BE848168A - Ventilatiedakpan, - Google Patents
Ventilatiedakpan,Info
- Publication number
- BE848168A BE848168A BE2055434A BE2055434A BE848168A BE 848168 A BE848168 A BE 848168A BE 2055434 A BE2055434 A BE 2055434A BE 2055434 A BE2055434 A BE 2055434A BE 848168 A BE848168 A BE 848168A
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- ventilation
- roof tile
- hood
- flange
- emi
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04D—ROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
- E04D1/00—Roof covering by making use of tiles, slates, shingles, or other small roofing elements
- E04D1/30—Special roof-covering elements, e.g. ridge tiles, gutter tiles, gable tiles, ventilation tiles
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04D—ROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
- E04D1/00—Roof covering by making use of tiles, slates, shingles, or other small roofing elements
- E04D1/30—Special roof-covering elements, e.g. ridge tiles, gutter tiles, gable tiles, ventilation tiles
- E04D2001/307—Special roof-covering elements, e.g. ridge tiles, gutter tiles, gable tiles, ventilation tiles for passages in the roof surface
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Architecture (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Ventilation (AREA)
- Building Environments (AREA)
- Finishing Walls (AREA)
Description
"Ventilatiedakpan" De uitvinding heeft betrekking op een ventilatiedakpan bestaande uit een betonnen of keramische dankpan,voorzien van een opening,alsmede uit een ventilatieorgaan dat in de opening bevestigd kan worden en waarop aan de onderzijde eventueel een rioolontluchtingslang aangesloten kan worden. Een dergelijke ventilatiedakpan is bekend uit de Neder- landse octrooiaanvrage 72.07511.Hierbij is het ventilatiedeel op- gebouwd uit een groot aantal onderdelen,die vóór het bakken of verharden van de dakpan in de opening bevestigd moeten worden. Bovendien is voor dakpannen met verschillende welving een compen- satiestuk nodig,terwijl in het grondlichadm een opstaande rand rondom de opening is aangebracht,welke noodzakelijk is voor de afdichting.(zie blz.S,regels 10-11 van de beschrijving en figuur 9 van genoemde octrooiaanvrage). De uitvinding beoogt een ventilatiedakpan te verschaf- fen,waarbij tijdens het bakken, bij keramische dakpannen of tijdens het verharden bij betonnen dakpannen slechts een opening behoeft te worden uitgespaard. Dit wordt volgens de uitvinding bereikt, doorda� het ventilatieorgaan een buisvormige gedaante heeft met op een buitenoppervlak een onder een scherpe hoek staande flexibele flens, waarvan de vorm van de vrije rand is aangepast aan het bovenoppervlak van de dakpan rondom de opening,terwijl op een afstand die groter is dan de dikte van de dakpan onder de flens op het buiten- <EMI ID=1.1> sels of een doorlopende rand is aangebracht,die met het or- gaan door de opening gestoken kunnen of kan worden en dan onder het onderoppervlak van de dakpan snappen of snapt, waarbij de rand van de flens veerkrachtig aanligt tegen het bovenoppervlak van de dakpan. Bij de vervaardiging van de <EMI ID=2.1> De opslag en het transport verschillen niet van die van normale dakpannen. Op de bouwplaats behoeft men slechts het ventilatieorgaan door de opening te steken, waarna'de flens vánzelf onder voorspanning en afdichtend aangrijpt op het bovenoppervlak van de dakpan rondom de opening. Indien gewenst kan nog lijm worden aangebracht tussen de flens en het panoppervlak. Het ventilatieorgaan kan zowel worden toegepast voor het ontluchten van het rioolsysteem als voor het ventileren van de ruimte-tussen het dakbeschot en het onderoppervlak van de pannen (de dakspouw); vanzelf sprekend niet tegelijkertijd. <EMI ID=3.1> passing als ventilatieinrichting voor de dakspouw, aan bij voorkeur ongeveer halfbolvormige, van ventilatieopeningen voorziene, kap van enigszins flexibel materiaal worden bevestigd op het boveneinde van het ventilatieorgaan, waarbij de rand van de kap veerkrachtig afdicht tegen het bovenoppervlak van de dakpan. Via de sleuf in het ventilatieorgaan en de ventilatieopeningen in de kap is op deze wijze een verbinding ontstaan tussen de buitenlucht en de.dakspouw. Verdere kenmerken en voordelen van de uitvinding zullen nu aan de hand van de tekening nader worden toegelicht, waarin: fig. 1 is een bovenaanzicht van een deel van een ventilatiedakpan volgens de uitvinding, bestemd als rioolontluchtingsinrichtihg; fig. 2 is.een doorsnede over de lijn II-II van fig. 1; fig. 3 is een doorsnede over de lijn III-III van fig. 1 met een daarin gemonteerde rioolventilatieslang; fig. 4 is e-en perspektivisch aanzicht van het ventilatieorgaan volgens fig. 1, 2 en 3; fig. 5 is een bovenaanzicht van een deel van een venti-latiedakpan, bestemd als dakventilatieinrichting; fig. 6 is een doorsnede over de lijn VI-VI van fig. 5; fig. 7 is een doorsnede over de lijn VII-VII van fig. 5 ; en fig. 8 is een perspektivisch aanzicht van het ventilatieorgaan volgens fig. 5, 6 en 7. Eerst wordt verwezen naar de fig. 1 t/m 4. Van de dakpan zelf is slechts een deel 1 weergegeven. De dakpan kan zijn uitgevoerd als gebakken dakpan, dus als keramische dakpan, of als betonnendakpan, waarbij de vorm, grootte en eventuele dwarsprofilering geheel overeenkomen met die van de andere te gebruiken dakpannen. Het ventilatieorgaan 2 bestaat uit kunststof of dergelijke en is buisvormig. Dit ventilatieorgaan 2 past binnen een ongeveer cirkelvormige opening 3 in de dakpan. Het ventilatieorgaan 2 is voorzien van een flens 4 en van een aantal nokken 5. De flens 4 steekt radiaal verder uit dan de nokken 5. Bij het aanbrengen van het ventilatieorgaan 2 in de opening 3 wordt het ventilatieorgaan 2 van bovenaf door de opening 3 gestoken, totdat de nokken 5 snappen tegen de onderzijde van de dakpan 1. De einden van de flens 4 drukken daarbij verend aan tegen het bovenvlak van de dakpan 1. In verbandmet de gebruikelijke profilering.van de dakpan 1 moeten de flens 4 en de nokken 5 overeenkomstig zijn <EMI ID=4.1> 3. De flens 4 is zodanig gevormd, dat zij steeds met voorspanning aandrukt tegen en aanligt op het bovenvlak van de dakpan 1. De nokken 5 liggen op onderling verschillende hoogtes. Indien gewenst is het mogelijk tussen de flens 4 en het bovenvlak van de dakpan 1 een of andere lijm aan te brengen, eventueel via niet-weergegeven openingen in de flens 4.. In het benedendeel van het ventilatieorgaan 2 kan het boveneinde van een op zich bekende rioolventilatieslang 6 worden gestoken. Deze slang 6 wordt vastgeklemd of vastge-lijmd binnen het ventilatieorgaan 2. Deze slang 6 is op bekende wijze aangesloten op het rioolsysteem van een woonhuis of ander gebouw. Het is duidelijk dat het geen bezwaar oplevert wanneer regenwater of sneeuw terecht komt in de rio�lventilatieslang 6. Om deze reden is het dan ook niet nodig een afsluiting daarvoor aan te brengen. Niettemin is het bovendeel van het ventilatieorgaan 2 zodanig uitgevoerd dat het mogelijk is een dergelijke afsluiting aan te brengen. Een dergelijke aansluiting is namelijk wel noodzakelijk, wanneer de ventilatiedakpan gebruikt wordt voor ventilatie van de ruimte tussen het dakbeschot en de dakpannen. Vanzelfsprekend is dan geen rioolventilatieslang aanwezig. Om deze afsluiting mogelijk te maken is in het bovendeel van het ventilatieorgaan 2 een brede sleuf 7 aangebracht en zijn de boveneinden van de aldus gevormde benen haaks omgezet, zodat f lenzen 8 zijn gevormd. De toepassing van de ventilatiedakpan voor het ventileren van de dakspouw is weergegeven in de fig. 5 t/m 8. Het ventilatieorgaan 2 wordt op dezelfde wijze aangebracht in de dakpan 1 als het geval is bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 1 t/m 4. De toegang naar het ventilatieorgaan 2 wordt nu echter aan de bovenzijde afgesloten door een los dekseltje 9, dat met behulp van klauwen 10 kan grijpen onder de flensranden 8 van het ventilatieorgaan 2. Om een verdraaiing van het dekseltje 9 mogelijk te maken is hierop een ribbe 11 aangebracht. Verder is een niet-weergegeven vergrendeling aanwezig om het dekseltje 9 in de gemonteerde stand in het ventilatieorgaan 2 vast te houden. Hoewel op'deze wijze de direkte toegang naar het ventilatieorgaan 2 aan de bovenzijde is afgesloten� is het toch mogelijk dat regen en sneeuw binnentreedt via de brede sleuf 7. Om ook dit te verhinderen en toch een goede ventilatie mogelijk te maken is een half-bolvormige kap 12 aangebracht, die wordt vastgeklemd tussen het dekseltje 9 en de boven-zijde van de flensranden 8. Deze kap 12 bestaat uit flexibel materiaal en de randen ervan sluiten weer afdichtend en veerkrachtig aan op het <EMI ID=5.1> latieopeningen 13 aangebracht, waarbij dé kap 12 zodanig wordt opgesteld ten opzichte van het ventilatieorgaan 2, dat de ventilatieopeningen 13 niet in één lijn liggen met de sleuf 7. Op deze wijze wordt met zekerheid voorkomen dat regen en sneeuw terecht komt in de ruimte tussen het dakbeschot en de dakpannen. <EMI ID=6.1> opslag eenvoudiger ook dan het ventilatieorgaan 2 op deze wijze uit te voeren, zodat met één model ventilatieorgaan volstaan kan worden. De dakpannenfabriek levert dus normale dakpannen af, geheel overeenkomstig alle andere dakpannen van een bepaald dak. De enige uitzondering is dat er gezorgd moet worden voor een opening 3, welke op eenvoudige wijze tijdens de fabrikage aangebracht kan worden. Op de-bouwplaats pas brengt men de ventilatieorgahen 2 aan door deze door de openingen 3 te steken, en eventueel vast te li jmen. Bij geprofileerde dakpannen 1, zoals veelal het geval zal zijn, moet gelet worden op de juiste stand van de ventilatieorganen 2 ten opzichte van de dakpannen 1 in verband met de flensrand 4 en de nokken 5. Deze flensrand 4 en de nokken 5 zijn namelijk overeenkomstig de profilering van de dakpan 1 opgesteld en gevormd. Dit zelfde geldt ook voor de plaatsing van de kap 12. Hierbij moet er nl. op gelet worden, dat de kap 12 in de juiste stand wordt aangebracht om ervoor te zorgen, dat de rand overal afdicht tegen het bovenvlak van de dakpan 1 en de ventilatieopeningen 13 niet in één lijn staan met de sleuf 7 in het buisvormige ventilatieorgaan 2.
Claims (1)
- <EMI ID=7.1>1. Ventilatiedakpan bestaande uit een betonnen of keramische dakpan, voorzien van een opening, alsmede uit een ventilatieorgaan dat in de opening bevestigd kan worden en waarop aan de onderzijde eventueel een rioolontluchtingslang aangesloten kan worden, m e t h e, t k e n m e r k , dat het ventilatieorgaan een buisvormige gedaante heeft met op een buitenoppervlak een onder een scherpe hoek staande flexibele flens, waarvan de vorm van de vrije rand is aangepast aan het bovenoppervlak van de dakpan rondom de opening, <EMI ID=8.1>dakpan onder de fl'ens op het buitenoppervlak van het ventilatieorgaan een aantal korte uitsteeksels of een doorlopende rand is aangebracht, die met het orgaan door de opening gestoken kunnen of kan worden en dan onder het onderoppervlak van de dakpan snappen of snapt, waarbij de rand van de flens veerkrachtig aanligt tegen het bovenoppervlak van de dakpan.2. Ventilatiedakpan volgens conclusie 1, m e t h e t k e n m e r k , dat in het bovendeel van-het ventilatieorgaan een brede sleuf is aangebracht.3. Ventilatiedakpan volgens conclusie 1 of 2, m e t<EMI ID=9.1>van ventilatieopeningen voorziene, kap van enigszins flexibel materiaal kan worden bevestigd op het boveneinde van het ventilatieorgaan, waarbij de rand van de kap veerkrachtig afdicht tegen het bovenoppervlak van de dakpan.4. Ventilatiedakpan volgens conclusie 3, m e t h e t k e n m e r k , dat de kap zodanig wordt bevestigd dat de ventilatieopeningen in de kap niet in één lijn liggen met de sleuf in het ventilatieorgaan.5. Ventilatiedakpan volgens één of meer van de conclusies 1, 2, 3 of 4, m e t het k e n m e r k , dat de kap op het ventilatieorgaan kan worden bevestigd met een los dekseltje, dat door verdraaiing ten opzichte van het orgaan wordt vergrendeld. <EMI ID=10.1>6. Ventilatiedakpan volgens conclusie 5, m e t h e t k e n.m e r k , dat de kap voorzien is van een centrale opening ter grootte van de diameter van het ventilatieorgaan en dat het boveneinde van het ventilatieorgaan voorzien is van twee of meer naar-binnen gerichte flensranden,<EMI ID=11.1>dekseltje kunnen samenwerken onder vastklemming van de kap tegen de flensranden.************7.- Ventilatiedakpan, hoofdzakelijk zoals voorafgaand be-schreven en weergegeven in de bijgaande tekening.
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL7513189A NL7513189A (nl) | 1975-11-11 | 1975-11-11 | Ventilatiedakpan. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE848168A true BE848168A (nl) | 1977-05-10 |
Family
ID=19824835
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE2055434A BE848168A (nl) | 1975-11-11 | 1976-11-10 | Ventilatiedakpan, |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE848168A (nl) |
ES (1) | ES233497Y (nl) |
NL (1) | NL7513189A (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2539447A1 (fr) * | 1983-01-19 | 1984-07-20 | Redland France | Ensemble pour permettre le passage dans une toiture couverte avec des tuiles, d'un conduit ou le montage d'une lanterne d'aeration |
-
1975
- 1975-11-11 NL NL7513189A patent/NL7513189A/nl not_active Application Discontinuation
-
1976
- 1976-11-10 BE BE2055434A patent/BE848168A/nl not_active IP Right Cessation
- 1976-11-11 ES ES1976233497U patent/ES233497Y/es not_active Expired
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2539447A1 (fr) * | 1983-01-19 | 1984-07-20 | Redland France | Ensemble pour permettre le passage dans une toiture couverte avec des tuiles, d'un conduit ou le montage d'une lanterne d'aeration |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
ES233497U (es) | 1978-03-16 |
NL7513189A (nl) | 1977-05-13 |
ES233497Y (es) | 1978-07-16 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US5293920A (en) | Louvered basement vent | |
US6499260B2 (en) | Portable greenhouse structure and method and apparatus for assembling same | |
US5797222A (en) | Extended ridge roof vent | |
DE69519428D1 (de) | Bauelement zum abdichten einer dachhaut bei einer dachdurchführung | |
DE59710507D1 (de) | Fahrzeugdach mit wenigstens einem deckel | |
DE10153137B4 (de) | Cabriolet-Fahrzeug mit einem unterhalb einer Ebene eines Deckelteils ablegbaren Dach | |
US4598505A (en) | Flashing member | |
BE848168A (nl) | Ventilatiedakpan, | |
US5535559A (en) | Ventilating device for mounting in a plastics foil or a similar flexible material | |
GB2056518A (en) | Frameless buildings | |
JP4827708B2 (ja) | 外壁部の水抜き具及び排水構造 | |
DE59000419D1 (de) | Rolladen fuer wand- oder dachoeffungen, insbesondere mit einem schwenkbaren dachfenster. | |
EP3613914B1 (en) | Beam assembly in a screen device | |
JPS6224705B2 (nl) | ||
PL204700B1 (pl) | Materiał do łączenia ze sobą dwóch przedmiotów | |
DE69935032D1 (de) | Konstruktion der Dachöffnung eines Fahrzeugs | |
JPH0718822Y2 (ja) | コーナ水切り部材 | |
EP0928862B1 (en) | Sealing arrangement and a sealing construction for a pipe, such as a flue gas discharge pipe, through a roof | |
JPS5936585Y2 (ja) | 折版屋根の換気装置 | |
JPH0512404Y2 (nl) | ||
FI72177B (fi) | Anordning foer utvaendig taeckning av en foensteroeppning | |
JPS5850016Y2 (ja) | 壁取合装置 | |
FI77108C (fi) | Klotformig kupa foer armaturer. | |
JPH0615106Y2 (ja) | 谷部役物 | |
JPH0424019Y2 (nl) |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
RE | Patent lapsed |
Owner name: REDLAND-BRAAS-BREDERO EUROPA ( RBB) B.V. Effective date: 19901130 |