"Warmtewisselaar, meer bepaald konvector".
De uitvinding heeft betrekking op een warmtewisselaar,
<EMI ID=1.1>
buizen, rond of ovaal, waarvan de vrije uiteinden uitmonden in
<EMI ID=2.1>
voorzien is voor een warmtewisselende vloeistof.
De uitvinding heeft hoofdzakelijk tot doel een standaard
<EMI ID=3.1>
zeer eenvoudige wijze aangepast kan worden aan verschillende montage uitvoeringen cp de aan- en afvoerleidingen van warmtewisselende vloeistoffen.
Tot dit doel is in minstens één van de collectoren een kamer voorzien waarin een deel van genoemde buizen uitmonden en
<EMI ID=4.1>
<EMI ID=5.1>
zodanig dat deze aan- en/of afvoeropening in verbinding kan gebracht worden zowel met de binnenruimte van de collector als met deze van de kamer.
In een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de kamer gevormd door een docsvormige kap die bevestigd is tegen de binnenwand van de desbetreffende collector waarin
<EMI ID=6.1>
kamer voorziene opening en de tegenoverliggende opening in de collector.
In een meer specifieke uitvoeringsvorm van de uitvinding is een monotube afsluitkraan gemonteerd op de opening van de collector die gelegen is tegenover de in de kamerwand voorziene opening, waarbij deze kraan in verbinding staat, enerzijds, met de collector en�anderzijds, met de kamer.
Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving van een bijzondere uitvoeringsvorm van de warmtewisselaar volgens de uitvinding en van enkele specifieke montage toepassingen ervan.
Deze beschrijving wordt enkel gegeven als voorbeeld en beperkt geenszins de draagwijdte van de uitvinding; de hierbij gebruikte verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren.
<EMI ID=7.1> <EMI ID=8.1>
van figuur 3.
<EMI ID=9.1> vorm. <EMI ID=10.1>
<EMI ID=11.1>
Figuur 4 stelt een andere schakeling voor van dezelfde warmtewisselaar waarbij gebruik gemaak t werd van een speciaal verbindingsstuk volgens de uitvinding. Figuur 5 stelt nog een andere schakeling voor van dezelfde warmtewisselaar met een monotube afsluitkraan.
In deze verschillende figuren hebben dezelfde verwijzingscijfers betrekking op dezelfde of analoge elementen.
De in de figuren voorgestelde warmtewisselaar betreft meer bepaald een konvector waarrond een niet voorgestelde omkasting gemonteerd word t voor het teweegbrengen van een te verwarmen luchtstroom over de warmtewisselaar.
De in de figuren voorgestelde warmtewisselaar bestaat uit twee boven elkaar gelegen rijen van drie buizen die even-
<EMI ID=12.1>
'collectoren 5 en 6 waarin de vrije uiteinden van deze buizen uitmonden.
In de collector 5 zijn twee openingen 7 en 8 voorzien met op de buitenkant ervan met inwendige schroefdraad voorziene aansluitstukken 10 en 11.
De collector 6 vertoont�naast een analoge opening 12 met aansluitstuk 13.. een afsluitbare ontluchtingsopening 14.
<EMI ID=13.1>
schoepen of ribben 15 voorzien die op gelijke afstand van elkaar over deze buizen verdeeld zijn.
'Volgens de uitvinding is in de collector 5,tegenover
de overeenkomstige vrije uiteinden van. de buizen 3 en 3 ' , een kamer
16 voorzien zodanig dat deze buizen in feite uitmonden in deze kamer. Deze laatste vertoont een opening 17 die zich bevindt tegenover de opening 8 in de wand van de collector 5 op een bepaalde afstand van deze laatste. Deze opening 17 is cirkelvormig zoals de opening 8 en coaxiaal'met deze laatste.
De kamer 17 wordt gevormd door een doosvormige kap 18 waarvan de randen 19 gelast zijn op de binnenwand 20 van de collector 5 waarin de verschillende buizen uitmonden.
De diameter van de opening 17 is enigszins kleiner
dan deze van de opening 8.
In figuur 3 wordt een montage uitvoeringsvorm van deze warmtewisselaar voorgesteld volgens dewelke de warmtewisselende stroom,die bij voorkeur uit een vloeistof, meer bepaald water� gevormd wordt,zich in dezelfde zin doorheen al de buizen ervan verplaatst zoals aangeduid werd door de pijlen 21. In dit geval wordt de warmtewisselaar op een toevoerleiding 22 aangesloten die dringt in het aansluitingsstuk 11 tegenover de opening 8 en gebeurt de afvoer langs de opening 12 doorheen een leiding 23.
De opening 7 wordt bij middel van stop 24,die in het aansluitstuk 10 geschroefd wordt, afgesloten..
In dit montage voorbeeld vervult de kamer 16 in
feite volledig dezelfde functie als de collector 5 zelf.
In figuur 4 wordt een tweede montage voorbeeld van
<EMI ID=14.1> installatie voorgesteld.
In deze uitvoeringsvorm wordt gebruik gemaakt van een kokervormig verbindingsstuk 26, ook nog richtbuisje genoemd,dat aangebracht is tussen de opening 17 en de tegenoverliggende opening 8 . De buitenwand van dit verbindingsstuk is tapsvormig uitgevoerd en vertoont aan zijn breedste buitenrand een kraag 27.
Ten einde een voldoende afdichting te verzekeren tussen dit verbindingsstuk en de randen van de openingen 8 en 17 wordt het in kunststof uitgevoerd, die voldoende warmtebestendig is.
In dit montage voorbeeld is de opening 7 met de terugvoer leiding 23 verbonden terwijl de opening 12 door een stop 24 afgesloten wordt.
Zoals door de op figuur 4 aangegeven pijlen 21 et 21' wordt op deze wijze een totaal ander stromingsverloop van de warmtewisselende vloeistof bekomen.
Deze stroomt vanaf de aanvoer leiding 22,waarop een afsluitkraan 28 voorzien is,doorheen het verbindingsstuk 26 in de
<EMI ID=15.1>
de buizen 1 en l' te stromen naar de collector 6 en teruggeleid te worden in teger.overgestelde zin, zoals aangeduid werd door pijlen
<EMI ID=16.1>
volgens doorheen de opening 7 langs de leiding 23 afgevoerd te worden.
<EMI ID=17.1>
warmtewisselaar volgens de uitvinding voorgesteld, waarbij gebruik gemaakt werd van een verbindingsstuk 26 waarvan het deel van de wand dat gelegen is tussen de openingen 8 en 17 doorlaat- openingen 29 vertoont naar de collector 5.
! Verder wordt op de opening 8 een monotube afsluitkraan
<EMI ID=18.1>
ding 23 aangesloten zijn.
Zoals schematisch voorgesteld werd in figuur 5, mondt de aanvoerleiding 22, doorheen de kraan 28,uit in het verbindings- stuk 26, terwijl de afvoerleiding 23 vertrekt vanaf de kamer 16 en zich coaxiaal met de aanvoerleiding 22 doorheen het verbin- dingsstuk 26 uitstrekt. Dank zij dit laatste wordt een voldoende dichting bekomen tussen de opening 17 en deze afvoerleiding 23, terwijl dank zij de doorlaatopeningen 29 de aanvoerleiding 22 rechtstreeks in verbinding staat met de collector 5, zoals aan- geduid werd door pijlen 30.
In deze uitvoeringsvorm worden de openingen 7 en 12
beiden door een stop 24 afgesloten. Aldus stroomt de warmte- wisselende vloeistof vanaf de aanvoerleiding 22 eerst in de col- lector 5,vervolgens in parallel doorheen de buizen 2 en 3 alsook doorheen de twee op de figuren niet zichtbare boven deze
<EMI ID=19.1>
door pijlen 21, om vervolgens doorheen de buis 1 en de boven
<EMI ID=20.1>
<EMI ID=21.1>
De uitvinding is natuurlijk geenszins beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvorm zowel wat betreft de constructie van de warmtewisselaar als de montage van deze laatste in het.circuit van de verwarmingsinstallatie.
Zo kan bij voorbeeld het verbindingsstuk in fi-
<EMI ID=22.1>
af voer leiding 23 en de rand van de opening 17.
Ook kan het aantal buizen waaruit de warmtewisselaar bestaat zeer uiteenlopend zijn. Dit is ook het geval voor de verhouding van de buizen die uitmonden in de kamer 16 en deze die rechtstreeks uitmonden in de collector 5.
<EMI ID=23.1>
uit in de kamer 16.
"Heat exchanger, more precisely convector".
The invention relates to a heat exchanger,
<EMI ID = 1.1>
tubes, round or oval, the free ends of which open into
<EMI ID = 2.1>
is provided for a heat exchanging fluid.
The main object of the invention is a standard
<EMI ID = 3.1>
Can be adapted in a very simple manner to different mounting designs on the supply and discharge pipes of heat exchanging liquids.
For this purpose, a chamber is provided in at least one of the collectors, into which a part of said pipes discharge and
<EMI ID = 4.1>
<EMI ID = 5.1>
such that this supply and / or discharge opening can be communicated with both the inner space of the collector and that of the chamber.
In a particular embodiment of the invention, the chamber is formed by a docs-shaped hood which is mounted against the inner wall of the relevant collector in which
<EMI ID = 6.1>
chamber opening and the opposite opening in the collector.
In a more specific embodiment of the invention, a monotube shut-off valve is mounted on the opening of the collector opposite the opening provided in the chamber wall, this valve communicating, on the one hand, with the collector and on the other hand, with the collector. room.
Other particularities and advantages of the invention will become apparent from the following description of a particular embodiment of the heat exchanger according to the invention and of some specific mounting applications thereof.
This description is given by way of example only and in no way limits the scope of the invention; the reference numbers used here relate to the attached figures.
<EMI ID = 7.1> <EMI ID = 8.1>
of figure 3.
<EMI ID = 9.1> shape. <EMI ID = 10.1>
<EMI ID = 11.1>
Figure 4 represents another circuit of the same heat exchanger using a special connector according to the invention. Figure 5 represents yet another circuit of the same heat exchanger with a monotube shut-off valve.
In these different figures, like reference numbers refer to the same or analogous elements.
The heat exchanger represented in the figures relates in particular to a convector around which a casing, not shown, is mounted for producing an air flow to be heated across the heat exchanger.
The heat exchanger represented in the figures consists of two rows of three tubes located one above the other and which are equally
<EMI ID = 12.1>
collectors 5 and 6 into which the free ends of these pipes open.
Two openings 7 and 8 are provided in the collector 5 with connecting pieces 10 and 11 provided with internally threaded connections on the outside thereof.
The collector 6 has � in addition to an analogue opening 12 with connection piece 13 .. a closable vent opening 14.
<EMI ID = 13.1>
provide blades or ribs 15 equally spaced across these tubes.
According to the invention, in the collector 5 is opposite
the corresponding free ends of. the tubes 3 and 3 ', a chamber
16 provided in such a way that these tubes actually discharge into this chamber. The latter has an opening 17 which is located opposite the opening 8 in the wall of the collector 5 at a certain distance from the latter. This opening 17 is circular like the opening 8 and coaxial with the latter.
The chamber 17 is formed by a box-shaped hood 18, the edges 19 of which are welded to the inner wall 20 of the collector 5, into which the various tubes open.
The diameter of the opening 17 is slightly smaller
than that of the opening 8.
In figure 3 a mounting embodiment of this heat exchanger is presented according to which the heat-exchanging flow, which preferably consists of a liquid, more specifically water � is formed, travels in the same direction through all its tubes as indicated by the arrows 21. In this case, the heat exchanger is connected to a supply pipe 22 which penetrates the connecting piece 11 opposite the opening 8 and the discharge takes place through the opening 12. through a pipe 23.
The opening 7 is closed by means of plug 24 which is screwed into the connecting piece 10.
In this mounting example, the chamber fulfills 16 in
in fact completely the same function as the collector 5 itself.
Figure 4 shows a second mounting example of this
<EMI ID = 14.1> installation suggested.
In this embodiment, use is made of a tubular connecting piece 26, also referred to as a directing tube, which is arranged between the opening 17 and the opposite opening 8. The outer wall of this connecting piece is tapered and has a collar 27 at its widest outer edge.
In order to ensure a sufficient seal between this connector and the edges of the openings 8 and 17, it is made of plastic which is sufficiently heat resistant.
In this mounting example, the opening 7 is connected to the return pipe 23 while the opening 12 is closed by a plug 24.
As indicated by the arrows 21 and 21 'indicated in figure 4, a completely different flow pattern of the heat-exchanging liquid is obtained in this way.
This flows from the supply line 22, on which a shut-off valve 28 is provided, through the connecting piece 26 into the
<EMI ID = 15.1>
to flow the tubes 1 and 1 'to the collector 6 and be returned in the opposite direction, as indicated by arrows
<EMI ID = 16.1>
to be discharged through the opening 7 along the conduit 23.
<EMI ID = 17.1>
heat exchanger according to the invention, wherein use was made of a connecting piece 26 of which the part of the wall situated between the openings 8 and 17 has passage openings 29 to the collector 5.
! Furthermore, a monotube shut-off valve is placed on the opening 8
<EMI ID = 18.1>
thing 23 are connected.
As schematically represented in Figure 5, the supply line 22, through the tap 28, opens into the connector 26, while the drain line 23 departs from the chamber 16 and extends through the connector 26 coaxially with the supply line 22. Thanks to the latter, a sufficient seal is obtained between the opening 17 and this discharge pipe 23, while thanks to the passage openings 29 the supply pipe 22 is directly connected to the collector 5, as indicated by arrows 30.
In this embodiment, the openings become 7 and 12
both closed by a plug 24. Thus, the heat-exchanging liquid from the supply line 22 flows first into the collector 5, then in parallel through the tubes 2 and 3 as well as through the two above these not visible in the figures.
<EMI ID = 19.1>
by arrows 21, then through the tube 1 and the top
<EMI ID = 20.1>
<EMI ID = 21.1>
The invention is of course by no means limited to the embodiment described above, both with regard to the construction of the heat exchanger and the mounting of the latter in the circuit of the heating installation.
For example, the connector in fig.
<EMI ID = 22.1>
drain pipe 23 and the edge of the opening 17.
The number of tubes that make up the heat exchanger can also be very diverse. This is also the case for the ratio of the pipes that flow into the chamber 16 and those that flow directly into the collector 5.
<EMI ID = 23.1>
out in the room 16.