BE855728A - Eg met roterende tanden - Google Patents

Description

  "Eg met roterende tanden" Deze uitvinding heeft betrekking op een eg met roterende tanden, met andere woorden een eg die gevormd wordt door een geraamte dat op geschikte wijze achter een traktor wordt gehangen en waaronder een reeks tanden is voorzien die, aangedreven vanaf de voornoemde traktor, verdraaid worden terwijl deze eg over het land wordt voortbewogen, waardoor men verkrijgt dat de aardkluiten en dergelijke, die tijdens het ploegen zijn gevormd, zoals bekend verkruimeld worden.

  
Men weet dat de krachten die op de tanden van zulke eg, respektievelijk op de bevestiging van deze tanden, inwerken, tijdens het verplaatsen van de eg zeer aanzienlijk kunnen zijn, afhankelijk van de grote van de aardkluiten, de hardheid van deze aardkluiten en de zwaarte van de grond, zodat vervormingen en zelfs breuk van deze onderdelen kunnen optreden.

  
Ten einde een eg met roterende tanden te verwezenlijken waarbij zulke vervomingen en/of breuk totaal worden vermeden, heeft men, volgens de huidige uitvinding,

  
de voornoemde tanden regelbaar aangebracht op hun steun.

  
Met het inzicht de kenmerken volgens de huidige uitvinding beter aan te tonen zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin :
figuur 1 een schematisch vooraanzicht weergeeft van een eg waarop de verbeteringen volgens de uitvinding zijn aangebracht; figuur 2 een bovenaanzicht weergeeft van figuur l; figuur 3 een zijaanzicht weergeeft volgens pijl F3 van figuur l; figuren 4 en 5 doorsneden zijn volgens de lijnen 

  
 <EMI ID=1.1>  figuur 6 op groter schaal, met gedeeltelijke doorsnede en in een tweede stand, het gedeelte weergeeft dat in figuur 1 door F6 is aangeduid; <EMI ID=2.1>  in figuur 6; figuur 8 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur 6, doch voor een uitvoeringsvariante; figuren 9, 10, 11, 12 en 13 schematische zichten zijn gelijkaardig aan dit van figuur 7, doch voor uitvoeringsvarianten.

  
In de figuren 1 tot 7 is een eg weergegeven die op bekende wijze gevormd wordt door een geraamte dat hoofd-

  
 <EMI ID=3.1> 

  
 <EMI ID=4.1> 

  
 <EMI ID=5.1> 

  
geschikte wijze op te hangen achter een traktor. Op de holle balk 1 is een aandrijfdoos 4 voorzien waarvan de ingangsas 5 op geschikte wijze kan aangedreven worden vanaf de voornoemde traktor en waarbij, in deze doos 4, een

  
 <EMI ID=6.1> 

  
in de voornoemde holle koker gelagerde tandwielen 2 geschikt aandrijft. Door het verdraaien van dit aangedreven tandwiel 2 verkrijgt men dat automatisch al de andere tandwielen

  
 <EMI ID=7.1> 

  
 <EMI ID=8.1> 

  
een steun 8 verbonden, die als drager fungeert voor twee

  
of meer tanden 9.

  
Zoals weergegeven, meer speciaal in de figuren 6 en

  
7, is in iedere drager 8 een gleuf voorzien, respektievelijk
10 en 11, waarmede het verdund uiteinde 12 van een tand 9 kan samenwerken, en waarbij de eigenlijke bevestiging van  <EMI ID=9.1> 

  
schroefdraad voorzien vrij uiteinde van het verdund gedeelte 12 van zulke tand 9 te voorzien van een moer 13

  
 <EMI ID=10.1> 

  
In deze uitvoering worden de tanden 9 gevormd door bij voorbeeld een cylindrische, vierkante of andere staaf die onderaan voorzien is, van een afschuining 14.

  
Het is duidelijk dat men op deze wijze verkrijgt dat de afstand tussen de tanden &#65533; geschikt kan gewijzigd wor-

  
 <EMI ID=11.1> 

  
de tanden ten opzichte van een nabij liggend stel tanden

  
 <EMI ID=12.1> 

  
de grond, de grootte van de kluiten, de zwaarte van de grond, enz.

  
In figuur 8 is een uitvoering weergegeven waarbij de tanden onderaan voorzien zijn van naar buiten gerichte uitsteeksels 15 ten einde het verkruimelen nog te verbeteren.

  
Ook in dit geval zijn deze tanden ten opzichte van elkaar regelbaar.

  
In figuur 9 is een uitvoering weergegeven waarbij dezelfde kenmerken zijn toegepast als in de voorgaande <EMI ID=13.1> 

  
voorzien ten einde aldus het rendement van de inrichting of eg op te drijven.

  
 <EMI ID=14.1>  <EMI ID=15.1>  <EMI ID=16.1> 

  
tanden en dragers met drie tanden, waarbij de verschillende 

  
 <EMI ID=17.1>  tanden. Zulke inrichtingen zijn weergegeven in de figuren

  
 <EMI ID=18.1> 

  
een verschillende diameter vertonen.

  
Tenslotte kan men de inwerking van de tanden op de grond nog wijzigen door deze tanden in doorsnede een nietgelijke vorm te geven, bij voorbeeld een ovale vorm,

  
een driehoekige vorm, een rechthoekige of platte vorm, enz., zodanig dat niet enke&#65533; de tussenafstand van de tanden kan geregeld worden, doch tevens de relatieve hoek van deze tanden ten opzichte van hun dragers, waardoor zij minder of meer weerstand ondervinden in de grond.

  
Het is duidelijk dat men op deze wijze een eg ver-

  
 <EMI ID=19.1> 

  
groot rendement heeft, en waarbij deze eg, op eenvoudige

  
 <EMI ID=20.1> 

  
heid van de grond, de zwaarte van de grond, de grootte

  
van de kluiten en dergelijke kan aangepast worden.

  
Het is duidelijk dat de uitvinding geenszins beperkt is tot de als voorbeeld beschreven en in de bijgaande tekeningen weergegeven uitvoeringen, doch zulke eg kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader der uitvinding te treden.

Claims (1)

1. EISEN

   1. Eg met roteerbare tanden, met het kenmerk dat zij voorzien is van middelen die toelaten de stand der tanden

   te bepalen of te regelen in verhouding met de bodemgesteldheid.

   2. Eg volgens eis 1, met het kenmerk dat de voornoemde middelen gevormd worden door het voorzien, in de drager der tanden, van radiaal gerichte gleuven waarin de betrokken tanden kunnen verplaatst en bevestigd worden.

   3. Eg volgens eis 2, met het kenmerk dat de voornoemde drager gevormd wordt door een recht element met daarin twae in elkaars verlengde geplaatste gleuven.

   4. Eg volgens eis 2, met het kenmerk dat de voornoemde drager gevormd wordt door een stervormig element

   met drie armen die ieder een voornoemde gleuf vertonen,

   5. Eg volgens één der voorgaande eisen, met het kenmerk dat de onderuiteinden der tanden omgebogen zijn.

   6. Eg volgens één der voorgaande eisen, met het kenmerk dat de tanden in dwarse doorsnede een gelijkmatige

   vorm vertonen, bijvoorbeeld rond, vierkantig of dergelijke.

   7. Eg volgens één der eisen 1 tot 5, met het kenmerk dat de tanden in dwarse doorsnede een ongelijkmatige vorm vertonen, bijvoorbeel ovaal, rechthoekig of dergelijke.

   8. Eg volgens één der voorgaande eisen, met het kenmerk dat de verschillende dragers op één lijn zijn geplaatst.

   9. Eg volgens één der eisen 1 tot 7, met het kenmerk dat de verschillende dragers zig-zagsgewijs zijn opgesteld.

   10. Eg volgens één der voorgaande eisen, met het kenmerk dat de draaisnelheden van naburige dragers, respektie- <EMI ID=21.1> 11. Eg met roterende tanden, hoofdzakelijk zoals voorafgaand beschreven en weergegeven in de bijgaande tekeningen.