BE896484A

BE896484A - Op een verrijdbaar chassis te monteren container of laadbak

Info

Publication number: BE896484A
Application number: BE0/210567A
Authority: BE
Original assignee: Janssen Atelier N V
Priority date: 1983-04-15
Filing date: 1983-04-15
Publication date: 1983-08-01

Description


  "Op een verrijdbaar chassis te

  
monteren container of laadbak" Deze uitvinding betref t een op een verrijdbaar chassis te monteren container of laadbak die in meer economische voorwaarden ter bestemming kan worden verzonden. De bedoeling van de uitvinding is dus niet het verwezenlijken van een uitneembaar geheel maar wel het voorschrijven van een container of laadbak dat onder een gereduceerd volume kan worden verzonden. Nadat de samenstellende onderdelen van de container of laadbak ter plaatse zijn gemonteerd, wordt niet bedoeld deze ooit  terug uit elkaar te nemen. Wel is het een opzet van de uitvinding dat de onderdelen zo zijn uitgedacht en verwezenlijkt dat, na het aan elkaar verbinden hiervan, deze onderdelen door een lasnaad, bijvoorbeeld, tot een definitief en sterk geheel kunnen worden verenigd.

  
Om dit volgens de uitvinding te ver-

  
 <EMI ID=1.1> 

  
wezenlijken, wordt de container of laadbak volgens de uitvinding gevormd door als een "bouwpakket" te verzenden onderdelen, bestaande minstens uit een vloerplaat, twee zijpanelen en een voorplaat, middelen om deze onderdelen aan elkaar te verbinden, waarbij een zijwand deel kan uitmaken van bedoelde vloerplaat en de voorplaat uit twee delen kan bestaan en elk deel een geheel vormt met een zijwand.

  
In een eerste mogelijke verwezenlijkingsvorm worden hogerbedoelde middelen gevormd door bouten en moeren die doorheen openingen gaan die voorzien zijn in de bij elkaar aansluitende randen van hogerbedoelde onderdelen.

  
Volgens een andere verwezenlijkingsvorm worden deze middelen gevormd door scharnieren die bedoelde onderdelen aan elkaar verbinden.

  
Volgens een bij voorkeur toegepaste verwezenlijkingsvorm vertonen hogerbedoelde vloerplaat

  
en zijpanelen een,in de gebruikstand vertikaal naar onder geplooide rand, in welke randen hogerbedoelde openingen voorkomen.

  
Andere details en voorde len van de uitvinding zullen blijken uit de hiernavolgende beschrijving van een op een verrijdbaar chassis te monteren container of laadbak, volgens de uitvinding. Deze beschrijving wordt uitsluitend bij wijze van voorbeeld gegeven

  
en beperkt de uitvinding niet. De verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren.

  
Figuur 1 is een perspectivische voorstelling met uiteengenomen onderdelen van een container of laadbak volgens de uitvinding. Figuur 2 vertoont eveneens, volgens een perspectivische voorstelling, een gedeelte van de uit elkaar genomen onderdelen.

  
De figuren 3, 4, 5 en 6 vertonen schematisch, en in dwarsdoorsnede verb indingsmogelijkheden tussen de vloerplaat en een zijpaneel van de container of laadbak.

  
Figuur 7 vertoont schematisch, en in bovenaanzicht, een mogelijke verbinding tussen twee zijwanden en een in twee gelijke delen voorkomende voorwand. Figuur 8 vertoont in dwarsdoorsnede en op schematische wijze een mogelijke vaste verbinding tussen de vloerplaat en één zijwand. Figuur 9 vertoont schematisch en in dwarsdoorsnede een mogelijke verbinding tussen een dak en de zijpanelen van een container of laadbak volgens de uitvinding. Figuur 10 vertoont schematisch en in dwarsdoorsnede de uitvoeringsvorm van een laadbak of container in het bijzonder bestemd voor het in deze container samenpersen van materialen.

  
De container of laadbak volgens de uitvinding bevat, in de uitvoeringsvorm volgens figuren

  
 <EMI ID=2.1> 

  
nog te bevestigen vloerplaat (2) . De vloerplaat (2) bestaat bijvoorbeeld uit een 3mm dikke metalen plaat die plaatselijk door dwarsliggers (2') is versterkt.

  
In de langsrichting is de vloerplaat

  
(2) zijdelings van omgeplooide randen (3) voorzien.

  
De randen (3) worden t.o.v. he t vlak van de vloerplaat (2) met 90[deg.] omgebogen, zodat deze randen zich, in de gebruikstand van de container, vertikaal uitstrekken. In deze randen (3) zijn openingen (4) voorzien waardoorheen bouten gaan die deze vloerplaat met de nog te beschrijven zijpanelen moeten verbinden. De twee zijpanelen (5), elk met een bijvoorbeeld scharnierende deur (6) uitgerust,vertonen, in de gebruikstand, een vertikale wand die onderaan schuin naar binnen is gericht. Dit schuin gericht gedeelte (7) , dat met een horizontaal gedeelte (7') wordt verlengd, gaat, in de gebruikstand, over in een vertikale rand (8) met openingen (9) waarvan de stap overeenstemt met deze van de openingen (4) in de randen (3) van de vloerplaat (2).

  
Volgens figuur 5 lopen de zijwanden (5) onderaan boogvormig in de richting van de vloerplaat

  
(2) .

  
In figuur 4 is een variante voorgesteld waarin de vloerplaat (2) zijdelings schuin omhoog

  
is gericht met overlangse randen (2') die dan met de zijpane len (5) worden verbonden omda t zowel de ra nden va n

  
de vloerplaat (2) als de omgebogen randen van de zijpanelen (5) tegen elkaar komen. In figuur 4 draagt de omgeplooide rand van een zijpaneel (5) de verwijzing (5') en de daarmede samenwerkende omgeplooide rand van het schuin gerichte gedeelte (2') van de vloerplaat (2) de verwijzing (2"). In de verschillende figuren draagt de verbinding tussen deze onderdelen de algemene verwijzing (8),

  
In figuur 6 is een andere variante schematisch voorgesteld waarin de vloerplaat (2) met een zijpaneel (5) door middel van scharnierverbinding (9) is verbonden.

  
Figuur 7 heeft tenslotte betrekking op een uitvoeringsvorm waarin twee zijpanelen (5) elk een geheel vormen met een halve voorwand (10) . Elke halve voorwand (10) vormt dan een geheel met een zijpaneel (5 ) . De verbinding tussen twee halve voorpanelen (10) geschiedt doordat deze halve panelen elk een haaks omgeplooide rand

  
(11) vertonen die aan elkaar worden vastgemaakt door een bout- en moerverbinding (8). Deze structuren lenen zich goed voor de verzending onder een compacte vorm in de geest van wat in de aanhef een "bouwpakket" is genoemd. Nog een andere uitvoeringsvorm wordt in figuur 8 afgebeeld. Volgens deze uitvoeringsvorm vormt de vloerplaat (2) een geheel met één zijwand (5) . Ook deze constructie leent zich goed tot het verzenden onder een gereduceerd volume.

  
Wanneer de container of laadbak in de vorm voorkomt die is afgebeeld in de figuren 1, 2,

  
3 en desgevallend 4, wordt een voorwand (12) met de langsliggers (1) onder de vloerplaat (2) en met de kopranden van de zijpanelen (5) gewoonweg verbonden door gebruik te maken van de reeds aangehaalde bout- en moerverbinding.

  
Daartoe vertoont het voorpaneel (12) zijdelings een reeks openingen (13) die samenvallen met

  
de openingen (14) die vooraan voorkomen in een omgeplooide rand (15) van de versterkingselementen (16) die aan de zijwanden vast zijn verbonden aan die uiteinden, die aan de voorzijde van de container of laadbak voorkomen. Bovendien bevat het voorpaneel aan de onderzijde bevestigingsmiddelen, die het mogelijk maken het voorpaneel met de langsliggers te verbinden.

  
Een container of laadbak kan nog aan de bovenzijde van de zijwanden (5) een losneembare verbinding vertonen met een dakstructuur (17) die al. dan niet met scharnierende of verschuifbare toegangsluiken kan uitgerust zijn.

  
Tenslotte heeft de uitvoeringsvorm

  
 <EMI ID=3.1> 

  
stemd voor het in dezeruimte samenpersen van materialen of afval. Een dergelijke container wordt opgebouwd uit een vloerplaat (2), met langsliggers (1), twee zijpanelen

  
(18), een dakplaat (19), een voorwand en een achterdeur. De verbinding tussen deze elementen (2, 18, 19) gebeurt door het aaneenhechten door bout- en moerverbindingen van de omgeplooide langsranden van deze elementen. Ook deze uitvoeringsvorm leent zich zeer goed tot het vormen van een bouwpakket met een aanzienlijk gereduceerd volume.

  
Op alle plaatsen waar een langse of dwarse verbinding door toepassing van het systeem volgens de uitvinding is ontstaan, kunnen de elementen met een lasnaad worden samengevoegd tot een stabiel geheel.

  
De uitvinding is natuurlijk niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvorm en vele veranderingen zouden hieraan kunnen worden aangebracht zonder buiten het raam van de octrooiaanvrage te treden.

Claims

CONCLUSIES:

1. Container of laadbak in hoofdzaak bestemd om te worden gemonteerd op een verrijdbaar chassis, met het kenmerk dat hij wordt gevormd door een als "bouwpakket" te verzenden onderdelen, bestaande minstens uit een vloerplaat, twee zijpanelen en een voorplaat, middelen om deze onderdelen aan elkaar te verbinden, waarbij een zijwand deel kan uitmaken van bedoelde vloerplaat en de voorplaat uit twee delen kan bestaan en elk deel een geheel vormt met een zijwand.

2. Container of.laadbak volgens conclusie 1, met het kenmerk dat hogerbedoelde middelen worden gevormd door bouten die door openingen gaan die voorzien zijn in de bij elkaar aansluitende randen van hogerbedoelde onderdelen.

3. Container of laadbak volgens conclusie 1, met het kenmerk dat hogerbedoelde middelen worden gevormd door scharnieren die deze onderdelen aan elkaar verbinden.

4. Container of laadbak volgens één van de conclusies 1, 2 of 3, met het kenmerk dat hoger -

-bedoelde vloerplaat en hogerbedoelde zijpanelen een, in de gebruikstand, vertikaal naar onder geplooide rand vertonen in welke randen hogerbedoelde openingen voorkomen.

5. Container of laadbak volgens conclusie 4, met het kenmerk dat hogerbedoelde zijpanelen, in de gebruikstand, onderaan naar binnen toe schuin zijn gericht en bij een horizontale strook aansluiten vooraleer in hogerbedoelde rand over te gaan.

6. Container of laadbak volgens conclusie 4, met het kenmerk dat hogerbedoelde zijpanelen, in de gebruikstand, onderaan in een boogvormige wand overgaan, aan welke uiteinden hogerbedoelde randen voorkomen.

7. Container of laadbak volgens één van de conclusies 1 tot 6, met het kenmerk dat wanneer hogerbedoelde zijpanelen langs hun kopzijde, d.i. de zijde die met hogerbedoelde voorplaat moet worden verbonden,

in de gebruikstand, vertikale versterkingselementen voorkomen die door bouten en moeren met hogerbedoelde voor wanden worden verbonden.

8. Container of laadbak volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de langsranden van hogerbedoelde vloerplaat, in de gebruikstand, naar omhoog zijn geplooid, desgevallend zijn omgebogen, waarbij de verbinding met hogerbedoelde zijpanelen op een hoogte boven de vloerplaat tot stand komt.

9. Container of laadbak volgens één van de conclusies 1 tot 8, met het kenmerk dat de langsranden van hogerbedoelde zijpanelen bovenaan van middelen zijn voorzien ter bevestiging van een losneembaar dak.

10. Container of laadbak me t he t kenmerk dat hij wordt gevormd door een vloerplaat met zij- <EMI ID=4.1>

11. Container of laadbak volgens conclusie 10, met het kenmerk dat hogerbedoelde dakplaat van scharnierende of schuifbare toegangsluiken kan zijn uitgerust.