij de produktie van onder andere vliegers worden stukken 20 materiaal van dezelfde en/of verschillende kleuren aan elkaar gestikt teneinde het gewenste kleurenpatroon van de vlieger te realiseren. De wijze waarop de stuken textiel aan elkaar gestikt worden kan als volgt beschreven worden volgende de huidige stand der techniek.

25

Methode 1 en 2: de stukken materiaal worden met de voorzijde tegen elkaar gestikt, precies op de scheidingslijn van de kleuren. Daarna wordt het er buiten stekende gedeelte, al of niet dubbelgevouwen tegen één van 30 beide zijden opnieuw vastgestikt. Deze naad staat over het algemeen bekend als de enkele of de dubbele platstiknaad (zie figuur 1 en 2). Methode 3: de beide zijden één maal, los van elkaar enkel te zomen en daarna met enige overlap op elkaar te stikken (zie figuur 3). Methode 4: de 35 zogenaamde Engelse naad waarbij het materiaal eerst op elkaar wordt genaaid en vervolgens geplooid en weer genaaid 1003091 2 (zie figuur 4). Bij al deze methoden is het noodzakelijk twee maal te naaien.

Het nadeel van al deze wijzen van bevestiging van stukken 5 materiaal is dat het nauwelijks mogelijk is stukken die in een kromme lijn zijn uitgesneden aan elkaar te bevestigen. Bij geringe kromming is dat bij methode 3 nog enigszins mogelijk, maar zodra de kromming toeneemt, ontstaat het probleem dat de stukken materiaal niet meer glad op elkaar 10 aanliggen. Dat leidt ertoe dat er rimpels ontstaan en het produkt een slordige indruk maakt en, in het bijzondere geval van de vlieger, dat de luchtweerstand toeneemt door de oneffenheden in het materiaal.

15 Indien stukken van verschillende kleur en vorm aan elkaar gestikt moeten worden, blijft een belangrijk deel van het materiaal bij de huidige stikmethoden (met de zomen en inslagen, zie figuur 1, 2, 3 en 4) onbenut. Indien bijvoorbeeld een rood cirkelgebied in een wit vierkant 20 genaaid moet worden, is de straal van het rode cirkelgebied dat moet worden uitgesneden of geknipt, groter dan de straal van het witte gebied dat uit het witte vlak gesneden of geknipt is. Dit betekent dat het overblijvende witte cirkelgebied niet meer in het overblijvende rode vlak 25 genaaid kan worden.

De onderhavige uitvinding beoogt een stiktechnologie te zijn die het mogelijk maakt sterk gekromde stukken textiel aaneen te naaien in één enkele stiknaad, zonder dat beide 30 aan elkaar verbonden vlakken oneffenheden vertonen, maar juist volkomen glad blijven.

Daartoe wordt overeenkomstig de uitvinding voorgesteld een werkwijze toe te passen overeenkomstig conclusie 1.

1003091 3

Met de onderhavige uitvinding fungeert onder andere een zogenaamde gestikte zigzagsteek, waarbij een smalle strook diagonaal geweven of gevlochten materiaal die over of onder de grenslijn tussen de twee stukken textiel heen gelegd 5 wordt, als de verbinding tussen de twee aaneen te stikken materialen, waarbij een onbeweeglijk en hecht geheel wordt samengestikt (zie figuur 5). Overeenkomstig conclusie 4 hoeft er nu slechts één stiknaad gemaakt te worden.

10 Deze bovenstaande stiktechnologie kan ook worden uitgevoerd met twee stroken diagonaal geweven of gevlochten materiaal, één boven en één onder de grenslijn tussen de twee stukken textiel en zowel met één als achtereenvolgens met twee stiknaden verbonden. Hierbij ontstaat een mooiere 15 afwerking, waarbij voor- en achterkant volkomen gelijk zijn en een nog steviger verbinding ontstaat (zie figuur 7).

Deze stiktechnologie heeft het voordeel dat de sterk gekromde buitenranden van de stukken materiaal aan elkaar 20 gestikt kunnen worden, zodanig dat het oppervlak van de stukken effen en glad blijft.

Overeenkomstig de uitvinding ontstaat een werkwijze die toegepast kan worden voor het aaneen stikken van stukken 25 materiaal van verschillende materiaalsoorten zoals nylon, polyester, katoen, zijde, gecoate en geprepareerde stoffen, plastics en alle overige materialen die tot een weefsel of een soepel oppervlak te verwerken zijn. De smalle strook die de twee stukken aan elkaar verbindt, kan eveneens van 30 genoemde materiaalsoort-mogelijkheden vervaardigd worden.

Overeenkomstig de uitvinding, conclusie 2, zijn de stralen van het rode cirkelgebied en van het uitgesneden of geknipte witte cirkelgebied even groot. Dit betekent dat 1003091 4 vervolgens het overblijvende witte cirkelgebied in het overblijvende rode vlak genaaid kan worden, waardoor met dezelfde hoeveelheid materiaal een tweede produktmogelijkheid ontstaat (zie figuur 6). Een 5 aanzienlijke besparing op de materiaalkosten is mede het resultaat dat bereikt wordt.

Overeenkomstig de uitvinding, conclusie 3, ontstaat de mogelijkheid onder andere vliegers te produceren, waarbij 10 sterk gekromde kleurvlakken toegepast kunnen worden, waardoor een nieuwe generatie kleuren-ontwerpen voor de vliegerindustrie ontstaat (zie figuur 7 en 8).

Overeenkomstig de uitvinding,^ conclusie 4, wordt bereikt 15 dat slechts één stiknaad hoeft te worden gemaakt.

Overeenkomstig de uitvinding, conclusie 5, waarbij onder en boven een strook materiaal wordt gebruikt, ontstaat de mogelijkheid een verbinding te bereiken die, behalve alle 20 voornoemde voordelen, een grotere sterkte bereikt, een mooiere afwerking geeft en een gelijke voor- en achterkant te zien geeft.

Figuur 8 en 9 zijn voorbeeld van ontwerpmogelijkheden die 25 hiervoor nog niet mogelijk waren.

1003091

Claims (5)

1. Werkwijze voor het aaneen stikken van stukken materiaal waarbij over de buitenranden van de twee 5 stukken, die aan elkaar gestikt moeten worden, een smalle strook geweven of gevlochten materiaal gelegd wordt, die vervolgens met één stikpatroon over de beide buitenranden van de twee stukken textiel heen gestikt wordt, waarbij de buitenranden van de twee 10 stukken textiel precies tegen elkaar aan komen te liggen.

2. Werkwijze waarbij na produktie van bijvoorbeeld een wit vlak met een rood cirkelgebied erin, er van het 15 overblijvende rode vlak en de overblijvende witte cirkel vervolgens een rood vlak met een witte cirkel erin geproduceerd kan worden en er uit dezelfde materiaalhoeveelheid een tweede produkt gemaakt kan worden. 20

3. Werkwijze waarbij de meest nieuwe uiteenlopende kleurpatronen van sterk gekromde kleurvlakken gemaakt kunnen worden.

4. Werkwijze waarbij slechts één stiknaad hoeft te worden gemaakt. Dit betekent een besparing in de arbeids/produktiekosten.

5. Werkwijze waarbij een sterkere stiknaad in één (of 30 eventueel meerdere) stikgang(en) wordt gemaakt, waarbij voor- en achterzijde identiek zijn. 100309 1