BE894891A - Werkwijze voor het vervaardigen van een blokkenmat - Google Patents

Werkwijze voor het vervaardigen van een blokkenmat Download PDF

Info

Publication number
BE894891A
BE894891A BE1/10632A BE1010632A BE894891A BE 894891 A BE894891 A BE 894891A BE 1/10632 A BE1/10632 A BE 1/10632A BE 1010632 A BE1010632 A BE 1010632A BE 894891 A BE894891 A BE 894891A
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
blocks
nails
concrete
emi
sling
Prior art date
Application number
BE1/10632A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Hoorn Betonfab
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Hoorn Betonfab filed Critical Hoorn Betonfab
Publication of BE894891A publication Critical patent/BE894891A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02BHYDRAULIC ENGINEERING
    • E02B3/00Engineering works in connection with control or use of streams, rivers, coasts, or other marine sites; Sealings or joints for engineering works in general
    • E02B3/04Structures or apparatus for, or methods of, protecting banks, coasts, or harbours
    • E02B3/12Revetment of banks, dams, watercourses, or the like, e.g. the sea-floor
    • E02B3/122Flexible prefabricated covering elements, e.g. mats, strips
    • E02B3/123Flexible prefabricated covering elements, e.g. mats, strips mainly consisting of stone, concrete or similar stony material

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Ocean & Marine Engineering (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Revetment (AREA)

Description


  Werkwijze voor het vervaardigen van een blokkenmat. 

  
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een blokkenmat, voorzien van een draagdoak en aan dit doek met

  
 <EMI ID=1.1> 

  
aan dit draagdoek bevestigde uit beton vervaardigde blokken worden bijvoorbeeld toegepast bij waterbouwkundige werken als oeverbescherming of bodembescherming om een uitschuren . van de onderliggende grond door waterstromingen of dergelijke tegen te gaan.

  
Dergelijke betonblokken kunnen worden vervaardigd met behulp van gebruikelijke persinrichtingen,met behulp waarvan een aantal betonblokke n gelijktijdig naast elkaar gelegen in een matrijs kunnen worden vervaardigd.

  
Er is wel aan gedacht om daarbij het draagdoek eveneens door de persinrichting te voeren zodanig dat de blokken op het draagdoek worden gevormd, maar een nadeel hierbij is, dat er slechts matten van een beperkte breedte kunnen worden vervaardigd met behulp van de bestaande persinrichtingen,terwijl anderzijds ongewenste beschadiging van het draagdoek tijdens het persen van de betonblokken kan worden veroorzaakt.

  
 <EMI ID=2.1> 

  
te komen is het wel voorgesteld om speciale installaties te bouwen voor het vervaardigen van brede blokkenmatten,maar hierbij is het een nadeel, dat dergelijke installaties slechts uitsluitend voor het vervaardigen van blokkenmatten toepasbaar zijn,hetgeen sterk kosten verhogend werkt,terwijl anderzijds met behulp van dergelijke installaties veelal geen voldoende verdichting van de beton te realiseren is.

  
Met de uitvinding wordt beoogd een werkwijze van bovengenoemde soort te verkrijgen,waarbij de aan de tot nu toe gebruikelijke werkwijzen voor het vervaardigen van blokkenmatten klevende nadelen kunnen worden voorkomen.

  
Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt dcordat men de blokken met daarin in een bepaald patroon aangebrachte gaten voor het opnemen van

  
 <EMI ID=3.1> 

  
zijn gelegen,terwijl tevens het draagdoek in de juiste stand ten opzichte van de blokken wordt gebracht en vervolgens de nagels in de daartoe aangebrachte gaten worden ingebracht.

  
Bij voorkeur worden daartoe aan de van de blokken afgekeerde zijde van het draagdoek geleidingsorganen geplaatst voor langs deze geleidingsorganen beweegbare middelen voor het inbrengen van nagels in de gaten,waarbij

  
de geleidingsorganen en/of de middelen voor het inbrengen van de nagels

  
zijn voorzien van organen voor het juist positioneren van de middelen

  
voor het iabrengen van de nagels ten opzichte van de in de betonblokken aangebrachte gaten,zodanig dat de nagels door het draagdoek in de in

  
de betonblokken aangebrachte gaten kunnen worden ingebracht. 

  
 <EMI ID=4.1> 

  
opstelling van de bbkken en een juist plaatsen van de middelen

  
voor het aanbrengen van de nagels,zodanig dat deze nagels op

  
de juiste plaats in de hiertoe in de betonblokken aangebrachte gaten kunnen worden ingebracht,zonder dat hierbij de in de betonblokken aangebrachte gaten zichtbaar behoeven te zijn voor degene,die de nagels aanbrengt. Daarbij leent deze werkwijze zich bijzonder goed voor een geheel of gedeeltelijk automatiseren van het inbrengen van de nagels met behulp van daartoe geeigende schietinrichtingen of dergelijke.

  
De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van bijgaande figuren.

  
Fig. 1 toont schematisch een bovenaanzicht op een mal waarin betonblokken voor een blokkenmat kunnen worden vervaardigd. Fig. 2 toont op grotere schaal een bovenaanzicht op een mogelijke uitvoeringsvorm van een betonblok. Fig. 3 toont een zijaanzicht op fig.2. Fig. 4 toont een uitvoeringsvoorbeeld van een aanstampplaat ,die kan worden gebruikt voor het aanstampen van de betonspecie in de in fig.l afgebeelde mal. Fig. 5 toont een doorsnede over een nagel,die kan worden gebruikt voor het vastzetten van een draagdoek aan een betonblok. Fig. 6 toont een doorsnede over een ander mogelijke uitvoeringsvoorbeeld van een betonblok. Fig. 7 toont een bovenaanzicht op een mal waarin betonblokken kunnen worden geplaatst. Fig. 8 toont op grotere schaal een detail van de in fig.7 weergegeven mal in boven aanzicht. 

  
 <EMI ID=5.1> 

  
IX- IX in fig.8.

  
Fig.10 toont op grotere schaal en op overeenkomstige wijze als in fig.8 weergegeven een detail van een gewijzigde uitvoeringsvorm van een mal. Fig.ll toont een doorsnede over fig.10,gezien volgens de lijn XI- XI in fig.10. Fig.l2 toont schematisch een zijaanz icht op een verder uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting voor het vervaardigen van blokkenmatten. Fig.l3 toont een bovenaanzicht op fig.12. <EMI ID=6.1>  beeld van een inrichting voor het vervaardigen van blokkenmatten. Fig.15 toont schematisch een bovenaanzicht op een verder uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting voor het vervaardigen van blokkenmatten. Fig.16 toont een zijaanzicht op fig.15. Fig.l7 toont schematisch een bovenaanzicht op een verder uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting voor het vervaardigen van blokkenmatten. Fig.18 toont een zijaanzicht op fig.l7.

  
Voor het vervaardigen van voor een blokkenmat geschikte betonblok-

  
 <EMI ID=7.1> 

  
ruimte in een aantal,in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld een rechthoekige doorsnede bezittende vakken 4 onderverdelen.

  
Deze mal kan voor het vormen van rechthoekige betonblokken 5,zoals bijvoorbeeld weergegeven in de figuren 2 en 3,worden aangebracht in een

  
 <EMI ID=8.1> 

  
welle kan zijn voorzien van een aantal aanstampplaten 6 van de in fig.4 weergegeven uitvoeringsvorm. Het zal duide lijk zijn,dat de opstelling van

  
 <EMI ID=9.1> 

  
van de aanstampplaten 6 overeenkomt met het aantal en de opstelling van de uitsparingen 4 in de mal l.betonspecie kan dan in de uitsparingen 4

  
 <EMI ID=10.1> 

  
het in de figuur weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is de aanstampplaat voorzien van een aantal.hier drie stiften 7,zodat bij het vervaardigen van een betonblok 5 gelijktijdig een drietal uitsparingen 8 in een bepaald patroon in het betonblok wordt gevormd. 

  
De vormgeving van deze uitsparingen 8 zal zijn aangepast aan de vorm,van de nagels welke men op hieronder nog nader te omschrijven wijze in de uitsparingen zal willen inbrengen. Een uitvoeringsvoorbeeld van een dergelijke nagel is weergegeven in fig.5.

  
Zoals uit deze fig.5 blijkt is de bij voorkeur uit kunststof vervaardigde nagel voorzien van een schacht 9 en een op het boveneinde van de schacht aansluitende kop 10. Het ondereinde 11 van de schacht is als punt uitgevoerd. Verder is de schacht over een groot gedeelte van zijn lengte voorzien van zich althans in hoofdzaak radiaal uitstrekkende boven elkaar gelegen rondlopende ribben 12. Indien een dergelijke pen

  
 <EMI ID=11.1> 

  
doorsnede bezittende uitsparing 8 zal worden gedrukt of geslagen zullen de rondlopende ribben 12 enigszkns omhoog worden afgebogen. Indien men vervolgens zal trachten de nagel uit de opening te trekken zullen de ribben 12 geneigd zijn om hun radiale in de figuur afgebeelde stand in te nemen,waardoor een stevige verankering van de nagel in het betonblok 5 wordt verkregen.

  
Fig.6 toont een andere uitvoeringsvorm van een betonblok. Hierin is een uitsparing 14 gevormd,waarvan,zoals uit de figuur 6 blijkt,het onderste gedeelte een grotere diameter heeft dan het bovenste gedeelte. Een dergelijk betonblok kan worden gevormd met een mal,die rust op een bodemplaat,welke is voorzien van stiften met een vormgeving overeenkomend met de vormgeving van de doortocht 14. In dat geval kan de aanstampplaat zonder stiften of dergelijke worden uitgevoerd. Bij toepassing van van dergelijke doortochten 14 voorziene betonblokken zal men <EMI ID=12.1> 

  
gespleten en waarvan de ondereinden zijn voorzien van uitstekende nokken, die bij het inbrengen van de nagel van bovenaf naar elkaar toe kunnen bewegen en die,indien de nokken ter hoogte van het de grootste diameter bezittende gedeelte van de doortocht zijn gelegen uit elkaar veren en grijpen achter de borst gevormd bij de overgang tussen de een verschillende diameter bezittende delen van de doortocht 14. Het zal duidelijk zijn,dat er zo. meerdere variaties in vormgeving van doortochten en

  
 <EMI ID=13.1> 

  
Voor het vervaardigen van een blokkenmat kan men de betonblokken, nadat deze in voldcsnde mate zijn uitgehard, plaatsen op een mal, welke bijvoorbeeld is uitgevoerd zoals weergegeven in de fig.7- 9. 

  
Zoals uit deze figuren blijkt is de mal opgebouwd uit een bodemplaat
15 en hierop aangebrachte,zich haaks op elkaar uitstrekkende stukken hoekijzer 16 en 17 ,waarvan de uiteinden in verstek zijn uitgevoerd voor het verkrijgen van een aansluiting op elkaar zoals afgebeeld in de fig.8 en 9. Daarbij begrenzen de hoekijzers 16 en 17 op de plaat 15 gevormde vakken 18,waarvan de vorm overeenkomt met de doorsnede van de te verwerken betonblokken,die tussen de hoekij zers 16 en 17 op de bodemplaat 15 kunnen worden geplaatst,zoals schematisch in fig.9 met stippellijnen voor betonblokken 5' resp. 5" is aangeduid. De afmetingen van de hoekijzers zijn daarbij zodanig gekozen,dat de betonblokken ten opzichte van elkaar die stand zullen innemen,die gewenst is voor de te vormen blokkenmat.

  
 <EMI ID=14.1> 

  
stige betonblokken bij voorkeur als een pakket op de in fig,7 afgebeelde

  
 <EMI ID=15.1> 

  
betreffende betonblokken kunnen worden geplaatst en waarin een onderdruk kan worden opgewekt,zodat de betonblokken met behulp van de zuignappen kunnen worden opgetild. Daar de afstand tussen de betonblokken opgesteld op de in fig.7 afgebeelde mal in het algemeen groter zal zijn dan de afstand tussen de betonblokken nadat deze uit de in fig.l afgebeelde mal 1 zijn verwijderd zijn de zuignappen bij voorkeur zodanig met het overige deel van het desbetreffende hefwerktuig voor het oplichten van de betonblokken verbonden,dat de zuignappen geneigd zijn een stand in te nemen overeenkomend met de stand van de betonblokken na het verwijdere n daarvan uit de mal l,terwijl deze zuignappen in horizontale richting ten opzichte van elkaar verplaatsbaar zijn,

   zodat de betonblokken bij het neerlaten op de in fig.7 weergegeven mal door de zijkanten van de hoekijzers 16 en 17 naar hun juiste plaats op de bodemplaat 15 kunnen worden geleid zonder daarbij door de ophanging van de zuignappen aan het desbetreffende hefwerktuig of dergelijke te worden gehinderd.

  
Uiteraard kunnen ook anders uitgevoerde hefinrichtingen, bijvoorbeeld hefinrichtingen voorzien van klemorganen voor het grijpen van de betonblokken worden toegepast om de blokken op de mal te plaatsen.

  
De in fig.7 afgebeelde mal kan iedere gewenste breedte en lengte bezitten.Na het aanbrengen van de blokken kan men over de blokken het draagdoek leggen. Nadat het draagdoek over de blokken is gelegd zijn de in de blokken aangebrachte openingen 8 niet meer zichtbaar. Uit bovenstaande zal het echter duidelijk zijn,dat deze openingen 8 in een zeer bepaald patroon in de in fig.7 afgebeelde mal zijn opgesteld. Door nu boven op het draagdoek geschikte geleidingsmiddelen aan te brengen warvan de stand is aangepast aan de vorm , van de in fig.7 weergegeven mal kan men met behulp van deze geleidingsmiddelen een schietinrichting over het draagdoek bewegen en telkens in een zodanige stand instellen, dat men behulp van deze schietinrichting nagels door het draagdoek in de desbetreffende gaten 8 kunnen worden gestoken.

  
Deze geleidingsmiddelen kunnen bijvoorbeeld worden gevormd door

  
 <EMI ID=16.1> 

  
met de doortochten 8 is voorzien van doortochten waardoorheen de nagels kunnen worden geschoten. Een andere mogelijkheid is het aanbrengen van rails waarover de schietinrichting verrijdbaar is,terwijl aanslagen of

  
 <EMI ID=17.1> 

  
lijktijdig een aantal nagela kunnen worden afgeschoten overeenkomend met het aantal in een betonblok aangebrachte uitsparingen 8. Uiteraard is dit aantal uitsparingen 8 niet beperkt op drie,zoals in het in fig.2 en 3 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld &#65533;maar kan ieder gewenst aantal uitsparingen in een betonblok worden aangebracht ter verkrijging van een goede hechting van het draagdoek aan de betonblokken.

  
Het draagdoek zal men bij voorkeur tenminste aan twee loodrecht op elkaar staande zijkanten in voldoende mate laten uitsteken om . bij het leggen van dergelijke betonmatten het mogelijk te maken,dat een betonmat op een uitstekende rand van het draagdoek van een naastliggende betonmat kan worden gelegd.

  
Ofschoon bij de hierboven omschreven werkwijze gebruik wordt gemaakt van een een bodemplaat bezittende mal waarop de blokken worden geplaatst zal het bijvoorbeeld ook mogelijk zijn om de blokken eerst op de grond of op het op een ondersteuning gelegde draagdoek te plaatsen

  
en dan met behulp van een bovenop de blokken te plaatsen mal een juiste ligging en onderlinge afstand tussen de betonblokken te bewerkstelligen. 

  
 <EMI ID=18.1> 

  
van onderaf inbrengen.

  
Verder kan men in plaats van in verstek op elkaar aansluitende hoekijzers 16 en 17 op de bodemplaat 15 doorlopende hoekijzers 18 aan-

  
 <EMI ID=19.1> 

  
brengen,zoals weergegeven in fig.10 en 11.

  
In plaats van de opstelorganen uit te voeren in de vorm van een

  
mal zoals hierboven omschreven kunnen voor het vervaardigen van de blokkenmatten ook inrichtingen met op andere wijze uitgevoerde opstelorganen worden toegepast.

  
Zo is in de fig.12 en 13 een inrichting weergegeven voorzien van

  
een eindloze band 20,welke is geleid om een tweetal om horizontale draai-

  
 <EMI ID=20.1> 

  
nader weergegeven middelen aan te drijven is. De eindloze band 20 is daarbij voorzien van zich in de lengterichting en loodrecht o p de lengterichting van de band uitstrekkende opstaande ribben 22 en 23 of dergelijke uitsteeksels of nokken,die vakken begrenzen in ieder waarvan een blok te plaatsen is. Dit plaatsen van blokken kan door personen 24 met de hand geschieden,waartoe deze personen de blokken vanaf stapels 25 afnemen en op de band plaatsen. Uiteraard zal het echter ook mogelijk zijn,dit op de

  
 <EMI ID=21.1> 

  
om de inrichting evenals de hieronder nog nader te bespreken inrichtingen aan te sluiten op de inrichting voor het persen van de blokken,zodat

  
het gehele proces vanaf het vervaardigen van de blokken tot en met het vervaardigen van de matten althans nagenoeg geheel kan worden geautomatiseerd.

  
Zoals verder in fig.12 is weergegeven is boven de band 20 een haspel 26 opgesteld waarvan het doek 27 wordt afgewikkeld om op de op

  
de band geplaatste blokken te worden gelegd. Verder kan de inrichting zijn voorzien van een zich dwars over de band uitstrekkende loopbrug 28

  
 <EMI ID=22.1> 

  
in de blokken beweegbaar is. Deze inrichting kan door een persoon 30 met de hand bedienbaar zijn of zodanig zijn uitgevoerd,dat deze inrichting automatisch werkt.

  
De in fig.14 weergegeven inrichting omat een gestel 31, dat een niet nader weergegeven eindloze band ondersteun t.Voor het toevoeren van de blokken 32 op de eindloze band is een toevoerinrichting aangebracht,welke is voorzien van een boven een tafel 33 opgestelde in de richting volgens

  
 <EMI ID=23.1> 

  
pijl A uitstrekkende scharnierassen 36 verzwenkbaar zijn bevestigd.

  
Daarbij is de uitvoering zodanig,dat de klinken 35 vanuit een stand waarin de klinken 35 zich vanaf hun scharnierassen verticaal naar beneden toe uitstrekken zich,gezien in fig.14 slechts met de wijzers van de klok mee kunnen verzwenken. Met behulp van de van klinken 35 voorziene drager 34 kunnen op de tafel 33 geplaatste stenen in de richting van het gestel 31 worden geschoven,waarbij tussen een tweetal gezien in de verplaatsingsrichting volgens pijl A achter elkaar gelegen klinken 35 telkens een betonblok zal zijn gelegen zodat de klinken 35 dienst doen als opstelorganen met behulp waarvan de blokken in de gewenste stand ten opzichte van elkaar worden gebracht.

  
Indien de blokken met behulp van de van klinken 35 voorziene drager
34 gezien in fig.14 naar links op de door het gestel 31 ondersteunde eindloze band worden geschoven zal deze band gelijktijdig over dezelfde afstand worden verplaatst,zodat de blokken de beoogde onderlinge afstand ten opzichte van elkaar blijven behouden.

  
Bovenhet gestel 31 is ook hier een haspel 37 opgesteld van welke haspel het draagdoek 38 wordt toegevoerd om op de betonblokken te worden gevlijd. Ter plaatse van de stippellijn 39 kunnen dan voor het inbrengen van de nagels geschikte middelen zijn aangebracht ten einde daar de nagels in de blokken in te brengen. Indien een mat van de gewenste lengte is vervaardigd kan vervolgens het doek worden doorgesneden,waarna de vervaardiging van een nieuwe blokkenmat ter hand kan worden genomen.

  
 <EMI ID=24.1> 

  
van een tweetal heforganen 40 en 41,welke rails 42 resp.43 ondersteunen. Over deze rails is althans een wagen 44 verrijdbaar. HeL bovenoppervlak

  
 <EMI ID=25.1> 

  
ven bijvoorbeeld is omschreven aan de hand van de fig.7 - 11.

  
Indien de wagen 44 zich op het zich in zijn onderste stand bevindende heforgaan 41 bevindt kan de wagen 44, zoals in fig.16 is aangeduid,

  
naar een bovenste stand worden gebracht voor het opnemen van een laag blokken op het bovenoppervlak van de wagen 44. Op deze blokken kan een de gewenste afmeting bezittend draagdoek worden gelegd,waarna de wagen gezien in de figuren naar links wordt verreden en daarbij wordt gevoerd langs een ter plaatse van de stippellijn 45 opgesteld station waarin middelen zijn

  
 <EMI ID=26.1> 

  
gens de wagen de gezien in de fig.15 en 16 afgebeelde meest linkse stand heeft bereikt,waarbij de wagen wordt ondersteund door de door het heforgaan 40 gedragen rails 42 kan de blokkenmat worden afgenomen, bijvoorbeeld door het ondersteunen van de blokkenmat met behulp van niet nader weergegeven organen en het naar beneden bewegen van de wagen 44 met behulp van het heforgaan 40. Vervolgens kan de wagen 40 weer over de rails gezien in de figuren naar rechts worden verreden, waarna bovengenoemde kringloop kan worden herhaald.

  
Bij de in de fig.17 en 18 weergegeven inrichting wordt eveneens gebruik gemaakt van althans een wagen 46,waarvan het, bovenoppervlak even-

  
 <EMI ID=27.1> 

  
tal stellen van zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende rails 47 resp.

  
48 waarbij de wagen hetzij over de rails 47 of over de rails 48 verplaatsbaar is waartoe de wagen is voorzien van de wagen ondersteunende loopwielen 49. Om de wagen 46 van het railsstel 47 over te brengen op het railsstel 48 of omgekeerd zijn een tweetal verdere railsstellen 50 resp.
51 aangebracht. Zoals uit fig.17 en 18 blijkt strekken de rails 50 en 51 zich daarbij loodrecht op de rails 47 en 48 uit . Daarbij worden de rails
50 ondersteund door een hefinrichting 52 en de rails 51 worden ondersteund door een hefinrichting 53. Voor het verrijden van de wagen 46 over de rails 50 en 51 is de wagen voorzien van loopwielen 54 ,waarvan de draaiingsassen zich loodrecht op de draaiingsassen van de loopwielen 49 uitstrekken.

  
Indien nu de wagen 46 in station A is kunnen met behulp van niet nader weergegeven middelen op de wagen de blokken en het draagdoek worden

  
 <EMI ID=28.1> 

  
47,terwijl daarbij de wagen wordt gevoerd langs een niet nader weergegeven inrichting met behulp waarvan de nagels in de blokken worden ingebracht. In het station B kan dan vervolgens de mat worden afgenomen.Nadat de mat van de wagen is afgenomen kan de wagen over de rails 54 naar het station

  
C worden gereden en van het statior.C naar station D van waaruit de wagen weer over de rails 51 naar station A kan worden gereden. In het bij zonder

  
 <EMI ID=29.1> 

  
blokkenmatten worden bewerkstelligd.

  
Ofschoon er hierboven van is uitgegaan,dat de inrichtingen voor het inbrengen van de nagels langs geeigende geleidingeorganen worden ge-

  
 <EMI ID=30.1> 

  
gelegd door met de hand aftasten de plaats van de gaten te bepalen waarna met behulp van een geschikte schietinrichting of met behulp van een handhamer de nagels in de desbetreffende gaten kunnen worden geslagen. Het zal echter duidelijk zijn,dat voor massaproductie de voorkeur zal worden gegeven aan langs geschikte geleidingsorganen te geleiden schietinrichtingen.

  
Verder is de uitvinding uiteraard niet beperkt op blokken met een vierkante of rechthoekige doorsnede,maar kunnen bijvoorbeeld ook blokken worden toegepast,die aan de zijkanten of binnen de buitenomtrek zijn voorzien van al dan niet over de gehele hoogte van het blok verlopende

  
 <EMI ID=31.1> 

  
dan niet taps toelopend zijn uitgevoerd.

  
Het zal duidelijk zijn,dat er binnen de geest en beschermingsomvang van de uitvinding vele variaties en/ of aanvullingen op boven

  
 <EMI ID=32.1> 

  
mogelijk zijn. 

  
1. Werkwijze voor het vervaardigen van een blokkenmat voorzien van

  
een draagdoek en aan dit doek met behulp van nagels bevestigde,uit beton vervaardigde blokken,met het kenmerk,dat men de blokken met daarin in

  
een bepaald patroon aangebrachte gaten voor het opnemen van nagels vervaardigt en deze blokken met behulp van opstelorganen zodanig plaatst,

  
dat de blokken allen in een bepaalde stand ten opzichte van elkaar zijn gelegen,terwijl tevens het draagdoek in de juiste stand ten opzichte van

  
de blokken wordt gebracht en vervolgens de nagels in de daartoe aangebrachte gaten worden ingebracht.

  
2. Werkwijze volgens conclusie l,met het kenmerk,dat aan de van de

  
blokken afgekeerde zijde van het draagdoek geleidingsorganen worden geplaatst voor langs deze geleidingsorganen beweegbare middelen voor het

  
 <EMI ID=33.1> 

  
middelen voor het inbrengen van de nagels zijn voorzien van organen voor

  
het juist positioneren van de middelen voor het inbrengen van de nagels

  
ten opzichte van de in de betonblokken aangebrachte gaten,zodanig,dat de

  
nagels door het draagdoek in de in de betonblokken aangebrachte gaten

  
kunnen worden ingebracht.

  
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2,met het kenmerk,dat men het

  
draagdoek boven op de blokken legt en de nagels van bovenaf in de blokken inbrengt.

  
 <EMI ID=34.1> 

Claims (1)

  1. <EMI ID=35.1>
    dat men de blokken met behulp van een mal in de gewenste stand brengt.
    5. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk,
    dat men gelijktijdig meerdere nagels in een betonblok inbreng t.
    6. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk,
    dat men een aantal blokken gelijktijdig in een vormmal vervaardigt en
    de zo vervaardigde groep blokken als een eenheid opstelt voor het vervaardigen ven de blokkenmat.
    7. Werkwijze volgens conclusie 6,met het kenmerk,dat een draagdoek
    over meerdere groepen blokken wordt uitgespreid.
    8. Mal voor het plaatsen van betonblokken in een in de blokkenmat
    in te nemen stand voor toepassing bij de werkwijze volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk,dat de mal is voorzien van zich vanaf
    een bodemplaat schuin omhoog uitstrekkende geleidingsorganen,die door de betonblokken in te nemen ruimtes begrenzen. 9. Mal volgens conclusie 8,met het kenmerk,dat de geleidingaorganen worden gevormd door hoekijzers.
    10. Inrichting voor het vervaardigen van een blokkenmat in het bijzonder onder toepassing van een werkijze volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk,dat de inrichting is voorzien van een eindloze
    band met behulp waarvan de blokken kunnen worden gevoerd langs de middelen voor het inbrengen van de nagels.
    11. Inrichting volgens conclusie 10,met het kenmerk,dat de band is voorzien van opstelorganen voor de blokken vormende uitstekende delen.
    12. Inrichting volgens conclusie 10,met het kenmerk,dat gezien in
    de bewegingsrichting van het bovenpart van de band voor de band een toevoertafel is opgesteld waarover een drager heen en weer beweegbaar is, welke drager is voorzien van opstelorganen voor de blokken vormende verstelbare klinken.
    13. Inrichting in het bijzonder bestemd voor het vervaardigen van blokkenmatten onder toepassing van de werkwijze volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk,dat de inrichting is voorzien van althans een over rails verrijdbare wagen ,welke met behulp van heforganen in hoogterichting verstelbaar is.
    14. Inrichting volgens conclusie 13,met het kenmerk,dat de inrichting
    <EMI ID=36.1>
    is.
    15. Inrichting volgens conclusie 13,met het kenmerk,dat de inrichting is voorzien van een tweetal stellen zich evenwijdig aan dkaar uitstrekkende rails en een tweetal verdere ieder in hoogterichting verplaats-
    <EMI ID=37.1>
    rails uitstrekken.
    16. Blokkenmat voorzien van met behulp van nagels aan een draagdoek bevestigde betonblokken,met het kenmerk,dat een nagel is voorzien van een kop en een schacht met althans enigszins veerkrachtige uitsteeksels.
    17. Blokkenmat volgens conclusie 16,met het kenmerk,dat de uitsteeksels worden gevormd door zich rondom de schacht uitstrekkende uitstekende ribben.
    18. Blokkenmat voorzien van met behulp van nagels aan een draagdoek bevestigde uit beton vervaardigde blokken,met het kenmerk,dat de nagels zijn voorzien van schachten,die zijn opgenomen in in de betonblokken uitgespaarde doortochten,waarvan de aan de van het draagdoek afgekeerde zijde gelegen uiteinden een grotere doorsnede bezitten dan de overige delen van de doortochten,terwijl althans de vrije uiteinden van de nagels zijn voorzien van elastisch ten opzichte van elkaar beweegbare uitstekende delen,die indien de nagels in de betonblokken zijn aangebracht, ingrijpen in de verbrede uiteinden van de in de betonblokken aangebrachte doortochten.
    <EMI ID=38.1>
    de koppen van de nagels zodanig verzonken zijn,dat de buitenvlakken van de koppen althans nagenoeg in een vlak zijn gelegen met de van de blokken afgekeerde zijde van het doek.
BE1/10632A 1981-11-04 1982-11-03 Werkwijze voor het vervaardigen van een blokkenmat BE894891A (nl)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8104983A NL8104983A (nl) 1981-11-04 1981-11-04 Werkwijze voor het vervaardigen van een blokkemat.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE894891A true BE894891A (nl) 1983-05-03

Family

ID=19838312

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE1/10632A BE894891A (nl) 1981-11-04 1982-11-03 Werkwijze voor het vervaardigen van een blokkenmat

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE894891A (nl)
NL (1) NL8104983A (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0204388B1 (en) * 1983-05-02 1991-01-02 Gebroeders Rook Beheer B.V. Device for manufacturing a block mat
EP0123737B1 (en) * 1983-05-02 1988-02-24 Gebroeders Rook Beheer B.V. Method of manufacturing a block mat
EP0206437A3 (en) * 1983-05-02 1987-06-16 Gebroeders Rook Beheer B.V. Block mat comprising concrete blocks

Also Published As

Publication number Publication date
NL8104983A (nl) 1983-06-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
AU669678B2 (en) Set of paving stones, process and device for producing the same
CA1229759A (en) Paving method and grab for use in said method
BE894891A (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een blokkenmat
US5082438A (en) Press for manufacturing stones
US4255104A (en) System for casting and handling concrete railroad ties
CZ289071B6 (cs) Způsob a zařízení pro vzájemné oddálení řad obdélníkových plastických pórobetonových těles
CN105217317A (zh) 一种物料自动堆叠输送装置及堆叠输送方法
CN110387798B (zh) 水泥混凝土路面传力杆自动布设装置
DK147480B (da) Apparat til automatisk fremstilling af betonbyggesten
EP0123737A1 (en) Method of manufacturing a block mat
CN217263114U (zh) 一种腕臂预配用连接件料盘
US6068726A (en) Applying tiles to a tiling table
FI73383B (fi) Foerfarande och anlaeggning foer tillverkning av en foerspaend kontinuerlig betongprodukt.
US20100260545A1 (en) Paving system for mechanically paving with irregular paving stones
WO1987006873A1 (en) Machine for manufacturing of flat products
JPH05208409A (ja) プレキャストコンクリート製品の製造装置
US4417842A (en) Soil erosion prevention block insert and apparatus for positioning
EP0206437A2 (en) Block mat comprising concrete blocks
EP1268326B1 (en) Apparatus and method for placing spacer sticks on a board stack
EP0865848B1 (en) Pattern plate drawing device
NL8702941A (nl) Werkwijze en inrichting voor het behandelen van ovenwagens.
CN114290311B (zh) 一种模具放置架
CN211545637U (zh) 一种筋笼起吊机构及筋笼输送线
EP1504867B1 (en) Device for manufacturing green bricks for the brick manufacturing industry
CN113500010B (zh) 一种利于色选机排料的接料系统